Nummer 48. Zondag 17 Juni 1900. 23e Jaargang. Toegewijd aen Hondêl, industrie en Gesneerstebei^ngen. Eerste Blad. HTOON TIELEN, De valsche Baron. Bekendmaking. FEUILLETON. Zij, die zich voor het volgend kwartaal op dit blad abonneeren, ontvangen de nog deze maand verschijnende nummers GRATIS. De Echo van het Zuiden aatsclie Coariat Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. A b o li n e in entsprijs per 3 maanden t 0.(5. Franco per post door liet gelieele rijk t U.9Ü. Brieveningebonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advkutkntjbn 17 regels f 0.00 daarboven 8 cent per regel, grootê letters naar plaatsruimte. Advortentiën 3maal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale, zeer voordeelige. contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel. Pc Burgemeester der gemeente Waalwijk, maakt bekend, dat op MAANDAG 18 JUNI e. k. de gewone jaarlijksche Collecte ten behoeve van het fonds tot aanmoediging en ondersteuning van den gewapenden dierst in de Nederlanden, zal gehouden worden aan de huizen der ingezetenen, Welke Collecte door den Burgemeester wordi AAN BEVOLEN Waalwijk, 12 Juni 1900. De Burgemeester voornoemd, K. DE VAN DER SCHUEREN. Voorbereidend Militair Onderricht. De Burgemeester van Waalwijk brengt belang hebbenden in herinnering dat zij. die doei wen Bchen te nemen aan het VOORBEREIDEND MI LITAIR ONDERRICHT zich bij den Burgemees ter moeten aanmelden vóór 1 JULI a. 8. Ook zij, die reeds ten vorigen jare aan de oe feningen deel namen en daarvan een van mili taire zijde afgegeven bewijs moeten overleggen, behooren zich tijdig aan te melden. Aan hen, die voor de militie hebben geloot en den cursus in zijn geheel en met vrucht hebben dnnrloopen, wordt het getuig cbrilt V\ uitgereikt, waai aan de navolgende voorwaarden verbonden To". Aanspraak, voor zooveel eenigszins moge lijk levens verband houderde met de desbetref fende bepalingen, op dekeuzevan korps engarnizoen. 2o het vooruitzicht omin de eerste plaats vuor het verwerven van eenen gi and in aanmerking te komen. Waalwijk, 28 Mei 1900. De Burgemeester voornoemd, K. DE VAN DER SCHUEREN. INSPECTIE VERLOFGANGERS. Burgemeester en Wethouders der gemeente Waalwijk, ontvangen hebbende aanschrijving van Zijne Excellentie den Heer Commissaris der Ko ningin, in deze provincie, van den 1 Apul 1JUU 6e Afdeeling (Bijblad No. 42). Gelet op de 2e zinsnede van art. 139 der wet van 19 Augustus 1861 (Staatsblad No. 72). MAKEN BEKEND: Dat het te houden onderzoek (inspectie) van de verlofgangers der Nationale Militie in deze provincie, voor deze gemeente zal plaats hebben op Dinsdag den 19en Juni aanstaande des voor- middags om ll'/a ere, ten Raadhuize der gemeen te Waalwijk. Dat tot bijwoning van die inspectie rijn gehou den, ALLE verlofgangers der militie te land, die vóór 1 April 19U0 in het genot zijn gesteld van onbepaald verlof. Dat de voorschriften der aangehaalde Wet on der anderen luiden als volgt: Art. 140. De verlofganger verschijnt bij het on der/.oek in uniform gekleed en voorzien van de klecding- en uitrustingstukken, hem bij zijn ver trek met verlof medegegeven, van zijn zakboekje en van zijn verlofpas. Art. 141. Behoudens het bepaalde in ait. 130, kan een arrest van twee tot zes dagen, te onder gaan in de naastbij gelegen provoost of het naast bij Zijnde huis van bewaring of arrest, door den Militie Commissaris worden opgelegd aan den verlofganger: lo. die zonder geldige reden niet bij het on derzoek verschijnt; 2o. die riaaibij verschenen zijnde, zonder gel dige reden niet voorzien is van de in het voor gaande artikel vermelde voorwerpen; 3o. wiens Uleedii g- ot uitrustingstukken bij het onderzoek niet in voldoende staat worden bevonden 4o. die kleeding- of uitrustingstukken aan een ander behoorende, als de zijne vertoond. Ait. 142. Ij de verlofganger, wien krachtens liet voorgaande artikel arrest is ongelegd, bij het onderzoek tegenwoordig, dan kan hij dadelijk on der verzekerd geleide, in arrest worden gebracht. Is hij niet tegenwoordig en onderwerpt hij ziek niet aan de hetu opgelegde slraf, dan wordt hij op schriftelijke aanvrage van den .Militie-Com missaris, te richten aan den Burgemeester der woonplaats vun dien verlofganger, aangehouden en ouder verzekerde geleide naar de naastbij ge legen provoost of het naastbij zijnde huis van bewaring of arrest overgebracht. Art. 143. Onverminderd de straf, in art- 141 vermeld, is de velofganger verplicht, op den daartoe door den Militie-Commissaris te bepalen tijd en plaats, en op de in art. 140 voorgeschre ven wijze, voor hein te verschijnen om te worden onderzocht. Art. 144. De verlofganger, die zich bij herha ling schuldig maakt aan liet feit, sub 4o. van art 141 bedoeld, of niet overeenkomstig art. 148 voor den Militie Commissaris verschijnt, of, aldaar ver schenen zijnde, in het geval vei keert sub 2o en 3o van art. 141vermeld, wordt onder de wape nen geroepen en vari drie tot zes maanden -ge houden. Maken de verlofgangers tevens opmerkzaam dat gedurende den tijd dat het onderzoek duur en in het algemeen wanneer zij in uniform ge kleed zijn, volgens liet aangehaalde art. 130, 2e en 3e lid der wet, worden geacht onder de wa penen ts zijn, en het crimineel wetboek en het reglement van krijgstucht voor het krijgsvolk te lande op hen van toepassing is. En opdat niemand onwetendheid zoude kunnen voorwenden, zal deze na afkondiging, op de ge wone wijze worden aangeplakt, ter plaatse waar zulks te doen gebruikelijk is. 10). VIERDE HOOFDSTUK. BIJ TAMERLAN. „Loop naar de driep Erail uit en wierp zijn pas aangestoken sigaar in het vuur, „de tabakhandelaren bestelen ons zoo geweldig, dat men werkelijk niet meer zou rooken." Toen opende hij zijne secretaire en zeide ,A propos, ik heb u uwe driemaandehjksche huur nog niet uitbetaald.' ,0, daarover ben ik gerust; zijne hoogheid weet mijne diensten naar waarde te schatten.' „Neem vooreerst dit op afbetaling,* zeideF.mil, terwijl hij Germain eenige banknooter, toeschoof, „dien mij met ijver, gij zult u niet te beklagen hebben-' „De genadige heer kent mijne gehechtheid, zeide Germain op onderworpen toon. Een kwartier later verliet Germain het paleis het kon zoowat tegen elf uur 's avonds zijn. Hij besteeg een rijtuig en liet zich naar de Drie- broederstraat, in ae nabijheid van Montmartre rijden, daar aangekomen, ontsloeg hij den koet sier en trad het huis no. 15 binnen. Zonder met den portier ook maar een enkel woord gesproken te hebben, steeg hij de trappen op naar de derde verdiepingtoen tiok hij een sleutel uit den zak en opende de deur van eene eenvoudige kamer. Nadat hij van binnen den grendel voor de deur geschoven had, stak hij twee lichten aun, haalde uit eene kast, welke volgepropt was met allerlei costumes, eene lichte paletot en begon zijn toilet. Hetzelve duurde tamelijk lang. Uit voorzichtigheid verborg hij zijn awart hooldhaar onder een donkerblonde pruik een band van de zelfde kleur omlijstte in een oogenblik zijn gelaat, een blauwe bril maakte hem volkomen onken baar. Naar het scheen, was hij met zijne metamorphose tevreden, want toen hij kort daarop in allerhaast de trappen afliep, neuriede hij een lustig liedje in zijn nieuwen baard. „Mijnheer Ferson,' riep hem den portier na, #ik heb een brief voor ui" Waalwijk, den 31en Mei 1900. Burgemeester en Wethouders voornd., De Burgemeester, K. DE VAN DER SCHUEREN, De Secretaris, F. W. VAN L1EMPT. De correspondent van 't R. N. scluijft: Li hetzelfde paleis op liet Champ de Mars, links, dichter bij de Seinekade, is de afdee ling „Genie civile et moyens de Transpoit", waarin ook Holland vertegenwoordigd is. Deze afdeeling valt in hare omgeving toch wel eenigs/.ins op, is ook naar liet uiterlijk welverzorgd. Rn er was behoorlijke ruimte om de inzendingen niet al te smalletjes op één te zetten. Ondier de rubriek transportmiddelen heeft Rotterdam zijn officieele inzending geplaatst en met wat goeden wil is zij er ook wel thuis te brengen. Toch is het bevreemdend dat er geen plaats gezocht is in het afzonderlijk palais de la navigation, op de Orsajkade, waar Frankrijk, Rusland, Duitschland, de Veree nigde Staten en Engeland hun inzendingen van koopvaart en handel hebben opgesteld. Het spreekt vanzelf, dat men 't allereerst daar gaat zoeken naar du Rotterdaiusche in zending en dat men moeilijk deuken kan aan „genie civile et moyens de transport." Enfin, ze is er éénmaal en ze doet er zeer goed. Dat een reliëfkaart zooveel betel geweest ware, dan deze vlakke kaart, geloo- ven wij niet meer, er. zijn op de tentoon stelling een massa reliëfkaarten alle Fran- sche havens zonden er o.a. één maar zij hebben slechts een succes de curiosité bij lui die de „kunstigheid" van deze serie bouwkartonnetjes bewonderden, zonder de eigenlijke bedoeling te snappen. Een groote wandvlakte, dadelijk bij de trede naar de Hollandsche afdeeling, wordt door Rotterdam gevuld de kamer die zij aan hare zijde decoreert, is verder gereser veerd voor de werf Conrad. En rechts er van s'aat ten groote vierkante, wel kleurig kiosk van de Hollandsche spoorwegmaat schappij. De Rotterdamsche kaart met haar frissche kleuren en haar duidelijke teekening treft dadelijk. Een paar malen zijn wij er bij ge weest en telkens vonden wij er belangstel lenden in aandachtige studie De randver siering is practisch gevonden een silhouet van de stad, kijkjes in onze handelsinrich tingen en op onze voornaamste gebouwen en nog enkele historische afbeeldingen, om te bewijzen hoe enorm Rotterdam is voor uitgegaan. Hadden dan de groote lijnen van Rotter dam uit liever op deze plaats wat reclame Germain nam den brief in ontvangst; doorliep hem bij 't licht van eene, zich op den corridor bevindende gasvlam, maakte een gebaar, als erger de hij zich over zijnen inhoud en verliet het huis, om zijne schreden naar het plein St. Pierre te richtten. Nog altijd klonk het op feestplein het vreug devol applaus van de talrijk verzamelde volks menigte en de schetterende toonen van het oichest. Germain, of liever Ferson, bleef voor de circus „Tamerlan" staan. Eenige nieuwsgierigen, tc arm om den tot een bezoek benoodigden entree-pi ijs te betalen, keken door der planken naar het inwendige van den circus. Anderen lagen op den grond en schoven hun hoofd onder liet gebrekkig aangespijkerde zeildoek door. Ferson ging rondom de circus, tot hij aan eene kleine deur kwam. Nadat hij daarop driemaal geklopt had, opende zich dezelve. Naar liet scheen was dit kloppen afgesproken weik. De binnen tredende bevond zich voor een vrouwenpersoon met here lisclie vormen, welke het dik opge smeerde blanketsel en een wonderlijk cosluum het aanzien moest geven van een amazonen- koningin. „Zijt gij het, Ferson vroeg zij inet den liel- talligsten lach, waartoe zij in staat was. „Gij zult een oogenblik moeien wachten, want mijn man en het grootste deel der troep voeren op dit oogenblik de „hindostansclie piramide' op; wij zullen daarom eerst daarna over zaken kunnen spreken; komt echter binnen en maakt het u intusschen gemakkelijk." De pseudo-Engelschiuan overschreed den drem pel en bevond zich in eene enge ruimte, die gelijk als coulise en als keuken, als garderobe en als eetkabinet diende. In een hoek voltooide juist een Indiaan zijn toilet, terwijl hij een ko peren ring aan zijn ingedrongen reukorgaan be vestigde. Een kleine knaap oefende zich voor de laatste maal in een gevaarlijken sprong, die hij oogenblikkelijk voor de oogen van het publiek uitvoeren moest en een ballet danseres gaf zicli de grootste moeite, om tegen een paal geleund, op hare' teenen te blijven staan. Midden in de ruimte stond een bekoorlijk, ongeveer tien jaren oud meisje, welks voeten in satijnen schoenen staken; het droeg een kort kleedje van tule. onder hetwelk haar teer lichaam van koude sidderde, naast haar stond eer. met linten en bloemen bontversierde balanceerstok. Het arme schepseltje had dezen avond een moeielijke rol te vervullen, maar het scheer, haar, dat het zoozeer gevreesde oogenblik lang op zich liet wachten. De arme kleine verwachtte, naar liet scheen, een wonder des hemels, dat haar van de haar gestelde taak bevrijden zou. Het program ma kon toch veranderd worden. Gendarmen konden Tamerlan en Rosalba, zijn wijf, in hechtenis nemen. Er kon brand uitbreken. Wat zij verwachtte, wist zij zelf niet bepaald, maar zij hoopte, met het hardnekkig instinct van een schipbreukeling, dat zij het gevaar mocht ont komen. Toen Ferson op een houten stoel had plants genomen, schoof Rosalba het voorhangsel, dat den toegang tot het tooneel bedekte, ter zijde heek naar de ruimte voor de loeschouwers en keerde zich toen ijlings om, terwijl zij liet kleine meisje op barschen toon toeriep: „Alice, ge zijt dadelijk aan de beurt, bederf nu niet alles direct bij het begin, gij ellendig schepsel, rekt je ledematen uit zooals het behoort en toon je 'lenig als een aal, gij wed anders, wat je morgen te wachten staat.* „Ik kan lieden niet dansen,' antwoordde Alice „liet koord is te hoog gespannen en mijne beenen beven zoo.' „Gij moet dansen,* snauwde het wijf met een dreigend gebaar. Het kind vouwde de handen smeekend samen „Slaat mij niet, dreigt mij niet zoodezer, avond, ik zweer het u, kan ik niet dansen, ik ben veel te b*ng, ik weet zeker, ik val er af!' „Ik zal je voor me leeren vreezen, rakker, ik worg je roet eigen handen, wanneer 't je niet gelukt door den hoepel op hei koord te springen 1 „Maar ik zie noch hoepel, noch koord, noch iets anders. Wanneer ik daar zoo hoog sta, boven het publiek dat mij aangaapt en naar de beneden mij brandende lichten kijk, dan draait alles voor mijn oogen in een kring en het suist mij in de ooren, als hoorde ik do hel kooken Rosalba greep eene ijzere roede, wier gewicht de arme worm, bij hare gymnastische oefeningen maar al te dikwijls had moeten voelen, en zich dreigend voor het meisje plaatsend, sprak zij met heesche, krijschende stem „Gij danst, of ik sla je dood gemaakt. Het ia zonderling, lat zoowel de Holland-Amerika Lijn als de Lloyd bij de Rotterdamsche inzending ontbreken. Men moet gezien hebben boe allergeluk kigst de Norddeutsche Lloyd en de andere groote Duitsehe Maatschappijen voor den dag gekomen zijn in een eigen gebouw op de Orsaykade; een Duitscli barok, maar niette min opvallend gebouw dat voortdurend be zoekers trekt. Des Keizers lijfspreuk van het laatste jaar: Unsere Zukunffc liegt aut dein Wasser" is boven den ingang geschil derd. De benedenverdieping is daar geheel gevuld m t een reclame van deze maatschap pijen van de Nordd. Lloyd o. a. de gehee- le vloot in fraai bewerkte copieën en een copie van haar Verwaltungsb&ude", een huis als een paleis, wat te zamen wel een grooten indruk van haar handelsbeteekenis geeft. De werf Conrad heeft een zeer groote collectie modellen en copieën van scheepjes ingezonden, in vitrines, die op tafels staan. De kiosk van de Hollandsche spoor heb ben wjj als we ons niet vergissen on geveer zo(5, in 1897 op de Brusselsche ten toonstelling gezien. Het is weer een salon, elegant betimmerd en gemeubeld in het gekleurd glas boven de vier deuren, de emblemen van het spoorwegwezen waai de maatschappij met kaarten en plans en modellen de belangstelling voor hare verbin dingen vraagt, vooral voor hare buitenland sche verbindingen, Parijs, Londen, Noord- jDuitschland, Typische Hollandsche kijkjes en medaillons zijn op de wanden geschilderd: de brug over den Moerdijk naast Broek in Waterland, opdat de vreemdelingen zullen weten hoe interessant en hoe karakteristiek een laiul Holland is Een derde Hollandsche afdeeling i? te vinden op de Esplanade des Invalides in het palais de décoration. mobilier et indus tries diverses, van de Seinekade genomen rechts. Daar is, op de eerste étage, boven Japan, de Hollandsche kunslindustiie. Zij beschikt cr over een groote, prachtig ver lichte, een min of meer monumentale koe pelruimte, waar hare inzendingen wel zéér goed tot hun recht komen. We noteerden er als inzendersde fabriek Rozenburg, Thooft Laboucbère te Delft, Schouten te Delft, Van Kempen te Voorschoten, Braat te Delft, Brom te Utrecht, Stevens te Rot terdam. De beide aardewerk- en porcele,in fa brieken hebben lied mooi ingezonden hun beste werk, zeker langen tijd te vo ren uit de fabricage voor deze expositie ge reserveerd. Rozenbu.g heeft er o. a. zijn vijf reu/.ige vazen ter herinnering aan de vredesconferentie, om een divan geschikt. Delft met zijn blauw zal wel veel Amerika nen trekken. De kleurige vazen en borden van Rozenburg hebben wij ook in andere afdeelingen in dit paleis gezien, maar in het strak-befiguurde blauw was Delft zonder concurrentie. Dat wordt alleen mooi ge vonden als Holland het levert. Schouten van Delft laat heel wat fraai bewerkt glas zien en Braat exposeert een groote collectie gesmeed ijzer. Zijn zwaar naambord, in de koepelronding uitgehangen, is al aan 't begin van de Amerikaansclie afdeeling zichtbaar, Braat lokt derhalve naar Holland heen. Er is in deze afdeeling ook een Hinde- looper kamer gereed gemaakt, die wel weer zal helpen in de goede buitenlanders den in druk te versterken, dat Holland toch een origineel land is, evenals de verzameling klruiig gekleede poppen in groep 12, waar bij rustig medegedeeld wordt, dat dit Hol landsche kleederdrachten zijn. Over 't algemeen kon Holland in den vreemde wel wat minder pronken met zijn originaliteiten met Friezinnetjes, Hinde- loopers, Amsterdamsche kraaien en Broek en Waterland en wat meer het allerbeste van zijn industrieel en commercieel leven naar voren brengen. Betrekkelijk onbelangrijk is de inzending van Nedeiland in deze door de natiën liet zoo belangwekkenden schat van kleeder- en weefindustrie gevulde halle. Hollaud heeft er zijn plaats op een galerij gevonden, bij uitzondering een niet-gunstige p'aats. Ikt Haagsche Museum heeft er gul zijn kusten en vitrines met unngekleede poppen heengestuurd de Koningin in Friesch cos luum, Zeeuwsche boeren in een slee, een Hollandsche visscher met een pijp in den mond en een test in de hand enz. Dit om de afdeeling aantrekkelijk te maken. Er is hier verder een inzending schoeisel uit Baardwijk en Besoijen, uil de Langstraat, die er werkelijk goed uitziet en de vergelij king met anderen van dien aard best kan doorstaan een inzending weefsels uit En schedé een zeer mooie inzending misklee- ren uit Brabant (van Jansen uit Tilburg), rijk en kunstvol geborduurd en een groote collectie batikwerk van Arts and Crafts uit Den Haag. Verder krijgen we Kessels uit Tilburg, die met glans toont, hoever men 't in Holland Op dit oogenblik klonk vsn den kant van 't tooneel een aanhoudend bravo geroep, ge schreeuw en voetgelrappel en Tamerlan, door een half dozijn aciobuten gevolgd, kwam achter de coulissen, om zich aan de steeds grooter wor dende bewondering der toeschouwers te ont trekken. De „koningin der Amazonen', greep ruw het armpje van de kleine Alice eu sleurde hel kind naar den toegung tot het tooneel. Middelerwijl was Tamerlan op den bezoeker toegetreden. .Gij komt zeker over zaken spreken, Ferson?' „Natuurlijk, waarou. anders? Hier is liet geld.' antwoordde de aangesprokene barsch, terwijl hij ep zijn zak klopte. „Waar is de jongen Tamerlan trad naar eer. hoek van de afgescho ten ruimte en ligte een rood gestreepte gor dijn op. „Daar is hij.' zeide hij, op een voorwerp wij zend, dal- men, tengevolge van de aldanr beer schot'de duisternis, niet duidelijk onderscheiden kon. Ferson keek naar binnen. Daar lag een kind op een rad gebonden, de voelen waren naar beneden, de armen naar hoven met geweld uit getrokken en vastgebonden. Tengevolge van de kleine afmetingen van het rad was de rug krom gebogen, terwijl de kleine borst onnatuurlijk in gevallen was. In den mond slak een prop de f/rooie blauwe oogen van den aldus gemartelden, die angstig ron.idwaalden, schenen liet eenig levende in het bleeke gelaat te zijn; zweetdrop pels parelden op het reine onschuldige voorhoofd en het blonde haar hing verward naar beneden. „Zooals ge ziet,' zeide Rosalba, „hebben wij alreeds zijne opvoeding begonnen; er wasechter ook geen tijd te verliezen want wanneer de kit deren een zekeren leeftijd bereikt hebben, gaan de beenderen niet goed meer uit hunne gewrichten. Intusschen, zoo zal het zich wel schikken.' De kleine Henri want deze was het, die deze marteling ondervond herkende dc man welke hem aan zijne moeder ontrukt had en sloot de oogen. Twee grooie tranen biggelden over zijne wangen en een diepe zucht ontvlood zijne gefolterde borst. Ferson beschouwde hem cpn tijdlang zwijgend, toen gaf hij Tamerlan een teelten, het gordijn te laten vallen. Be aanblik van de gemartelden knaap, ging zelfs den ellendigen misdadiger en roover aan liet hart. „Gij kent de voorwaarden', zeide hij „Zijt streng, maar zonder overdrijving. Of de jongen lijdt, bekommert mij weinig, en of gij eenen koorddanser of acrobaat, of iets anders vun hem maakt, is mij geheel onverschillig, dat gaat jou aan. Enkel en alleen mag hij niet sterven want het is mogelijk, dat ik hem later noodig heb. Zijt echter daaromtrent onbezorgd wanneer ik uwen kweekeling later terug verlang, zult gij voor de kosten van zijne opvoeding rijk ver goed worden. Eene ronde som 10.UUO lrar.es I...' .mi i „10000 francs I' nep Tamerlan vergenoegd uit, „daarvoor kan men waarlijk eene menagerie koopen I* „Tot dien tijd", ging Ferson op den hem eigenen, korten drongen toon voort, „zult gij elke maand 100 fraucs voor kosten en onderhoud o it vangen. Thans blijft enkel nog over te be palen, waar bet geld betaald moet worden. Ik wil het niet over den post zenden waar kan ik iedere, maand de plaats vernemen, waar gij u ophoudt?' „In de herberg „De mode duivel' No. 8/ rue de Elandres." Germain schreef liet adres op en zeide toen ,Van tijd tot tijd moet gij mij berichten over de vorderingen en de gezondheid van den kleinen doen toekomen." „Het zal pnntelijk geschieden. Hoe zal den knaap voortuan heeten '.Kolibrionze laatste „kweekeling" heette ook zoo." „Goedgeef mij thans een bewijs van ont vangst." „Van de 100 1 ra nes?" vroeg de koorddanser. "Neen, van den jongen, natuurlijk; schrijft op het bewijs, dat gij hein ontvangen In hl en voortaan voor hem verantwoordelijk wilt zijn? Tamerlan stond besluiteloos. Als gij weigert,", zeide Ferson, ,,is de zaak ongedaan, en ik neem de knaap weer uicê Om dit bewijs in ontvangst te stellen," zeide Tamerlan, die gaarne een weinig dieper in liet geheim w?.s doorgedrongen, met welke den Engelachman het arme kind omhulde, „moet ik weten, wiens kind den knaap is. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1900 | | pagina 1