Nummer 87. Donderdag 8 November. 23e Jaargang Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. De Zuid-Afrikaansche oorlog. NTOON TIELEN, Belicht aan onze Abonné's D, De valsche Baron. m Het Nieuwe Modeblad Belangrijke Premie, FEUILLETON. Inschrijvingsbiljet. Het Nieuwe Modeblad HONDERD fraai Geillustreede Boekwerken. EENE ONGELUKKIGE MOEDER. Een verbond met een of meer kleine staten. DE HERBERG „IN DEN ROODEN DUIVEL". V' i IHMPBTfili"*1 agrograiM De Echo van het Zuiden, Wulvjjksebt en Lugsfnitsefct Courant hierbij hebben Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden t 0.7o. Franco per post door liet geheele rijk f U.9Ü. Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. De Uitgevers twijfelen niet of alle leze ressen van hunne Courant zullen bereid gevondeu worden, gebruik te maken van deze eenige gelegenheid, om zich tegen een geringe prijs den eigendom te verzeke ren van een Modeblad, dat voorzeker zal blijken haar tot veel nut en genoegen te verstrekken. Zij vestigen nog de aandacht op de BELANGRIJKE VERLOTING, welke, bij genoegzame deelname, op nader aan te kondigen tijdstip, onder de geabon- neerden van HET NIEUWE MODEBLAD zal worden gehouden en waarvoor zullen worden beschikbaar gesteld TWINTIG NAAIMACHINES. VIJF DAMESRIJWIELEN. Onderstaand inteekenbiljet gelieve men in te vullen en ten spoedigste te zenden aan DE UITGEVERS. Advertentie* 1—7 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte/ Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden 34 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale, zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel. i De Burgemeester van Waalwijk maakt bekend, dat in de 2e helft van November een wachtmeester der veldartillerie en in December een wacht meester der huzaren in deze gemeente zal komen tot werving van manschappen voor een bereden korps. Zij die als vrijwilliger bij een dier korpsen wenschen dienst te nemen of zoodanige personen kunnen aanbrengen, kunnen zich op nader aan te geven plaats en uur bij een dier wachtmeesters aanmelden. Waalwijk, 5 November 1900. De burgemeester voorn. K. DE VAN DER SCHUEREN. eer ondeigeteekendeu hebben de mede te deelen, dat zij besloten als premie aan hunne Courant te verbin den. Zij zijn met opoffering van vele kos ten in staat aan de geabonneerden hunner Courant, deze waarvan onze aboiine's als proeve een exemplaar ter kennismaking hebben ont vangen, tegen de geringe tegemoetko ming van slechts 55 cents per drie maan den aan te bieden. Een prijs luitengeivoon gering in verhouding tot dienwelke door andere Modebladen wordt gevorderd. Dit blad zal tweemaal per maand ver schijnen en telkens een omvang ran 8 groot folio pagina's hebben, bezaaid met een schat van Keurige afbeeldingen van toiletten en patronen, zoo geschikt voor de prak tische huisvrouw als voor wie meerdere eischen stellen. Na drie maanden b^it men-.aldus een plaatwerk hetwelk een schat van modellen bevat van onmiskenbare waarde, ter grootte van niet minder dan 104 pagina's. De inhoud wordt door zeer bevoegde hand bewerkt en door een uitgebreide da mes-redactie te samen gesteld. Eenige voorwaarde voor de geregelde toezending vau het nieuwe modeblad, is de betaling van een bedrag van slechts 55 Cents per drie maanden (franco per post 75 Ct.) Het blad zal telkens vergezeld gaan van een groot patronenblad, zoodat de leze res in staat is met behulp daarvan, zelf het model barer keuze te verwerkelijken. ACHTTIENDE HOOFDSTUK. „Mijn God," dacht zuster Gousalva, als de on gelukkige maar een9 kou uitweenen, dan was zij misschien gered.' Zij nam de hand der weduwe, drukte ze vaet in de hare, om ze zoodoende te dwingen aan hare zachte woorden de noodige opmerkzaamheid te schenken en zeide„Tot haar moe» gij bidden, Blancavan haar uwen Henry terugvragen.» „Ach, zij is zoo gelukkigzij zal mij toch niet willen aanhooren.' „Gij vergeet, dat ook zij op een dag haren geliefden zoon verloren heeft; zij was met Hem naar Jeruzalem gegaaD, in die stad was eene ontelbare menigte volks, omdat er een groot feest gevierd werd „Ach, die feesten persen den moeders menige traan uit de oogen,' lispelden de lippen der on gelukkige. De zuster ging voort: „Plotseling was de hand van Mana van haren geliefden Jezus gescheiden." Bij deze woorden beefde de ongelukkige over haar geheele lichaam. „De II. Moeder zoekt hem, roept hem luid bij zijn naam, informeert naar liera bij hare kennis sen, die met haar de reis naar Jerusalem gemaakt hebbenzij klopt aan de deuren der huizen van degenen, bij wie zij gelooft, dat haar Jezus een toevluchtsoord gezocht en gevonden heeft. Maar tevergeefs; niemand is in staat ook maar een en kel woord van troost haar toe te voegen. Het wordt nacht, de karavanen keeren naar de verschil lende woonplaatsen terug Maria denkt aan Jo seph van Egypte. »Wee mij 1" roept zij, „men heeft mij mijn kind ontstolen men heeft het aan een vreemdeling verkocht, die het heeft weg gevoerd naar een verwijderd land,' en nogmaals doorloopt zij de straten van de palmenstad, die thans stil, eenzaam en in duisternis rustig daar De ondergeteekende verlangt bij zijne Courant geregelde toezending van tweemaal per maand verschijnende, tegen den prijs van 55 ets. per drie maanden (franco per post 75 Cts.) WOONPLAATS NAAM De Nieuwe Groninger Cou rant, die het onmogelijk acht ons zelf te verdedigen tegen een groote mogendheid, of ons met een groote mogendheid te vereenigen, wil een defensief verbond zien gesloten met een of meer van de kleine staten van Europa. Dat plau moet niet van de regeeringen maar van de volkeren uitgaan. Aan de voorbereiding er van moet niet een paar maanden, maar tien, twintig jaar besteed worden. Er is dus haast bij. Het blad ontwikkelt volgenderwijs zijn plan Het naastbij liggende doel kan niet zijn een verbond te stichten. Wij zouden ge- ligt; zij ijlt door de straten, waar de reizigers rustig in hunne tenten liggen en de stilte van den nacht door den zachten schreeuw der ka- meelen en droramedarissen onderbroken wordt. Maar de moeder gunt zich geen rustzij richt zich veldwaarts, doorzwerft de bergen, doorwaadt de beek Cebron en door den geheelen omtrek weerklinkt haar angstvolle en vertwijfelende kreet „Jezus 1 Jezus 1» De borst der jonge weduwe ging hijgende op en neer, hare vingers kromden zich, maar hare oogen bleven droog. „En den volgenden dag dwaalt zij opnieuw door de straten der stad. ieder, die de vertwij felde troosteloos en door tranen overstroomde oogen, in de menigte r.aar haar kind zag zoeken, had medelijden met haar. Slechts met moeite vervolgt zij verder haren wee, dien zij reeds zoo dikwijl9 tevergeefs betrad. Hare sandalen, dit de steenachtige weg onbruikbaar gemaakt heef'., vallen van hare voeten, zonder dat zij het be merkt, en altijd verder gaat zij, blootsvoets, niet tegenstaande zij bijna sterft vau uitputting. Maar al haar zoeken naar den verloren lieve ling, wiens naam zij onophoudelijk roept, is te vergeefs; zij vindt hem niet. Zoo verliepen drie dagen en drie nachten, toer. eindelijk eene ge dachte, welke haar door den hemel werd inge geven, haar naar den Tempel voerde. Maria overschreed den drempel van het heiligdom, dat zij zoo dikwijls als kind bezocht had; zij door loopt de zuilengangen, ijlt door verscheidene groote zalen, want de tempel van Jerusalem was, zooals bekend is, geen enkel op zichzelf staand gebouw, maar bestond uit verschillende groote ruimtens welke tot verschillende doeleinden ge bruikt werden. In eene groote zaal, die door de hoogepriesters en de leden van het Cynedrium was gevuld, verdrong zich alles om een kleinen knaap, wiens jeugdige wijsheid en buitengewone kennis de geheele geleerdheid der wijze schriftgeleerden ten schande maakten. Maria baant zich een weg door de omstanders en komt naderbij. Eene welbe kende stem klinkt haar in de ooren, zij weer klinkt tot in het binnenste van haar hart; Jezus is het, zij herkent hem, ziet hem, stormt naar hem toe, breidt de armen naar hem uit en ter wijl zij hem aan het moederhart drukt, barst zij leidelijk te werk moeten gaan. Eerst zouden b.v. eenige ernstige en degelijke mannen de handen ineen moeten slaan, vormend een uitgebreid comité van voorbereiding. Dit comité zou een nauwkeurig onderzoek moeten doen instellen naar de mogelijkheid van toenadering en samenwerking tusschen twee of meer kleinere staten (wij noemen vooral België, maar ook b.v. Denemarken, Zwitserland, de Scandinavische state») en naar de bezwaren, die daartegen zouden rijzen. Kwam men na ernstige studie, in over eenstemming liefst met andere degelijke mannen in de betrokken landen, tot de conclusie, dat het idee te verwezenlijken zou zijn, dan zou uien moeten beginnen met in Nederland (en in de betrokken staten) een rustelooze propaganda te maken voor bet plan. Overweging zal het verdienen of met die propaganda-beweging zal moeten samen gaan een beweging om de bevolking der bedoelde staten nader tot elkaar te brengen b. v. door academische reisbeurzen, gezel- schapsreizen, feestelijke vergaderingen, ten toonstellingen van kunst- en nijverheids producten, door de bladen in staat te stellen meer notitie van die landen te nemem enz. enz.) En als die toenadering zal zijn verkregen als een groote vereeniging zal zijn gesticht met duizenden leden, dan zal men zich afvragen hoe het gemeenschappelijk doel het lest zal zijn te bereiken en ten slotte welke maatregelen de regeeringen zullen moeten nemen. En dan, maar ook ddn eerst, zal men naar de regeeringen dier landen kunnen gaan en dan zal men baar vragen te han delen ïraar den wensch der volkeren en dan zullan die regeeringen luisteren, omdat de kleine volkeren vrij zijn en omdat zij geen mededingers zijn. Eu als dan een defensief verbond of een entente bereikt is of zelfs als maar een vaste officieuse toenadering verkregen is, als de sterken onder de zwakken van Eu ropa zich vereenigd zullen hebben, dan zullen wij, Nederlanders, denken aan de slagvelden van Zuid-Afrika. En dan zullen wij daar forsehe mannen meenen te zien stervend voor hun mooie zaak, met het geweer in de hand in den strijd tegen de overmacht. En dan zullen wij mogen zeggen #Gij hebt niet te vergeefs geleden, want ook wij hebben nu onze plicht gedaan, en de zaak, waarvoor gij gestreden hebt, is toch niet verloren Voor dit plan vraagt bet blad instemming. Het richt zich daarbij ,/tot de beteren onder ons, tot hen, die op wetenschappelijk, op politiek, op sociaal gebied een naatn hebben Meer en meer worden nu zelfs de meest optimisch gezinde Londensche bladen er van overtuigd, dat de oorlog tegen de Zuid- Afrikaansche republieken nog lang niet ge ëindigd is. Hoewel van het oorlogsterrein sedert eenige dagen door lord Roberts niets is bericht, dat men aan het departement van oorlog te Londen geroepen meende te zijn, te moeten publiceeren, schijnen er in dat tijdsverloop dingen te zijn gebeurd, die het noodzakelijk hebben gemaakt, dat een batterij vcldailillerie, welke te Kaapstad reeds aan boord gebracht van eeu transportschip, om naar Engeland te worden terugvervoerd, weder is ontscheeptdat eenige detachementen, die reeds verlof hadden gekregen, om te tepa— trieeren, tegenbevel hadden gekregenen dat maarschalk Roberts voor de zooveehte maal zijü terugreis naar Londen weder heeft uitgesteld. De Daily Mail zegt, zonder bijzonderheden te vermelden, dat de houding der Boeren in de laatste dagen zoodanig is geworden, dat de Britsche legerautoriteiten ongerust beginuen te worden, en dat alles doel voor zien, dat men staat aan het begin van een nieuwen veldtocht van minstens 6 maanden. Het blad weet verder mede te deelen, dat in geen geval voor Januari of Februari troepen zullen worden gerepatrieerd en dan nog alleen maar in het geval, dat de toestand aanmerkelijk gunstiger is geworden en dal van het Vereenigd Koninkrijk uit troepen gezonden zullen worden ter versterking van het in de Boerenrepublieken het veld hou dende effectief. Sommigen geven wat te verwachten was maarschalk Roberts de schuld van den tegenspoed van den laatsten tijd en den huidigen staat van zaken en durven zijn roof-, moord- en brandraelhode brutaalweg „glacéhandschoen*, politiek noemen. Die zelfden juichen het dan ook zeer toe, dat lord Kitchener nu vast en zeker als Roberts opvolger zal optreden en verwachten vau hem de in hun oogen zoo noodige politiek van de »gepantserde vuist, die zal geéischt worden, om de Boeren, wier aantal in den laatsten tijd enorm is toegenomen (de totale sterkte der commando's wordt geschat op 10 a 20.000 man), ten onder te brengen. Belangwekkende bijzonderheden over den actueelen toestand in de Boerenrepublieken schrijft eeu blijkbaar zeer goed ingelichte in een vreugdegeween uit. Blancadeze moe der, die zooveel geweend heeft om haar verloren kind, is Maria, de Moeder God9. Bidt, weent en herinnert haar aan de drie angstvolle dagen, die zij te Jerusalem heeft beleefd, smeekt^ haar, dat zij u uwen Ilenri moge wedergeven. Zij zal het doen, ik beloof het u in haren naam, ja, wellicht hier, op deze plaat9, zal zij Henri in uwe armen terugvoeren.' De waanzinnige nam gejaagd de zuster bij den pols. „Ik hoor en versta u. Hier hebt gij in naam der Moeder Gods gezegd, zal ik mijn kind we- dervinden? Moeder van erbarmingzult gij toelaten dat men mij bedriegt? Neen, ik geloof u en wil hopen. Zustar Gonsalva heeft gelijk, ja, ik heb mijn verstand wedeigevonden, mijn hart klopt weer, ik lijd en ween, maar ik hoop, ja, ik hoop op u 1* Auu de oogen der ongelukkige ontvloeide een stroom van tranen, haar lichaam trilde en beefde, en in liet volgende oogenblik viel zij, te zwak voor de zoo sterke gemoedsaandoeningen, als ge broken ter aarde. Zuster Gonsalva hief haar op en trok haar naar den ingang der kerk. Zij hielp haar in een rij tuig en gaf den koetsier het adres van YVilhel- mina. Toen Blanca een uur later dc oogen open deed, zag zij zich omringd door Alwina, de jeugdige olinde, door Wilbelmina, hare verpleeg ster en door zuster Gonsalva. Dokter Rolland, die juist aangekomen was, kon de om de zieke verzamelden den troost geven „Van nu af kunt gij alle vrees laten varen, zij heeft geweend, haar verstand is gered 1' NEGENTIENDE HOOFDSTUK. Parijs was niet altijd, zooals heden, de koningin der steden. Vóór Napoleon III, die groote Dieuwe boulevards aanlegde, bood menige straat der Fransche hoofdstad een treurigen aanblik. Bijzonder liet Belleville veel te wen- sciien over. Dit stadsgedeelte was buiten dien tegen het einde der vorige eeuw, en is ook ten deele heden nog de verzamelplaats correspondent van Pall Mall Gazette uit Kaapstad. De schrijver, die volgens zijn uitingen beslist anti-Boer is, zegt o. m. „Niemand mag het in zijn hoofd krijgen, te denken dat de oorlog ook maar in eenig opzicht voorbij is. Er begint eenvoudig een tweede veldtocht. De Boeren zullen tot het uiierste vechten, i.iet als een gewone strijder te velde, maar als een verkenner, eeu zwerver, een buiten de wet staande roover. Ik heb een dozijn commando's ontmoet en met honderden blijkbaar vreedzame menschen op de hoeven gesproken en allen meenen, dat, als de vijandelijkheden nog wat worden ge rekt, er iets zal gebeuren, dat hun hun land, hun onafhankelijkheid doet behouden. De moed van den Boer is niet verlamd. Hij is nog even frisch als 12 maanden geleden, nu vermeugd met wat bitterheid. De ge vangenneming of de dood van De Wet, of zelfs van alle tegenwoordige aanvoerders, zou de Boeren niet weerhouden, den strijd voort te zetten evenmin zal het vertrek van Oom Paul eenige verandering brengen in het besluit van de Boeren, om voort te gaan met hun werk. Denk niet, dat iedere eed van onzijdig heid, welke den Boeren wordt opgelegd een vijand minder maakt. De eed is heel een voudig een den Boer gegeven permissie, om onder Britsche bescherming op zijn hoeve te wonen. Maar die eed weerhoudt hem niet, s nachts uit te gaan, om den Engelschen troepen na deel toe te brengeu. Is er toevallig een kleine Britsche post in de nabijheid, dan nadert hij tot op schotwijdte en schiet er op; en als hij het buitenkansje heeft, eeu piket te ontmoeten, laat hij eeu paar kogels in de richting ervan vliegen. Als zijn huis wordt gevisiteerd, wordt hij natuurlijk in bed ge vonden en niemand, dan de leden van zijn gezin, kan bewrjzeD, dat hij uit is geweest. Het winterweder maakte, dat duizeuden Boeren zich overgaven. Het warme weer zal hen opnieuw actief doen worden en men moet niet verbaasd zijn, als voor Kerstmis de Boeren tweemaal zooveel mannen in het veld hebben als op het oogenblik. De troe pen die nu in het boschveld en het lage veld zijn, zullen deze maand ook terugkomen, om hun broeders te helpenmalaria zal hen vandaar verjagen. In het algemeen gespro ken kan men zeggen, dat het Boerenleger, of de overblijfselen ervan, slechts heeft uit gerust en dat het spoedig zijn tweeden veld tocht zal openen, die onstuimiger zooal minder bloedig zal zijn dan de eerste. De hoofdmacht van het Engelsche leger houdt de communicatielijnen bezet, beschermt de operatiebasissen en voorziet de belangrijkste steden van garnizoenen. Het is onmogelijk zelfs met de nu in Zuid-Afrika aanwezige groote strijdmacht, voldoende colonnes te vormeu, om tegen alle kleine troepen Boeren i 4 f»] 1 1 1 k K j i van slecht gespuis van allerlei aard de vreem deling, die zonder begeleiding naar bier zijne schreden richt, wordt gewoonlijk, zelfs op klaar lichten dag, uitgeplunderd of in een van die ho len binnengelokt waar hein nog erger wacht. In de rue de Flaudre, «en der enge steegjes van de beruchte wijk, stond in den tijd, waarop de door ons verhaalde gebeurtenissen plaats gre pen, een huis, dat wegens zijn geheele uit- en inwendige gesteldheid een muizenhol genoemd kon worden. Door eene zeer lage deur daalde meu verscheidene trappen af en kwam men in een stikdonkeren corridor, hier boven bevonden zich twee zeer laag gebouwde verdiepingen, ieder met drie kleine roude openingen aan de zijde dei straat. Het vlakke dak van dit huis was voor zien van een reusachtigeu schoorsteen. Naar den kant van de binnenplaats, was het gebouw van andere, half vervallene nevengebou wen door hooge, tot aan liet dak reikende mureu gescheiden. Door personen, die moed genoeg bezaten, zich tot in de nabijheid van het beruchte huis te wagen, werd sterk en vast beweerd, dat zij 's avonds, wanneer het donker begon te wor den, gestalten uit den schoorsteen hadden zien opstijgen en over de hooge muren naar de zijde van de binnenplaats hadden zien verdwijnen. Moest zoowel het uitwendige van dit gebouw, welks schoorsteen aan de bewoners als vei bin dingsmiddel met de buitenwereld diende, reeds verdacht voorkomen, het inwendige daarvan wus nog oneindig akeliger en vreeswekkender. Niet enkel de halverwege onder den beganen grond liggende benedenste verdieping, maur ook de beide zich daarop bevindende verdiepingen, waardoor men lang3 spiraulvormig gedraaide trappen opsteeg, waren zoo laag van zoldering, dat men er nauwelijks rechtop kon staan. Daar bij het tengevolge van het zeer spaarzuam bin nendringende licht, heerschende halfdonker; de bedorvene, het geheele huis verpestende luchten de vele in den vloer van de benedenste verdie ping aangebrachte valluiken joegen iemand vrees en angst aan. Bij het zien van de laatstgenoemde, kon men de gedachten niet verdrijven, dat deze wellicht tot hetzelfde doel gebruikt werden als den torenachtig ingerichten schoorsteen. YVie waren de bewoners van dit zoo ongezellig huis? Gaan wij buiten op de straat. Boven de huisdeur hing een grijs bord, waarop met groote ffi' it; i. i« gele letters, de woorden stonden: Café „in den iI( rooden duivel', rue de Flandre 37. De eigenares 7 van deze herberg, met zoo verlokkenden titel,'1 die, zooals wij later vernemen zullen, op den jij' titel van innemend* in het geheel geen aanspraak 1 1mAf nnnn tirAll 1(7 (T li n Q TVV f 1 Poll ITIaI lp kon maken, was eene vrouw, genaamd Paumelle. i Het geheele jaar door hield zich in Parijs, zooals in alle hoofdsteden, eene ontelbare menigte, el- «1- 1.. J!»» .nn InrraP TM ft I ffplf AmAïI QllipltPïï f» TT Hjfl ,n A li -- - J* i lendige, »an lager wal gekomen sujetten op, die^ op theatres en tenten hunne kunsten eu krachten produceerden of zich voor een twee-sous-stuk aan de blikken der nieuwsgierigen vertoonden, lier- ie cnlessen. reuzendames, acrobaten, dierentemmers vuuretersmenschen die door honger en ellende^, zoover gekomen waren, dut zij zich als geraam ten konden laten zien, eu anderen die door hel,ld tentoonstellen van hunne mismaaktheid, hun le- T— ven voortsleepten. Ieder van deze ongelukker had natuurlijk niet de middelen, een eigen wa- gen te hebben, groot genoeg om aan hem er (IU anderen tot woning te dienen. Zoo kwam het 'at dat de herberg „In den rooden duivel' delieder, 1 van dit slag, die uit alle landen naar Pariji f stroomden, eene toevluchtspluat^ aanbood. Pau- U, melle gaf allen kost en logies en hare klanter^- groeiden van jaar tot jaar zoozeer aan, dat zi. 1 viermaal in het jaar iu staat was eene kleine marki Y te exploiteren, waar de directeuren der gezel- de schappen, die openlijke voorstellingen gaven, hui ;iar personeel naar believen konden aanvullen o u> verwisselen. Namenlijk in den tijd, toen de ver handelingen in het proces Kerdren, de Fraoschi lf hoofdstad in opwinding brachten, kon Paumelle.» nauwelijks aan de eischen die hare talrijke klan 1 ten haar stelden, voldoen. Zij had daarom vooi hulp in de keuken en herberg een jong meisji «gt geëngageerd. Deze heette Alice, was een teerge bouwd kind van twaull jsren, met groote blauwt oogen en glanzende, goudblonde, tot op de scliou5 ders nederhangende haren. 1 Op zekeren dag trad een acrobaat, die naa:(l( eene reuzendame zocht, met zijne vrouw Rosalb: in de herberg „Den rooden duivel'. Tamerlan' dien de lezers wel herkend zal hebben, onder I handelde voor een circus met een vrouwsporsooi 3 met den veel belovenden naam „de schoone Ar, tesianeriu». 1 S 1 (Wordt vervolgd.) )r

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1900 | | pagina 1