De Zuid-Afrikaansche oorlog, China. BUITENLAND. Frankrijk. Duitschland. Bulgarije. BINNENLAND. Ie prijs Reué Ficq u. in. s. 9.6. 3 2e u P. R. Schoemans 9.6.31 8e u 9.6.31 4e n '9. 6.31 5e u M. Hartog 9. 6. 43 6e P. R. Schoemans 9. 7. 1 7e u 9. 7. 1 8e u 9,11.1 9e René Ficq 9.12.3 10e 9.12. 3 11e M. Hartog 9.13.30 Bisschoppelijk College te Roermond. deze gecontracteerde Kolen zijn stipt op tijd geleverd, zoodat bij de afnemers overal groote voorraden zijn. Daarbij komt, dat de overgroote bedrijvig heid in de metaalindustrie is afgenomen. In de maandel. rapporten van de Board of trade in Engeland zien we dat de export der staal en ijzerwaren over Juli slechts 267143 ton bedroeg tegenover 370014 tons in 1899 zelfs de maand Juli in 1898 was nog 14000 tons dan dit jaar. De waarden der stoommachines en andere machines, welke verzonden werden, was niettegenstaande de hoogere stukprijzen 9 pCt. minder. De vraag naar kolen is dan ook verminderd. liet vooruitzicht bestaat daardoor, dat de verbruikers, die met hunne inkoopen tot na October hebben durven wachten veel voor- deeliger zullen koopen dan zij die in het voorjaar en in den zomer kochten. De vraag naar huisbrandkolen is thans buitengewoon groot en was sedert de dure jare van 1875 nog nooit zoo gejaagd. Het publiek schijnt zich door de courantenbe richten en de praatjes van kolenverkoopers te hebben laten bang maken, en koopt in den zomer tegen te dure prijzen haren win tervoorraad. Alles wijst er op dat de stijging zijn toppunt heeft bereikt en eene afdaling tot meer normale prijzen gaat beginnen. De Wet, de Boerengeneraal, die maanden achtereen den besten Britschen legeraanvoer der te slim in afgeweest, wordt door de overgroote meerderheid der Engelsche bladen in verband met de officieele erkenning van den opperbevelhebber lord Roberts, behan deld als een met succes aan de vervolging ontkomene een kleine minderheid slechts der Britsche organen, is eerlijk genoeg te er kennen dat Christiaan De Wet een over winnaar is geweest in den besten zin van het woord Verslagen of wel moreel overwonnen heeft hij een Menthuen en zelfs een Kitchener. Met een geringe strijdmacht is hij onge rept met zijn mannen in veiligheid weten te komen tegenover een geweldige overmacht. Hij heeft zich niet laten opdrijven als uit geput wild, zeker een der eerstvolgende da gen toch buitgemaakt te worden, doch be vindt zich in het westen van Transvaal op een terrein, waar lord Roberts hem het minst gaarne wil hebben En nu moet men niet denken, dat De Wet er in het district Rustenburg zijn gemak van is gaan nemen, dat hij daar is gaau neer zitten in afwachting van een goede gelegen heid om weder eens een slag te slaan neen, hij is met enorme doortastendheid ou- verwijld weer in actie gegaan Nadat hij Kitchener en Menthuen zóo heerlijk gefopt had, dat die heeren tot eigen veiligheid gedwongen waren de vervolging te slaken, welke den Britten weer aardig wat heeft gekost aan menscheulevens, aan geld en aan prestige, heeft hij op zijn onverwachts een zwenking in oostelijke richting gemaakt. Volgens de laatste berichten bevond hij zich namelijk te Commando's Nek (ten noor den van de hoofdstad van Transvaal, tevens het hoofdkwartier vau lord Roberts) waar hij het generaal Baden Powell, den wakkeren verdediger van Mafekiug, zoo warm maakte, dat deze op de vraag van De Wet of hij (Powell) gezind was zich over te geven, re pliceerde eerst wel eens te willen weten wat de Boeren voor voorwaarden stelden I Nu heet het wel, dat De Wet alleen ten doel heeft gehad te weten te komen hoe sterk de Britsche bezetting was onder Po well's bevel, doch indien Baden Powell de sommatie van de Wet zoo uiterst dolzinnig had gevonden, zou hij er immers niet op geantwoord hebben 1 Wat de mededeeling betreft, dat de Boe ren in hun opraarsch verder noordelijk ach tervolgd worden door Baden Powell enfin, de achtervolgingen der Britten eindigeu in het allergunstigste geval in denkbeeldige ver liezen aan den kant der nagejaagden (in casu de Boeren) en in effectieve tegenslagen voor de achtervolger (in casu de Engelsche») 1 Berichten uit Lorenco Marques zijn niet te vertrouwen, men hechte dus niet te veel gewicht aan de jongste van daar komende sensationeele telegrammen. Het vage gerucht van een vage Boeren—overwinning liep sinds eenige dagen. Er schijnt nu wat kleur aan gegeven door De Wet, den man wien niets onmogelijk is, het vaderschap der zegepraal toe te kennen. Waar de 4000 Britten met hun zeven ka nonnen in de handen van den convooinemer zouden gevallen zijn wordt niet vermeld. Vrijdag was De Wet bij Commando's Nek, bekend door de overgave der Lincolns en hun twee kanonnen, en vertrok daarop ver der Noordwaarts, zooals een later telegram uit Kaapstad meldt. Trok hij het Bosch veld in, om zijn waarschijnlijk afgematte maunen en paarden te laten uitblazen 't Is aannemelijker dan de veronderstelling dat hij zich in een grooten boog naar het Oosten heeft gewend om ergens tusschen Pretoria en Middelburg een 4000 Engelschen tot overgaaf te dwingen. Dat zou, taai en bewegelijk als De Wet is, wat al te veel van zijn taaiheid en be weeglijkheid gevergd zijn 't Is anders waarlijk niet noodig, dat de Engelsche correspondenten zoo hier of daar ten aanzien van De Wet of een der overige Boerenaanvoerders overwinningen fantaseeren met het doel later voor den dag te kunnen komende met verheugende rectificaties een korte vergelijking tusschen den staat van zaken vóór niet meer dan een maand onge veer en nu, heft allen twijfel aan het be leid, den moed en de volharding der Boeren op Voor enkele weken had het er werkelijk veel van albof het westelijk deel van Trans- Het doel der Engelschen (opdrijving der Boeren naar het oosten) scheen volkomen bereikt; al waren ze er dan ook niet in ge slaagd de commando's onder De Wet cn Olivier te nopen hun heil te zoeken in over schrijding van de grens van Basoetoeland of wel een ongelijken kamp aan te gaan met de strijdmacht onder generaal Redvers Bulle in het zuiden van Transvaal bij Wakkcstroom of Volksrust Lord Roberts begon, schijnbaar onder heel gunstige omstandigheden, den opmarsch in oostelijke en zuidelijke richting van Pretoria uit. Het doel was de strijdmacht onder Botha terug te drijven, zoo mogelijk te ver nietigen en president Kruger te dwingen zich over tc geven op genade of ongenade, tenzij hij de vlucht naar onherbergzame oor den daarboven mocht verkiezen Hoe gansch anders is het nu De Boeren hebben zich niet geconcentreerd met de overgroote kans in een geregelde» strijd tegenover de numerieke overmacht der Britten een onherstelbare nederlaag te lijden zij hebben geopereerd bij kleine detache menten, zoodat de Engelschen een front heb ben te bestrijken van vijfhonderd kilometer, zonder dat eenig voordeel van hooge betee- kenis naar Londen is te melden geweest van het Britsche hoofdkwartier uit Wat is nu het resultaat voor de Boeren, die tegenover het tot een 120.000 d 130.000 man saamgesmolten leger der Engelschen, waarschijnlijk, alles bijeengenomen, niet meer dan tien- a twaalfduizend man kunnen stel len 't Is waar, die twaalfduizend zijn voor 't meereadeel in den strijd geharde», vast be sloten hun leven zoo duur mogelijk te ver- koopen en niet aan onderwerping te denken zoolang er nog een schijntje van hoop is op hel behoud van hun vrijheid Met kleine troepen kunnen de Britten bij dag en bij nacht bestookt worden in het noorden, in het oosten en in het westen van de Zuid-Afrikaansche republiek. Nu eens hier, dan weder daar op het uit gestrekte terrein, dat telkens weer gepacifi ceerd en vermeesterd is geheeten, slaan de oorlogsvlammen hoog op en 't zijn de zonen van het Vereenigde Koninkrijk, die er tel kens weer met verbrande lichaamsdeelen vandaan komen En in den Vrijstaat is het ook maar niet pluis daar doet generaal Olivier, die zijn taktiscli beleid reeds getoond heeft door den terugtocht van Starmberg over Aliwal North naar Ladybrand, zich nog altijd gelden in de buurt van Heilbron met heel mooie kan sen 1 Hij is er namelijk slechts een kilometer of zestig verwijderd van de Vaal, die de grensscheiding vormt tusschen de beide re publieken, terwijl door Buller's opmarsch naar het noorden, de streek tusschen Volks rust en Johannesburg van troepeu ontbloot is reden waarom een doorbreking naar Transvaal, heel wel mogelijk is bij beleid en bij overleg 1 Nu de vreemdelingen te Peking ontzet zijn is het eerste hoofdstuk van de Chineesche verwikkelingen afgesloten. Er is heel wat over te doen geweest, en men mag van geluk spreken dat al de kwade kansen zoo netjes ontweken zijn. Toch bewijst wel het feit, dat reeds de voorhoede van een legertje van 15 of 20.000 man den toegang tot Peking heeft kunnen forceeren, hoeveel lijden, angst en moeite bespaard hadden kunnen blijven indien de mogendheden zich wat minder door onderlingen naijver en wantrouwen had den laten belemmeren. En men zou zich schromelijk vergissen als men het betrekkelijk gemakkelijke ontzet van Peking als maatstaf wilde gebruiken voorhetgeen nu nog te doen valt. De mogendheden waren tot dusver door een gemeenschappelijk belang vereenigd, zoo goed en kwaad als 't ging, maar van nu af zullen naijver en kuiperijen weer vrij spel hebben. Toch is er nog af te rekenen met de Chineesche regeeringin de eerste plaats voor den moord op den Duitschen gezant en den Japanscheu gezantschaps-secretaris, en voor de schandelijke wijze waarop de legaties behandeld zijn, tengevolge waarvan meer dan honderd vreemdelingen gedood of gewond werden. Verder zal het vermoorden van tal van zendelingen en het vernielen van zendingsposten in het geheele rijk ter sprake moeten komen. En dan nog de aan val van de Chineezcn op de Siberische grens en op de Russische spoorwegen in Mant- sjoerije. Het is nu maar de vraag, hoever de mogendheden daarbij willen gaan. Bestraffing van deu schuldigen is gemakkelijk gezegd, wie ziju de schuldigen en waar zijn zij De Keizerin weduwe is gevlucht: wel eeu be kentenis van schuld, zou men zeggen, maar is zij de hoofdschuldige En wat heeft men op dit oogenblik te verstaan onder de re— geering te Peking De verblijfplaats van den Keizer (als hij nog leeft) is onbekend, misschien vinden de verbondenen hem wel op een van de eilandjes in de tijvers tan zijn paleis. Het ministerie als geheel is niet verantwoordelijk te stellen voor de wandaden, want met prins Toean zullen diens voor naamste handlangers wel voortvluchtig zijn. Hen op te zoeken in een onbegonnen werk Maar misschien is het beter zóó gelukt het de mogendheden, eenige krachtige, betrouw bare ambtenaren den Keizer ter zijde te stellen, dat schijut wel de beste oplossing vau de groote kwestie het herstel van een geregeld bewind te Peking. Natuurlijk zou het nieuwe bewiud voldoenden steun moeten bezitten onder de Chineezen zelf. Eerst daarna kan men de vraag naar de schade loosstelling opwerpen. Er heerscht groote onzekerheid over het verblijf van den Keizer en de Keizerin van China. De correspondent der Times te Sjanghai meldt dat Li uit Peking een telegram ont vangen heeft raeldeude, dat de Keizer en de Keizerin naar het noordwesten gevlucht ziju, beschermd door troepen uit Kan-soede Keizer moet met geweld medegevoerd zijn. In^nt ftnl rtp TonsnPrc ^«Inrhl lingen nazetten. De onderkoningen te Nanking en Woe— t jang hebben aan de vreemde consuls te Sjanghai een gemeenschappelijke nota ge zonden, om er op aan te dringen dat de persoon der Keizerin geëerbiedigd wordt anders zouden zij niet voor de gevolgen kunnen instaan. Eerstgenoemde onderkoning heeft later echter verzekerd dat hij in elk geval een vredelievend beleid zal volgen. Nadat de bondgenooten Peking waren binnengerukt, trokken de Chineesche troepen terug naar het paleis van den Keizer en bleven daar. Een afdeding Japanners, die aangewezen werden om het paleis te be waken, stuitte op hardnekkigen tegenstand van de Chineesche troepen. De strijd duurt nog voort. Het hoofdkwartier van het Ja pansche leger is gevestigd in het gezant— schapsgebouw. De divisie is grootendeels gelegerd in dorpen in den omtrek. Generaal Jamagoesji, bevelhebber van het Japansche contingent dat aan het ontzet van Peking deelgenomen heeft, meldt het vol gende over de laatste gedeelte van den tocht „Dinsdagochtend vroeg (14 Augustus) opeoden de geallieerden het geschutvuur op den oostelijken stadsmuur. De Chineezen hielden daar hardnekkig stand. De Japan ners en Russen bevonden zich op de noor delijken oever van het kanaal. Ta-toeng-ho, de Engelschen en Amerikanen op den zuide lijken oever, 's Nachts lieten de Japanners de poorten van Tsjoa-jang en Toeng tsji springen en drongen Peking binnen van de oostzijde der Tatarenstad (dus in den omtrek van de legaties), terwijl de Engelschen en Amerikanen de Chineesche stad binnenrukten. Dadelijk zonden beide afdeelingen detache menteu uit naar de wijk der legaties, waar zij zich vereenigdeo, en met" de vreemde lingen gemeenschap openden. Al de ge zanten en het peisoneel der legaties waren ongedeerd. De Japanners hadden bij den aanval 100 dooden eu gewonden gekregen, het verlies van de overige troepen is nog niet bekend de Chineezen lieten meer dan 400 dooden achter." De stad is dus niet den 15en, maar in deu nacht van 14 op 15 dezer iu de handen der verbondeneu gevallen, wat, het tijdver schil iu aanmerking genomen, met het oog op het tijdstip van ontvangst der eerste be richten ook waarschijnlijk was. Het genoemde kanaal verbindt Peking met Toeng-tsjou, en loopt van het westen naar het oosten door de stad ongeveer 5 K.M. ten westen van Toeng-tsjou ligt de historische Palikadebiug over het kanaal. De Figaro steekt niet onaardig den draak met de benoeming van Waldersee, nu juist de gezanten te Peking zijn ontzet. Zij geeft 'net volgende gesprek tusschen den opper bevelhebber en'«en generaal. Opperbevelhebber (bij zijn aankomst in China)Wel, Generaal, hoe staat het met de zaken Generaal zoo als u ziet Excel lentie, alles gaat uitmuntend. Opperbevel hebber En het Chineesche leger Generaal In vollen aftocht. Wij hebben 20.000 Chi neezen gevangen genomen. Opperbevelhebber: En de gezantschappen GeneraalUitstekend, zij zijn gered. OpperbevelhebberZoo, en wat denkt u van de zaken? Generaal: Wat ik er van denk? de oorlog is heelemaal uit. Opperbevelhebber (koehjes)Zoo, dan gaan wij opnieuw beginnen. GeneraalU zegt OpperbevelhebberIk ben de opperbevelheb ber van de Eurupeesche troepen, dat wil zeggco, ik vertegenwoordig hier Europa. En opdat de les, die Europa aan China zal lezen, voor de toekomst haar volle werking moge hebben, moet China verslagen worden niet door dezen of genen generaal van de eeu of andere mogendheid, maar door den Europeeschen opper bevelhebberdus, door mij. GeneraalZeer juist, Excellentie. Op perbevelhebber Wij gaan dus alles weer in den staat brengen, waarin het was, roor ik aankwam. GeneraalIk ben gereed uwe bevelen op te volgen. Wat moet ik doen OpperbevelhebberEerst de 20,000 gevan gen Chineezen weer loslaten, en ze zeggen dat, wat tot nu toe gebeurd is, niet mee telt en dat ze naderhand 'nog eens worden gevangen genomen. GeneraalGoed, eu dan OpperbevelhebberDan zult gij aan de gezanten van Frankrijk, Engeland, Amerika, Italië en Rusland, en aan alle mensehen die in Peking belegerd zijn geworden, verzoeken weer naar Peking terug te gaan. Generaal Het zal gebeuren. Opperbevelhebber .- Gij geeft ze juist zooveel eten en munitie mee, als zij hadden. GeneraalMag het niet een beetje meer zijn OpperbevelhebberAls gij daar zin in hebtDan brengt gij hun aan het verstand, dat ze nog ereis worden ontzet, en dat deze maal het geheel Europa zal zijn, dat hun te hulp zal komen. Generaal Ik haast mij, om aan uwe bevelen gevolg te geven. Opperbevelhebber: Op die ma nier zullen wij aan China eens tooueu dat de beschaving van Europa veel hooger staat dan de Chineesche barbaarschheid, en de les zal, omdat zij wat laat komt, des te grauaioser zijn. Vrijdag werd de tentoonstelling te Parijs bezocht door 248.546 en Zaterdag door 428.043 personen. De groote toeloop op Zaterdag was toe te schrijven aan de uitdeeling der prijzeD, die zou plaats hebben des middags, in te genwoordigheid van president Loubet, van verschillende leden van het corps diploma tique en tal van andere autoriteiten. Het aantal prijzen bedraagt 45.000 goudeD, zilveren en bronzen medailles, eervolle ver meldingen en bovendien 50.000 belooningen voor medewerkers. Natuurlijk kon de eigen lijke uitdeeling daarvan niet op een raiddag plaats hebben. De lijst der bekrouingen telt alleen 350 pagina's en er zouden 58 uren voor noodig geweest zijn om ze geheel door te lezen. Daarom bestond het eigenlijke feest in eenige redevoeringen, die de minister van handd Millerand en president Lont et hiel den Alle gebouwen vlagden de monumenten waren gepavoiieenl cn de menigte juichte Loubet geestdrif.ig toe. Minister Milleiand wees er op, dat nimmer een tento ms'elling grooter succes had dan deze Parijsche en dankte allen, die tot dit succes van het feest van den arbeid hadden bijgedragen, in 't bij zonder den vorsten en regeeringen. De Alexanderbrug en twee der paleizen zouden blijven bestaan, zeide hij, en alzoo het ver leden met het tegenwoordige blijven verbinden en de herinnering bewaren aan het onverge lijkelijke feest van den arbeid en den vre de, dat het renublikeinsche Frankrijk der nienschheid gebolen heeft. President Loubet dank'e alle medewerkers, en hoop'e, dat de geest, waardoor de tentoonstelling tot stand kwam, het werk zelf zou overleven. De tentoonstelling heeft gediend tusschen de regeeringen en de vulkeren, de duurzaamste betrekkingen te bewaren. liet buitenland had gezien, dat Frankrijk het land van den vrede en van den arbeid gebleven was. De tentoonstelling had de solidariteit der volkeren doen toenemen, en de solidariteit zou in de toekomst voeren tot een vriendschappelijke regeling van in ternationale conflicten en tot een bevestiging van den vrede. Deze toespraken verwierveu enormen bij val. Des avonds was er gondelfeest op de Seine. Booten met veelkleurige lampions, met zang vereenigiugen en muziekkorpsen aan boord, voeren af en aan. De Bey van Tunis woonde het feest bij. Na afloop weid er vuurwerk afgestoken. Jammer, dat een klein ongeval vooikwam Twee vaartuigen kwamen met elkander in aanvaring, waardoor het eene omsloeg en een jonge man, die erin zat, verdronk. Zondag werd de Parijsche tentoonstel ling bezocht door 344.334 personen. De Chineesche oorlog heeft, voor zoolang als het duurt een zekere toenadering tot stand gebracht tusschen Duiischland en Frankrijk. Verbroedeid zijn de beide volkeren evenwel nog lang niet. Zij zullen het waarschijnlijk nooit worden ook. Een verbroedering tusschen Duitsche en Fransche soldaten heeft reeds plaats gehad te Port Said. Het Duitsche stoomschip Wit- tekind met troepen naar China aan boord lag daar aan de kade gemeerd, toen het Fransche transportschip Anquitaine naderde. De Duitsche bevelhebber liet zijn mannen zich langs het bakboordzijde in rij en gelid scharen en drie hoera's aanheffen voor de Fransche kameraden, terwijl de muziek aan boord de Marseillaise speelde. De Franschen met hun levendig temperament geraakten bij deze begroeting schier buiten zichzelf zij juichten, zij klapten in de handen, zij zakdoeken en riepen „Vive au revoir en Chine(Leve tot weerziens iu China.) Ook de Fransche officieren lieten zich geenszins onbetuigd. Uit Hamburg wordt gemeld dat het ge wone feestmaal van de reserve-officieren bij gelegenheid van den Sedandag daar ditmaal achterwege zal blijven, omdat men het niet vindt dien dag in het oog loopende wijze te vieren, terwijl Duitsche en Fransche troepen schouder aan schouder vechten. Dit voor beeld zal wel andere plaatsen in Duitschland navolging vinden. Trouwens, het Sedanfeest wordt sedert het vijfentwintigjarig jubileum in 1895 al veel minder gevierd dan vroeger. Ook langs den Rijn is men van plan, om boven reden, van het jaar maar weinig te doen aan viering van den Sedan-dag. Ondanks al deze schoon schijnende zaken is de Fransche pers maar matigjes ingenomen met de beuoeming van Waldersee. Als die officier tot opperbevelhebber in China zou worden benoemd, die het hoogste in rang is, dan had de Fransche regeering maar den hoogsten oome moeten stureu, die in'Frankrijk te vinden was, zeggen zij. Het vertrek van Von Waldersee. De Keizer weuschte, bij de ontvangst van Waldersee met zijn staf in het kasteel te Cassel, Waldersee en den staf geluk, dat zij deu veldtocht iu China konden meemaken. Hij stelde in het licht, dat de benoeming van Waldersee het gevolg was van de aan sporing en deu wensen van den Tsaar, waaruit opnieuw bleek, hoe nauw de oude krijgstraditién der beide Keizerrijkeu aan elkaar verbonden waren. De Keizer begroette met vreugde, dat zouder onderscheid de geheele beschaafde wereld op aansporing van den Tsaar uit vrijen wil aan Waldersee hel bevel over hare leger3 toevertrouwd heeft, want daarin lag de algemeene erkenning van de voortreffelijkheid van de Duitsche militaire leven, van de uitstekende militaire vorming en bevelvoering der Duitsche generaals en officiereu daadwerkelijk opgesloten. De Keizer overhandigde hierop aan Waldersee den veldmaarschalksstaf onder het uiten van den wensch, dat hij hem met zijn bekende flinke zekerheid, en gesteund door zijn voorzienden blik zou voeren. De Keizer besloot met den wensch, dat het voor Wal dersee zou zijn weggelegd om de hem op gedragen taak te volbrengen, gelijk hij zelf en alleu wenschten, en dat, in het belaug der volkereu, de gemeenschappelijke veldtocht een vaste burcht voor de onderlinge waar— deering en voor den vrede onder de Euro— peesche mogendheden zou worden, gelijk de Tsaar dit verleden jaar langs een anderen weg trachtte te bereiken. Wat langs het pad van vrede niet heeft mogen verkregen worden zou thans misschien gewapender hand kun nen worden bevochten. Prosit 1 wuifden met l'Allemagne Duitschland Bij Plewna zijn twee spoortreinen met elkander in botsing gekomen, 20 personen werden gedood en gewond. WAALWIJK, 22 Augustus 1900. Bekroningen op de Parijsche Tentoonstelling. In vervolg op ons bericht van 18 dezer, omtrent de bekroningen op de Wereld- Tentoonstelling te Parijs, kunnen wij nog nader mededeelen, dat zijn toegewezen de gouden medaille aan de collectieve zoollederinzenditrgen, waaraan deelnamen (in Groep XIV) P. van Tjoon Gzn., Corns, van der HeijdenWakkers en Jac. van Ttiel te Waalwijk, J. Brcssers, Dongen, M. G. van Son, Waspik. De firma W. Timmermans Zonen te Waalwijk bleef buiten mededinging, wegens de benoeming van den Heer J. Bernard Timmermans Wzn. tot lid van de Interna tionale Jury. De bronzen medaille (voor overleder) aan de firma Frans vun den Assum Gzn. te Dongen. Idem (leder gelooid volgens nieuw systeem met stoomkracht) aan de firma Gragtmans Wiesman te Waalwijk. Gouden medaille voor leder enz. in Groep XIV aan Van Siebergen's Lederfabriek te Rijen. Idem voor looistoffen in Groep JX aan dezelfde firma. En in Groep XIII, de zilveren medaille aan de firma Jos. Groenen te Besoijen, voor heerenschoenen en -laarzen. De bronzen medaille aan de firma Klerx- Dekkers te Baardwijk voor damesschoeisel. Idem aan de firma Gebrs. Fuhrmann te Alkmaar voor diverse Militaire schoeisels. Met den uitslag dezer bekroningen, die waarlijk zeer bevredigend mag genoemd worden, wenschen wij de exposanten van harte geluk. Zij hebben onze industrie op de voor naamste aller Wereld-Tentoonstellingen op waardige wijze vertegenwoordigd en hoog gehouden. Ovatie. Maandaginoigen bracht de Liedertafel //Oefening baart Kunst te Besoijen, den heer Jos. Groenen aldaar, wegens zijne be kroning te Parijs eene ovatie. Des avonds de harmonie fFEspérance van Waalwijk, eene serenade, wat natuurlijk ook eene massa volks op de been bracht, die de harmonie, welke on derweg den beschermheer en president eene ovatie bracht, onder luid gejuich tot aan de harmoniezaal vergezelde. Wat is 't toch jammer, vooral voor 't volk, dat wij geene kiosk hebben voor geregelde volksconcerten. Concert. Zondag-namiddag gaf de Sophia-Vereeni- ging te Loonopzand eene uitvoering in den tuin van den lieer Chr. Appels alhier. Dank zij het mooie weder en den gunstigen in druk, dien het gezelschap hier van vroeger had achtergelaten, was een vrij groot publiek opgekomen. De verschillende nummers werden over het geheel verdienstelijk uitge voerd, Er werd over 't algemeen accuraat gespeeld. Een weinig meer warmte in het spel zou echter de uitvoering niet geschaad hebben. Een groote menigte deed'de fanfare uit geleide naar den tram. Wedvlucht. De postduiven-vereeuiging *de Postduif* alhier hield Zondag eene wedvlucht mtt jonge duiven van uit Maastricht, afstand 103.1 K M. De duiven werden door de welwillende zorgen van den Heer Stationchef aldaar, des morgens ten 7 uur 20 min. in vrijheid gesteld. De prijzen werden behaald als volgt w H K H H It H H Bij het toelatings-examen tot de studie aan de universiteit voor de staatscommissie te Utrecht slaagden de volgende studenten van het Bisschoppelijk College te Roermond Ch. Jansen van Gulpen, Vict. Spauwen van Eisden, Ant. Tellegen van Zwolle. Legioen van Eer. De President der Fransche Republiek beeft benoemd in het Legioen van Eer tot grootofficier mr. L. P. M. H. baron Michiels van Verduynen, voorzitter van de centrale commissie voor de inrichting van de afdee lingen van Nederland en de koloniën op de wereldtentoonstelling te Parijs, tevens com missaris-generaal voor Nederland bij die tentoonstelling, en tot officier D. baron van Asbeck, lid der centrale commissie voor noemd, tevens gedelegeerde van den com missaris-generaal voor Nederland te Parijs liet Nederl. Roode Kruis. De Voorzitter van het hoofdcomité van het Nederl. Roode Kruis heeft van den Minister van Buitenlandsche Zaken de mede deeling gekregen van een telegram van onzen consul te Colombo (Ceylon), meldende „alle gevangenen zijn in welstaud. Voor hen zal zorg worden gedragen."

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1900 | | pagina 2