Duitschland.
Denemarken.
Transvaal.
BINNENLAND.
Labori ondervraagt Gonse over het uitkrab
ben op het petit-bleu.
Gonse zegtop het petit-bleu was iets
uitgekrabt toen het de eerste maal gefoto
grafeerd werd.
Labori protesteert. Hij verzoekt voorlezing
van het schriftkundig rapport, dat het tegen
deel bewijst.
Gonse. Ik weet er niets meer van.
Havet, lid van het instituut, houdt een
beschouwing over het borderel, uit 't oogpunt
van de taal. Zijn gevolgtrekking is dat het
borderel niet van Dreyfus maar van Ester-
hazy is.
Daarna kwam het getuigenis van Laraotte,
oud-collega van Dreyfus in 1894 aan het
ministerie van oorlog. Hij is overtuigd ge
worden van de onschuld na lezing van de
enquête.
Als Labori spreekt van de vervalschingen
zegt de president hem „Gij treedt in dis
cussie."
Labori antwoordt„Neen, president. Ik
bepaal mij er toe te zeggen wat mij goed
dunkt over de punten van het getuigenis,
waarop ik licht wil laten vallen.»
Cernuschi komt nu voor.
Tijdens zijn verblijf in Frankrijk heeft een
van zijn vrienden, eeu afdeelingschef aan het
ministerie van buitenlandsche zaken van een
midden-Europeesche mogendheid, hem zeer
nauwkeurig de namen gezegd van de spionnen
der vreemde mogendheden in Frankrijk. De
eerste en belangrijkste was Dreyfus. Cernu
schi zeg verder dat toen hij den Oostenrijk-
schen krijgsdienst verliet een officier van den
generalen staf van een midden-Europeesche
mogendheid, adjudant van den soaverein van
dat land getuige was met hem bevriend
en sprak hem in September 1894 hem de
namen noemde van vier spionnen die voor
vreemdelingen werkten in Frankrijk, in volg
orde van belangrijkheidhij begon met
Dreyfus de officier had de zakken van zijn
overjas vol met papieren, die hij den getuige
met veel ophef liet zien. Het waren stukken
van het grootste belang, vooral stafkaarten,
o. a. het blad met Dijon, voorts lijsteu
betreffende den spoorweg Parijs Lyon
Middellandsche zee, ten dieuste der mobili
satie opgesteld, met gewichtige aanteekenin-
gen over de perrons, en inlichtingen over de
hulpbronnen in magazijnen van den omtrek.
Ook bevatten deze documenten eenige inlich
tingen over zekere reorganisatie vau de le
gercorpsen
Deze officier had den getuige gezegd »In
Frankrijk kan men alles krijgen wat men wil
als men maar geld genoeg geeft", en ook
„Waar dienen de Joden voor, als men geen
gebruik van hen maakt?" Twee dagen later
vertrok de vreemde officier plotseling uit
Parijs, zijn vertrek geleek veel op een vlucht;
en kort daarna vermeldden de bladen Dreyfus'
arrestatie. De getuige zeide ten slotte dat hij
al het bovenstaande overgebracht had aan
officier tot het ministerie van oorlog behoo -
rende. Hij vraagt voorlezing van het rapport
dat van die verklaring opgemaakt is.
André, de griffier van Bertulus, bevestigt,
dat hij Henry tot Bertulus heeft hooren
zeggen „Dring niet verder aan vóór alles
moet de eer van het leger worden gered."
Verder verklaart André Henry op een
ander oogenblik te hebben hooren zeggen
„Laat men Esterhazy aan mij overlaten en
laat Du Paty zich voor den kop schieten
dat is alles wat ik vraag."
Daarna komen nog enkele getuigen van
minder belang, en ontstaat een incident
tusschen Labori en den president, die den
verdediger verzocht zich wat te matigen in
zijne vragen.
Labori vraagt of Gonse de verantwoorde
lijkheid aanvaardt voor de samenstelling van
het geheime dossier tot Juli 1808.
Gonse zegt van ja.
Toen Tomps aan Henry zijn eerste rapport
bracht, betuigde Henry hem daarover zijn
levendige blijdschap, maar toen hij zijn tweede
rapport bracht, waarin hij niet tot een stellige
slotsom kwam, toonde Henry zich zeer boos
en zeide tot Tomps dat hij zijn stuk niet
behoefde te lezen. De afdeeling voor de
statistiek deed stappen bij de aanbrengers
van Tomps. Men wilde probeeren hem de
meedeeliog aan luitenant kolonel Picquart aan
te wrijven. Ook Lauth deed Tomps verwijten,
omdat diens nasporingen niet leidden tot de
uitkomst die hij wenschte. Men bedreigde
hem om hem tot intrekken te bewegen.
Zitting van Dinsdag.
De zitting met gesloten deureu van den
krijgsraad heelt geduurd tot kwart voor acht
en was uitsluitend gewijd aan het. onderzoek
van het gehei.n dossierde getuige Cer
nuschi is niet gehoord.
De openbare zitting van den krijsraad werd
geopend om acht uur. Zoodra Dreyfus was
binnengeleid, vroeg mr. Labori het woord en
stelde de volgende conclusien
„Aangezien de krijsgraad heeft aangehoord
de verklaringen van Cernuschi, officier in
buitenlaudschen dienst, heeft de verdediging
het recht haar terughouding te laten varen en
verzoekt zij te doen hooren door middel van
een rogatoire commissie de buitenlandsche
militaire attachés en langs diplomatieken weg
bij de regeeringen aan te dringen op over
legging van de documenten, die bij het bor
derel behooren en die de onschuld aantoonen
van den beschuldigde.
De regeeringscommissaris Carrière zegt dat
men niet vooruit mag loopen op den afloop
van het proces. In de conclusien van Labori
is het teere punt dit, dat hij den krijgsraad
aan den regeeringscommissaris wil laten op
dragen, de Fransche regeering te verzoeken,
om latigs diplomatieken weg aan een vreemde
regeering eeu verzoek te doen dat strekt om
stukken die al heel weinig op diplomatieke
gelijken, terug te krijgen. Men kan zich niet
voorstellen, zegt Carrière, dat de eene regee
ring tot de andere zoo'n verzoek richt, en
daarom maakt hij alle mogelijke voorbehoud.
Basset zegt, dat Esterhazy hem verklaarde
het borderel op aandringen van Sandherr te
hebben geschreven, en dat Dreyfus een ver
rader was.
Op een nieuwe vraag van Labori antwoordt
Roget dat hij aan de bekentenis van Ester
hazy geeu waarde hecht.
Deffes, redacteur van de Temps, zegt, dat
hij op een reis naar Londen Esterhazy heeft
hooren zeggen dat hij de schrijver van het
borderel was.
Trarieux zegt dat hij eerst overtuigd was
van Dreyfus' schuld en spreekt over Picquart,
de knoeierijen etc. Hij voegde hierbij
»Men zal misschien op enkele gedeelten van
hetgeen ik hier heb getuigd terug willen
komen, maar onder de mannen van eer die
naar mij luisteren, zal er geen enkele zijn,
die twijfelt aan de oprechtheid van mijn ge
tuigenis, noch aan de waarheid van hetgeen
ik heh gezegd."
Hij is overtuigd van Dreyfus onschuld eu
Estcrhazy's schuld. Hij verhaalt nu van de
stappen, gedaan bij een buitenlandschen
ambassadeur, die hem, in alle oprechtheid en
op bewogen toon bevestigde dat Dreyfus noch
met hem, noch met weiken militairen attaché
of officier ook betrekkingen onderhield.
Trarieux zegt dat hij van den ambassadeur
toestemming kteeg om zijn verklaringen aan
de justitie over te brengen. Deze diplomaat
deelde hem ook mede dat de vervalsching
van Henry sedert lang bij zijne regeering en
hem bekend was.
De Franschen moeten vreezen, om een
bloedvek op hun geschiedenis te werpen,
door een onschuldige te veroordeelen. Ik
verdenk, vervolgt getuige, niet de oprechtheid
van de rechtersmaar de oprechtheid van
de stukken, die hun zijn voorgelegd.
De inschrijving van de weduwe var, ko
lonel Klobb, thans gesloten, heeft 38.805 frs.
opgebracht, binuen een dag of wat. Maar
mevrouw Klobb wil dat geld niet in ontvangst
nemen Het zal nu strekken om de lijfrente
die de staat aan de nagelaten betrekkingen
der vermoorde officieren zal toekennen, aan
te vullen.
Over het drama in Soedan komen nog tegen
strijdige berichteu wil te verslaan over de
omstandigheden, want de feiten zelf staan
vast. Terwijl de Débats gisteren een artikel
bevatte waarin de schuld geheel op kapitein
Voulet geworpen werd, geeft de Matin het
verhaal van luitenant Peteau, lid der expeditie,
die naar de kust teruggekeerd is omdat hij
niet wilde meedoen aan de bandietenstreek,
en Peieau verzekert dat de hootdschuldige,
de verantwoordelijke aanstichter, kapiteiu
Chanoine is Voulet was slechts een werkiuig.
De expeditie moet gruwelijk huisgehouden
hebben, en nog wel onder welgezinde stam
men. Kou een neger den goeden weg niet
aanw:jzen, dan werd hem het hoofd afgeslagen;
durfde een dorp zich tegen afpersingen ver
zetten, het werd verbrand en de bewoners
over de kling gejaagd. Het was op 't laatst
gewoonte geworden, de hoofden op staken te
zetten en de handen af te houwen. Den 9en
Januari had een troepje een kudde geroofd
en 80 inboorlingen gevangen genomen; dezen
hadden zich verzet. Om een voorbeeld te
stellen, werden 20 moeders met jonge kiuderen
uitgezocht, op eenigen afstand van het kamp
gebracht, en met lanssteken afgemaakt, de
kinderen zoowel als de moeders.
PARIJS, 4 September. Met het oog op
het eindigeu van het proces te Rennes heeft
de minister van oorlog aan de militaire ge
tuigeD gelast Renues dadelijk na de sluiting
der verhooren te verlaten.
De Seuaat is tegen den 18eu September
bijeengeroepen als Hoog Gerechtshof in de
zaak vau Deroulède.
Er is een hevige brand uitgebroken in
het Museum Grévin op den Boulevard Mont
martre.
De Staatsanzeiger maakt bekend Minister
Bosse is op verzoek van zijn ambt ontslagen,
met behoud van titel en rang als minister van
staat en met toekenning van de kroon bij het
grootkruis van de orde van den Rooden Ade
laar met eikenloof. De opperpresident Studt
is tot minister van staat en minister van
eeredienst benoemd. Minister vod der Recke-
is op verzoek van het ambt ontslagen, met
behoud vau titel en rang als minister van
staat en met toekenning van het grootkruis
van de orde van deu Rooden Adelaar met
eikenloof. De regeeringspresident vrijheer
Rheinhaben is benoemd tot minister van staat
en minister van binnenlandsche zaken.
KOPENHAGEN, 4 September. Het Rus
sische keizerlijke stoomschip de Standart is
hedenochtend voor Bcllevue aangekomen. De
Keizer en de keizerin zijn door de geheeta
koninklijke familie van Denemarken ontvangen,
waarna zij naar het kasteel Bernstorff ver
trokken.
De Standard verneemt uit Johannesburg,
dd. SeptemberUit Pretoria wordt gemeld,
dat de regeering besloten heeft, het voorstel
van het vijfjaars-kiesrecht in te trekken, en
den Engelschen agent kennis te geven, dat
zij hem Maandag haar antwoord op Cham
berlain's laatste nota zou overhandigen. De
oorlog wordt nu onvermijdelijk geacht.
De Times verneemt uit Newcastle dd. 3
September: Het bericht, dat deTransvaal-
sche regeering besloten heeft, haar voorstel
van een vijf-jaarskiesrecht in te trekken, wordt
beschouwd als een duidelijk teeken, dat de
vijandelijkheden op het punt staan uit te
breken eu dc krijgswet afkondigd zal worden.
Te Aldershot in Engeland wordt alles in
gereedheid gebracht voor de mobilisatie van
een groote troepenmacht (25.000 man) in
verband met een eventueel gewapend conflict
met Transvaal
De Zuid-Afrikaansche Republiek kan in drie
dagen, '20000 man mobiel maken. Ruim 2000
Duitschers hebben de regeering te Pretoria
hun diensten aangeboden. Naar gemeld wordt,
zou Transvaal geneigd zijn, het voorstel tot
het houden van een conferentie te Kaapstad
aan te nemen.
WAALWIJK, 6 Sept. 1899.
Langstrantsche Administratieve Vereeniging.
Zaterdag werd door de alhier gevestigde
Langstraatsche Administratieve Vereeniging
eene vergadering gehouden in liet hotel
Yerwiel.
Na afdoening van enkele huishoudelijke
zaken, hield de heer L. Elshout, ambt. ter
secr. te Baardwijk, eene alleszins doelmatige
en veelzijdige beschouwing over het onder
werp „kindserkenning".
Voorts werden nog op uitvoerige wijze
besproken de voor 1 Januari a s. in de
verschillende gemeenten vast te stellen be-
lastingverordeningen en de wijze, waarop het
nadeelig slot eener gemeente-rekening moet
worden verrekend.
Aanbesteding.
Door de Hervormde Gemeente alhier werd
Maandagnamiddag ten 2 ure aanbesteed
het verfwerk aan kerk en toren, binnen en
buiten.
Ingeschreven werd als volgt
G. Hens f330.
II. van Erp f 287.
Frits Müllers f276.90.
Gegund aan den laagslen inschrijver.
Atjek.
Bij het departement van koloniën zijn
ontvangen twee van 3 en 4 dezer gedag-
teekende telegrammen van den gouverneur-
generaal van Nederlandsch-Indië. liet eerste,
dat op eene naar het in Midden Sumatra
gelegen landschap Lima Kotta gezonden
expeditie betrekking heeft, luidt„Zonder
strijden onderwierpen zich de hoofden der
Lima Kotta en de radja van Katnpar, na
vergiffenis gevraagd en alle voorwaarden
aangenomen te hebben."
Het tweede telegram, dat de krijgsverrich
tingen in Atjeh betreft, luidt
z/Uit Bivak Djamboe Ajer in de Pasei-
streek is generaal Van Heutsz met cavalerie
via Edi en Langsar naar Koewala Simpang
(Tarniang) getrokken, overal rustig, hoofden
maakten hunne opwachting"
II. 31. dc Koniiigin bij dc manoeuvres.
Van Zaterdag schrijft men uit de leger
plaats bij Millingen
„Hedenochtend op marsch zijnde tot het
houden van een manoeuvre op het Hout-
dorperveld, werd bij het Aardhuis nabij
Appeldoorn (10 uur ongeveer) bericht ont
vangen, dat de Koningin in aantocht was.
Onmiddellijk werd halt gehouden en front
gemaakt ter zijde van den weg. Terwijl de
geweren werden gepresenteerd en de muziek
het Wilhelmus speelde, reed H. M, verge
zeld van twee dames van Haar gevolg, in
een wagentje met twee paarden langs de
troepen.
De Koningin was gekleed in lichtbruin
amazonekostuum met een laag vilten hoedje.
Het vermoeden bestond toen, dat Hare
Majesteit de manoeuvres zou bijwonen en
werkelijk verscheen de Koningiu, ondanks
het zeer slechte weder en de hevige regens,
te paard op het gevechtsveld. Met blijkbaar
veel belangstelling woonde II.M. de oefenin
gen bij, welke door den leider, generaal jhr.
Laman Trip, werden toegelicht. Hoewel de
regen aanhield, bleef H M. te paard en gaf
daardoor zelf een goed voorbeeld aan de
manschappen.
Nieuwe muntstukken.
De munt met den nieuwen beeldenaar van
H.M. de Koningin zal weldra in omloop
worden gebracht. De beeldenaar is door den
heer Pander gegrafeerd, doch de technische
afwerking is aan den bekenden Franschen
graveur Paulin Tasset opgedragen. De keer
zijde der muntstukken, die in de Munt te.
Parijs worden geslagen, is versierd met de
kroon eu bet wapen van Nederland.
Ongelukken.
Een verschrikkelijk ongeluk had Zaterdag
avond omstreeks 11 uur plaats aan het station
te Hoek van-Holland.
De 64-jarige Marie Fritze uit Keuleu, sedert
Dinsdag als noodhulp keukenmeid dienstdoen
de op deu Noord-Exprestrein No. 245. wilde,
ondanks herhaalde waarschuwingen, tijdens
het rangeeren van den trein op het perron
stappen, Ongelukkigerwijs stapt zij mis met
het treurig gevolg, dat zij tusschen de loop
plank eu het perron viel, waarna de wielen
haar over de borstkas gingen.
Terstond was zij een lijk.
Het vreeselijk misvormd lichaam het
hart en de longen hingen er uit werd naar
's Gravenzande vervoerd, waar het Maandag
ter aarde werd besteld.
De politie, ter plaatse aanwezig, consta
teerde eveneens dat de onvoorzichtigheid van
het slachtoffer de oorzaak van het ongeval was.
De 23jarige H. A., van Eindhoven,
reiziger in manufacturen voor een firma te
Zutphen, bezocht verleden week de omstreken
van Ruurloo, doch is sedert spoorloos ver
dwenen. Men vermoedt dat hem een ongeluk
is overkomen.
Zaterdagavond heeft een hevige bliksem
slag een man, K. genaamd, wonende bij den
tol aau den Vleutenscheu weg te Utrecht, zoo
hevig verschrikt, dat hij onmiddelijk daarop
overleed.
Moord.
De rijksjachtopziener de Wit uit Renooi,
bij Leerdam, heeft Zaterdagavond te onge
veer elf uur in de Huigensteeg onder Akkooi,
een zeer eenzamen landweg, in een woorden
twist met de gebroeders de Keizer, op een
der broeders, E. de Keizer, een jongeling van
20 jaren, arbeider op de glasfabriek Leerdam
te Leerdam, een revolverschot gelost, dat hem
van achteren getroffen heeft.
De jongeling is aan de bekomen wonde
overleden. De rijksjachiopziener is gearres
teerd.
De majoor der rijksveldwacht te Gelder—
malsen heeft den rijksjachiopziener A. de Wit,
te Reuooi, gevankelijk" naar Tiel vervoerd.
(*cred.
Ten oosten van Wieringen zag de Urker
visscher G. Baarseu, schipper op de „U. K.
21,Vrijdagmorgen omstreeks 6 uur een vlet
drijveu, waarin hij, dichterbij gekomen, twee
personen bemerkte, die zijn hulp inriepen.
Het waren twee jonge officieren van het te
NieHwediep gestationneerde marineschip „Het
Loo," die Donderdagmiddag eeu zeiltochtje
waren gaan doen, en te vergeefs beproefd
hadden naar hun schip terug te keereti.
Den geheeleu nacht hadden ze in onwe-
der en stortregen gedreven, de boot was vol
water geraakt, en reeds hadden ze de riemen
aan elkaar gebonden om iets te hebben,
waarmee ze, ingeval de vlek zonk, hoopte
te kunnen drijven.
Verkleumd en hongerig werden ze door den
Urker schipper en zijn knecht KI. De Vries
aan boord genomen, waar ze in een deken
gewikkeld, bij een flink vuur en warme kof
fie spoedig op hun verhaal kwamen.
De Urkers, die uit de Noordzee kwamen
en op weg naar hun eiland waren, keerden
nu met hen naar het Nieuwediep terug, van
waar de commandaut van „Het Loo" reeds
met de „Gier" vertrokken was, om de ver
misten te gaan zoeken.
Baardwijk. In den nacht van Zondag op
Maandag ten ongeveer half drie ontstond brand
in een huis bewoond door M. van Leent en
J. Maas en toebehoorende aan den heer
Schoep.
Het perceel brandde geheel af, daar de
brandspuit, omrede der groote droogte niet
direct water kon geven. Toch bleef hij tot
dit perceel beperkt. Weiuig kon gered worden.
Huis eu inboedels zijn verzekerd.
Besoijcn, 2 Sept. Gedeputeerde Staten dezer
provincie hebben het besluit van den Raad
dezer gemeente tot toelating der onlangs ge
kozen raadsleden vernietigd op giond, dat de
Candidatenlijsten slechts door 3 kiezers ge—
teekend waren, met welk getal ouderteekenaars
de Burgemeester op voorlichting van het
weekblad „de Gemeentestem" genoegen had
genomen, terwijl Gedeputeerde eene onder-
teekening van minstens 4 kierers noodzakelijk
achten.
4 Sept. Een eigenaardig schouwspel
leverde Zondag op de nakermis alhier de
koekkraam van deu heer Jansen op. Er zou
tot slot der kermis een jong varken verloot
worden. Het dier, geplaatst in een kooitje
met groen en bloemeD versierd, stond dea
geheeleu dag te kijk en trok, om de grap, bui
tengewoon veel volk. Bij de verlotiug viel
het ten deel aan J. K. alhier, die het onder
levendig gejuich naar zijn huis droeg.
Dussen, 5 Sept. Heden werd alhier be
graven de heer A. Verschuren, lid van 't R.
K. armbestuur. De overledene was bij de
armen zeer geacht, daar hij, belast met den
inkoop van kleeren, enz. steeds zorgde dat
de arme luidjes een degelijk stuk goed ont
vingen.