De Zuid-Afiikaansche oorlog,
""buitenland.
Frankrijk.
Amerika.
Belangrijk
BINNENLAND.
Jaarmarkt te Waalwijk
op DONDERDAG 19 April
a, s.
een ander ze leert. Hoogstens zouden wij
hem kunnen napraten, doch de ware wijs
heid behooren wij onder lijden en strijden,
maar ook onder opgewekt en vroolijk voor
waarts streven, op te doen.
En dan, al bepalen zich die ondervindin
gen tot kleinen kring, dat doet aan haar
waarde niets af. Ook het schijnbaar nietige
veldbloempje is een even volmaakt georga
niseerde plant als de fraaie orchidee en de
groote zonnebloem. Het leven van den
mensch ontvangt zijn inhoud door den om
gang met menschen en door de indrukken,
die daarvan liet gevolg zijn, en dan maakt
het weinig uit, of dezen wonen in paleizen
of in hutten, want overal vertoont zich het
zelfde conflict tusschen den drang van het
egoïsme cn de roepstem van edeler gevoelens.
Alleen de vormen verschillen.
Doch nu is het ook alweer een quaestie
van aanleg in de eerste plaats, van goeden
wil in de"tweede, welke uitwerking de on
dervinding op ons hebben zal. Zij kan ons
slechter maken. Met het oog alleen gericht
op de duistere plekken in de woelige men-
sclienwereld, verliezen wij het vermogen om
het licht te zien, en ten slotte zouden wij
durven zweren dat het niet bestaat. Ouden
van dagen zijn stroef en somber geworden,
hebben geen liefde en geen vertrouwen
behouden, omdat zij er door ondervinding
toe gekomen zijn hun medcmenscben met
zekere vijandigheid te bejegenen en tegen
over dezen op hun hoede te zijn. Daarne
vens zijn er, misschien onder dezelfde om
standigheden oud geworden, wier hart
geopend blijft en wier hand zich vriendschap
pelijk uitstrekt, tegenover dezelfde maat
schappij, die voor de eerstbedoelden alle
aantrekkelijkheid heeft verloren.
Dat komt, omdat er twee factoren zijn,
die tot het rijpen van de vruchten der on
dervinding samenwerken. Een daarvan, de
voornaamste, is het eigen gemoedsleven.
Een goed hoveling zorgt, goede boomen te
planten, maar zorgt ook, dat de aarde, waarin
hij ze plaatst, goed is. Voor ous zeiven
mag deze zorg nimmer ontbreken. Het
kostelijkste wat het leven schenkt, kan
waardeloos worden, als het niet goed be
waard, niet goed opgekweekt wordt. Waken
wij er voor, dat de ondervinding ons rijker
maakt, dat zij ons wijzer en beter (bet
worden.
WEPENER.
Het oorlogsnieuws is in de laatste dagen
zeer karig en loopt voornamelijk over Wepener
hoe de Engelschen daar ingesloten zitten en
standhouden, hoe er hulp voor hen komt
opdagen maar voor de belegeraars evenzeer
en hoe er tusschen die aanrukkende troepen
gevochten wordt. En al die berichten zijn
op zijn best onvolledig, vooral voor de plaats
bepaling, en dikwijls nog onbetrouwbaar.
Het bericht van den nachtelijken uitval
van de bezitting te Wepener, waarbij kanonnen
vau de Boeren vernield en ettelijken hunner
commandanten gedood zijn, kunnen wij veilig
alschrijven. Maar hoe de belegerden onder
kolonel Dalgetty eerst te Wepener zelf op
gesloten heetten te zitten en toen opeens
buiten dat dorp aan de Jammerbergsdrift
bleken te staan, is nog onopgehelderd. En
nu verluidt, dat de Boeren het beleg opge
broken hebben. Volgens het eene bericht
ziju zij zuidwaarts weggetrokken, volgens het
andere zuid- en noordwaarts.
Indien 't waar is, dat de Boeren het beleg
opgegeven hebben, dan is dat waarschijnlijk,
omdat zij vreesden door eeu overmacht af
gesneden te zulleu worden. De 3e divisie
ouder generaal Chermside, de oude divisie
van Gatacre, had Zaterdag haar kamp op
geslagen op eeu kleine 30 KM. ten oosteu
van den spoorweg ter hoogte ongeveer van
Wepener. Dan weten wij, dat generaal Rundie,
bevelhebber var. de 8e divisie, voor eenige
dagen reeds met zijn staf te Springfontein
is aangekomen. Voorts zijn er, volgens een
bericht uit Brandfort, uit Bloemfontein troepen
tot ontzet van generaal Brabant uitgezonden.
Daarmede kan wel bedoeld zijn tot ontzet
van kolouel Dalgetty, die tot generaal Bra
bant's brigade hoort, want tot vóór eenige
dagen was meu in het hoofdkwartier der
Boeren blijkbaar in de meening, dat Brabaut
zelf te Wepener in de val zat. Toch was
de toestand van den generaal zelf in de
buurt van Aliwal Noord niet zoo of hij kou
wel hulp velen. Er zijn daar trouwens dezer
dagen een batterij veldgeschut en een bataljon
Somerset Light Iufantry aangekomen. Volgens
datzelfde bericht uit Brandfort had comman
dant Petrus de Wet (het telegram van Reuter
sprak beslist van meer dan een commandant)
die troepen, uit Bloemfontein Brabant te
hulp snellende, aangetast, met welken uitslag
bleef onvermeld.
Uit al die betichten kan men opmaken
dat Lord Roberts alle maatregelen nam om
zoowel den in het nauw gebrachten troep bij
Wepener te ontzeilen als de belegeraars zelf
te overvleugelen. Misschien ook voorzageu
deze, dat de Engelschen met een groot
leger, eenige tienduizenden b. v., uit Bloem-
fontein naar Thaba'nchu en Ladybrand zouden
trekken, een leger dat de Boeren te San-
naspost wel niet zouden kunnen tegenhouden,
en hun dus bij Wepener naar het noorden
den uitweg afsnijden. Rukte dan de 3e
divisie oostwaarts en de 8e noordoostwaarts
op Wepener aan, dau waren de Boeren zeker
in een lastige positie geraakt. Bovendien
mag men nu eindelijk misschieu gelooven,
dat de Basoeto's aan de grens klaar staan,
naar het heet om de Boeren uit hun land te
houdiB, maar misschien ook om den in den
rug aan te vallen, althans te bedi eigen. Al
deze dingen bij elkaar zijn voldoende reden
voor de Boereu om Wepener los te laten.
Wat zij nu echter in het zuiden iu hun schild
voeren begrijpen wij nog niet.
De Eugelschen correspondenten spreken iD
de laatste dagen telkens in bedekte bewoor
dingen van een grooten slag, dien LordRobeits
op het punt staat te slaan. Zullen wij daar
spoedig van hooren
De militaire medewerker van de '1 imes
berekent de sterkte van de troepen, waar
mede Lotd Roberts zijn opuiarsch van Bloem
fontein zal beginnen. Toen hij den 12den
Februari den Vrijstaat binnenviel, had hij
11,000 bereden manschappen, 23,000 man
infanterie en 98 kanonnen van allerlei aard.
Sedert dien hebben zich bi; hem gevoegd
de garde-brigade en de brigade onder ge
neraal Clements, en buitendien nog groote
versterkingen van Imperial Yeomaniy en
troepen uit de koloniën. Hij heeft een ca
valerie—divisie tot zijn beschikking van drie
biigades onder de generaals Porter, Broad-
wood en Gordon de brigade van generaal
Dickson staat vermoedelijk langs de verbin
dingslijn verder vijf infanteriedivisie,
acht batterijen rijdende artillerie, ongeveer
20 batterijen veldartillerie en den belegerings—
trein. Veel hangt natuurlijk af van het
aantal troepen dat wordt achtergelaten tot
bescherming van de lijn tusschen Bloemfontein
en Springfontein, en de sterkte van het
garnizoen dat te Bloemfontein büjft. Maar
als Lord Roberts met een beweeglijke krijgs
macht van 40.000 man optrekt en zij kan
gemakkelijk 50,000 man sterk zijn en
zijn belegeringstrein ongehinderd naar het
Noorden kan brengen, acht de man van de
Times het niet waarschijnlijk dat hij op
eenigen tegenstand zal stuiten, dien hij niet
met medewerking van Bulier en Carrington,
ie boven zal kunnen komen.
Laffan seint uit Pretoria dat generaal de
la Rey en zijn commando's Lord Methuen s
troepen afwachten tusschen Hoopslad en de
Vaals.
De opening der Parijsche Tentoonstelling
De correspondent van de N. R. Ct. schrijft
De deelneming van de stad Parijs, door de
versiering van rijks- en gemeente-gebouwen,
in den feestdag van heden heeft zich vrijwel
bepaald tot een herhaling vau hetgeen wij
eiken veertienden Juli te zien krijgen. De
Kamer van Algevaardigden, de Cercle raili
taire, de ministeries en de verschillende ma
gazijnen, om van alles wat te noemen, heb
ben hun gewonen vlaggentooi met een toe
passelijk schildje voor den dag gehaald en
de Parijzenaar op een zeer enkele uitzonde
ring na heeft zich onthouden. Iets opvallend
feestelijks heeft Parijs vandaag niet gehad.
De tentoonstelling zelve had dat wel. Het
zag er hier met die opgeredderde, gelijkge
maakte en bijna zou meu kunnen zeggen,
bijgeharkte terreinen zoo echt-Zondagsch
uit. De drukte der laatste maanden, de
overgroote haast waarmede de laatste dagen
is gewerkt met eenige honderden militairen
als aanvullende werkkrachten hadden plaats
gemaakt voor de deftige kalmte van een rust
dag en de rijen soldaten langs de hoofdwe
gen, welke de president, de ministers, de
verdere autoriteiten en de genoodigden had
den te volgen, versterkten door hun verre
leegten nog dien indruk van statige rust.
Het op de terreinen toegelaten publiek had
zich natuurlijk achter de soldaten geschaard,
zoodat ook daarvan, trouwens een beperkt
getal van duizenden, geen druk geloop en
gewoel merkbaar was.
Maar dat waren de indrukken welke men
kreeg bij het komen buiten op het Champ
de Mars na afloop van de openingsplechtig
heid. En dat kijkje was bijzonder verras
send, een verrassing bijna even sterk als hel
eerste oogenblik het binnenkomen in de
feestzaal. Dat men zou slagen alle gedach
ten aan niet af zijn zóóver terug te dringen,
had ik mij niet kunnen voorstellen. Eerst
toen men een geruimeu tijd om zich heen
had gekeken, werd men gewaar hoeveel nog
ontbrak en hoe hier en daar een voorgehan
gen drapeiie, meestal een lap in de kleur,
een leemte of opening bedekte. En toen
zag men ook dat de verf een grondkleurtje
was, ongelijk opgedroogd of met nog natte
vlekken. Maar die bijzonderheden vielen
niet op in den totaalaanblik. Die deed een
roep van bewoudering opgaan, bewondering
over den reuzenarbeid, welke hier in weinige
dagen was volvoerd, bewondering ook over
de zaal op zich zelve. De indrukwekkende
afmetingen, tot een toch zoo harmonisch ge
heel verwerktde stemmige kleuren, geel en
resedagroen en zacht rood, waarop de orna
menten in wit het mooie plafond van
gebrand glas, waardoor het licht warm
getemperd heenvielde eeretrap, breed en
hoog met den rooden looper zacht kleurend
op de, zag ik later, ongeverfde treden zij
vormden een overweldigend geheel. En aan
het eiude der eeretrap in rose zijde met
gobelins behangen, een eenig-mooien achter
grond vormende, een salon. De zaal beneden
geheel gevuld; eromheen in vier oploopende
halve—cirkelbogen van de zaal uit elk door
pijlers iu drieGn gedeeld, het groote publiek
der genoodigden, duizenden en duizenden.
Bijna geen vlaggentooi; de zware officieele
draperie van rood en goud enkel achter de
estrade, waarop de vergulde stoeltjes voor
president Loubet, de ministers, de ambassa
deurs en de leden van het corps diplomatique
Men had het aan de zaal overgelaten met
haar eigen schoonheid deze plechtigheid te
omlijsten en zij deed dat voortreffelijk met
haar machtige lijnen en bogen, haar egale,
rustige kleuren, haar rijken eenvoud.
Nog nooit heb ik zooveel verschillende
uniformen en galarokken en kostuums bijeen-
gezien als bij deze gelegenheid. De gala—
kleeding der Hongaren de helmen met de
zilveren adelaars van Russen de roode fezzen
der Turken de zwarte astrakan mutsen der
Perzen de pluimen van alle kleuren en vorm
afvallende langs steken en helmen en sjakos,
of hoog opstekende uit beienmutsen daar
onder het boute gewoel van al die besterde
rokken, streng militair van snit of rijke hof-
kleedij hei was op de officieele estrade
en er onder, waar de buitenlandsche com
missarissen en gedelegeerden hun plaatsje
hadden, een schitierend gewemel. En toen
vervolgens langs de eeretrap de gardes ie
paard zich kwamen scharen in hun altijd
even decoratieve uniform, de karabijn aan
den voet, was het oogenblik gekomen waar
op de president der republiek verschijnen
kon. Het protocol voorop, de ministers
achter hem, kwam Loubet, onder het spelen
der Marseillaise, binnen, door het publiek
zonder warmte begroet. Wat nu verder
volgde, was een koude zich door niets
bijzonders kenmerkende plechtigheid. Een
plechtigheid is eigenlijk nog niet de juiste
uitdrukkiug, want iets plechtigs had geen
enkel nummer van het program.
De muziek was matig of. miste haar wer
king in de groote zaal Millerand trachtte
zich te doen verstaan en Loubet die het
lorgnet opzette bij het lezen van zijn rede
voering, beproefde hetzelfde maar met nog
minder succes. Toen dc president ops'ond,
werden hem nog al wat leve's toegeroepen
van verschillende zijden, een rumoer van
stemmen, een gezwaai van eenige honderden
hoeden, maar tot een grootsche manifestatie
is het niet gekomen. De vereenigde dui
zenden misten eeu middenpunt, vonden het
oogenblik, niet waarop aller stem tot één
machtig akkoord kon opklinken. En zoo
zal de meerderheid stellig gedacht hebben
dat de zitting lang genoeg duurde. Het oog
kon blijven genieten; voor oor en hart weid
niets geschonken.
Vervolgens stroomde de zaal uit achter
den president en ziju omgeving aan en de
eeretrap op en toen van boven neergezien
op de vele reeds verlaten bankenrijen zag
men nog duidelijker hoeveel ontbrak, zelfs
alle banken rog niet bekleed, maar werd
men ook opnieuw getroffen door de bijzon
der gelukkige verhoudingen van het geheel,
in zijn harmonie van lijn, afmeting en kleur.
Dadelijk in het salon zoo heel mooi doen
de van verre, zag men hoe alles maar een
voorloopige aankleeding was en die indruk
werd niet weggenomen bij de verdere wan
deling. Hongarije had zich opgesierd met
koorden en kwasten in de nationale kleuren
in de Vereenigde Staten stond een vereeni—
ging geschaard met vlaggen maar stond ook
een steiger met werklieden. Kijkers maar
naar den voorbijtrekkenden stoet. Het elec-
triciteitspaleis van weerszijden teekende zich
bij het naar buiten komen uit in zijn groote
vormen van het waterkasteel ervóór waren
de bekkens waarin en waarlangs het water
zal afplassen ongeveer opgemetseld. Een
mooi en imposant brok ook nu, waarvoor
beneden dc president eD zijn omgeving een
paar minuten bleven staan. Rechts en links
gevels, vooral de hoofdingangen welke nog
onvoltooid waren, met kijkende werklieden
uit wier midden telkens wat hoera's opstegen.
Het publiek achter de rij infanteristen was
kalmer, bepaalde zich als regel tot toezien
en opmerkingen wisselen. Onder den Eif-
feltoren door, waar ik naast Meicier kwam
te loopen en waar ik eensklaps in de mod
der wegzakkende, merkte dat ook het ter
rein maar schijnbaar op orde was gemaakt
toen de Jenabrug over waar van het restau
rant aan den oever het personeel der En
gelsche koloniën Loubet toejuichte en hier
rechts beneden zag ik den officieelen stoet
scheep gaan, door Crozier aan de brug to'
de versierde pont gecoutroleerd. Achter de
boot met de militaire kapel, en dus met
Loubet, volgden kamerleden en senatoren,
een kleine flotille welke langzaam wegstoomde
in een gewarrel van zacht uitwaaiende vlag
gen, onder een lekker zonneije, over het
even opkrullende water.
Ik ben het Trocadéro opgewaudeld, waar
ik werkelijk getroffen werd door het keurig
geheel dat Nederlandsch-Indië nu maakte,
van buiten gereed en van alle werkrommel
voor heden ontlast. Een flinke driekleur
plooide van een vlaggestok links zijn mooie
banen uit, terwijl aan de rechterzijde een
oranjevaan haar warme kleurplek deed glan
zen tegen het ruige dak van het Sumatra-
huis. Tegen het middenterras in flinke let
ters geschilderd Indes Néerlaudaises.
Ik was daarna nog juist tijdig genoeg weer
aan de monding der nieuwe avenue op de
Champs Elysées om hier aan zijn eindpunt
den stoet op te wachten. Een aardig gezicht
zooals de stoet met een dubbel gelid agen
ten voorop kwani aanwandelen tusschen he'
rood en grijsblauw der infanteristen, waarlangs
de witte handschoenen aan de geweren
streepten. Hier stoud de landauer la
daumont gereden klaar een leelijk vier-
spanneije dat er voor was en was Mont-
jairet aan het geuren boven op zijn paard.
De landauer reed voor de president stapte
in andere rijtuigen kwamen andere autori
teiten opnemen; een gedraaf van escortes;
een haasiig geloop van het druk hebbende
agenten wegtrekkende troepen, en weldra
was de Avenue des Champs Elysées weer iu
haar gewone doen.
De wereldtentooustelliug is officieel geopend
morgen de eerste dag voor het publiek.
Zondag den eersten dag dat de wereldten
toonstelling open was voor het publiek, zijn
er 118,630 betalende bezoekers .geweest, te
gen 111,295 op den eersten dag in 1889.
Maandag heeft president Loubet zijn eer
ste officieele tentoor.stellingsdiner op het
Elysée gehouden. Er waren 267 gasten,
onder wie de Frausche en buitenlandsche
commissarissen-generaal en andere hooge
tentoonstellings-autoriteiten. Daarna begint
de lange reeks van diners, bals, receptie^
gegeven door ministers enz.
De commissaris-generaal en de minister
Miilerand ontvangen van alle kanten tele
grammen van gelukwensch, waaronder vele
uit Rusland. De President heeft o. a. tele
grammen van den Tsaar en vanMacKinley
gekregen.
Vele buitenlandsche bladen wijden hoofd
artikelen aan de tentoonstelling. Zij leggen
daarbij nadruk op Frankrijk's wensch naar
vrede. Ook de Times doet ditmaar be
weert tevens dat de Fiauscheu geneigd zijn
om aan hun show een wereldbeteekenis te
geven die zij niet heeft en voorspelt dat het
bezoek der Engelschen ditmaal wegens de
omstandigheden, waaiin het koninkrijk ver
keert, minder zal zijn dan anders verwacht
had kunnen worden.
Boosdoe.-ers hebben Zondagnacht in de
kerk te Aubervilliers ingebroken, de kerk—
sietadeu en kostbaarheden geroofd, allerlei
vernieling aangericht en vervolgens de kerk
op vijf plaatsen in brand gestoken. Toen
de rook -bemeikt werd, was het al te laat.
De twee torens stonden in volle vlam een
stortte in en bedolf twee mannen, die ernstig
gewond werden. Overigens was men den
brand betrekkelijk gauw meester en het ge
bouw bleef grooteudeels behouden.
Te Crotondarr, in den staat van New
York, dreigen ernstige ongeregeldheden, in
verband met een werkstaking van Italianen.
Dezen hebben zich in de heuvels bij die
plaats met geweren verschanst en hebben
gedreigd een grooten dam in de lucht te
laten vliegen, tengevolge waarvan de voor
naamste watertoevoer van New York zou
afgesneden worden en het Croton dal zou
rolloopen. Er zijn 600 man cavalerie en
infanterie onder de wapenen geroepen. De
werkstakers verlangen hooger loon. De Ita—
liaansche consul heeft vergeefs beproefd hen
tot rede te brengen.
is de gcluksaankondiging van Samuel
Ileckscher senr. in Hamburg, welke zich
in het huidige nommer van onze courant
bevindt. Dit huis heeft zich door zijn
prompte en stilzwijgende uitbetaling der
hier en in den omtrek gewonnen bedragen
een zoo goede faam verworven, dat wij
al onze lezers aanbevelen op zijn hui
dige advertentie acht te geven.
WAALWIJK, 18 April 1900.
Alg. Ned. Verbond van Schoenfabrikanten.
Volgens achterstaande advertentie zal
Maandag 23 April a. s. des namiddags ten
1 ure iu de zaal „Musis Sacrum" alhier
eene algemeene vergadering van schoenfabri
kanten worden gehouden.
De punten van behandeling zijn
a. Het vaststellen de statuten en van
huishoudelijk reglement. (Van beiden ziju
concepten opgemaakt en ter inzage bij de
commissie-leden.)
b. Het benoemen van een definitief be
stuur en hetgeen er volgens de vastgestelde
statuten te behandelen zijn.
c. Alle nog ingekomen onderwerpen
Een woord van aanmoediging tot de
schoenfabrikanten van Waalwijk, de Lang
straat en Omstreken zal wel niet noodig
zijn, waar het deze algemeene vergadering
geldt, inet zulke gewichtige punten van be
handeling tot onderwerp als hierboven
zijn vermeld. Om tot het door dezen Bor.d
beoogde doel te komen is trouwe opkomst
ter vergadering dringend noodzakelijk,
want alleen onderlinge samenwerking tot
eeu machtig geheel vermag wat.
Wij vestigen ook nogmaals uitdrukkelijk
de aandacht van belanghebbenden erop dat
de vergadering niet zooals op de oproepings
biljetten staat, Woensdag maar Maandag
23 April a. s. wordt gehouden.
Lezing.
A. s. Maandag 23 April des avonds ten
7 ure, zal de Eerw. Pater van Schijndel
uit Maastricht, daartoe uitgenoodigd door
het Bestuur der vereeniging, eene lezing
houden, voor de leden- buitengewone- en
eereleden der vereeniging //Geloof en We
tenschap alhier, in de achterzaal van het
hotel Verwiel.
Onderwerp
De roeping der vereeniging //Geloot en
Wetenschap.*
Matineé Liedcrtafel.
Maandag j.l. bood de Liedertafel Oefe
ning en Vermaak* haren honorairen leden een
groote matinee aan, daar wegens het ver-
gevorde seizoen de avonden zich slecht meer
leenen tot een concert. Het publiek was niet
zeer talrijk, wat wel te bejammeren was,
daar de verschillende stukken zeer goed ge
zongen werden. Het best konden on3 vol
doen het Pelgrimskoor van Wagner en Loof
den Heer van de Vliegh.
U. L. Onderwijs.
Na de Paaschvacantie, zal naar men ons
meldt, de nieuwe bovenschool in gebruik
genomen worden. Hierdoor zal de splitsing
van het gewoon en LJ. L. Onderwijs tot stand
gekomen ziju.
Staatsloterij.
Bij de Maandag gehouden trekking der
Staatsloterij zijnde f25000 gevallen opeen
nummer, waarvan 5 twintigsten in onze ge
meente geplaatst waren.
De loterijvereeniging n Vooruitgang zij ons
Doel* gevestigd bij den heer Chr. Appels en
eene andere bij den heer H. Appels en drie
particulieren waren <le gelukkigen. Wij wen-
schen hen van harte proficiat met dit mooie
buitenkansje.
Brand.
Gisteravond ontstond er in onze gemeente
een begin van brand, die nog tijdig kon
worden gebluscht.
Het Boereu-driemanschap.
Het Boerengezantschap vertoeft sedert
Zondag 11. in Den Haag.
Op het register dat in het Hóiel des Indes
voor belangstellenden ter teekening ligt,
schrijven zich stteds zeer velen in, vooral
actief-dienende cn gepei sionneerde opper-,
hoofd- en verdere officieren van het Ncder-
laudsche en het Indische leger: o. a. luite
nant generaal V-etter. Voorts leggen door
inschrijving van hun naam getuigenis van
hunne belangst- Hing af vele stadgenooten,
die op de eene of andere wijze met dc
republieken in ambtelijke of andere betrek
king staan, zooals de heer Canned, vice-consul
der Zuid-Afrikaansche Republiek alhier, mr.
Bevers, lid van de commissie voor emigratie
naar Transvaal; dr. Blink, voorzitter van de
Haagsche afdeeling der Nederlandsch Zuid-
Afrikaansche Vereeniging. Ook leden vau
de verschillende rechtscollegien schrijveu
zich in.
Tot de weinige heeren, die gisteren door
de deputatie ontvangen werden, behoorde
luit.-generaal J. E. N. baron Schimmelpen-
ninck van der Oye, lid van de Eerste Kamer,
die voorzitter was van het comité dat indertijd,
voor het uitbrekeu van den oorlog, in de
residentie een bijeenkomst voor de Boeren
organiseerde.
Het driemanschap bracht gisteren den avond
door ten huize van de douairière Beelaerts
van Blokland. Daar waren ook de minister!
Pierson en de Beaufort, die heu ook ten hun
ne* huize hebben ontvangen.
De Zuid-Afrikaansche heeren hopen tot
een audiëntie bij H. M de Koningin toe
gelaten te worden.
In de jongste Haagsche kroniek der
z/N. Gron. Ct.* lezen wij
i/De komst in Europa van het Transvaal-
sche Driemanschap, dat ten doel heeft zoo
mogelijk eeu vrede voor te bereiden, die de
eer van Engeland en de onafhankelijkheid
der beide Zuid-Afrikaansche Republieken on
gerept zou laten, wordt in diplomatieke
kringen als een feit beschouwd, dat wellicht
spoedig reeds tot het gewenschte resultaat
kan leiden. De deputatie zal ook ons land
bezoeken en men kan er zeker van zijn, dat
ook onze Regeering, zoo er mogelijkheid toe
bestaat, niet zal achterwege blijven om haar
goede diensten aan te bieden of het gezant
schap behulpzaam te zijn in het gebruik van
de beste middelen om tot een gewenschte
oplossing te komen. Heb ik u vroeger me
degedeeld, wat eerst dezer dagen v^n andere
zijden als een splinternieuwe ontdekking
werd geconstateerd, dat onze Koningin voor
het uitbreken van den oorlog door een ei-
genhandigen brief aan Koningin Victoria
heeft getracht die ramp te verhoeden, ik kan
u thans verzekeren, dat ons Ministerie nog
niet heeft opgehouden om, door alle geoor
loofde middelen invloed uit te oefenen op
de gezindheid der Mogendheden, ten einde,
zoodra het oogenblik er toe gekomen schijnt,
een hernieuwde poging te doen om den
vrede te herstellen.
Zoowel in Europa als in Amerika moet,
in de regeeringskringen, de overtuiging veld
winnen, dat een spoedig einde aan den oor
log moet komen, niet enkel om der wille
van recht en humaniteit, maar ook ter voor
koming vau een voor Engeland noodlottige
catastrophe en langzamerhand zijn het voor
al de oprechte vrienden van Groot-Brittan-
nië, die te Londen beginnen te vertoogen
dat eene beëindiging van den strijd in hooge
mate gewenscht is, ook voor Engelands be
lang en toekomst. Het wordt dan ook niet
onmogelijk geacht dat binnen enkele weken,
naar aanleiding van het optreden der Trans-
vaalsclie deputatie, door verscheidene Mo
gendheden te samen en daaronder zoowel
de Fransche Republiek als de Vereenigde
Staten aan Engeland een voorstel zal
worden gedaan om een wapenstilstand, voor
de Zuid-Afrikaansche Republieken in over
weging te geven, te aanvaarden, teneinde
daarna tot onderhandelingen over herstel van
den vrede te komen. Men is geneigd de
reis, deze week door den Amerikaanschen
gezant naar Parijs gemaakt, met dit plan in
verband te brengen. En mocht het gelukken
dit aanvankelijk resultaat te verkrijgen, dan
zal het nrbitrage tractaat der Haagsche vre-
des-conferentie vermoedelijk spoediger dan
menigeen dacht, blijken zeer schoone vruch
ten te dragen, want dan zal naar het zich
laat aanzien, inmiddels het Hof van arbitrage
tot stand gebracht worden en tot beslechting
der Anglo-Afrikaansche geschillen het eerst
in werking treden.
Met mij zullen ongetwijfeld honderddui
zenden in en buiten ons land de vurige be
de koesteren, dat wat ik hier schreef op
grond van een gesprek met eeu wel-inge-
licht en zeer betrouwbaar zegsman zich
dra moge verwezenlijken.
Hofbericht.
Wij lezen in de Haagsche Kroniek der
,/N. Gron. Ct."
#Onze Koningin, die het schoone voor
beeld barer beminde Moeder in dit opzicht
trouw schijnt te blijven volgen, heeft ook
dit jaar de dagen vóór 't Paaschfeest ge
bruikt om liefdadigheidsinstellingen, zieken
en weesinrichtingen, te bezoeken.
„In de reisplannen is een kleine wijzi
ging gekomen. Van Dinsdag 24 tot 30 April
bezoeken de Vorstinnen de hoofdstad, om
dien Maandag, den laatsten Aprildag, recht
streeks uit Amsterdam naar Arolsen te ver
trekken, ter bijwoning van het in de eerste
Meidagen te sluiten huwelijk van prinses
Elisabeth van WaldeckPyrmont.
nDenkelijk blijven de Koninginnen tot 3
of 4 Mei in de Waldecksche Residentie om
dan naar Thüringen te gaan, waar zij een
week of wat zullen vertoeven. Na haar te
rugkeer betrekken H.H. M.M. het lustslot