Ds Zuid-Affikaansche oorlog De valsche Baron. FEUILLETON. BINNENLAND. China. Do Koningin en de Her tog in de residentie. EEN ONVERWACHT SCHULD- EISCHER. Overreden we hen omhoog te zien en zij zullen ons vragen, waarheen dan We moe ten huil zeggen het geloof en dit trach ten te versterken en aan te moedigen. De Encycliek „Rerum Novarum# van on zen grooten Paus zegt ons ditAangezien de godsdienst alleen afdoende genezing kan aanbrengen, moet iedereen meewerken de christelijke beginselen aan te kweeken en te doen herleven. We moeten niet nalaten maatregelen te nemen ora de belangen der arbeiders te behartigen en den toestand der arbeiders beter te maken. Werkgevers en werklieden uwe belangen strijden niet, gaan 9»imen. Op Christelijke beginselen vereeniginge» oprichten. De paus zegt dit in bovenstaande encycliek. Christelijke arbeidersverenigingen overal, de Paus wil heten waar die zijn, zullen de socialisten geen slachtoffers maken, daarom moeten ze worden opgericht j die moeten er zijn in katholieke plaatsen en streken. Waarom hebben de socialisten in der tijd zoo veel uarihangers in Maastricht ge had, omdat er, de socialisten zeggen 't zelf, geen christelijke verenigingen waren. Neemt dit bewijs ter harte. Richt ook hier katholieke werkliedenverenigingen op. 't Is nog niet te laat maar de tijd dringt Doet allen uw plicht voor God, gods dienst, vaderland en Koningin (Applaus.) Dan zal niet de toekomst behooren aan de socialen, dan i9 de toekomst aan ons maar gebroken met den toestand anders zullen zij hunne denkbe; lden in practijk brengen. Dan zal het niet lang duren of het so ciulisme zal wegzinken in 't gezicht van dat gebouw, dat een steenrots tot grondslag heeft, dat 18 eeuwen den strijd heeft door staan en dat getooid is met het kruis, waarop te lezen staat: „lil h°c 8>gno v'in_ ces.# In dit kruis zult gij overwinnen. (Luid Applaus De Eerw. heer Suljs neemt hierna het woord De vereniging „Geloof en Wetenschap# heeft goedgevonden nu en dan een spreker te laten komen voor 't publiek, ter berei king van 't gioote doel dat de vereniging zich voorstelt nl. *op godsdienstig, weten schappelijk en maatschappelijk gebied zich te ontwikkelen en vooral in de kennis en verdediging dier waarheden, waartegen de dwalingen des tijds aandruischen en de kennis dier waarheden ook buiten hun kring te verspreiden en te ontwikkelen. Het is dan ook eene christelijke en broe derlijke daad van den president van „Geloof en Wetenschap# te Breda, dat hij tot ons heeft willen afdalen maar ons doel is ook zijn doel. Wij brengen hem hiervoor hartelijk dank, hem, den rechtskundigen adviseur van den Ned. R. K. Volksbond te Breda, dat hij zoo belangeloos hier voor ons is willen op treden. De verceniging „Geloof en Wetenschap* zal aan haar doel beantwoorden en vooral op sociaal gebied, kundige sprekers u laten voorlichten. Rechtvaardigheid en liefde moeten zege vieren. We moeten daarvoor ijveren, bij den eerbied voor onze geliefde Koningin, op wien God een deel Zijner macht over draagt. Wij vreezen niet maar gaan steeds voort naar lietde en rechtvaardigheid. Ik wenachte wel eens een Troelstra aan 't ziekbed van een werkman, die hij heeft verleid. Welk een troost zou hij hem ge ven Niets. We merken het, liefde en rechtvaardigheid moeten triomfeeren en daar om raoeteu wij uit naam van geheel Waal wijk protesteeren tegen 't geen „'t Volk# het orgaan der socialisten schreef over de de per» bij de verloving der Koningin „de kolommen druipen van kouingsvleierij.# Zulke personen zijn de onzen niet. Ons geluk eu kracht vinden in andere mannen: als Paus en Bisschop. In ons midden wordt lang gewerkt ora den toestand tusschen werkgever en nemer te verbeteren daarom moet er eenheid heerschen, dan moet ieder al eens een oiler brengen. Steunt elkander. Belangen van patroon en werkman gaan samen Wij zijn leden eener Mij., christenen, broeders. Werken we niet voor het ik, maar het ons. Laten wc op dien weg voortgaan, het oog op God en onze dierbare vorstin. Nogmaals breng ik U Mr. Pelster har telijk dank en stel voor gezamenlijk 't Wien Neerland» bloed te zingen. Met applaus werden deze woorden begroet en staande en met ontbloot en hoofde werd het volkslied dooi de vergadering gezongen. Daarna sloot de directeur op de gewone wijze de vergadering. Terwijl president Paul Ktuger, die Zater dag legen den middag aan boord van de „Gelderland* vertrokken is van Lourengo Marquer, over Dei boutje op weg is naar Europa, worden verschillende beweringen ge geven, betreffende het eigenlijke doel van zijn reis. Volgens dm een komt hij eenvou dig de tusscheokomst der mogendheden in roepen ten bate van de onafhankelijkheid der Boerenrepublieken volgens den ander heeft /.ijn komst ten doel, door zijn persoonlijk verschijnen, in Europa zulk een hevige sym pathiebeweging onder de volken voor de Boerenzaak te doen ontstaan, dat de regee- ringen niet zullen kunnen weerstaan aan den machtigen drang van onderaf uitgeoefend en iusscher,beideu zullen moeten komen, en nu wordt het in pro—Bjcrenkringen te Washing ton als zeker beschouwd, dat de reis van Kruger bedoelt, te trachten de mogendhe den te orerreden, de souvereiniteit van Groot Brittannie over de Boeren—republieken i iet te erkennen. En de Boeren, die nog te velde zijn. om te strijden tegen overweldi ging en knechting zouden Kruger's pogen kracht bijzetten door het gestaag volhouden van een hevige guer.'illa. In Zuid—Afrika zelf gaat het gewone gan getje voort: de Boeren voeren de gueriiila met kracht en bedreigen over het geheele oor ogsterrein voortdurend de communicatie lijnen van lord Roberts geweldige strijd— macht. Zij worden met den dag brutaler in hun optreden nu weer moeten 4 a 500() Boeren van het westen uit oprukkende zijn naar Bloemfontein welke stad hun voorhoede Vrijdag 1.1. reeds tot op 20 K.M. genaderd was. Rondom Pretoria maker, de Boeren het den Britten zoo benauwd, dat lord Ro berts bijna alle troepen, die zich te Komati— poort bevinden, heeft moeten terugroepen en Komatipoort dus bijna geheel van Biitsche troepen ontbloot is, wordt plotseling gemeld dat Joshua Joubert, een zoon van den over leden Boerenopperbevelhebber, met een sterk commando naar Komatipoort en Bai beton optrek', oin deze plaatsen te herove ren. Christiaan Botha heeft opnieuw den spoorweg naar Natal over een aanzienlijke uitgestrektheid verwoest, een commando Boeren is nabij Kimberley gezien en het is een in dezer dagen door generaal Kelly Kenny uitgezonden colonne, die Jagersfontein in het zuiden van den Vrijstnat op de Boeren moet herovereu, tot dusver nog niet gelukt zich van haar taak te kwijten. Een der meest conservatieve Engelsche bladen erkent nu zuchtend, dar, volgens zijn correspondent te Pretoria, de gueriilla nog wel 5 of 6 maanden kan duren. Een pret tig vooruitzicht voor Tommy! ZESTIENDE HOOFDSTUK. Maria had medelijden met haar en trok zich derhalve haar lot aan. Intusschen zijn uwe be weeggronden niet te loochenen, het pant niet voor freule van Grandchamp, dat Nathalie Marigné, die ïich openlijk met een wegens moord veroordeel- deu man, met Urban Kerdren verloofd heeft, en hem binnenkort, huwen zal, nog langer hare ver trouwde vriendin blijft Ik z;»l over riil punt met mijne dochter spreken en, wanneer het noodig mocht zijn, voor cea formeel verbod niet terugschrikken.' „En wanneer zij mij dientengevolge nog meer haat ,Och kom 1 u overdrijft de zaak;mijne dochter ia vreetachtig en terughoudend, dnt is alles. Wat hebt u haar gedaan, dat zij u zou halen U be geert hare hand en biedt haar een werkelijk ko ninklijk vermogen aan. Daarvoor is zij, naar mijne meening, grooten dank verschuldigd. Ver langt echter niet, dat zij dit tegenover u bekent. Ik beloof u, met haar te zullen sproken en van haar de forroeele toestemming tot eene echtver bintenis met u te zullen bekomen.' Ernils gelaat blonk van vreugde. Op dit oogeublik kondigde een bediende aan, dat geserveerd was. ,U blijft toch bij ons ten eten, niet waar miju- heer baron P» vroeg de advocaat-generaal. Erail liet zich dit geen tweemaal zeggen en de beide mannen begaven zich naar de eetzaal. Juist tegelijkertijd vernamen zij in het aangrenzend boudoir de stem van Maria. „Ik beloof het u.' zeide zij „ja ik beloof het u.„ Den dank, die Maria voor deze woorden ontving, werd op weenenden toon fluisterend uitgesproken; toen vernam men op het corridor het ruischen van kleederen en teedere afscheidswoorden. Een minuut later verscheen Maria. staande verdragen te handhaven, zijn over eengekomen, naar de volgende beginselen te handelen, ten aanzien van haar weder— zijdsche politiek in China. In de eerste plaats is het in overeenstem ming met een gemeenschappelijk blijvend, iuternationaal belang, dat in de aan de ri vieren en de kust van China gelegen havens, de handel en elk industrieel bedrijf voor tie onderdanen van alle natiöo zonder onder scheid vrij er. openblijven. Beide regeeringen zijn overeengekomen dit harerzijds in het oog te houden ten aanzien van het geheele Chineesche gebied, waar zij invloed kunnen doen gelden. In de tweede plaats willen de Duilsche en Engelsche regeeringen harerzijds de tegen woordige verwikkelingen niet dienstbaar maken om voor zich eenig territoriaal voordeel op Chineesch gebied te bedingen, en zij zullen haar politiek richten op de handhaving van de territoriale integriteit van het Chi neesche lijk. In de derde plaats behouden beide par tijen zich het recht voor, indien een andere mogendheid gebruik mocht maken van de complication in Chi t om in een of anderen voim dergelijke gebietlsvoordeclen te verkiij- gen, onderling een vergelijk te treffen ten aanzien van de eventueele stappen, door haar lot handhaving van haar eigen belangen in China te ondernemen. In de vierde plaats zullen beide regeeringen deze overeenkomst ter kennis biengen van de overige betrokken mogendheden, in het bijzondei van Frankrijk, I alio, Japan, Oos tenrijk Hongarije, Rusland en de Vereenigde Staten van Noord-Amerika en tot dezelve de uitnoodiging richten, de daarin verva'te beginselen aan te nemen. De openbaarmaking van deze Engelsch Duitsche overeenkomst i nzake China heelt in de bij de gebeurtenissen in China belang hebbende landen heel wat sensatie gewekt, zij het ook in verscheiden zin, en geen wonder, want na de publicatie door Bismarck van het verbond tusschen Duitschland en Oostenrijk, dat de basis legde voor de Triple Aliantie, is geen zoo gewichtig politiek do cument de wereld ingegaan en het va t wonderlijk toevallig samen met de geruchttu, als zou generaal veldmaarschalk graaf Von Waldersee verklaard hebben, dat hij den veldtocht als geëindigd beschouwt en dat hij verwacht, spoedig teruggeroepen te zullen worden, wat zou wijzen op een spoedig her stel der orde in hel Hemelsche Rijk. Tusschen den gezant vau Duitschland te Londen, graaf Von Hatzfcld, en den Eugel- sclieu minister van buitenlandsche zaken, lord Salisbury, is Dinsdag 1.1. door de wisse ling van nota's de volgende overeenkomst getroffen De Duitsche en de Engelsche regeering, geleid doo* den wensch, om haar belangen in China en haar rechten, vervat in de be- Haar schoon gelaat was nog levendig gekleurd ▼au aandoening en in hare oogen blonken tranen. Toen zij den heer van Haudra gewaar werd, week zij onwillekeurig eene schrede terug, maar een gebiedenden blik van haar rader, noodzaakte haar Emil te naderen, dien zij koel groette. „Wie was er zooeven bij u? vroeg mijnheer van Grandchamp. Maria keek naar mijnheer van Ilaudru en zeide: „Nathalie Marigné.» „Zij komt te dikwijls in ons huis,' zeide de advocaat-generaal streng. U hebt mij, lieve papa, tot lieden veroorlooft, armen en ongelukkige!) naar goeddunken bij te slaan de een help ik hierdoor, dat ik hunne armoede verzacht, de andere, welke in droefheid en kommer zich nederbuigen, schenk ik mijn medelijden en mijne liefde; Nathalie kan ik enkel mijn vriendschap aanbieden, en deze schenk ik haar zoo vertrouwvol als zij het verdient.' „Deze vriendschap mug niet lang meer duren de vcroordeeli» g van Urban Kerdren....' „Is een groot ongeluk!' voleindigde Maria den door haar vader begonnen volzin. „Vergeel gij, dat ik het was, die mijne stem tegen hero verhief»' zeide de advocaat-generaal geraakt. „Ik beu van tnecuiug, dat het gei echt zich ver gist heeft.' „Genoeg!.... Gij zult Nathalie niet meei ont vangen.' „Ik zal er mij naar voegen,' sprak Maria gela ten terwijl zij het hoofd liet zinken; in het vol gend oogenblik echter, ging zij, Emil van Haudra scherp aanziende, voort: „De belofte, die ik zooeven gedaan heb, moet u, mijnheer baron, zeer gelegen gekomen." „Ik versta u niet, freule,' antwoordde deze. ,Dat doet niets ter zake; het is mij genoeg, dat u mij gehoord hebt.' Het op deze wijze aangevangen gesprek dreigde onaangenuaru te worden, Het verschijnen van mevrouw van Grandchamp bracht het weder in het goede spoor; natuurlijk waren het enkel al- gemecne zaken, over welke de onder het diner gevoerde conversatie zich uitstrekte. Toen de tafel afgcloopen was, nam de moeder den arm harer dochter en zeide, zich tot de beide mannen wendend „Wij trekken ons terug, opdat ge ongehinderd WAALWIJK, 2t October 1900. Benoemingen. Z. D. II. Mgr. \V. van de Ven, bisschop van 'a-Bosch heeft benoemd tot pastoor te Kaatsheuvel, de ZeerEerw. lieer J. B. Nie- leo, kapelaan van St. Jan te 's-Bosch. Tot kapelaan van St. Jan ia benoemd de de WelEerw. heer van Bijnen, kapelaan te Oirschot. t Bij kon. besluit zijn voor de provin cie Noordbrabant le militiedistrict, benoemd in de militieraden voor de lichting 1901, tot voorzitter, Jhr. rar. H. F. O. van Sasse van Ysselt, lid der provinciale Staten tot zijn plaatsvervanger, L. van de Westelakeu, lid der Provinciale Staten; tot lid, Jos. J. van de Ven, lid van den gemeenteraad van 's-Hertogenboschtot zijn plaatsvervanger, P M. J. Meuwese, lid van den gemeente raad van 's-Hertogenbosch. Examen. Met genoegen kunnen we mcdodeelen, dat zijn geslaagd voor de vrije en orde oefeningen der gymnastiek, te Venloo raej. J. Cohensius alhier, te Nijmegen de heer P. v. de Werlf alhier, van de R. K. Kweek school te 's-Bosch. Dieustregeling 's Bosch—Lage Zwaluwe. "VVij ontvingen ter inzage het bijvoegsel van 't Bondsorgaan van Handelsreizigers van Maandag 15 October. Zooals daaruit blijkt heeft de raad van toezicht op do spoorwegdiensten op de door zoudt kunnen rooken.' Het jonge meisje kustte, toeu zij buiten de ka mer waren, hare moeder dankbaar op het voor hoofd en zich vazt legen haar aanklemmend, zeide tij „Als gij niet wilt, dat ik van verdriet sterf, tracht dan deze verbintenis te verhinderen.' „Mijn lief kind,' sprak mevrouw van Grand champ. mijn eeuigeo wensch is u gelukkig te zien, maar ik begrijp werkelijk den afkeer niet, dien gij tegen mijnheer van Huudra koestert.' „Achl' antwoordde Maria, „in den grond ge nomen, kan ik roijzelve geen juiste rekenschap daarover gevenik gevoel echter, dat hij noch mijn smaak, noch mijne godsdienstige gevoelens deelt; dat hem zek«re voor het levensgeluk van een mensch uoodzakelijke eigenschappen ontbre ken; dat hij bijvoorbeeld niet aan God gelooft, de anuen veracht, en mij zoodoende verhinderen zou hun a-ilmoezeu le gever.. Ook geloof ik dat hij uit deze echtverbintenis groot voordeel hoopt te trekken; zij schijnt bij een zijner duistere Ïlannen noodig te zijn. In één woord, het schrik- elijkste lot wacht mij, ingeval ik zijne vrouw wordt 1' „Mijn kind,' antwoordde mevrouw van Grand champ, „ook ik ging, toen ik uw vader mijue hand reikte, eeue zoogenaamde berekende verbin tenis aan, en toch heeft het mij nooit berouwd; volgt mijn voorbeeld, gij zult de zelfvoldoening smaken, dat gij uwe plicht gedaan hebt.' „U laat mij alzoo in den steek?' „Ik laat u in geen geval in den steek ik heb echter de gewoonte, uw vader iu zekere zaken te volgen, dat is alles.' „Ja. dat is alles," herhaalde Maria werktuigelijk en moedeloos. Zij droogde hare tranen en sprak stil inzichzelve: „maar wie zal mij dan bijstaan; wieu moet ik om raad vragen?' Daar ging de deur van de salon open, een be diende trad binnen en diende zuster Gonsalva aan. Het ongelukkige jonge meisje Blaakte een vreug dekreet, de hemel scheen haar eene troosteres le willen zenden. De drie vrouwen begaven zich iu de kamer van Maria. Toen eenigen tijd daarna de advocaat-generaal met mijnheer van Haudra de dames wilden opzoeken, was de salon leeg. Trots zijn inwendige ergernis, speelde Emil „aap wat heb jc mooie jongen'; hij verliet het huis den Bond bij de commissie van spoot weg- zakerl ingediende klachten verschillende be schikkingen, geschonden. Onder die be schikkingen komt ook eene voor, omtrent de dienstregeling op bovenstaande lijn. Het door een Bond hieromtrent ingediende luide Slechte correspondentie 's-Bosch-Lage Zwaluwe via de Langstraat. Dit zou kunnen worden verbeterd dour het inleggen van em trein tusschen 1.34 en 5.35. De. beschikking van de raad van toezicht was Op de lijn 's-Hertogenbosch Lage-Zwaluwc loopen 6 treinen in elke richting, vertrek kende van 's-Bosch als volgt 0.38, 8.17, 9.45, 1.34, 5.35, 8.01 en bovendien vertrekt om 11.45 nog een trein naar Waalwijk De treinen uit Zwaluwe komen te's-Bosch aan ten 6.05, 7.48, 9.31, 2.21, 5.11,8.48 en bovendien ten 1.10 een trein uit Waal- wijk Des morgens volgen de treinen elkander zooals blijkt met eene tusschenruimte van 2 uur en tuinder, des middags met ongeveer 4 uur. Wij kunnen niet toegeven dat dit, met het oog op het verkeer op deze lijn, een slechte correspondentie kan worden genoemd. St. Crispijn Maandag 1-1. was't St. Crispijn, patroon der schoenmakers. Zij vierden dus hun pa troonfeest, 't welk een heele drukte gaf, wat nog verhoogd werd, toen de harmonie St. Crispijn door de straten trok, vroolijke marschen blazende. Begrijpelijkerwijze bracht dit een hoop volk op de been. Des avonds was 't ook 't jaarfeest van de harmonie, wat, naar wij vernemen, recht gezellig werd doorgebracht. Bond van Post— ea Telegranfbeambten Zondag 21 October 1.1. des namiddags ten 5 uur had op de bovenzaal van den heer Chr. v. d. Werff eene vergadering plaats van verschillende post- en tclegraafbeambten, uit onze en omliggende gemeenten Tegen woordig waren Waalwijk, Baardwijk, Besoijcn, Vlijmen, Capelle en de Klei. Na opening der vergadering werd door den waarnemenden voorzitter hot algemeen reglement van den Bond te Amsterdam en daarna een huishou delijk reglement voor de afdeeling „Waal wijk# van dieu Bond voorgelezen. Na nogal langdurige besprekingen en eenig wijzigin-^ gen werd dit regelement goedgekeurd en traden de aanwezigen n.l. 14 in getal toe als lid der afdeeling „Waalwijk". Daarna werd overgegaan tot de keuze vau een be stuur. Gekozen als president G. 't Hooft, Waalwijk, secreturis van Uriel Waalwijk, penningmeester, Van Oosterhout Besoijon. De intocht van Hare Majes'eit de Konin gin met Hertog Hendrik, haar verloofde, in de residentie was zoo heel eenvoudig hartelijk Het was werkelijk niet veel anders in de officieele mise en scène, dan wanneer in een gewoon gezin, gedurende het verblijf buiten, ile geliefde dochter des huizes geëngageerd geraakt is en nu met haar moeder en den uitveikoren verloofde naar huis in stad komt, om aan de intimi den aanstaanden gemaal voor te stellen. Uit alles bleek dus, dat het den wensch van Hare Majesteit was geweest dit bezoek zoo weinig mogelijk als otficieel te beschouwen. En daar te tien minuten over twaalven zag ik toen de twee nationale vluggen met de wapens aanvliegen voor op de locomotief. Het Koninklijk rij tuig houdt stil midden voor den loopcr een succes voor den machinist. Lakeien zwermen uit de wagons met mautels over den arm, loopen druk wat heen eo weer, eu dan verschijnt eerst Hare Majesteit de Ko ningin. Wilhelmina ziet er heel blijmoedig uit. De Vorstin is eenvoudig gekleed. Een donkerbruin pluche mantel over een kleedje vau den advocaat-generaal met een lachje op de lippen. Waarom zou hij ook niet Mijnheer van Grandchamp had hem toch zoo juist verzekerd, dat hij zijn woord zou houdeu en dat de bruiloft bepaald binnen drie maanden zou plaats vinden. Hij gevoelde daarover eene groote vreugde en was gelukkig. In het bosch van Boulogne kwam hij met eenige zijner beste vrienden tezamen, wor. 'a avonds bij het spel eu legde zich met het ge voel van een mensch ter ruste, die de toekomst in de heerlijkste beelden voor zich ziet, Den anderen morgen was hij juist op het balcon getreden, toen dezelfde jonge man, die daags te voren zoo dringend verzocht had toegelaten te worden en die zicli baron van Haudra hnd ge noetnd, opnieuw op het paleis toetrad. Toen hij bij de deur was aangekomen, weigerde hem de portier kort en bondig den toegang. De vreem deling hield heden niet soo sterk aan als gisteren, maar vergenoegde zich ditmaal met 4e woordeu: „Ik kom terug!" Hij hield woordeen heele week meldde hij zich regelmatig aan eu vroeg naar den heer des huizes. De laatste maal werd hij door twee per sonen bespied, door Emil van Haudra vanuit diens venster en door Germain, die zich in een hoek op het voorplein verscholen had. Op de vraag, die de vreemdeling gewoonlijk stelde „Kan de heer des huizes baron van Haudra ont vangen antwoordde de portier evenals op de voorgaande dagen, met een kort afgebroken „Neen" Hierop sprak de jonge man op rustigen toon „Zeg aan uw neer, dat ik niet meer terug zal komen 1" Zonder te weten waarom, kwamen deza woor deu en de toon, waarop zij gesproken werden, den kamerdienaar Germain zoo gevaarlijk voor, dat hij een vloek tuss' hen de tanden uitstiet on den vreemdeling, nadat deze was vertrokken, van verre besloot te volgen. (Wordt vervolgd.) van grijsblauwe zijde en eeu blauw kapot— hoedje met witten panaches, dat heel licf kleurt met het blanke gezichtje en dc blonde haren. Uitstappend spreekt de Koningin nog even lachend achteruit naar wie haar vergezellen in haar salomijtuig. H. M draagt een frissche morgen-bouquet. En onmiddellqk na Haar stijgt Hertog Hen Irik uit. Hij draagt den langen, licht grijzen burnous van de Duitsche luitenants, die zeer slank maakt, zoo nauw geserreerd, afgezet met de groene kraag van zijn wapen en dan de parade chapeau. Weer treft de eer. voudige, bijna iets bedeesde uitdrukking van zijn gezicht. De laatste portretten geven hem toch niet goed, omdat men daarop niet ziet de prettig roodbruine lint van zijn wan gen, het goedaardig vriendelijke kijken van zijn blauwe oogen. En vei volgens komt de Koningin-Moeder uit het rijtuig, ook gekleed in een donker pluchen mantel over eer» grijs kleed. Beminnelijk als altijd begroet zij reed» met de oogen de bekenden op het perron. De autoriteiten staan builen. Z:j complirnen- teeieii daar de Koningin, cl ie allen de hand drukt en aan haar vei loofde voorstelt, die in positie naast haar staat, aan Hare linker zijde, salueertnd, een half pasje steeds achter de Koningin, zoolang deze spreekt met de heeren. En Wilhelmina lacht heel blij met ecu klein trekje trots als zij den hertog presenteert. En daar in eens, ui' die s'i'.le begroeting iu de salons, de fel uitbarstende geestdrift van de menachcn buiten bij 't komen van de verloofden onder de marquise van het station. Het publiek was tot op heel dicht, ik schat ongeveer vijf meter, bij de trappen toegelaten. En het stond gediongen op onafgebroken rij, dik tot aan de huizen, zoover je zien kon. Op de balcons en voor tie ramen, en op dc daken. En dat juichen, al maar weer steeds even oprecht hartelijk, cn dat geestdriftig gewuif met hoeden en zakdoeken boven de hooiden, door iedereen Daar klonk zoo de innige blijdschap van wie de Koningin heel lief hebben, in dat hoera in dat hoeden— en dockengewarrel boven de gemeente de drang om nog eens te toonen hoe voldaan de residentie is met deze heu gelijke verloviug. Ontroerd bleven de vor stelijke personen daar een oogenblik naar zien, steeds buigend de Koningin, de Hertog de oogen onbewegelijk recht vooruit, de hand aan de sjako. L)e Koningin en de Hertog reden vooruit de Koningin-Moeder was achteruit gezeten. Een klein gevolg, in het achterste- rijtuig de adjudanten van tien hertog, met Pickel- hauben-op, vergezeld van jhr van Tets. Zoo begon de tocht, de tocht, die aan geestdiift misschien nog meer gaf dau bij den intocht der gekroonde Koningin. De menschen hadden al hun werk maar in den steek gelaten ieder wilde Hem zien, Haar toeroepen zijn gelukwensch. En langs die statige oude gebouwen, de hooge, geelwit omlijste vensters zoo voornaam, in de van tijd ingevreten gevels, gebouwen die 't welkom wuifden niet de driekleur; daar was ouder de grijze lucht die dichte menigte van ge trouwen zoo heel indrukwekkend. Wat moet de Hertog gelukkig zijn met zooveel liefde voor zijn verloofde in die prachtige oude residentie, zoo rijs aan gloriease historie- herinnering Op het voorplein van het witte paleis alleen een dikke raud van officieren. De verloof den stegen uit 't juichen was zoo hevig, dat beiden even bleven staan, het blij geroep hield hen legen. Toen zag men hen verdwijnen in het paleis. Maar de drommen bleven staan, starend naar het balcon. Eu omniddelijlc ook werden de gordijnen opzij geschoven, werd een deur geopend. Daar daverde het hoera hoera Eu de Koningin verscheen weer met Hertog Hendrik. Dadelijk hief toen de menigte als ua een afspraak, het Wilhel mus aan, een koor van duizenden E-i de Koningin maakte haar liefste reverence, de Hertog stond stram saluecrend of er geen tranen stonden in zijn starend gehouden oogen Het groeten werd herhaald naar links naar rechts, eeuige minuten, en toen de deuren weer gesloten werden, duurden nog geruitnen tijd de salvo's van hoerah, waar tusschetidoor enkelen het Duitsche volkslied zongen. De residentie herinnert zich zoo'o geestdrift niet Na de lunch, van 's middags twee tot half drie ontving Hare Majesteit in tegen woordigheid van den Hertog de hoofdeu van de vreemde missiön. Te ruimjjhalf drie reed H. M. met Haar verloofde uit, in een phaeton, bespannen met vier paardeu. De Hertog reed zelf. Wat daar al dadelijk bij trol was het meesterlijk rijden van deu bok, door de druk te heen, maar vooral door een stad, waar de Hertog nimmer te voren is geweest. En dat werd verbazend, toen het terugkomend vau Scheveningen, steeds in zeer snellen draf door het Bosch ging, laan in laan uit langs padeu, kiis en kras door elkaar. Na tuurlijk gaf Hare Majesteit Prins Hendrik telkens den weg aan, maar wie van rijden weet, begrijpt ook hoe moeilijk het voor deu bestuurder zoo mennen is, et» dau nog wel een voor een vurig vierspau. En thans de avond. Tegen half negen was de maaltijd geein digd. Buiten het Paleis stond reeds weer lang een talrijke menigte te wachten. Eindelijk kwam de galahofkoets met den roodeu bok voor Hare Majesteiten voor. Er hing een koude, doordringender» mis: buiten Het stalpersoneel had de kappen dus zorg zaam gesloten gehouden. Maar met de bloe men kwam de order vau Hare Majesteit zelf die door kou niet te deren schijnt„allel open.* En toen weldra verscheen daar iu het gulden schijnsel van de vestibule het jonge paar, de Hertog zijn arm gelegd dien der Koningin. Zoo bleveu Zij, verge zeld van de Kouingiu-Moeder, daar even staan uitzien En de menschen juichten weer zoo hartelijk hun blijheid uit. Al buigend dankte Hare Majesteit Haar Verloofde de hand steeds salueerend aan zijn platte pet. De kamerheer jhr. Pabst van Bingerden deed dc Vorstinnen en den Hertog tot bij het rijtuig uitgeleide. De Koningin-Moeder nam thans ter linkerzijde vau Haar Dochter

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1900 | | pagina 2