De Zuid-Afiikaansche oorlog, ""buitenland. Frankrijk. Amerika. Belangrijk BINNENLAND. Jaarmarkt te Waalwijk op DONDERDAG 19 April a, s. een ander ze leert. Hoogstens zouden wij hem kunnen napraten, doch de ware wijs heid behooren wij onder lijden en strijden, maar ook onder opgewekt en vroolijk voor waarts streven, op te doen. En dan, al bepalen zich die ondervindin gen tot kleinen kring, dat doet aan haar waarde niets af. Ook het schijnbaar nietige veldbloempje is een even volmaakt georga niseerde plant als de fraaie orchidee en de groote zonnebloem. Het leven van den mensch ontvangt zijn inhoud door den om gang met menschen en door de indrukken, die daarvan liet gevolg zijn, en dan maakt het weinig uit, of dezen wonen in paleizen of in hutten, want overal vertoont zich het zelfde conflict tusschen den drang van het egoïsme cn de roepstem van edeler gevoelens. Alleen de vormen verschillen. Doch nu is het ook alweer een quaestie van aanleg in de eerste plaats, van goeden wil in de"tweede, welke uitwerking de on dervinding op ons hebben zal. Zij kan ons slechter maken. Met het oog alleen gericht op de duistere plekken in de woelige men- sclienwereld, verliezen wij het vermogen om het licht te zien, en ten slotte zouden wij durven zweren dat het niet bestaat. Ouden van dagen zijn stroef en somber geworden, hebben geen liefde en geen vertrouwen behouden, omdat zij er door ondervinding toe gekomen zijn hun medcmenscben met zekere vijandigheid te bejegenen en tegen over dezen op hun hoede te zijn. Daarne vens zijn er, misschien onder dezelfde om standigheden oud geworden, wier hart geopend blijft en wier hand zich vriendschap pelijk uitstrekt, tegenover dezelfde maat schappij, die voor de eerstbedoelden alle aantrekkelijkheid heeft verloren. Dat komt, omdat er twee factoren zijn, die tot het rijpen van de vruchten der on dervinding samenwerken. Een daarvan, de voornaamste, is het eigen gemoedsleven. Een goed hoveling zorgt, goede boomen te planten, maar zorgt ook, dat de aarde, waarin hij ze plaatst, goed is. Voor ous zeiven mag deze zorg nimmer ontbreken. Het kostelijkste wat het leven schenkt, kan waardeloos worden, als het niet goed be waard, niet goed opgekweekt wordt. Waken wij er voor, dat de ondervinding ons rijker maakt, dat zij ons wijzer en beter (bet worden. WEPENER. Het oorlogsnieuws is in de laatste dagen zeer karig en loopt voornamelijk over Wepener hoe de Engelschen daar ingesloten zitten en standhouden, hoe er hulp voor hen komt opdagen maar voor de belegeraars evenzeer en hoe er tusschen die aanrukkende troepen gevochten wordt. En al die berichten zijn op zijn best onvolledig, vooral voor de plaats bepaling, en dikwijls nog onbetrouwbaar. Het bericht van den nachtelijken uitval van de bezitting te Wepener, waarbij kanonnen vau de Boeren vernield en ettelijken hunner commandanten gedood zijn, kunnen wij veilig alschrijven. Maar hoe de belegerden onder kolonel Dalgetty eerst te Wepener zelf op gesloten heetten te zitten en toen opeens buiten dat dorp aan de Jammerbergsdrift bleken te staan, is nog onopgehelderd. En nu verluidt, dat de Boeren het beleg opge broken hebben. Volgens het eene bericht ziju zij zuidwaarts weggetrokken, volgens het andere zuid- en noordwaarts. Indien 't waar is, dat de Boeren het beleg opgegeven hebben, dan is dat waarschijnlijk, omdat zij vreesden door eeu overmacht af gesneden te zulleu worden. De 3e divisie ouder generaal Chermside, de oude divisie van Gatacre, had Zaterdag haar kamp op geslagen op eeu kleine 30 KM. ten oosteu van den spoorweg ter hoogte ongeveer van Wepener. Dan weten wij, dat generaal Rundie, bevelhebber var. de 8e divisie, voor eenige dagen reeds met zijn staf te Springfontein is aangekomen. Voorts zijn er, volgens een bericht uit Brandfort, uit Bloemfontein troepen tot ontzet van generaal Brabant uitgezonden. Daarmede kan wel bedoeld zijn tot ontzet van kolouel Dalgetty, die tot generaal Bra bant's brigade hoort, want tot vóór eenige dagen was meu in het hoofdkwartier der Boeren blijkbaar in de meening, dat Brabaut zelf te Wepener in de val zat. Toch was de toestand van den generaal zelf in de buurt van Aliwal Noord niet zoo of hij kou wel hulp velen. Er zijn daar trouwens dezer dagen een batterij veldgeschut en een bataljon Somerset Light Iufantry aangekomen. Volgens datzelfde bericht uit Brandfort had comman dant Petrus de Wet (het telegram van Reuter sprak beslist van meer dan een commandant) die troepen, uit Bloemfontein Brabant te hulp snellende, aangetast, met welken uitslag bleef onvermeld. Uit al die betichten kan men opmaken dat Lord Roberts alle maatregelen nam om zoowel den in het nauw gebrachten troep bij Wepener te ontzeilen als de belegeraars zelf te overvleugelen. Misschien ook voorzageu deze, dat de Engelschen met een groot leger, eenige tienduizenden b. v., uit Bloem- fontein naar Thaba'nchu en Ladybrand zouden trekken, een leger dat de Boeren te San- naspost wel niet zouden kunnen tegenhouden, en hun dus bij Wepener naar het noorden den uitweg afsnijden. Rukte dan de 3e divisie oostwaarts en de 8e noordoostwaarts op Wepener aan, dau waren de Boeren zeker in een lastige positie geraakt. Bovendien mag men nu eindelijk misschieu gelooven, dat de Basoeto's aan de grens klaar staan, naar het heet om de Boeren uit hun land te houdiB, maar misschien ook om den in den rug aan te vallen, althans te bedi eigen. Al deze dingen bij elkaar zijn voldoende reden voor de Boereu om Wepener los te laten. Wat zij nu echter in het zuiden iu hun schild voeren begrijpen wij nog niet. De Eugelschen correspondenten spreken iD de laatste dagen telkens in bedekte bewoor dingen van een grooten slag, dien LordRobeits op het punt staat te slaan. Zullen wij daar spoedig van hooren De militaire medewerker van de '1 imes berekent de sterkte van de troepen, waar mede Lotd Roberts zijn opuiarsch van Bloem fontein zal beginnen. Toen hij den 12den Februari den Vrijstaat binnenviel, had hij 11,000 bereden manschappen, 23,000 man infanterie en 98 kanonnen van allerlei aard. Sedert dien hebben zich bi; hem gevoegd de garde-brigade en de brigade onder ge neraal Clements, en buitendien nog groote versterkingen van Imperial Yeomaniy en troepen uit de koloniën. Hij heeft een ca valerie—divisie tot zijn beschikking van drie biigades onder de generaals Porter, Broad- wood en Gordon de brigade van generaal Dickson staat vermoedelijk langs de verbin dingslijn verder vijf infanteriedivisie, acht batterijen rijdende artillerie, ongeveer 20 batterijen veldartillerie en den belegerings— trein. Veel hangt natuurlijk af van het aantal troepen dat wordt achtergelaten tot bescherming van de lijn tusschen Bloemfontein en Springfontein, en de sterkte van het garnizoen dat te Bloemfontein büjft. Maar als Lord Roberts met een beweeglijke krijgs macht van 40.000 man optrekt en zij kan gemakkelijk 50,000 man sterk zijn en zijn belegeringstrein ongehinderd naar het Noorden kan brengen, acht de man van de Times het niet waarschijnlijk dat hij op eenigen tegenstand zal stuiten, dien hij niet met medewerking van Bulier en Carrington, ie boven zal kunnen komen. Laffan seint uit Pretoria dat generaal de la Rey en zijn commando's Lord Methuen s troepen afwachten tusschen Hoopslad en de Vaals. De opening der Parijsche Tentoonstelling De correspondent van de N. R. Ct. schrijft De deelneming van de stad Parijs, door de versiering van rijks- en gemeente-gebouwen, in den feestdag van heden heeft zich vrijwel bepaald tot een herhaling vau hetgeen wij eiken veertienden Juli te zien krijgen. De Kamer van Algevaardigden, de Cercle raili taire, de ministeries en de verschillende ma gazijnen, om van alles wat te noemen, heb ben hun gewonen vlaggentooi met een toe passelijk schildje voor den dag gehaald en de Parijzenaar op een zeer enkele uitzonde ring na heeft zich onthouden. Iets opvallend feestelijks heeft Parijs vandaag niet gehad. De tentoonstelling zelve had dat wel. Het zag er hier met die opgeredderde, gelijkge maakte en bijna zou meu kunnen zeggen, bijgeharkte terreinen zoo echt-Zondagsch uit. De drukte der laatste maanden, de overgroote haast waarmede de laatste dagen is gewerkt met eenige honderden militairen als aanvullende werkkrachten hadden plaats gemaakt voor de deftige kalmte van een rust dag en de rijen soldaten langs de hoofdwe gen, welke de president, de ministers, de verdere autoriteiten en de genoodigden had den te volgen, versterkten door hun verre leegten nog dien indruk van statige rust. Het op de terreinen toegelaten publiek had zich natuurlijk achter de soldaten geschaard, zoodat ook daarvan, trouwens een beperkt getal van duizenden, geen druk geloop en gewoel merkbaar was. Maar dat waren de indrukken welke men kreeg bij het komen buiten op het Champ de Mars na afloop van de openingsplechtig heid. En dat kijkje was bijzonder verras send, een verrassing bijna even sterk als hel eerste oogenblik het binnenkomen in de feestzaal. Dat men zou slagen alle gedach ten aan niet af zijn zóóver terug te dringen, had ik mij niet kunnen voorstellen. Eerst toen men een geruimeu tijd om zich heen had gekeken, werd men gewaar hoeveel nog ontbrak en hoe hier en daar een voorgehan gen drapeiie, meestal een lap in de kleur, een leemte of opening bedekte. En toen zag men ook dat de verf een grondkleurtje was, ongelijk opgedroogd of met nog natte vlekken. Maar die bijzonderheden vielen niet op in den totaalaanblik. Die deed een roep van bewoudering opgaan, bewondering over den reuzenarbeid, welke hier in weinige dagen was volvoerd, bewondering ook over de zaal op zich zelve. De indrukwekkende afmetingen, tot een toch zoo harmonisch ge heel verwerktde stemmige kleuren, geel en resedagroen en zacht rood, waarop de orna menten in wit het mooie plafond van gebrand glas, waardoor het licht warm getemperd heenvielde eeretrap, breed en hoog met den rooden looper zacht kleurend op de, zag ik later, ongeverfde treden zij vormden een overweldigend geheel. En aan het eiude der eeretrap in rose zijde met gobelins behangen, een eenig-mooien achter grond vormende, een salon. De zaal beneden geheel gevuld; eromheen in vier oploopende halve—cirkelbogen van de zaal uit elk door pijlers iu drieGn gedeeld, het groote publiek der genoodigden, duizenden en duizenden. Bijna geen vlaggentooi; de zware officieele draperie van rood en goud enkel achter de estrade, waarop de vergulde stoeltjes voor president Loubet, de ministers, de ambassa deurs en de leden van het corps diplomatique Men had het aan de zaal overgelaten met haar eigen schoonheid deze plechtigheid te omlijsten en zij deed dat voortreffelijk met haar machtige lijnen en bogen, haar egale, rustige kleuren, haar rijken eenvoud. Nog nooit heb ik zooveel verschillende uniformen en galarokken en kostuums bijeen- gezien als bij deze gelegenheid. De gala— kleeding der Hongaren de helmen met de zilveren adelaars van Russen de roode fezzen der Turken de zwarte astrakan mutsen der Perzen de pluimen van alle kleuren en vorm afvallende langs steken en helmen en sjakos, of hoog opstekende uit beienmutsen daar onder het boute gewoel van al die besterde rokken, streng militair van snit of rijke hof- kleedij hei was op de officieele estrade en er onder, waar de buitenlandsche com missarissen en gedelegeerden hun plaatsje hadden, een schitierend gewemel. En toen vervolgens langs de eeretrap de gardes ie paard zich kwamen scharen in hun altijd even decoratieve uniform, de karabijn aan den voet, was het oogenblik gekomen waar op de president der republiek verschijnen kon. Het protocol voorop, de ministers achter hem, kwam Loubet, onder het spelen der Marseillaise, binnen, door het publiek zonder warmte begroet. Wat nu verder volgde, was een koude zich door niets bijzonders kenmerkende plechtigheid. Een plechtigheid is eigenlijk nog niet de juiste uitdrukkiug, want iets plechtigs had geen enkel nummer van het program. De muziek was matig of. miste haar wer king in de groote zaal Millerand trachtte zich te doen verstaan en Loubet die het lorgnet opzette bij het lezen van zijn rede voering, beproefde hetzelfde maar met nog minder succes. Toen dc president ops'ond, werden hem nog al wat leve's toegeroepen van verschillende zijden, een rumoer van stemmen, een gezwaai van eenige honderden hoeden, maar tot een grootsche manifestatie is het niet gekomen. De vereenigde dui zenden misten eeu middenpunt, vonden het oogenblik, niet waarop aller stem tot één machtig akkoord kon opklinken. En zoo zal de meerderheid stellig gedacht hebben dat de zitting lang genoeg duurde. Het oog kon blijven genieten; voor oor en hart weid niets geschonken. Vervolgens stroomde de zaal uit achter den president en ziju omgeving aan en de eeretrap op en toen van boven neergezien op de vele reeds verlaten bankenrijen zag men nog duidelijker hoeveel ontbrak, zelfs alle banken rog niet bekleed, maar werd men ook opnieuw getroffen door de bijzon der gelukkige verhoudingen van het geheel, in zijn harmonie van lijn, afmeting en kleur. Dadelijk in het salon zoo heel mooi doen de van verre, zag men hoe alles maar een voorloopige aankleeding was en die indruk werd niet weggenomen bij de verdere wan deling. Hongarije had zich opgesierd met koorden en kwasten in de nationale kleuren in de Vereenigde Staten stond een vereeni— ging geschaard met vlaggen maar stond ook een steiger met werklieden. Kijkers maar naar den voorbijtrekkenden stoet. Het elec- triciteitspaleis van weerszijden teekende zich bij het naar buiten komen uit in zijn groote vormen van het waterkasteel ervóór waren de bekkens waarin en waarlangs het water zal afplassen ongeveer opgemetseld. Een mooi en imposant brok ook nu, waarvoor beneden dc president eD zijn omgeving een paar minuten bleven staan. Rechts en links gevels, vooral de hoofdingangen welke nog onvoltooid waren, met kijkende werklieden uit wier midden telkens wat hoera's opstegen. Het publiek achter de rij infanteristen was kalmer, bepaalde zich als regel tot toezien en opmerkingen wisselen. Onder den Eif- feltoren door, waar ik naast Meicier kwam te loopen en waar ik eensklaps in de mod der wegzakkende, merkte dat ook het ter rein maar schijnbaar op orde was gemaakt toen de Jenabrug over waar van het restau rant aan den oever het personeel der En gelsche koloniën Loubet toejuichte en hier rechts beneden zag ik den officieelen stoet scheep gaan, door Crozier aan de brug to' de versierde pont gecoutroleerd. Achter de boot met de militaire kapel, en dus met Loubet, volgden kamerleden en senatoren, een kleine flotille welke langzaam wegstoomde in een gewarrel van zacht uitwaaiende vlag gen, onder een lekker zonneije, over het even opkrullende water. Ik ben het Trocadéro opgewaudeld, waar ik werkelijk getroffen werd door het keurig geheel dat Nederlandsch-Indië nu maakte, van buiten gereed en van alle werkrommel voor heden ontlast. Een flinke driekleur plooide van een vlaggestok links zijn mooie banen uit, terwijl aan de rechterzijde een oranjevaan haar warme kleurplek deed glan zen tegen het ruige dak van het Sumatra- huis. Tegen het middenterras in flinke let ters geschilderd Indes Néerlaudaises. Ik was daarna nog juist tijdig genoeg weer aan de monding der nieuwe avenue op de Champs Elysées om hier aan zijn eindpunt den stoet op te wachten. Een aardig gezicht zooals de stoet met een dubbel gelid agen ten voorop kwani aanwandelen tusschen he' rood en grijsblauw der infanteristen, waarlangs de witte handschoenen aan de geweren streepten. Hier stoud de landauer la daumont gereden klaar een leelijk vier- spanneije dat er voor was en was Mont- jairet aan het geuren boven op zijn paard. De landauer reed voor de president stapte in andere rijtuigen kwamen andere autori teiten opnemen; een gedraaf van escortes; een haasiig geloop van het druk hebbende agenten wegtrekkende troepen, en weldra was de Avenue des Champs Elysées weer iu haar gewone doen. De wereldtentooustelliug is officieel geopend morgen de eerste dag voor het publiek. Zondag den eersten dag dat de wereldten toonstelling open was voor het publiek, zijn er 118,630 betalende bezoekers .geweest, te gen 111,295 op den eersten dag in 1889. Maandag heeft president Loubet zijn eer ste officieele tentoor.stellingsdiner op het Elysée gehouden. Er waren 267 gasten, onder wie de Frausche en buitenlandsche commissarissen-generaal en andere hooge tentoonstellings-autoriteiten. Daarna begint de lange reeks van diners, bals, receptie^ gegeven door ministers enz. De commissaris-generaal en de minister Miilerand ontvangen van alle kanten tele grammen van gelukwensch, waaronder vele uit Rusland. De President heeft o. a. tele grammen van den Tsaar en vanMacKinley gekregen. Vele buitenlandsche bladen wijden hoofd artikelen aan de tentoonstelling. Zij leggen daarbij nadruk op Frankrijk's wensch naar vrede. Ook de Times doet ditmaar be weert tevens dat de Fiauscheu geneigd zijn om aan hun show een wereldbeteekenis te geven die zij niet heeft en voorspelt dat het bezoek der Engelschen ditmaal wegens de omstandigheden, waaiin het koninkrijk ver keert, minder zal zijn dan anders verwacht had kunnen worden. Boosdoe.-ers hebben Zondagnacht in de kerk te Aubervilliers ingebroken, de kerk— sietadeu en kostbaarheden geroofd, allerlei vernieling aangericht en vervolgens de kerk op vijf plaatsen in brand gestoken. Toen de rook -bemeikt werd, was het al te laat. De twee torens stonden in volle vlam een stortte in en bedolf twee mannen, die ernstig gewond werden. Overigens was men den brand betrekkelijk gauw meester en het ge bouw bleef grooteudeels behouden. Te Crotondarr, in den staat van New York, dreigen ernstige ongeregeldheden, in verband met een werkstaking van Italianen. Dezen hebben zich in de heuvels bij die plaats met geweren verschanst en hebben gedreigd een grooten dam in de lucht te laten vliegen, tengevolge waarvan de voor naamste watertoevoer van New York zou afgesneden worden en het Croton dal zou rolloopen. Er zijn 600 man cavalerie en infanterie onder de wapenen geroepen. De werkstakers verlangen hooger loon. De Ita— liaansche consul heeft vergeefs beproefd hen tot rede te brengen. is de gcluksaankondiging van Samuel Ileckscher senr. in Hamburg, welke zich in het huidige nommer van onze courant bevindt. Dit huis heeft zich door zijn prompte en stilzwijgende uitbetaling der hier en in den omtrek gewonnen bedragen een zoo goede faam verworven, dat wij al onze lezers aanbevelen op zijn hui dige advertentie acht te geven. WAALWIJK, 18 April 1900. Alg. Ned. Verbond van Schoenfabrikanten. Volgens achterstaande advertentie zal Maandag 23 April a. s. des namiddags ten 1 ure iu de zaal „Musis Sacrum" alhier eene algemeene vergadering van schoenfabri kanten worden gehouden. De punten van behandeling zijn a. Het vaststellen de statuten en van huishoudelijk reglement. (Van beiden ziju concepten opgemaakt en ter inzage bij de commissie-leden.) b. Het benoemen van een definitief be stuur en hetgeen er volgens de vastgestelde statuten te behandelen zijn. c. Alle nog ingekomen onderwerpen Een woord van aanmoediging tot de schoenfabrikanten van Waalwijk, de Lang straat en Omstreken zal wel niet noodig zijn, waar het deze algemeene vergadering geldt, inet zulke gewichtige punten van be handeling tot onderwerp als hierboven zijn vermeld. Om tot het door dezen Bor.d beoogde doel te komen is trouwe opkomst ter vergadering dringend noodzakelijk, want alleen onderlinge samenwerking tot eeu machtig geheel vermag wat. Wij vestigen ook nogmaals uitdrukkelijk de aandacht van belanghebbenden erop dat de vergadering niet zooals op de oproepings biljetten staat, Woensdag maar Maandag 23 April a. s. wordt gehouden. Lezing. A. s. Maandag 23 April des avonds ten 7 ure, zal de Eerw. Pater van Schijndel uit Maastricht, daartoe uitgenoodigd door het Bestuur der vereeniging, eene lezing houden, voor de leden- buitengewone- en eereleden der vereeniging //Geloof en We tenschap alhier, in de achterzaal van het hotel Verwiel. Onderwerp De roeping der vereeniging //Geloot en Wetenschap.* Matineé Liedcrtafel. Maandag j.l. bood de Liedertafel Oefe ning en Vermaak* haren honorairen leden een groote matinee aan, daar wegens het ver- gevorde seizoen de avonden zich slecht meer leenen tot een concert. Het publiek was niet zeer talrijk, wat wel te bejammeren was, daar de verschillende stukken zeer goed ge zongen werden. Het best konden on3 vol doen het Pelgrimskoor van Wagner en Loof den Heer van de Vliegh. U. L. Onderwijs. Na de Paaschvacantie, zal naar men ons meldt, de nieuwe bovenschool in gebruik genomen worden. Hierdoor zal de splitsing van het gewoon en LJ. L. Onderwijs tot stand gekomen ziju. Staatsloterij. Bij de Maandag gehouden trekking der Staatsloterij zijnde f25000 gevallen opeen nummer, waarvan 5 twintigsten in onze ge meente geplaatst waren. De loterijvereeniging n Vooruitgang zij ons Doel* gevestigd bij den heer Chr. Appels en eene andere bij den heer H. Appels en drie particulieren waren <le gelukkigen. Wij wen- schen hen van harte proficiat met dit mooie buitenkansje. Brand. Gisteravond ontstond er in onze gemeente een begin van brand, die nog tijdig kon worden gebluscht. Het Boereu-driemanschap. Het Boerengezantschap vertoeft sedert Zondag 11. in Den Haag. Op het register dat in het Hóiel des Indes voor belangstellenden ter teekening ligt, schrijven zich stteds zeer velen in, vooral actief-dienende cn gepei sionneerde opper-, hoofd- en verdere officieren van het Ncder- laudsche en het Indische leger: o. a. luite nant generaal V-etter. Voorts leggen door inschrijving van hun naam getuigenis van hunne belangst- Hing af vele stadgenooten, die op de eene of andere wijze met dc republieken in ambtelijke of andere betrek king staan, zooals de heer Canned, vice-consul der Zuid-Afrikaansche Republiek alhier, mr. Bevers, lid van de commissie voor emigratie naar Transvaal; dr. Blink, voorzitter van de Haagsche afdeeling der Nederlandsch Zuid- Afrikaansche Vereeniging. Ook leden vau de verschillende rechtscollegien schrijveu zich in. Tot de weinige heeren, die gisteren door de deputatie ontvangen werden, behoorde luit.-generaal J. E. N. baron Schimmelpen- ninck van der Oye, lid van de Eerste Kamer, die voorzitter was van het comité dat indertijd, voor het uitbrekeu van den oorlog, in de residentie een bijeenkomst voor de Boeren organiseerde. Het driemanschap bracht gisteren den avond door ten huize van de douairière Beelaerts van Blokland. Daar waren ook de minister! Pierson en de Beaufort, die heu ook ten hun ne* huize hebben ontvangen. De Zuid-Afrikaansche heeren hopen tot een audiëntie bij H. M de Koningin toe gelaten te worden. In de jongste Haagsche kroniek der z/N. Gron. Ct.* lezen wij i/De komst in Europa van het Transvaal- sche Driemanschap, dat ten doel heeft zoo mogelijk eeu vrede voor te bereiden, die de eer van Engeland en de onafhankelijkheid der beide Zuid-Afrikaansche Republieken on gerept zou laten, wordt in diplomatieke kringen als een feit beschouwd, dat wellicht spoedig reeds tot het gewenschte resultaat kan leiden. De deputatie zal ook ons land bezoeken en men kan er zeker van zijn, dat ook onze Regeering, zoo er mogelijkheid toe bestaat, niet zal achterwege blijven om haar goede diensten aan te bieden of het gezant schap behulpzaam te zijn in het gebruik van de beste middelen om tot een gewenschte oplossing te komen. Heb ik u vroeger me degedeeld, wat eerst dezer dagen v^n andere zijden als een splinternieuwe ontdekking werd geconstateerd, dat onze Koningin voor het uitbreken van den oorlog door een ei- genhandigen brief aan Koningin Victoria heeft getracht die ramp te verhoeden, ik kan u thans verzekeren, dat ons Ministerie nog niet heeft opgehouden om, door alle geoor loofde middelen invloed uit te oefenen op de gezindheid der Mogendheden, ten einde, zoodra het oogenblik er toe gekomen schijnt, een hernieuwde poging te doen om den vrede te herstellen. Zoowel in Europa als in Amerika moet, in de regeeringskringen, de overtuiging veld winnen, dat een spoedig einde aan den oor log moet komen, niet enkel om der wille van recht en humaniteit, maar ook ter voor koming vau een voor Engeland noodlottige catastrophe en langzamerhand zijn het voor al de oprechte vrienden van Groot-Brittan- nië, die te Londen beginnen te vertoogen dat eene beëindiging van den strijd in hooge mate gewenscht is, ook voor Engelands be lang en toekomst. Het wordt dan ook niet onmogelijk geacht dat binnen enkele weken, naar aanleiding van het optreden der Trans- vaalsclie deputatie, door verscheidene Mo gendheden te samen en daaronder zoowel de Fransche Republiek als de Vereenigde Staten aan Engeland een voorstel zal worden gedaan om een wapenstilstand, voor de Zuid-Afrikaansche Republieken in over weging te geven, te aanvaarden, teneinde daarna tot onderhandelingen over herstel van den vrede te komen. Men is geneigd de reis, deze week door den Amerikaanschen gezant naar Parijs gemaakt, met dit plan in verband te brengen. En mocht het gelukken dit aanvankelijk resultaat te verkrijgen, dan zal het nrbitrage tractaat der Haagsche vre- des-conferentie vermoedelijk spoediger dan menigeen dacht, blijken zeer schoone vruch ten te dragen, want dan zal naar het zich laat aanzien, inmiddels het Hof van arbitrage tot stand gebracht worden en tot beslechting der Anglo-Afrikaansche geschillen het eerst in werking treden. Met mij zullen ongetwijfeld honderddui zenden in en buiten ons land de vurige be de koesteren, dat wat ik hier schreef op grond van een gesprek met eeu wel-inge- licht en zeer betrouwbaar zegsman zich dra moge verwezenlijken. Hofbericht. Wij lezen in de Haagsche Kroniek der ,/N. Gron. Ct." #Onze Koningin, die het schoone voor beeld barer beminde Moeder in dit opzicht trouw schijnt te blijven volgen, heeft ook dit jaar de dagen vóór 't Paaschfeest ge bruikt om liefdadigheidsinstellingen, zieken en weesinrichtingen, te bezoeken. „In de reisplannen is een kleine wijzi ging gekomen. Van Dinsdag 24 tot 30 April bezoeken de Vorstinnen de hoofdstad, om dien Maandag, den laatsten Aprildag, recht streeks uit Amsterdam naar Arolsen te ver trekken, ter bijwoning van het in de eerste Meidagen te sluiten huwelijk van prinses Elisabeth van WaldeckPyrmont. nDenkelijk blijven de Koninginnen tot 3 of 4 Mei in de Waldecksche Residentie om dan naar Thüringen te gaan, waar zij een week of wat zullen vertoeven. Na haar te rugkeer betrekken H.H. M.M. het lustslot

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1900 | | pagina 2