Nummer 72. Zondag 12 September 1897. 20e J aar ga it
"Toegewijd aan Handel, Industrie @n Gemeentebelangen,
Eerste Blad.
Gemeenteraad van Waalwijk,
TiRBÖRGK ÜISDIDi
Dit nummer bestaat uit
twee bladen.
FEUILLETON.
De Wraak eener Vrouw
11 n
Zij die zich voor
het volgend kwartaal
op dit blad abonneeren, ontvangen
de nog deze maand verschijnende
nummers GRATIS.
De Echo van bet Zuiden,
Waalwijlisclie fd Langslraalsclic Courant,
Dit Blad verschijnt W o ens da g enZatetdagavond. GIÏ6ËYER: H* Advïktïntiën 1 -1 7 reeels f 0 60 daarboven t'ranT^r' "««I
M16 u,lpnAV groote letters naar piaatsrfimte. Ad^er.enMo
Brieven, ingezonden stukken, gelden enz.' franco te zenden A.NFOÓ1S TIE LEA, fa^pJorira* »Umd 1,31 b„ereke°A Alvertentiën voor Daitach-
aan den Uitgever t land morden alleen aangenomen door het advertentiebureau van
g I Waal Wilis. Adolf Steiner, Hamburg. Reclames 15 een t ner r«r«l.
OPENBARE VERGADERING,
op Dinsdag 7 Sept. 's namiddags ten 7 ure.
Punten van behandeling
I. Installatie der op 8 Juli jl. gekozen leden.
II. Benoeming van een wethouder.
III. Ingekomen stukken.
IV. Aanbieding der gemeenterekening over
1897 en benoeming eener commissie van
onderzoek.
V. Ingekomen bezwaarschriften tegen aan
slagen in den hoofdelijken omslag.
Tegenwoordig alle leden.
Voorzitter de burgemeester Jhr. van Gro
tenhuis.
De voorzitter opent de vergadering en stelt
voor de notulen, in afwijking van anders, na
de installatie voor te lezen, daar de nieuwe
leden, misschien er wel wat op aan te merken
hebben. Nadat dit goed gevonden is, zegt
hij de secretaris de nieuwe leden binnen ie
verzoeken.
De nieuw gekozen leden leggen in de
hdhden van den voorzitter, de door de wet
voorgeschreven eeden af en nemen zitting na
door den voorzitter en de raadsleden met hun
lidmaatschap te zijn gefeliciteerd.
OF
Herinneringen van een Politie-Commissaris.
Zii gaf een gil van schrik, terwijl de man haar
bij de hand vatte.
Wat is dat 1 zeide deze laatste, is het dan
noodig, dat men zijn vrienden ziet, om ze te
herkennen.
Zijt yij het, mijnheer Spavento zeide Snlo-
mé eensklaps gerustgesteld.
Wie zou het ande,s zijn
En sedert wanneer zijt gij terug?
Sedert gisteren, en zooals gij ziet kom ik het
eerst hij u
Dan hebt gij mij zeker noodig!
Dat hebt gij juist geraden, antwoordde Spa
vento, morgen tegen middernacht moetik u over
zeer ernstige zaken spreken, indien gij ruij dit
onderhoud toestaat, is uw fortuin gemaakt.
Goed, tot ruorgen dan, mompelde de kame
nier. Zonder verder iets te zeggen, spoedde Spa
vento, toen hij dit antwoord vernomen had, zich
heen.
V.
IN DE OPERA.
Zoodra Spavento, Salomé verlaten had, sprong
hij in het rijtuig van den hertog, dat eenige
huizen verder op hem wachtte en liet zich naar
liet hotel Baden brengen, waar hij Raymond
moest afhalen om hem. naar de opera te verge
zellen.
De hertog had zijne loge aan Raymond afge
staan en tevens zijn rijtuig ter zijner beschikking
gesteld.
Spavento kende al sedert jaren bijna alle
voorname families der hoofdstad en naar gelang
zij de zaal binnenkwamen, wees hij ze Raymond
aan.
Die heer, die daar juist is binnengekomen
en tegenover ons plaats neemt, is de heer Guil-
Daarna worden de notulen der vorige ver
gadering voorgelezen, en ongewijzigd vast
gesteld. 4
II. Benoeming van een wethouder.
Gekozen wordt de heer Jac. Gragtmans met
7 stemmen.
De voorzitter: „neemt u het wethouderschap
aan mijnheer Gragtmans?"
De lieer Gragtmans„jawel mijnheer de
voorzitter."
De voorzitter„dan mijnheer Gragtmans
wensch ik u geluk met het in u gestelde ver
trouwen."
De heer Gragtmans„mijnen hartelijken
dank voor het in mij gesteld vertrouwen en
ik hoop het waardig te worden."
III. Ingekomen stukken.
a. Een adres van afdeeling Langstraat"
van de Maatschappij van Landbouw om
bijdragen in de geldprijzen voor de premiön
markt van 21 September, waardoor de mark
ten zeker verbeterd zullen worden.
De voorzitter: het dagelijksch bestuur stelt
voor hiervoor f 50 te geven. Aangenomen.
b. Een adres van de Waalwijksche Gym
nastiek Vereeniging, bevaitende de tnededee-
ling dat het verboden is geworden, om re
petities te houden in de botermijo.
Het is hun vroeger door den burgemeester
vergund. En beschadigen doet er de W. G.
V. toch ook niets aan, daar nergens gebruik
van gemaakt wordt dan van den vloer.
Mocht het zijn dat het daarom verboden was
geworden dan zijn ze bereid eene jaar
lij ksche schadevergoeding uit te keeren. De
klassen der normaalschooldoen er ook de
zelfde oefeningen in.
Zij verzoeken, daarom den raad vriendelijk
doch dringend het verbod in te trekken.
De voorzitter „mijneheeren, toen ik het
verlof gegeven heb, ben ik een beetje buiten
mijne bevoegdheid gegaan, en ik stel voor
dit verzoek te stellen in handen van burge
meester en wethouders.
De heer Van Schijndel: „mij dunkt mijnheer
de voorzitter dat dat onnoodig is, we kunnen
dit zaakje toch wel direct afwerken. Ik vind
dat er £een bezwaar tegen is, om hen van
de botermijn gebruik te laten maken. Als het
gebouw daar niet legen kan,is'teen groote prul.
En waarom zouden we het in handen stellen
van burgemeester en wethouders, dat is weer
onnoodig op de lange baan schuiven. Andere
gemeenten zooals 's Bosch e.a. steunen zulke
vereenigingen en deze wil er nog wel voor
betalen. Ik ben ervoor een ander besluit te
nemen en direct af te werken.
De heer Timmermans Wz.: „u wenscht, mijn
heer de voorzitter in omvraag te brengen; het
adres nu te stellen in handen van burge
meester en wethouders en dan later weer op
tafel te brengen
De voorzitter: „ja wel, mijnheer Timmermans.
De heer Timmermans Wz.: „dan ben ik er
voor, om het te stellen in handen van bur
gemeester en wethouders.
De heer Mulders is er ook voor, als er in
bovengenoemden zin mede gehandeld wordt.
Tegen het voorste) van den voorzitter zijn
slechts drie heeren nl. de heeren Van Schijn
del, Verbunt en Van Tilburg, zoodat het is
aangenomen.
c. Een verzoek van den heer P. C. Baijens
om ontslag als lid van het gasthuisbestuur.
De voorzitter: «burgemeester en wethouders
stellen voor de heer P. C. Baijens als zoodanig
eervol ontslag te verleenen.
Aangenomen.
d. Een schrijven van gedeputeerde staten
waarin gevraagd wordt of het den raad ge-
wenscht voorkomt de salarissen van den
burgemeester en den secretaris te verhoogen,
zoo ja dan met welk bedrag.
Voor den 20 September a.s. wordt hierop
antwoord door de staten verwacht.
De voorzitter ik stel voor dit te stellen in
handen van burgemeester en wethouders.
Aangenomen.
IV. Aaubieding der gemeenterekening over
1897 en benoeming eener commissie van
onderzoek.
De voorzitter „ik heb de eer, mijneheeren
u de gemeenterekening aan te bieden, en we
zullen overgaan tot de keuze van 3 leden
van de commissie van onderzoek.
Gekozen als eerste lid na herstemming de
heer Timmermans van Turenhout
als 2de lid gekozen de heer Baijens;
als ode lid na herstemming de heer Mulders.
V. Ingekomeu bezwaarschriften tegen de
aanslagen in den hoofdelijken omslag.
De voorzitter „het dagelijksch bestuur stelt
voor die bezwaarschriften te stellen in handen
der commissie van onderzoekt Aangenomen.
De voorzitter „heeft een der heeren nog
iets te zeggen geschikt voor eene publieke
vergadering.
De heer Verbunt wenscht iets te zeggen in
een gesloten vergadering.
De voorzitter vraagt nogmaals of iemand
iets te zeggen heeft geschikt voor eene open
bare vergadering, waarop de heer Van Schijn
del het woord vraagt.
De heer Van Schijndel„een paar verga
deringen geleden heb ik gesproken over den
slechten toestand van den keiweg, vooral het
stuk van Mulders tot het station, en toen is
mij gezegd dat het verbeterd zou worden,
maar daar is toch nog niets aangedaan."
l)e voorzitter«'t is onderzocht en ej- zal
hier en daar verbeterd worden; maar 't groote
werk laten we rusten tot 't volgend jaar
omdat de toestand der financien het Diet
toelaat, en we hebben voor werklui, Wilbers
en zijn knechts, en die werken bijna altijd
voor de provincie en daarom kunnen we die
niet dikwijls krijgen.
De heer Van Schijndel ik zou andere
maatregelen nemen, 't Is een treurige boel,
en dan altijd op die werklui moeten wachten,
al moesten ze uit Amsterdam komen, dan
zouden ze er nog komen.
't Is een schandaal, als iemand met goed
gespan erover rijdt moet hij het paard faten
stappen.
De voorzitter Wilbers, is een goed werk
man en die zoudeu we graag hebben, maar
die kan altijd niet komen, en daarom hebben
we gewacht, maar het zal a.s. Zaterdag ter
sprake komen.
Iemot, een groot industrieel, uit de wijk St. Martin
zijne dochter vergezelt hem.
Een mooi meisje, zeide Raymond zijn blik
op Irene latende rusten.
Ja, mooi is ze, hernam Spavento en wat
haar niet minder begeerlijk maakt is, dat zij ruim
een millioen mee ten huwelijk brengt.
Raymond luisterde met levendige belangstel
ling naar al het geen zijn begeleider hem ver
telde en in minder dan een kwartier was hij
met een groot gedeelte der Parijsche aristocratie
bekend gemaakt.
Naast hem zat gravin Sylvar.ire, zij was ge
huwd met een zekeren Colonna, een vriend van
den hertog van Palmares.
Is dat meisje het eenige kind van den heer
Guillemotvroeg Raymond eensklaps.
Ja. Gij bedoelt immers Irene?
Juist.
Ge schijnt belang in haar te stellen?
Zij is nog zoo jong.
Eu toch ziet ze voortdurend hierheen vindt
u niet.
Wat bedoelt gij daarmede?
- Nu, een goed verstaander heeft maar een
half woord noodig. Intusschen zoude ik u wel
willen opmerken dat mejuffrouw Irene Guillemot
reeds een aanbidder heeften deze zou zeker
niet gaarne zien dat hij een mededinger had.
-- Ik dank u, mijnheer Spavento, voor uwe
inededeeling, zeide Raymond, maar overigens
moet ik u zeggen, dat ik volstrekt niet bang ben,
al ben ik tweeëntwintig jaar. Daar ik noch vader
noch moeder, noch vrienden heb, aan wier beve
len ik mij heb te onderwerpen, ben ik gewoon
recht op mijn doel af te gaan, en wee der.gene,
die mij daarbij in den weg treedt
Spavento beet zich op de lippen; nu, nu, zeide
hij, laat ons liever over wat anders spreken, zoo
dit onderwerp u mishaagt.
Gij hebt gelijk, antwoordde Raymond welnu
zeg mijn dan eens, aan wie die twee loges daar
behooren, welke onbezet zijn.
Die een is van den jongen baron de Pol,
wiens vader pas gestorven is.
En de andere?
De andere.... antwoordde Spavento
Hij wilde voortgaan, toen de deur der loge,
waarop hun aandacht gevestigd was eensklaps
geopend werd en de meest zonderlinge verschij- i
ning zich aan hunne oogen voordeed.
Intusschen weerklonken de eerste tonen der
muziek door de zaal en ging het scherm omhoog.
Er heerschte een diepe stiltehet spel nam een
aanvang.
In iedere andere omstandigheid zou Raymond
geen toon gemist hebben van de heerlijke mu
ziek, die op dat oogen blik gespeeld werd, maar
thans werd hij geheel en al in beslag genomen
door de vreemde verschijning waarop zijne blik
ken gevestigd waren.
En dit was waarlijk geen wonder.
Verbeeld u een groote, slanke vrouw, gewik
keld in een langen sjaaldoek van wit cachemir
en gelaat geheel bedekt, met een soort van voile
van zeer lichte stof, zooals de vrouwen in Algerië
dragen; een soort net van zwart satijn hing over
den sjaaldoek en deed de sroetteloozen witheid
er beter van uitkomen de voile was aan een
gouden rand vastgemaakt, die op zijn beurt met
twee groote schitterende diamanten aan het hoofd
haar was vastgestoken.
Raymond wendde zich tot Spavento.
Wie is die vrouw? vroeg hij op levendigen
toon.
Ik weet het niet, waarde heer, antwoordde
Spavento.
Weet gij niet wie zij is?
Ik weet, dat de hertog haar de Nubische
noemt, dat is alles.
Overigens, voegde Spavento er na een oogen-
blik bij, zullen van alle raenschen, die hier op
oogenblik bij elkander zijn, gij wellicht de eeni
ge zijn, die omtrent deze geheimzinnige verschij
ning eenige ophelderingen zoudt kunnen geven.
Ik 1 zeide Raymond. Hoe zoo Ik zie haar nu
voor het eerst.
De Hemel beware mij er voor, hernam Spa
vento op min of meer spottenden toon ik zou
mij niet gaarne met uw geheimen bemoeien....
Maar toch. men heeft oogen om te zien.
Wat?
Te Longvilliers.
Wie?
Een man, die gij eenige woorden toefluis-
terdet
Bernhardt
Ik weet niet hoe hij heet, maar ondervraag
dien man en hij zal u zeggen, wie de Nubi
sche is.
Raymond haalde de schouders op.
Ach kom I zeide hij glimlachend, Bernhardt
is een vriend van mijn intendant, dat is al wat
ik van hem weet. Te Longvilliers zag ik hem
voor de tweede maal van mijn leven I
Goed, waarde heer, góed, maar zie nu eens
met mijn tooneelkijker ongemerkt naar de loge
van de Nubische, en zeg mij dan, wie gij daar
op den achtergrond ziet staan.
Nauwelijks had Raymond den tooneelkijker in
de aangewezen richting gehouden, of een kreet
van verrassing ontsnapte hem.
Welnu? zeide Spavento.
Gij hebt gelijk antwoordde Raymond.
Is hij het
Er is geen twijfel aan.
Nu, dan zal het u ook gemakkelijk vallen,
om uwe nieuwsgierigheid volkomen te bevre
digen.
Zoodra de voorstelling is afgeloopen, zal ik
dat ook wel doen. zeide Raymond.
Het eerste bedrijf was ten' einde, Raymond en
Spavento hadden nauwelijks hunne loge verlaten,
toen zij den hertog van Palmares bemerkten.
Deze laatste kwam Raymond te gemoet en
verzocht hem het volgende bedrijf de eer van
zijn gezelschap te gunnen.
Gij bewijst mij te veel eer! zeide Raymond.
Kom, kom, geef mij de hand, dat is al wat
ik van u verlang.
Mooi, die zaak is in orde, zeide de hertog
glimlachend; en sta mij nu toe, dat ik even met
Spavento en met dokter Benoit, dien ik daar ginds
zie, spreek; binnen tien minuten ben ik weder
bij u.
Raymond mengde zich daarop onder de be
zoekers, en Palmares wendde zich tot Spavento.
Mijn God riep deze laatste op ernstigen
toon, scheelt er iet9 aan mijnheer, is er iets ge
beurd
Nog niet, antwoordde de hertog, maar wij moe
ten meer dan ooit waakzaam en oplettend zijn,
en ons op alles voorbereid houden.
Betreft het de Nubische, heer hertog?
Ja, ja, de Nubische, nog dezen nacht moet
ik weten, wat dat voor een vrouw is.
Dat zal niet gemakkelijk gaan.
(Wordt vervolgd.)