De Zuid-Afrikaansche oorlog,
China.
BUITENLAND.
Frankrijk.
Duitschland.
Bulgarije.
BINNENLAND.
Ie
prijs
Reué Ficq
u. in. s.
9.6. 3
2e
u
P. R. Schoemans
9.6.31
8e
u
9.6.31
4e
n
'9. 6.31
5e
u
M. Hartog
9. 6. 43
6e
P. R. Schoemans
9. 7. 1
7e
u
9. 7. 1
8e
u
9,11.1
9e
René Ficq
9.12.3
10e
9.12. 3
11e
M. Hartog
9.13.30
Bisschoppelijk College te Roermond.
deze gecontracteerde Kolen zijn stipt op tijd
geleverd, zoodat bij de afnemers overal groote
voorraden zijn.
Daarbij komt, dat de overgroote bedrijvig
heid in de metaalindustrie is afgenomen.
In de maandel. rapporten van de Board
of trade in Engeland zien we dat de export
der staal en ijzerwaren over Juli slechts
267143 ton bedroeg tegenover 370014 tons
in 1899 zelfs de maand Juli in 1898 was
nog 14000 tons dan dit jaar. De waarden
der stoommachines en andere machines, welke
verzonden werden, was niettegenstaande de
hoogere stukprijzen 9 pCt. minder. De vraag
naar kolen is dan ook verminderd.
liet vooruitzicht bestaat daardoor, dat de
verbruikers, die met hunne inkoopen tot na
October hebben durven wachten veel voor-
deeliger zullen koopen dan zij die in het
voorjaar en in den zomer kochten.
De vraag naar huisbrandkolen is thans
buitengewoon groot en was sedert de dure
jare van 1875 nog nooit zoo gejaagd. Het
publiek schijnt zich door de courantenbe
richten en de praatjes van kolenverkoopers
te hebben laten bang maken, en koopt in
den zomer tegen te dure prijzen haren win
tervoorraad. Alles wijst er op dat de stijging
zijn toppunt heeft bereikt en eene afdaling
tot meer normale prijzen gaat beginnen.
De Wet, de Boerengeneraal, die maanden
achtereen den besten Britschen legeraanvoer
der te slim in afgeweest, wordt door de
overgroote meerderheid der Engelsche bladen
in verband met de officieele erkenning van
den opperbevelhebber lord Roberts, behan
deld als een met succes aan de vervolging
ontkomene een kleine minderheid slechts
der Britsche organen, is eerlijk genoeg te er
kennen dat Christiaan De Wet een over
winnaar is geweest in den besten zin van
het woord
Verslagen of wel moreel overwonnen heeft
hij een Menthuen en zelfs een Kitchener.
Met een geringe strijdmacht is hij onge
rept met zijn mannen in veiligheid weten te
komen tegenover een geweldige overmacht.
Hij heeft zich niet laten opdrijven als uit
geput wild, zeker een der eerstvolgende da
gen toch buitgemaakt te worden, doch be
vindt zich in het westen van Transvaal op
een terrein, waar lord Roberts hem het minst
gaarne wil hebben
En nu moet men niet denken, dat De Wet
er in het district Rustenburg zijn gemak van
is gaan nemen, dat hij daar is gaau neer
zitten in afwachting van een goede gelegen
heid om weder eens een slag te slaan
neen, hij is met enorme doortastendheid ou-
verwijld weer in actie gegaan
Nadat hij Kitchener en Menthuen zóo
heerlijk gefopt had, dat die heeren tot eigen
veiligheid gedwongen waren de vervolging
te slaken, welke den Britten weer aardig wat
heeft gekost aan menscheulevens, aan geld
en aan prestige, heeft hij op zijn onverwachts
een zwenking in oostelijke richting gemaakt.
Volgens de laatste berichten bevond hij
zich namelijk te Commando's Nek (ten noor
den van de hoofdstad van Transvaal, tevens
het hoofdkwartier vau lord Roberts) waar hij
het generaal Baden Powell, den wakkeren
verdediger van Mafekiug, zoo warm maakte,
dat deze op de vraag van De Wet of hij
(Powell) gezind was zich over te geven, re
pliceerde eerst wel eens te willen weten wat
de Boeren voor voorwaarden stelden I
Nu heet het wel, dat De Wet alleen ten
doel heeft gehad te weten te komen hoe
sterk de Britsche bezetting was onder Po
well's bevel, doch indien Baden Powell de
sommatie van de Wet zoo uiterst dolzinnig
had gevonden, zou hij er immers niet op
geantwoord hebben 1
Wat de mededeeling betreft, dat de Boe
ren in hun opraarsch verder noordelijk ach
tervolgd worden door Baden Powell enfin,
de achtervolgingen der Britten eindigeu in
het allergunstigste geval in denkbeeldige ver
liezen aan den kant der nagejaagden (in casu
de Boeren) en in effectieve tegenslagen voor
de achtervolger (in casu de Engelsche») 1
Berichten uit Lorenco Marques zijn niet
te vertrouwen, men hechte dus niet te veel
gewicht aan de jongste van daar komende
sensationeele telegrammen. Het vage gerucht
van een vage Boeren—overwinning liep sinds
eenige dagen. Er schijnt nu wat kleur aan
gegeven door De Wet, den man wien niets
onmogelijk is, het vaderschap der zegepraal
toe te kennen.
Waar de 4000 Britten met hun zeven ka
nonnen in de handen van den convooinemer
zouden gevallen zijn wordt niet vermeld.
Vrijdag was De Wet bij Commando's Nek,
bekend door de overgave der Lincolns en
hun twee kanonnen, en vertrok daarop ver
der Noordwaarts, zooals een later telegram
uit Kaapstad meldt. Trok hij het Bosch veld
in, om zijn waarschijnlijk afgematte maunen
en paarden te laten uitblazen
't Is aannemelijker dan de veronderstelling
dat hij zich in een grooten boog naar het
Oosten heeft gewend om ergens tusschen
Pretoria en Middelburg een 4000 Engelschen
tot overgaaf te dwingen.
Dat zou, taai en bewegelijk als De Wet
is, wat al te veel van zijn taaiheid en be
weeglijkheid gevergd zijn
't Is anders waarlijk niet noodig, dat de
Engelsche correspondenten zoo hier of daar
ten aanzien van De Wet of een der overige
Boerenaanvoerders overwinningen fantaseeren
met het doel later voor den dag te kunnen
komende met verheugende rectificaties
een korte vergelijking tusschen den staat van
zaken vóór niet meer dan een maand onge
veer en nu, heft allen twijfel aan het be
leid, den moed en de volharding der Boeren
op
Voor enkele weken had het er werkelijk
veel van albof het westelijk deel van Trans-
Het doel der Engelschen (opdrijving der
Boeren naar het oosten) scheen volkomen
bereikt; al waren ze er dan ook niet in ge
slaagd de commando's onder De Wet cn
Olivier te nopen hun heil te zoeken in over
schrijding van de grens van Basoetoeland
of wel een ongelijken kamp aan te gaan met
de strijdmacht onder generaal Redvers Bulle
in het zuiden van Transvaal bij Wakkcstroom
of Volksrust
Lord Roberts begon, schijnbaar onder heel
gunstige omstandigheden, den opmarsch in
oostelijke en zuidelijke richting van Pretoria
uit. Het doel was de strijdmacht onder
Botha terug te drijven, zoo mogelijk te ver
nietigen en president Kruger te dwingen
zich over tc geven op genade of ongenade,
tenzij hij de vlucht naar onherbergzame oor
den daarboven mocht verkiezen
Hoe gansch anders is het nu
De Boeren hebben zich niet geconcentreerd
met de overgroote kans in een geregelde»
strijd tegenover de numerieke overmacht der
Britten een onherstelbare nederlaag te lijden
zij hebben geopereerd bij kleine detache
menten, zoodat de Engelschen een front heb
ben te bestrijken van vijfhonderd kilometer,
zonder dat eenig voordeel van hooge betee-
kenis naar Londen is te melden geweest van
het Britsche hoofdkwartier uit
Wat is nu het resultaat voor de Boeren,
die tegenover het tot een 120.000 d 130.000
man saamgesmolten leger der Engelschen,
waarschijnlijk, alles bijeengenomen, niet meer
dan tien- a twaalfduizend man kunnen stel
len
't Is waar, die twaalfduizend zijn voor 't
meereadeel in den strijd geharde», vast be
sloten hun leven zoo duur mogelijk te ver-
koopen en niet aan onderwerping te denken
zoolang er nog een schijntje van hoop is op
hel behoud van hun vrijheid
Met kleine troepen kunnen de Britten bij
dag en bij nacht bestookt worden in het
noorden, in het oosten en in het westen van
de Zuid-Afrikaansche republiek.
Nu eens hier, dan weder daar op het uit
gestrekte terrein, dat telkens weer gepacifi
ceerd en vermeesterd is geheeten, slaan de
oorlogsvlammen hoog op en 't zijn de zonen
van het Vereenigde Koninkrijk, die er tel
kens weer met verbrande lichaamsdeelen
vandaan komen
En in den Vrijstaat is het ook maar niet
pluis daar doet generaal Olivier, die zijn
taktiscli beleid reeds getoond heeft door den
terugtocht van Starmberg over Aliwal North
naar Ladybrand, zich nog altijd gelden in
de buurt van Heilbron met heel mooie kan
sen 1
Hij is er namelijk slechts een kilometer
of zestig verwijderd van de Vaal, die de
grensscheiding vormt tusschen de beide re
publieken, terwijl door Buller's opmarsch
naar het noorden, de streek tusschen Volks
rust en Johannesburg van troepeu ontbloot
is reden waarom een doorbreking naar
Transvaal, heel wel mogelijk is bij beleid en
bij overleg 1
Nu de vreemdelingen te Peking ontzet zijn
is het eerste hoofdstuk van de Chineesche
verwikkelingen afgesloten. Er is heel wat
over te doen geweest, en men mag van
geluk spreken dat al de kwade kansen zoo
netjes ontweken zijn. Toch bewijst wel het
feit, dat reeds de voorhoede van een legertje
van 15 of 20.000 man den toegang tot Peking
heeft kunnen forceeren, hoeveel lijden, angst
en moeite bespaard hadden kunnen blijven
indien de mogendheden zich wat minder
door onderlingen naijver en wantrouwen had
den laten belemmeren. En men zou zich
schromelijk vergissen als men het betrekkelijk
gemakkelijke ontzet van Peking als maatstaf
wilde gebruiken voorhetgeen nu nog te doen
valt. De mogendheden waren tot dusver
door een gemeenschappelijk belang vereenigd,
zoo goed en kwaad als 't ging, maar van nu
af zullen naijver en kuiperijen weer vrij spel
hebben.
Toch is er nog af te rekenen met de
Chineesche regeeringin de eerste plaats
voor den moord op den Duitschen gezant
en den Japanscheu gezantschaps-secretaris,
en voor de schandelijke wijze waarop de
legaties behandeld zijn, tengevolge waarvan
meer dan honderd vreemdelingen gedood of
gewond werden. Verder zal het vermoorden
van tal van zendelingen en het vernielen
van zendingsposten in het geheele rijk ter
sprake moeten komen. En dan nog de aan
val van de Chineezcn op de Siberische grens
en op de Russische spoorwegen in Mant-
sjoerije.
Het is nu maar de vraag, hoever de
mogendheden daarbij willen gaan. Bestraffing
van deu schuldigen is gemakkelijk gezegd,
wie ziju de schuldigen en waar zijn zij De
Keizerin weduwe is gevlucht: wel eeu be
kentenis van schuld, zou men zeggen, maar
is zij de hoofdschuldige En wat heeft men
op dit oogenblik te verstaan onder de re—
geering te Peking De verblijfplaats van
den Keizer (als hij nog leeft) is onbekend,
misschien vinden de verbondenen hem wel
op een van de eilandjes in de tijvers tan
zijn paleis. Het ministerie als geheel is niet
verantwoordelijk te stellen voor de wandaden,
want met prins Toean zullen diens voor
naamste handlangers wel voortvluchtig zijn.
Hen op te zoeken in een onbegonnen werk
Maar misschien is het beter zóó gelukt het
de mogendheden, eenige krachtige, betrouw
bare ambtenaren den Keizer ter zijde te
stellen, dat schijut wel de beste oplossing
vau de groote kwestie het herstel van een
geregeld bewind te Peking. Natuurlijk zou
het nieuwe bewiud voldoenden steun moeten
bezitten onder de Chineezen zelf. Eerst
daarna kan men de vraag naar de schade
loosstelling opwerpen.
Er heerscht groote onzekerheid over het
verblijf van den Keizer en de Keizerin van
China. De correspondent der Times te Sjanghai
meldt dat Li uit Peking een telegram ont
vangen heeft raeldeude, dat de Keizer en de
Keizerin naar het noordwesten gevlucht ziju,
beschermd door troepen uit Kan-soede
Keizer moet met geweld medegevoerd zijn.
In^nt ftnl rtp TonsnPrc ^«Inrhl
lingen nazetten.
De onderkoningen te Nanking en Woe—
t jang hebben aan de vreemde consuls te
Sjanghai een gemeenschappelijke nota ge
zonden, om er op aan te dringen dat de
persoon der Keizerin geëerbiedigd wordt
anders zouden zij niet voor de gevolgen
kunnen instaan. Eerstgenoemde onderkoning
heeft later echter verzekerd dat hij in elk
geval een vredelievend beleid zal volgen.
Nadat de bondgenooten Peking waren
binnengerukt, trokken de Chineesche troepen
terug naar het paleis van den Keizer en
bleven daar. Een afdeding Japanners, die
aangewezen werden om het paleis te be
waken, stuitte op hardnekkigen tegenstand
van de Chineesche troepen. De strijd duurt
nog voort. Het hoofdkwartier van het Ja
pansche leger is gevestigd in het gezant—
schapsgebouw. De divisie is grootendeels
gelegerd in dorpen in den omtrek.
Generaal Jamagoesji, bevelhebber van het
Japansche contingent dat aan het ontzet van
Peking deelgenomen heeft, meldt het vol
gende over de laatste gedeelte van den
tocht
„Dinsdagochtend vroeg (14 Augustus)
opeoden de geallieerden het geschutvuur op
den oostelijken stadsmuur. De Chineezen
hielden daar hardnekkig stand. De Japan
ners en Russen bevonden zich op de noor
delijken oever van het kanaal. Ta-toeng-ho,
de Engelschen en Amerikanen op den zuide
lijken oever, 's Nachts lieten de Japanners
de poorten van Tsjoa-jang en Toeng tsji
springen en drongen Peking binnen van de
oostzijde der Tatarenstad (dus in den omtrek
van de legaties), terwijl de Engelschen en
Amerikanen de Chineesche stad binnenrukten.
Dadelijk zonden beide afdeelingen detache
menteu uit naar de wijk der legaties, waar
zij zich vereenigdeo, en met" de vreemde
lingen gemeenschap openden. Al de ge
zanten en het peisoneel der legaties waren
ongedeerd. De Japanners hadden bij den
aanval 100 dooden eu gewonden gekregen,
het verlies van de overige troepen is nog
niet bekend de Chineezen lieten meer dan
400 dooden achter."
De stad is dus niet den 15en, maar in
deu nacht van 14 op 15 dezer iu de handen
der verbondeneu gevallen, wat, het tijdver
schil iu aanmerking genomen, met het oog
op het tijdstip van ontvangst der eerste be
richten ook waarschijnlijk was. Het genoemde
kanaal verbindt Peking met Toeng-tsjou, en
loopt van het westen naar het oosten door
de stad ongeveer 5 K.M. ten westen van
Toeng-tsjou ligt de historische Palikadebiug
over het kanaal.
De Figaro steekt niet onaardig den draak
met de benoeming van Waldersee, nu juist
de gezanten te Peking zijn ontzet. Zij geeft
'net volgende gesprek tusschen den opper
bevelhebber en'«en generaal.
Opperbevelhebber (bij zijn aankomst in
China)Wel, Generaal, hoe staat het met
de zaken Generaal zoo als u ziet Excel
lentie, alles gaat uitmuntend. Opperbevel
hebber En het Chineesche leger Generaal
In vollen aftocht. Wij hebben 20.000 Chi
neezen gevangen genomen. Opperbevelhebber:
En de gezantschappen GeneraalUitstekend,
zij zijn gered. OpperbevelhebberZoo, en
wat denkt u van de zaken? Generaal: Wat
ik er van denk? de oorlog is heelemaal uit.
Opperbevelhebber (koehjes)Zoo, dan gaan
wij opnieuw beginnen. GeneraalU zegt
OpperbevelhebberIk ben de opperbevelheb
ber van de Eurupeesche troepen, dat wil
zeggco, ik vertegenwoordig hier Europa. En
opdat de les, die Europa aan China zal
lezen, voor de toekomst haar volle werking
moge hebben, moet China verslagen worden
niet door dezen of genen generaal van de
eeu of andere mogendheid, maar door den
Europeeschen opper bevelhebberdus, door
mij. GeneraalZeer juist, Excellentie. Op
perbevelhebber Wij gaan dus alles weer
in den staat brengen, waarin het was, roor
ik aankwam. GeneraalIk ben gereed uwe
bevelen op te volgen. Wat moet ik doen
OpperbevelhebberEerst de 20,000 gevan
gen Chineezen weer loslaten, en ze zeggen
dat, wat tot nu toe gebeurd is, niet mee
telt en dat ze naderhand 'nog eens worden
gevangen genomen. GeneraalGoed, eu
dan OpperbevelhebberDan zult gij aan
de gezanten van Frankrijk, Engeland, Amerika,
Italië en Rusland, en aan alle mensehen die
in Peking belegerd zijn geworden, verzoeken
weer naar Peking terug te gaan. Generaal
Het zal gebeuren. Opperbevelhebber .- Gij
geeft ze juist zooveel eten en munitie mee,
als zij hadden. GeneraalMag het niet een
beetje meer zijn OpperbevelhebberAls gij
daar zin in hebtDan brengt gij hun
aan het verstand, dat ze nog ereis worden
ontzet, en dat deze maal het geheel Europa
zal zijn, dat hun te hulp zal komen. Generaal
Ik haast mij, om aan uwe bevelen gevolg
te geven. Opperbevelhebber: Op die ma
nier zullen wij aan China eens tooueu dat
de beschaving van Europa veel hooger staat
dan de Chineesche barbaarschheid, en de
les zal, omdat zij wat laat komt, des te
grauaioser zijn.
Vrijdag werd de tentoonstelling te Parijs
bezocht door 248.546 en Zaterdag door
428.043 personen.
De groote toeloop op Zaterdag was toe
te schrijven aan de uitdeeling der prijzeD,
die zou plaats hebben des middags, in te
genwoordigheid van president Loubet, van
verschillende leden van het corps diploma
tique en tal van andere autoriteiten.
Het aantal prijzen bedraagt 45.000 goudeD,
zilveren en bronzen medailles, eervolle ver
meldingen en bovendien 50.000 belooningen
voor medewerkers. Natuurlijk kon de eigen
lijke uitdeeling daarvan niet op een raiddag
plaats hebben. De lijst der bekrouingen telt
alleen 350 pagina's en er zouden 58 uren
voor noodig geweest zijn om ze geheel door
te lezen. Daarom bestond het eigenlijke feest
in eenige redevoeringen, die de minister van
handd Millerand en president Lont et hiel
den
Alle gebouwen vlagden de monumenten
waren gepavoiieenl cn de menigte juichte
Loubet geestdrif.ig toe. Minister Milleiand
wees er op, dat nimmer een tento ms'elling
grooter succes had dan deze Parijsche en
dankte allen, die tot dit succes van het feest
van den arbeid hadden bijgedragen, in 't bij
zonder den vorsten en regeeringen. De
Alexanderbrug en twee der paleizen zouden
blijven bestaan, zeide hij, en alzoo het ver
leden met het tegenwoordige blijven verbinden
en de herinnering bewaren aan het onverge
lijkelijke feest van den arbeid en den vre
de, dat het renublikeinsche Frankrijk der
nienschheid gebolen heeft.
President Loubet dank'e alle medewerkers,
en hoop'e, dat de geest, waardoor de
tentoonstelling tot stand kwam, het werk
zelf zou overleven. De tentoonstelling heeft
gediend tusschen de regeeringen en de
vulkeren, de duurzaamste betrekkingen te
bewaren.
liet buitenland had gezien, dat Frankrijk
het land van den vrede en van den arbeid
gebleven was. De tentoonstelling had de
solidariteit der volkeren doen toenemen, en
de solidariteit zou in de toekomst voeren
tot een vriendschappelijke regeling van in
ternationale conflicten en tot een bevestiging
van den vrede.
Deze toespraken verwierveu enormen bij
val.
Des avonds was er gondelfeest op de Seine.
Booten met veelkleurige lampions, met zang
vereenigiugen en muziekkorpsen aan boord,
voeren af en aan. De Bey van Tunis woonde
het feest bij. Na afloop weid er vuurwerk
afgestoken.
Jammer, dat een klein ongeval vooikwam
Twee vaartuigen kwamen met elkander in
aanvaring, waardoor het eene omsloeg en
een jonge man, die erin zat, verdronk.
Zondag werd de Parijsche tentoonstel
ling bezocht door 344.334 personen.
De Chineesche oorlog heeft, voor zoolang
als het duurt een zekere toenadering tot
stand gebracht tusschen Duiischland en
Frankrijk.
Verbroedeid zijn de beide volkeren evenwel
nog lang niet. Zij zullen het waarschijnlijk
nooit worden ook.
Een verbroedering tusschen Duitsche en
Fransche soldaten heeft reeds plaats gehad
te Port Said. Het Duitsche stoomschip Wit-
tekind met troepen naar China aan boord
lag daar aan de kade gemeerd, toen het
Fransche transportschip Anquitaine naderde.
De Duitsche bevelhebber liet zijn mannen
zich langs het bakboordzijde in rij en gelid
scharen en drie hoera's aanheffen voor de
Fransche kameraden, terwijl de muziek aan
boord de Marseillaise speelde. De Franschen
met hun levendig temperament geraakten
bij deze begroeting schier buiten zichzelf
zij juichten, zij klapten in de handen, zij
zakdoeken en riepen „Vive
au revoir en Chine(Leve
tot weerziens iu China.) Ook
de Fransche officieren lieten zich geenszins
onbetuigd.
Uit Hamburg wordt gemeld dat het ge
wone feestmaal van de reserve-officieren bij
gelegenheid van den Sedandag daar ditmaal
achterwege zal blijven, omdat men het niet
vindt dien dag in het oog loopende wijze te
vieren, terwijl Duitsche en Fransche troepen
schouder aan schouder vechten. Dit voor
beeld zal wel andere plaatsen in Duitschland
navolging vinden. Trouwens, het Sedanfeest
wordt sedert het vijfentwintigjarig jubileum
in 1895 al veel minder gevierd dan vroeger.
Ook langs den Rijn is men van plan, om
boven reden, van het jaar maar weinig te
doen aan viering van den Sedan-dag.
Ondanks al deze schoon schijnende zaken
is de Fransche pers maar matigjes ingenomen
met de beuoeming van Waldersee. Als die
officier tot opperbevelhebber in China zou
worden benoemd, die het hoogste in rang is,
dan had de Fransche regeering maar den
hoogsten oome moeten stureu, die in'Frankrijk
te vinden was, zeggen zij.
Het vertrek van Von Waldersee.
De Keizer weuschte, bij de ontvangst van
Waldersee met zijn staf in het kasteel te
Cassel, Waldersee en den staf geluk, dat zij
deu veldtocht iu China konden meemaken.
Hij stelde in het licht, dat de benoeming
van Waldersee het gevolg was van de aan
sporing en deu wensen van den Tsaar,
waaruit opnieuw bleek, hoe nauw de oude
krijgstraditién der beide Keizerrijkeu aan
elkaar verbonden waren. De Keizer begroette
met vreugde, dat zouder onderscheid de
geheele beschaafde wereld op aansporing van
den Tsaar uit vrijen wil aan Waldersee hel
bevel over hare leger3 toevertrouwd heeft,
want daarin lag de algemeene erkenning van
de voortreffelijkheid van de Duitsche militaire
leven, van de uitstekende militaire vorming
en bevelvoering der Duitsche generaals en
officiereu daadwerkelijk opgesloten. De Keizer
overhandigde hierop aan Waldersee den
veldmaarschalksstaf onder het uiten van
den wensch, dat hij hem met zijn bekende
flinke zekerheid, en gesteund door zijn
voorzienden blik zou voeren. De Keizer
besloot met den wensch, dat het voor Wal
dersee zou zijn weggelegd om de hem op
gedragen taak te volbrengen, gelijk hij zelf
en alleu wenschten, en dat, in het belaug
der volkereu, de gemeenschappelijke veldtocht
een vaste burcht voor de onderlinge waar—
deering en voor den vrede onder de Euro—
peesche mogendheden zou worden, gelijk de
Tsaar dit verleden jaar langs een anderen
weg trachtte te bereiken. Wat langs het pad
van vrede niet heeft mogen verkregen worden
zou thans misschien gewapender hand kun
nen worden bevochten. Prosit 1
wuifden met
l'Allemagne
Duitschland
Bij Plewna zijn twee spoortreinen met
elkander in botsing gekomen, 20 personen
werden gedood en gewond.
WAALWIJK, 22 Augustus 1900.
Bekroningen op de Parijsche Tentoonstelling.
In vervolg op ons bericht van 18 dezer,
omtrent de bekroningen op de Wereld-
Tentoonstelling te Parijs, kunnen wij nog
nader mededeelen, dat zijn toegewezen
de gouden medaille aan de collectieve
zoollederinzenditrgen, waaraan deelnamen
(in Groep XIV) P. van Tjoon Gzn.,
Corns, van der HeijdenWakkers en Jac.
van Ttiel te Waalwijk, J. Brcssers, Dongen,
M. G. van Son, Waspik.
De firma W. Timmermans Zonen te
Waalwijk bleef buiten mededinging, wegens
de benoeming van den Heer J. Bernard
Timmermans Wzn. tot lid van de Interna
tionale Jury.
De bronzen medaille (voor overleder) aan
de firma Frans vun den Assum Gzn. te
Dongen.
Idem (leder gelooid volgens nieuw systeem
met stoomkracht) aan de firma Gragtmans
Wiesman te Waalwijk.
Gouden medaille voor leder enz. in Groep
XIV aan Van Siebergen's Lederfabriek te
Rijen.
Idem voor looistoffen in Groep JX aan
dezelfde firma.
En in Groep XIII, de zilveren medaille
aan de firma Jos. Groenen te Besoijen, voor
heerenschoenen en -laarzen.
De bronzen medaille aan de firma Klerx-
Dekkers te Baardwijk voor damesschoeisel.
Idem aan de firma Gebrs. Fuhrmann te
Alkmaar voor diverse Militaire schoeisels.
Met den uitslag dezer bekroningen, die
waarlijk zeer bevredigend mag genoemd
worden, wenschen wij de exposanten van
harte geluk.
Zij hebben onze industrie op de voor
naamste aller Wereld-Tentoonstellingen op
waardige wijze vertegenwoordigd en hoog
gehouden.
Ovatie.
Maandaginoigen bracht de Liedertafel
//Oefening baart Kunst te Besoijen, den
heer Jos. Groenen aldaar, wegens zijne be
kroning te Parijs eene ovatie. Des avonds
de harmonie fFEspérance van Waalwijk, eene
serenade, wat natuurlijk ook eene massa volks
op de been bracht, die de harmonie, welke on
derweg den beschermheer en president eene
ovatie bracht, onder luid gejuich tot aan de
harmoniezaal vergezelde.
Wat is 't toch jammer, vooral voor 't
volk, dat wij geene kiosk hebben voor
geregelde volksconcerten.
Concert.
Zondag-namiddag gaf de Sophia-Vereeni-
ging te Loonopzand eene uitvoering in den
tuin van den lieer Chr. Appels alhier. Dank
zij het mooie weder en den gunstigen in
druk, dien het gezelschap hier van vroeger
had achtergelaten, was een vrij groot publiek
opgekomen. De verschillende nummers
werden over het geheel verdienstelijk uitge
voerd, Er werd over 't algemeen accuraat
gespeeld. Een weinig meer warmte in het
spel zou echter de uitvoering niet geschaad
hebben.
Een groote menigte deed'de fanfare uit
geleide naar den tram.
Wedvlucht.
De postduiven-vereeuiging *de Postduif*
alhier hield Zondag eene wedvlucht mtt
jonge duiven van uit Maastricht, afstand
103.1 K M. De duiven werden door de
welwillende zorgen van den Heer Stationchef
aldaar, des morgens ten 7 uur 20 min. in
vrijheid gesteld. De prijzen werden behaald
als volgt
w
H
K
H
H
It
H
H
Bij het toelatings-examen tot de studie
aan de universiteit voor de staatscommissie
te Utrecht slaagden de volgende studenten
van het Bisschoppelijk College te Roermond
Ch. Jansen van Gulpen, Vict. Spauwen van
Eisden, Ant. Tellegen van Zwolle.
Legioen van Eer.
De President der Fransche Republiek
beeft benoemd in het Legioen van Eer tot
grootofficier mr. L. P. M. H. baron Michiels
van Verduynen, voorzitter van de centrale
commissie voor de inrichting van de afdee
lingen van Nederland en de koloniën op de
wereldtentoonstelling te Parijs, tevens com
missaris-generaal voor Nederland bij die
tentoonstelling, en tot officier D. baron van
Asbeck, lid der centrale commissie voor
noemd, tevens gedelegeerde van den com
missaris-generaal voor Nederland te Parijs
liet Nederl. Roode Kruis.
De Voorzitter van het hoofdcomité van
het Nederl. Roode Kruis heeft van den
Minister van Buitenlandsche Zaken de mede
deeling gekregen van een telegram van onzen
consul te Colombo (Ceylon), meldende „alle
gevangenen zijn in welstaud. Voor hen zal
zorg worden gedragen."