iielgie.
Spanje.
Duitschland.
Italië.
Amerika.
Australië.
.BINNENLAND.
en Manilla in, evenzeer ten oosten van den
spoorweg. De Filipinos zijn dus zooals
men ook verwachteu kon voor de noord
waarts oprukkende colonne van generaal Mac
Arthur niet allen noordwaarts teruggetrokken,
maar hebben zich voor een deel verspreid in
het heuvelachtige terrein dat ten oosten van
den spoorweg loopt. Terwijl dus de Ameri
kanen de veroverde posten langs den spoor
weg tot aan Maloloe bezet houden, zijn hun
vijanden in staat hen onophoudelijk lastig te
vallen door zich op een gunstig tijdstip te
vertoonen, de Amerikanen verlies toe te
brengen, en zich dadelijk weer terug te
trekkeu in het gebergte, waar zij voorhands
veilig zijn. Deze tactiek doet denken aan de
uitspraak van een Spaanschen generaal, die
ondervinding heeft van het oorlogvoeren op
de Filippijnen, en die een poosje geleden
voorspelde dat de Amerikanen in alle ge
vechten op Luzon overwinnaars zouden blijven,
en toch den strijd zouden verliezen.
Het spreekt van zelf dat zelfs de roos
kleurig getinte telegrammen van Otis over de
ontmoedigde stemming onder de Filipinos, en
over den goeden geest der Amerikanen (die
„slechts" voor een zevende buiten gevecht
gesteld zijn door den dood, kwetsuren, of
ziekte), niet bij machte zijn on. in de Veree-
nigde Staten den indruk weg te nemen van
de zoo kort op elkaar volgende berichten van
het échec te Baler, het terugtrekken van
Lawton uit de zuidoostelijke provinciën, de
nederlaag te Quingua. Daar komt bij dat de
vrijwilligers op Luzon bijna allen weigeren,
daar langer te dienen.
Wat zal de Amerikaansche regeering in deze
omstandigheden doet) Zij moet volhouden,
zeggen de imperialistische bladen, en ook de
Daily Mail bevat een heftig gesteld artikel in
dien geest, dat met instemming door de
New Yo:k Herald overgenomen wordt. Daarin
heet 't onder meer dat de Amerikanen er
evenmin aan kunnen denken, den strijd tegen
de Filipinos op te geven als indertijd den
strijd tegen de Spanjaarden voor Santiago de
Cuba, «te minder nu het Amerikaansche volk
de heilige taak te vervullen heeft, misleide
inboorlingen te bedwingen, die openlijk in
opstand gekomen zijn tegen hun wettig gezag
De Daily Mail gaat dus uit van het begrip
dat een in opstand gekomen volk, dat daar
enboven zijn onderdrukkers grootendeels zelf
reeds verdreven had, lij lelijk moet berusten
als het met een pennestreek aan een vreemde
regeering wordt „overgedaan». Nu ontstaan
er voor Amerikanen evenzeer als voor
Nederlanders teere kwestiën zoodra zij
den stat willen breken over opstandelingen,
en het Amerikaansche weekblad Nation denkt
er ook anders over dan de New York Herald,
en dergelijke bladen. Het brengt in herinne
ring dat koning George III herhaaldelijk
allerlei mooie dingen aan de Amerikaansche
opstandelingen belooide, als ze zich maar
onderwierpen en, zegt de Nation „de Ame
rikanen weigerden hem le gelooven, ofschoon
zij reeds zijn onderdanen waren, zijn taal
spraken en zijn godsdienst beleden» (al
welke dingen men van de Filipinos niet kan
zeggen). Het blad vindt het dus heel begrij
pelijk dat Aguinaldo zich niet laat overhalen
door mooie proclamaties, waarin het woord
onafhankelijkheid zorgvuldig vermeden wordt.
Dat de Filipinos op hun vrijheid gesteld zijn,
hebben zij bewezen door het eenige overtui
gende bewijsmiddel dat een volk daartoe kan
gebruiken door zich ervoor te laten dood
schieten, en te blijven vechten in weerwil van
herhaalde nederlagen.
„Nu de Filippijnsche commissie zich te
Manila bevindt zegt de Nation nog en
wij daar een onaantastbare positie innemen,
behoorde de President geen dag te verliezen
voor het sluiten van een wapenstilstand en
het regelen van de Filippijnsche kwestie door
een schikking" Den Sen Februari heeft
Otis reeds een kostbare gelegenheid laten
voorbijgaan, hij seinde toen „Aguinaldo heeft
nu verzocht om staking der vijandelijkheden
en om een onderhoud, ik heb niet geant
woord." Sedert dat oogenblik is er al te veel
bloed vergoten aan weerszijden, en een over
eenkomst tusschen de beide partijen zou zeker
ook thans nog de beste oplossing zijn, al
moest dan ook eerst generaal Otis plaats
maken voor een anderen gouverneur, iemand
met wat minder optimisme en wat meer
beleid.
Volgens de Daily Chronicle heeft
Duitschland den Vereenigden Staten geduren
de den oorlog met Spanje kennis gegeven,
dat het, indien Amerika de Philippijnen
annexeerde, aanspraak maakte op een kolen
station in dien archipel in ruil voor eenige
handelsprivilegiën. In het najaar verzocht
Duitschland de Unie, de Carolinen niet te
anuexeeren, daar, als Spanje afstand wilde
doen van die eilanden, Duitschland daarop
de oudste rechten meende te hebben. Duitsch
land stelde bovendien voor. eenige eilanden
van den Maarschalks-archipel en de Brown-
eilanden aan de Vereenigde Staten af te
staan, als het een haven op de Philippijuen
kreeg. Over een en ander wordt thans onder
handeld.
De slachthuizen op de grenzen hebben
de Kamer geruimen tijd beziggehouden. De
inferpellant. die ze ter sprake bracht, de
progressist Maguette, van Luik, was bezorgd
dat als de regeering slachthuizen op de gren
zen ging bouwen, de stedelijke financiën, b.
v. die van Luik, daaronder zouden lijden,
de slagers op de hooge kosten zouden wor
den gejaagd, de verbruikers duurder vleesch
zouden krijgen, en Nederland weerwraak zou
oefenen. Maguette noemde de bewering dat
ons vee het Belgische besmette, eenvoudig
boerenbedrog j het diende de agrariërs al
leen als raiddel om de prijzen van het Bel
gische vee te verhoogen.
De Bruyn, minister van landbouw, ver
zekerde herhaaldelijk dat hij met Nederland
op uitstekenden voet stond, maar dat hij het
binnenkomen van het mond- en klauwzeer
moest tegengaan en daarom nu en dan ge
noopt was de grenzen te sluiten dat hij
geen definitieve maatregelen zou nemen zon
der een wet, maar dat hij evengoed de be
langen van de boeren moest behartigen als
die van de slagers.
S'otsom de minister zal het voorstel om
slachthuizen op de grens te bouwen, in de
Kamer verdedigen.
Het aantal stakende mijnwerkers wordt
thans begroot op 45,000, welk aantal van
daag waarschijnlijk tot 60,000 zal aangroeien.
Te Charleroi hebben drie metaalfabrieken,
wegens gebrek aan steenkolen, het werk moe
ten schorsen waardoor 1300 arbeiders werk
loos zijn geworden. De mijn van Bascoup
iu het centrum bekken heeft een ïeserve-
voorraad van 50.000 ton steenkolen ter be
schikking der industrieelen gesteld en ook
worden groote hoeveelheden kolen uit het
buitenland aangevoerd, maar de prijs die in
normale tijden 14 francs bedraagt, is nu ge
stegen tot 22 d 24 francs. Nog wordt ge
meld, dat de glasblazer in het bekken van
Charleroi voornemens zijn, zich solidair met
de mijnwerkers te verklaren en het werk te
staken.
Iu de Woning van den vrederechter Mar-
geual te Sardanvla nabij Barcelona is een
carlistische bergplaats voor wapenen gevon
den. Deze ontdekking leidde tot de arrestatie
van een carlistisch complot, bestaande uit
den rechter, generaal Luis Graf en eenige
andere bekende carlisten. Zij waren naar
Barcelona gereisd, om er een ops'and te be
werken, doch zij werden bij aankomst aan
het station gearresteerd.
Het gerucht, als zouden admiraal Mon-
tojo en kapitein Sortoa, chef van het arsenaal
te Cavite, in verband met de nederlaag van
het Spaansche eskader in de baai van Ma
nilla ter dood veroordeeld zijn, blijkt onwaar.
In Mei begint de repatrieering der Spaan-
sche troepen van Mindanas en Zaraboanga
(Philippijnen).
De Duitsche gezant Holleben heeft gepro
testeerd tegen de redevoering, door kapitein
Coghlan, commandant van het oorlogsschip
Raleigh, te New York, dadelijk na zijn
terugkeer van Manila, gehouden na een
feestmaal. Coghlan sprak op beleedigende
wijze over de Duitschers en beschreef in den
loop zijner speech eene scène, in den vorigen
zomer voor Manila voorgevallen, toen admi
raal Dewey den Duitschen admiraal waar
schuwde tegen handelingen, strijdig met de
belangen der Amerikanen. Ook droeg Coghlan
een vuil lied op den Keizer voor. D; minister
Hay heeft aan Holleben geantwoord dat de
speech na een feestmaal in eene club werd
gehouden, zoodat er voor hel departemeut
van buitenlandsche zaken geen termen
bestonden om handelend op te treden. Wel
daarentegen behoorde de zaak thuis bij het
departement van marine, en dit heeft aan
Coghlan reeds bevolen onverwijld weder aan
boord van de Raleigh te gaan.
Wat de telegrammen uit New York ver
tellen over hetgeen kapitein CoghlaD, van
Alen kruiser Raleigh, in de Uuion League
Club aldaar zou hebben medegedeeld over
ougeloofelijke geschillen tijdens de blokkade
van Manila tusschen de admiraals Diedrich
en Dewey, wordt te Berlijn door de bladen
van alle partijen opgevat als dwaze opsnijderij
van een snoever die te veel champagne had
gedronken. Het geval is overigens, meenen die
bladen, reeds als afgedaan te beschouwen
door de verontschuldiging welke de Ameri
kaansche minister Hay heeft aangeboden
toen de Duitsche gezant geklaagd had, en
door de straf welke aan Coghlan is opgelegd.
Alle onze bladen zijn het met elkaar eens
dat men hier enkel te maken heeft met eene
„belachelijke dwaasheid" van een dronken
en door „grootheidswaanzin" aangetasten
Amerikaanschen pikbroek, omdat Duitsche
marine-officiereu dergelijke beleedigingen en
bedreigingen, als zij werkelijk wat te beduiden
hadden gehad, zeker niet kalm zouden hebben
verdragen.
De „Zeehond", het eerste naar Bremen
gekomen Nederlandsche oorlogsschip, is na
een verblijf van 6 dagen in de vrijhaven,
vertrokken.
De Nederlandsche en de Duitsche marine
officieren hebben elkander wederkeerig een
feestmaaltijd aangeboden, waarbij telegrammen
aan den keizer en aan Koningin Wilhelmina
werden verzonden, waarop zoowel door den
vorst als door de vorstin hartelijk werd
geantwoord.
De keizer uitte in zijn telegram onder
anderen den wensch dat de vertegenwoordi
gers van de Nederlandsche krijgsmacht vaker
de Duitsche havens zouden bezoekenzij
konden verzekerd zijn, daar altijd een ka
meraadschappelijke ontvangst te zullen vinden.
De koning en de koningin bezochten Don
derdag de kathedralen van Alghero en van
Sattari. De bisschop van Alghero en de aarts
bisschop van Sattari ontvingen de vorstelijke
gasten en gaven hun de zegen. In de kerk
van laatstgenoemde plaats speelde het orgel
de koningshymne en luidden de klokken.
Vrijdagavond zijn de Majesteiten met de
„Savoia" uit Cagliari vertrokken, en ontbeten
aan boord van het Britsche admiraalschip
„Majestic." De schepen van het (Engelsche)
Kanaal—eskader waren in vier rijeu gelegd
voor de vlootschouw, die door prachtig weer
begunstigd werd. De Britsche en Italiaansche
smaldeelen werden achtereenvolgeus door de
souvereinen in oogeoschouw genomen. Lord
Currie begaf zich aan boord van de „Savoia
om den koning en de koningin de goede
wenschen van koningin Victoria over te
brengeD, daarna maakten admiraal Rawson
en de onderbevelhebber van het smaldeel
hun opwachting.
Te Philadelphia is een bende valsche
munters gearresteerd, in wier bezit voor een
waarde van 22 25 millioen gulden aan
prachtig nagemaakt valsch bankpapier en 12
millioen aan registratiezegels werd gevonden
Gedurende de laatste hevige stormen heeft
He parelvisschersvloot, die ter hoogte van
Queensland ankeide, schrikkelijk met den
orkaau uk te staan gehad. Het verlies aan
menschenlevens zoo zeggen de uitvoerige
berichten per laatste mail ontvangen is
zeer groot geweestmen spreekt van 200
kleurlingen en 10 blanken, waarvan men met
zekerheid weet, dat zij verdronken zijn, en
van 100, die nog vermist worden. In de
Bathurstbaai vergingen zestig schoeners, twee
en zestig loggers en twintig booten voor
duikers. De bemanning dezer vaartuigen
bestaat gewoonlijk voor schoeners uit twee en
twintig koppen, waarvan twee of drie blanken.
De andere vaartuigen hebben minder
bemanning noodig. De waarde uit de diepten
der zee opgevischt was reeds aanzienlijk. Men
schat dat de schoener elk voor een waarde
van 2 a 3ü00 aan paarlen hadden, de
loggeis 460 tot 500. De geheele waarde
werd op 50 000 benaderd. De kust is over
een uitgestrektheid van honderd mijl met
wrakhout bedekt.
Een kleurling en twee vrouwen slaagden er
in na twee dagen gezwommen te hebben de
kust van Queensland te bereiken.
WAALWIJK, 26 April 1899.
Raadsvergadering.
Openbare vergadering van den Raad der
Gem. Waalwijk te houden op Donderdag a.s.
voormiddags HH/g uur.
Punten ter behandeling
I. Ingekomen stukken.
II. Af- en overschrijvingen aanbesteding
verbouwing O. L. school.
III. Concessie aanvrage Trammaatschappij
Adres tegen de Leerplicht.
Op initiatief van onzen waamemenden pas
toor, den WelEerw. Heer A. Wevers is een
protestadres tegen het Leerplichtoniwerp
samengesteld en gisleren aan de Tweede
Kamer der Staten-Generaal verzonden.
Dit adres is onderteekend door heeren
geestelijken, de leden der openbare school
commissie, de onderwijzeressen der bijzondere
scholen, de wethouders, bijna alle leden van
den Gemeenteraad en circa 250 hoofden van
huisgezinnen.
Dit getal ware, hadde de tijd het niet
verhinderd, gemakkelijk verdubbeld geweest.
Slechts 5 katholieken hebben geweigerd hunne
handteekeningen te plaatsen, doch van vier
kan bepaaldelijk gezegd worden, dat zij
gezondigd hebben door onwetendheid en dus
is op hen toepasselijk het „Vader vergeef het
hun, want zij weten niet wat zij doen".
Het luidt als volgt .-
Aan
de tweede Kamer der Staten-Generaal.
Geven met verschuldigde!) eerbied te ken
nen, ondergeteekenden, allen inwoners der
Gemeente Waalwijk
dat zij met groote bezorgdheid vernomen
hebben van het wetsontwerp tot invoering
van leerplicht, ook, zooals dit, aanmerkelijk
gewijzigd, ten tweede male bij Uv\e vergade
ring werd ingediend dat zoowel de in hun
oog onnoodige vrijheidsbeperkingen strafbe
dreiging ten opzichte van ouders, die in
geenen deele de opvoeding hunner kinderen
verwaarloozen, alsmede de groote verzwaring
van de financiëele lasten voor het bijzonder
onderwijs, die van dat ontwerp het gevolg
zullen zijn, bij hen de meest ernstige bezwaren
doen ontstaan. Het beginsel, dat het onderwijs,
als wezenlijk deel der opvoeding behoort bij
de ouders, achten zij zich niet gerechtigd,
prijs te geven.
De bijzondere school, welke toch reeds
onder zware lasten gebukt gaat, zal, wordt
het leerplichtontwerp tot wet verheven, met
ondergang worden bedreigd. Adressanten
hebben tegen het aanhangig wetsontwerp nog
tal van andere bezwaren, niet het minst dat
met de gemoedsbezwaren der ouders niet
volkomen rekening is gehouden, zij zouden
het dus betreuren als bedoeld wetsontwerp
wet werd. Zij meenen echter bijzonderlijk op
bovenstaande punten te moeten wijzen en
verzoeken uwe vergadering eerbiedig, doch
met den mees'en nadruk uwe goedkeuring
aan het wetsontwerp tot invoering van den
leerplicht te weigeren.
't Welk doende,
te Waalwijk, den 25en April 1899.
(Volgen de handteekeningen.)
Onderwijzersvcrgadcring.
Gisteren hielden de onderwijzers uit het
arrondissement Waalwijk hunne eerste ver
gadering van dit jaar. Ruim een veertigtal
onderwijzers benevens de districts- schoolop
ziener de heer v. Oppenraaij woonden deze
vergadering bij. Ingeleid werden «De letter
kunde der laatste 20 jaren" door den heer
G. v. Oudenhoven te Besoijen en „School
artsen* door den heer v. d. Horst te Kaats
heuvel, Beide onderwerpen werden op zeer
verdienstelijke wijze behandeld en hadden
grooten bijval. Het eerste punt vooral gaf
tevens aanleiding tol een geanimeerde en
vruchtbare discussie. Besloten werd de feest-
vergadering dit jaar in Nijmegen te houden
en wel op Dinsdag 20 Juni a. s.
Na deze vergadering hield de afdeeling
Waalwijk van het Ned. Ond. Gen. eene
huishoudelijke bijeenkomst. Na afdoening
der gewone zaken werd tot afgevaardigde
ter algemeene vergadering in 's Gravenhage
benoemd de heer Busch van Geertruidenberg.
Aanstaanden Zondag zal de afdeeling
„Langst!aat" van den Bond van Ned Onder
wijzers eene vergadering houden op de zaal
Musis Sacrum.
Agenda
1 Notulen.
2 Verkiezing voor een lid vau het Hoofd
bestuur.
3 Sanatorium.
4 Ingekomen stukken.
5 Schoolhygiène.
6 Hoofdacte—examen.
7 Rondvraag en sluiting.
Bijna een ongeluk.
Dezer dagen geraakte een beambte van
de firma van Gend Loos, met een voet
van het perron van het spoor, toen de trein
reeds in beweging was. Een ander beambte,
die juist daar tegenwoordig was, trok hem
nog bijtijds op het perron terug, zoodat hij
met een licht gekwetst been vrij kwam.
Gewis waren hem anders minstens beideteenen
afgereden.
Stierenkcuriug.
Op de Dinsdag alhier gehouden stieren
keuring waren slechts zes stiereu ter keuring
aangeboden.
Alle werden ter dekking goedgekeurd
behalve de stier van Waalwijk, die onge
schikt bevonden werd.
De Voorzitter der keuringscommissie gaf te
kennen, dat hij in 't algemeen zeer slecht
tevreden was over de hoedanighedeu der
stieren, wat ook bewees het aantal punten
door de Commissie toegekend, nl.
Hoogste punten toegekend aan D. van
Tilburg 452/s te Sprang, eerste prijs.
Tweede prijs J. Vissers 432/s van Drunen.
Eerste reserve 4L2/s J. Netten, van Sprang.
Tweede 41 H. van den Heuvel te
Baardwijk.
Depot van postzegels.
Wij vestigen de aandacht van belangheb
benden er op, dat bij den Heer Paul Meeu-
sen, Sigaren-magazijn in de Groote straat
(aan den Hoek) naast den heer van Gooi
van der Schoot een Rijks-dépot is gevestigd
alwaar postzegels, briefkaarten, postwissels en
verder alle andere formulieren van het Post
kantoor te bekomen zijn voor den zelfden
prijs. Alzoo een gemak voor velen onzer
ingezetenen, die voortaan niet meer zoo dik
wijls naar het postkantoor zullen behoeven le
loopen. Bovendien is de heer Meeuwesen
ook bereid om bestellingen van minstens f 5
bij een ieder die zulks verlangt, aan huis te
doen bezorgen. Wij twijfelen dan ook niet of
de Heer Meeuwesen zal wel debiet krijgen,
wat wij hem van harte gunnen.
Baardwijk. Naar men ons mededeelt, is op
initiatief vau onzer. Zeereerw. Heer Pastoor,
een protest-adres tegen de leerplicht, voorzien
van meer dan 300 handteekeningen, aan de
Tweede Kamer opgezonden.
Besoijen, 24 April. Een persoon, die
blijkbaar aan Bachus geofferd had, zou 's
avonds, bij het verlaten der herberg, nog met
zijne hondenkar naar Waspik rijden.
Toen de kastelein 's morgens de deur
opende, zag hij kar en hond nog bij zijn huis
op dezelfde plaats als den vorigen avond
liggen en den man in diepe rust in den
paardenbak. Verbeeld u 's mans ontwaken,
toen hij door den kastelein gewekt wetd.
•Sprang. Eergisteren, bij het schieten voor
bruidegom en bruid, had een persoon alhier
het ongeluk zich den wijsvinger totaal af te
schieten. Dr. van Hoften verleende hem de
eerste geneeskundige hulp.