Nummer 31.
Donderdag 18 April 1901.
24e Jaargang
I
Toegewijd aan Handel? Industrie en Gemeentebelangen.
MONOPOLTHEE
a
m
a
lp den Drempel van het Paradijs,
ANTOON TIELEN,
Theod. WESSELS,
De Zuid-Afrikaansche oorlog,
Uitgever:
door waterhoudendheid
voordeelig in gebruik.
WAALWIJK.
Bekendmaking.
FEUILLETON.
MILITIEWET.
WAALWIJK.
Verkrijgbaar bij den Heer
De Echo van het Zuiden
en Ungstriatsekt Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 0.75.
Franco per post door liet geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
Advertentiën 17 regels f 0.G0 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale, zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel
I n s e h r ij v i n g.
SCHUTTERIJ.
De Burgemeester der Gemeente Waalwijk roept
bij deze op zoodanige Ingezetenen, die op den
eersten Januari dezes jaars hun 25ste jaar van
ouderdom zijn ingetreden, namelijk die geboren
lijn in 1876, benevens de zoodanigen, die zich
vau buitenlands binnen deze Gemeente gevestigd
hebben, voor zoo verre zij nog in eene der
Klassen van de Schutterij vallen, zich tusschen
den loan eu den 30en Mei aanstaande, ter Se
cretarie ven het Gemeentebestuur te Waalwijk
roor den dienst der Schutterij te doen inschrijven,
iullep.de tot aangifte dagelijks, gedurende den
voormiddag van 9 tot 12 uur gelegenheid bestaan,
de invallende Zon- en Feestdagen hiervan uit
gezonderd.
Tot naricht der belanghebbenden dient:
Dat ale ingezetenen in deze worden beschouwd
alle Nederlanders, binnen het Rijk hun gewoon
verblijf lioudtDde, en alle vreemdelingen binnen
het llijk woonachtig, die hun voornemen om zich
aldaar te vestigen, hebben aan den dag gelegd,
hetzij door eene uitdrukkelijke verklaring, hetzij
door het overbrengen van den zetel van hun
vermogeu of de hoofdmiddelen van hun bestaan,
voor zoo verre zij in de voorrechten van Ne
derlanders kunnen deelen.
Dat de aangifte tot de insehrijving in allen
gevalle, door de ingezetenen van den hierboven
bsdoelden ouderdom, behoort gedaan te worden,
ook dan zelfs wanneer de belanghebbende ver-
raeenen mocht, tot de vrijgestelden of uitgeslo-
tenen van den schutterlijken dienst te behooren.
Dat zii, die in meer dan eene gemeente hun
verblijf honden of den zetel van hun vermogen
hebben gevestigd, tot de inschrijving verplicht
lijn binnen die gemeente, alwaar eene Dienst
doende Schutterij aanwezig is, en dat, bijaldien,'
in de verschillende Gemeenten, waar iemand
verblijf houdt, of den zetel van zijn vermogen
heeft gevestigd, alleen Dienstdoende-, of alleen
Rustenae Schutterijen bestaan, hij zich moet
doen inschrijven in die Gemeente, alwaar hij
voor de Personeele Belasting is aangeslagen
moetende de Ambtenaren zich doen inschrijven
in die Gemeente, alwaar zij ambtshalve verplicht
tijn hun verblijf te houden.
Dat zij, die bevonden zullen worden zich niet
vóór den eersten Juni dezes jaars te hebben doen
inschrijver, door het Plaatselijk Bestuur ambts-
19)
De Vrijheer had, door de noodzakelijkheid
gedwongen, Manon voor een poosje raoeteu laten
ichieten eenige bekenden hadden hem aange
sproken en hij moest dezen volgen, om zich aan
eenige families to laten voorstellen, die op het
terras zaten.
Manon maakte zich dit oogeublik ten nutte om
zich iets verder in het woud te begeveD, dat zich
ioo aanlokkend voor haar uitstrekte. De Vrij
heer haar hoofdje begon te duizelen als zij
daaraan dacht had zich op zulk een opvallende
wijze met haar bezig gehouden, dat eindelijk
lijne bedoelingen in net helderste licht vóórhaar
verschenen. Hij dong naar hare hand, naar hare
liefdeofschoon hij over dat punt, nog geen wrord
tot haar had gesproken, verried het iedere blik, die,
uit zijne oogen, op haar werd geworpen. Maar,
was zij daarmede gebaat Neen het mocht r.iet
*ijii, hij dong naar .barones Karger" en wie
was zij Het zou hartverscheurende ondank
jtgens den ouden Vrijheer zijn, wanneer zij diens
geld daartoe aanwendde, om hem den eenigsten
«oon te ontrooven I En hij zou nooit toestaan,
dat Dagobert verkeering had met een arme dienst
maagd die hier onder een geborgen naam was
binnengeslopen en de tol van sprookjesprinces
bad gespeeld. Het was een heerlijke droom ge
weest, meer niets.
Spoedig moest zij haar rol neerleggen en er
iiR er haar alles aan gelegen, op een fatsoenlijke
wijze het tooneel te verlaten en spoorloos te
verdwijnen.
Manon had, in gepeins verzonken, het andere
«inde van het woud reeds bijna bereikt, toen een
lievigen donderslag de aarde deed dreunen. Ver-
Plat bleef zij staan. Eensklaps doorkliefden ver
bindende bliksemschichten zigzagsgewijze de
lucht boven de wiegelende kruinen der boomen,
nu brak een storm los, een orkaan gelijk, die
>u*t verschrikkelijk geweld in de woudreuzen
halve zullen worden ingeschreven, en ter zake
van hun verzuim, in eene geldboete vervallen,
terwijl zij daarenboven zonder loting bij de
Schutterij zullen worden ingelijfd, indien het
zal blijken, dat er tijdens de verzuimde inschrij
ving, geen redenen tot uitsluiting ol vrijstelling
ten hunnen aanzien bestonden.
En worden overigens de ingezetenen aange
maand, om zich tijdig van een geboorte-extract
te voorzien en zich alzoo van hunnen juisten
ouderdom te verzekeren, ten einde de inschrijving
behoorlijk geschiedt, en zij niet komen te ver
vallen in straffen bij de Wet bepaald.
Waalwijk den 12 April 1901.
De Burgemeester voornoemd,
K. DE VAN DER SCHUEREN.
Uit de thans door de RegeeriDg gegeven
toelichting op hare vijfde nota van wijziging
en aanvulling van de wet betrekkelijk de
Nationale Militie en van daarmede in verband
staande wetten, blijkt dat eene zinsnede is
ingevoegd, waarbij wordt vastgesteld, dat
de Commissaris der Koningin in de Provin
cie tot uitvaardiging van den oproepings
brief voor den loteling ook beeft in acht
te nemen of de loteling voldoet aan de
eiscben van militaire bekwaamheid en licha
melijke geoefendheid.
Tot eene richtige uitvoering van dit voor
schrift zal uit den aard der zaak eerst
moeten worden samengesteld bet gedeelte
ter volledige oefening in te lijven, daarna
dat ter korte oefening in te lijven. Tevens
wordt in de nieuwe, zinenede voorgeschreven,
dat de tijd moet worden bepaald, binnen
welken de loteling het bewijs, tot staving
dat bij aan die eiscben voldoet, beeft in te
leveren bij den Commissaris der Koningin
der provincie.
Eene regeling, waardoor de tijd voor de
eerste oefening van ben, die ter korte oefe
ning worden ingelijfd, eindigt tegelijk met
dien van de manoeuvres of van de groote.
legeroefeningen, wordt wenscbelijk geacht.
Daarom wordt voorgesteld de aflevering van
de lotelingen dezer categorie te doen plaats
hebben in Mei.
Met de bepaling van de 3e zinsnede van
bet voorgestelde art. 112 wordt beoogd, de
ingelijfden bij de militie na afloop van den
eersten oefeningstijd, voor zoover zij tot
eenzelfde categorie behooren en niet uit
anderen hoofde onder de wapenen worden
gehouden allen tegelijk, d. i. op denzelfden
dag met verlof te doen vertrekken, zulks
ongeacht den dag hunner inlijving in Maart
of Mei.
Bij de aanvankelijk voorgestelde regeling
lag het in de bedoeling de nakomers in
speelde, zoodat de takken begonnen te kraken,
knetteren en splijten.
Manon was. door den onyerwachten slag tegen
den grond geslingerd. Bange vrees bekroop haar
hart, xuo onbevreesd als zij anders ook was.
Waar zich in te redden, waarheen, te gaan P Niet
in het woud terug, waarin de onbeteugelde ele
menten hun vernielingswerk voortzetten en al
les door elkaar wierpen, om hun woede te koe
len. üp het open veld het woeden van den natuur
af te wachten, was niet raadzaam eu toch
waarheen moest zij vluchten? Een gierende
windvlaag, waarin duizend hellestemmen sche
nen te spreken, wierp haar ter zijde, naar het
woud toe, waarbinnen de vrecsclijke verdelgings-
strijd aanhield; een verschrikkelijke, laaie gloed
ontbrandde, vurige vlammentongen lekten de
stammen rondom haar ontkomen scheen on
mogelijk. Zij stiet een hartverscheurenden gil
uit en tuimelde nog verder terug een vreese-
lijk gerommel was het eenige antwoord. E«n
pikzwarte duisternis was plotseling ingevallen,
de bliksemfitsen volgden elkaar, bijna zonder
tusschenpoozen, op, donderslagen deden da lucht,
bijna zonder ophouden dreunen. Zand, hagel
en steeoen vlogen, door een onzichtbare hand
geslingerd tegen huar voorhoofd. Met een angst
schreeuw, zonk zij, bewusteloos ter aarde. De
storm huilde, floot en gierde haar in de oogen.
Was werkelijk de dag van het vergaan der we
reld aangebroken en moest zij eenzaam verlaten
te gronde gaan Maar, daar was het geen zins
begoocheling riep een mannenstem .Manon,
Barones Manon.' Ach, deze stem, Manon had
haar zelfs in deze ure herkend an riep: «Rai-
mond Brunneck,' als in ten jubel en toch
klampte zij zich, vol angst, aan zijn arm vast
het was haar te moede, alsof zij het hoongelach
van alle booze geesten vernamdeze man, ja
deze man I
Hij nam den mantel van zijn schouders en
hulde er haar geheel en al in, hij trok den kraag
over haar boold en suste haar, ïooals men dat
een kind doet. «Er is niet het minste gevaar,
leun maar met al uwe macht op mij en probeer
op uwe voeten te gaan staan,' klonk het met
afgebroken woorden aan haar oor.
En zij beproefde het, door zijne arme om
strengeld met het hoofd op zijn borst het
zoete gevoel van goed geborgen te zijn bekroop
dienst te stellen tusschen 1 eu 10 Novem
ber te gelijk met de lotelingen die ter korte
oefening waren afgeleverd. Nu wordt het
wenscbelijk geaebt de nakomers te doen
afleveren en in dienst te stellen in het
volgend jaar, hetzij in Maart, betzij in Mei,
naar gelang zij ter volledige oefening, dan
wel ter korte oefening worden ingelijfd.
Bij de nieuwe regeling is de eerste oefe
ning van hen, die ter korte oefening worden
ingelijfd, reeds lang afgeloopen wanneer de
nakomers worden in dienst gesteld, op dien
grond is afgezien van een vroeger voorge
stelden overgang van den ter korte oefening
ingelijfden loteling bij de ter volledige oefe-
niog ingelijfden.
Bij de aanvankelijk voorgestelde regeling
was het de bedoeling om de ter korte
oefening in te lijven lotelingen te bestemmen
voor de diensten, welke tot nog toe worden
vervuld door de manschappen dientengevolge
der artt. 123 en 124 der Militiewet onder
de wapenen zijn.
Nu eerstbedoelde lotelingen in Mei worden
geoefend en dus wordt afgezien van hunne
bestemming voor het zoogenaamde blijvende
gedeelte, dient hierin te worden voorzien en
wel door het doen voortleven van het blijvend
gedeelte.
Thans wordt omschrevenin de nieuw
voorgestelde artikelen 128 en 124, waarvoor
de bier bedoelde lotelingen onder de wapenen
kunnen worden gehouden of geroepen, wordt
een juist omschreven grens gesteld voor
den tijd gedurende welken de bier bedoelde
lotelingen onder de wapenen mogen worden
gehouden, tengevolge waarvan zij niet meer
zoo lang ouder de wapenen kunnen worden
gehouden als thans het geval iswordt in
stede van de vroegere rekenkundige formule
van /reen zevende van het geheele bedrag
der jongste vijf lichtingen van militie te
land* het juiste getal afgerond genoemd;
en wordt aan art. 124 een bepaling toe
gevoegd, waardoor de voor het blijvend
gedeelte aangewezenen, indien zij zich voor
kadervorming hebben aangemeld, of daar
voor zijn aangewezen, in het belang hunner
opleiding steeds tot het eerst onder de
wapenen blijvende of het eerst onder de
wapenen komende gedeelte der lichting
zullen behooren.
Bij nadere overweging is bet wenscbelijk
voorgekomen, de bevoegdheid te hebben om
ook de ter korte oefening ingelijfden voor
herhalingsoefeningen te kunnen oproepen,
niet in twee, doch in drie perioden, en
tevens om de lotelingen van de bereden
korpsen voor die oefeningen onder de wa
penen te kunnen doen komen, niet eenmaal
voor 6 weken, doch in twee perioden voor
niet langer dan 8 weken zoowel om de ge
legenheid te hebben, gedurende den loop
van 2 of 6 jaren het vroeger beoefende
eenmaal meeer te herbalen, als om afdeelingen
gedurende de verschillende oefeningsperioden
een voor de oefeningen gewensehte eenigszins
grootere sterkte te kunnen geven.
Ook wordt bet wenscbelijk geacht in ver
band met bet herstel van bet blijvend ge
deelte bij de onbereden corpsen, geen be
voegdheid tot vermindering van den duur
en van bet aantal der herhalingsoefeningen
voor te schrijven ten aanzien van de tot
deze korpsen beboorende lotelingen, die voor
bet blijvend gedeelte onder de wapenen
worden gehouden of geroepen.
Nu door aanneming van het ameudement
van de heeren Van Gilse c.s. de eerste
oefeningstijd voor de ter volledige oefening
ingelijfde dienstplichtigen tc land bij de
onbereden wapens bepaald wordt op 81/s
maand, komt 't gewensebt voor, ook voor
de zeemilitie 81/s maand voor eeisten oefe
ningstijd in de wet op te nemen.
Het komt dan echter noodig voor te
bepalen, dat de eerste oefeningstijd der
zeemiliciens tot hoogstens 12 maanden kan
worden verlengd bij gebleken niet voldoende
geoefeudkeid, terwijl bet verder wanneer
de wet geen beletsel meer is om de zee
miliciens hun dienst in de kolonieën te
laten vervullen noodig is om voor on
voorziene omstandigheden of gevallen van
orermacht, eene bepaling in de wet op te
nemen, die vergunt hen~tot ten hoogste 12
maanden in dienst te houden.
haar hart de storm wierp hen heen en weer,
doch desniettegenstaande hield zij zich op de
been en deed eenige schreden in de richting, die
hij haar aanwees. «Ik kan niet meer,* klaagde
«ij, mat eu moedeloosde schrik deed haar de
woorden nog bevend uitspreken.
«Dan wachten wij nog, totdat het onweer is
tger
den
uitgeraasd. Niet waar
nog, totc
u blij't
met mij volhar-
Zij klampte zich vaster aan zijn arm.
«üp het eiland Hela, laatst, was het een der
gelijk onweer niet waar?'
«En toen bevonden wij ons op zee,' vulde zij
aan.
«Nu hebben wij echter vasten grond onder de
voeten.
Bent u toen erg bang geweest?'
«Niet bijzonder.'
«En thans?'
«In het geheel niet.»
Hij antwoordde niet meer. Nu een poosje
sprak zij «in uwe nabijheid bevangt mij altijd
een gevoel van veiligheid, daarom is ook nu, bij
uwe komst, alle vrees van mij geweken. Waar
zijn de anderen
«Zij zullen zich, bij het uitbreken van den
storm, wel spoedig uit de voeten hebben ge
maakt. De wagens zullen al wel dicht bij de
stad zijn.'
«Hoe komt u echter op deze plek?»
Ik ben u gevolgd, om u voor het onweer te
waarschuwen en ben er zelf door overval
len.'
Manon beurde een tipje van den mantel op.
De lucht was een weinig opgeklaard en zij zag
zeer duidelijk dat, zijne donkere, peinzende oogen,
vol bezorgdheid in de verte staarden.
«Het woeden van den storm neemt af; zullen
wij niet trachten het boerenhuisje te bereiken,
dat, daar ginds, v)ak bij het bosch, ligt vroeg
hij.
«Ja,' lispelde zij zacht.
Eenige dagen later ging Manon, op het gewoon
schemeruurtje naar het huis harer buurvrouw.
De lucht wns met grauwe wolken bezet en de
regen kletterde tegen de groote spiegelruiten.
Het was alsof de koude, vochtige herfst met
geweld in het land trok. Tengevolge van het
Volgens de jingopers zal de oorlog in
Zuid-Afrika over 2 maanden geëindigd zijn,
omdatde Engelsche regeering het uit
rusten van transportschepen voor de over
brenging van versterkingstroepen naar Zuid-
Afrika heeft gestaakt. Waarom juist die
termijn van 2 maanden wordt genoemd
Dat is zeer eenvoudig, De nieuwe oor-
logscredielen, welke de reg. te Louden aan
deVolksvertegenwoordiging heeft aangevraagd
moeten de oorlogskosten dekken tot aan het
einde van het eerste kwartaal der begrooting
dat 1 April 1.1. is begonnen, dus tot eiude
Juni. Het is er dus Chamberlain en zijn
pers met de verklaring, dat de oorlog over
2 maanden uit zal zijn blijkbaar om te doen
het Parlement en het volk in den waan te
brengen, dat de nieuwe offers, die a. s.
slechte weer. hing de avondschaduw dieper dan
gewoonlijk over de meubels van de behogelijk
gestoffeerde woonkamer.
Advocaat Brunneck verhief zich uit den ge-
makkelijken stoel bij het venster, waarin hij
gezeten had en begroette Manon op zijne gewone,
bizonder hoffelijke wijze.
«Mijne moeder zelve heeft mij om u te ont
vangen hier doen plaats nemenzij moest nood
zakelijk een bezoek bij eene zieke in de stad
afleggen en is daarvan nog niet teruggekeerd,'
schertste hij en «choof een tweeden stoel bij de
breede vensternis, waarin Manon wilde plaats
nemen.
«Dat is zeer vriendelijk van u, vroeger heb
ik u zelden om dezen tijd tehuis getroffen,'
«Zelden Hebt u mij dan gemist?'
«Ja, zeker.'
«Mijne tegenwoordigheid heeft toch voor u
niet veel te beteekenen wel, barones Manon?*
Zij wendde het hoofd naar hem toe, de laatste
stralen van het daglicht, dat door de ruiten brak,
bleven daarop rusten en overgoten haar met een
eenigszins vaien tint, terwijl zij glimlachend,
vroeg: «En u bent heden tegen uw zin gebleven,
niet waar?"
Hij keek haar een koitepoos opmerkzaam aan.
rja> ik ontken het niet doch niet, omdat
mijne moeder met u hud afgesproken hier te
komen, maar omdat tot mijn niet geringen spijt,
door mijn wegblijven, de afgesproken conferentie
met professor Schweiher wordt verijdeld.*
«Maar wat verhindert u om deze conferentie
tot 'morgen of overmorgen uit te stellen
«Niets, ik zie het al, u argumenteert precies
zooals mijne moeder. Daarom heb ik toegege
ven en den professor door Hanna mijn excuses
laten aanbieden.'
«Haha en nu betreurt u den vermorsten
tijd
«O, ik heb betrekkelijk veel vrijen tijd, maar
als ik mij, behalve in de visite uurtjes, die zich
al'ijd door een rekere gedwongenheid kenmer
ken, uit eigen vrije beweging met een menscb
bemoei, dan moet ik daar altijd een doel mede
op het oog hebben."
«En bij mij is dit niet het geval; ik ben in
uwe oogen te onbeteekenend, om eenige uwer
kostbare ooger.blikken aan mij te wijden Het
blonde, bekoorlijke meisje lachte op betooverende
Donderdag iu de eerste Parlementszitling
zullen worden gevraagd in deu vorm van
belastingen en leeningen, de laatste zullen
zijn en ze dus gemakkelijker machtig te
worden.
Uit deze omstandigheid is ook te verkla
ren, waarom de officieele berichten, die af
en toe van het terrein van den strijd wor
den openbaar gemaakt, sedert eenigen tijd
altijd door zoo gunstig luiden voor de Brit—
sche wapenen. De laatst uit Z.-A. ontvan
gen mail echter geeft een heel anderen kijk
op den staat van zaken. Uit brieven en
couranten blijkt, dat zich twee verschijnselen
voordoen, die tot dusver niet >officieel" zijn
medegedeeld.
Het eerste en voornaamste is, dat terwijl
de pest te Kaapstad verwoestingen aanricht,
een kwaadaardige koorts het Engelsche gar
nizoen te Bloemfontein vreeselijk doet lijden.
Het andere is, dat voor de rechtbanken in
Zuid—Afrika evenveel Hollandsche opstande
lingen uit Natal als uit Kaapkolonie terecht
staan, waaruit dus volgt, dat het Holland
sche clement in Natal evenmin betrouwbaar
is als dat iu de Kolonie.
Volgens sommige berichten zou onder de
zwarte bevolking iu Zuid-Afrika sedert eeni
gen tijd een krachtige agitatie merkbaar zijn
tegen de blauken, onverschillig of dezen
Hollanders of Engelschen zijn. De leiders
der beweging wekken in fanatieke, eenigszins
religieuse redevoeringen de inboorlingen tot
den oorlog tegen de blauken op, vooral in
Natal, met de leus ,/Afrika voor de zwar
ten
Reeds voor het uitbreken van den oorlog
werd van Boerenzijde voorspeld, dat een
strijd tusschen Engelschen en Hollanders zou
uitloopen op eeu opstand der inboorlingen.
Van het oorlogsterrein weinig nieuws
Dinsdag der vorige week is een gevecht
geleverd op de grens van Kaapkolonie en
den Vrijstaat, tusschen Jacobsdal (bij Kim—
berley) en Koffyfontein, doch de uitslag is
□iet bekend. Woensdag hebben de Boeren
bij Springs, nabij Johannesburg, 6 Engel
schen gedood en 2, onder wie eeu officier,
gewond.
Er zijn een paar beschrijvingen van Schee
pers treffen met de Engelschen te Blauw—
krans bij Janseuville, maar deze zijn dezelfde
als we voor drie weken al in de Engelsche
bladen hebben gevonden. Aangaande de
vernieling van spoorlijnen vinden we het
volgend bericht over deu aanslag op den
trein bij Vlaklaagte nabij Sanderion op 16
Maart, 't welk wij wegens de bijgevoegde
beschrijving hoe de Boeren treinen in de
lucht laten springen willen overnemen
Een voorloopertrei», die voor den mail-
trein uitging, deed hedenmorgen om 6 uur
een dynamiet ontploffen, nadat Vlaklaagte
gepasseerd was. Gelukkig werd slechts de
voorste goederenwagen beschadigd. De rest
wijze.
«Bij de jeugdige vriendin mijnor moeder, moet
ik iets door de vingers zieo.'
«Door de vingers zien Daarvan wil ik niets
hooren zou mijn persoou alleeu bij u niet ge
noeg belangstelling kunnen opwekken, om u voor
eenige minuten te boeien Zij sprak ontegen
zeggelijk op schertsende toon, maar liet scheen,
alsof hij hare woorden anders en up de hem
eigene wijze had opgevat, want hij antwoordde,
Da een geruimen tusschenpoos, zeer ernstig
«Uw wezen biedt mij juist mij, zeer vele
raadsels en verrassingen, zoodat u, wanneer u
deze alle kendet deze vraag niet tot mij zoudt
richten.' Daarop ging hij op een meer opgewek-
ten toon, voort: «Maar zeg mij, of u gaarne
het half uurtje, dat mijne moeder mogelijk nog
weg kan blijven, koutend met mij wilt door
brengen."
«Welzeker ik spreek gaarne met den ern-
stigen en gevreesden rechtsgeleerde, maar ik wil
u ronduit bekennen, dat mij een kleine vrees
bekruipt, telkens wanneer ik aaD u denk.'
«Omdat ik moordenaars, dieven en bedriegers
aan het gerecht overlever? Kent u niet het oude
spreekwoord: «oen gerust geweten is het beste
hootdkussen
«Jawel maar steeds bekruipt mij het voor
gevoel, dat u eens als aanklager zult optreden
God weet, in welke zaak,' Manon wendde lang
zaam haar hoofd af, de doordringende, vaste blik
van den ervaren man deed haar onnoammelijk
veel pijn.
«Hebt u een dergelijk voorgevoel vroeg hij
zacht, bijna toonloos.
Zij knikte.
«Welnu, ook ik heb een dergelijk voorgevoel
gekregen en wel dadelijk bij onze eerste ont
moeting. Wees voorzichtig, barones, voorzich
tig tegenover mij, want waarlijk het zou on
verantwoordelijk van u zijn, indien ik werkelijk
als uw aanklager zou moeten optreden 1'
Een diepe ontroering sprak uit zijn stem en
ook Manon was aangedaan. «Ik hoop, dat u
daartoe nooit gelegenheid zult hebben,' begon
zij, eveneens zacht sprekend. «Spoedig ga ik
voor altijd van hier! Misschien stel ik de zee als
scheidsmuur tusschen ons."
«U wil6 over de zee en waarom
(Wordt vervolgd.)