Zondaar 28 April 1901. De Zuid-Afrikaansche oorlog. "iïlivÏN™ VAN BINNENLAND. BUITENLAND. Engeland. Duitschlaad. Den Eerw. Pater Andr. Zijlmans. JAARMARKT te Waalwijk) Donderdag 2 Mei a. s. op op Tweede Blad De Echo van het Zuiden. Versprei op duw maar lastertaal, Om sympathie te win Toe, stuur maar na die krante op Rapporte ua jul sin Maak sleg die „Boers" so ver jul kan, Die mensdom moet dit weet Daar is op heel die wereldrond Geen volk so laf, so wreed 1 Die nageslag zal uitspraak doen, Die waaiheid zegepraal: Hoe ook berigte word verspreid Vol helse leugentaal. Bovenstaande regelen uit de Zestig uitge- sogte Afrikaanse Gedigte, verzameld door dan den tegenwoordigen Transvaalschen staats secretaris F. W. Reitz, zijn inderdaad op Engeland's houding in den huidigen oorlog in nog grooter mate toepasselijk dan twintig jaar geleden. Het is een bekend feit, dat de Engelsche sedert den aanvang der vijandelijkheden een ontzettend verlies aan paarden, muilen en trekossen hebben geleden. Alleen aan paar den beloopt het meer dan 100.000. Een Engelsch stafofficier bevestigt nu in een brief uit Pretoria wat ons reeds lang van met— Eugeïsche zijde bekend was en deelt mede, dat de paardenziekte met steeds grooter hevigheid woédt, zoodat hij het sterftecijfer nu reeds op 75 pet. schat. Natuurlijk mag het groote Engelsche pu bliek niet in den waan komen, dat zelfs de natuur aan de zijde der uitgemoorde repu blieken staat. En daatom woidt de groote lastctcampague tegen de Boeren weer voort geztt, de veldtocht van moedwilligge leugen», die leeds lang voor den oorlog begonnen - de aangehaalde woorden van den heer Reitz hebben zelfs betrekking op het gevecht bij Langenek in 1881 roet toememende on- beschaamheid is voortgezet. Nu moet weer, blijkens een Daily Chronicle-telegram uit Nieuw Orleans, een deel der sterfte onder de Engelsche paarden aan Boeretiverraad worden toegescht even. Boereuagenten ver giftigen de paarden voor het vertrek uit Amerika. De gemeenheid van dezen nieu wen leugen wordt echter geëvenaard door zijn domheid, gelijk trouwens meestal het geval is geweest. Want aangenomen, dat de Jingo—gemeente deze allernieuwste gende van Boereulaaghartigheid slikt, zal zij misschien toch tevens nog genoeg ge zond verstand overgehouden hebben om de eenvoudige vraag te stellen, hoe ter wereld de militaire organisatie van het Engelsche rijk voor een harer belangrijkste takken van dienst Boereuagenten kan gebruiken Waar schijnlijk zal over eenige maanden wel weer een tegenspraak van deze nieuwste laster komen, maar de Tory—bladen plegen daar van zoo gering mogelijke notitie te nemen. Het verhaal vau de Wet s „mootden' op vredesboden van den „moord" op den kleurling Esau en al die andere absoluut ongegronde beschuldigingen, waarop de Sta' nog onlangs zulk een kostelijke parodie heeft geleverd naar aanleiding van de herrijzenis uit den dood van Andties Wessel, al die verdichtsels zijn weken lang het onderwerp geweest van wiaakgierig geraas in de Pali Mall en consorten. Toen Atidries Wessels echter opdook hebben zij volstaan met een laconiek Reuterielegrammelje, maar geen woord van leedwezen hebben zij over gehad VAN Woensdag om half twee lagen wij gean kerd in Hong-Kong. Wat een ongeloofelijk heerlijk gezicht op de stad. Men kan het zich niet voorstellen, zoo schoon. Op den achtergrond een keten bergen met kruinen van 600 M. hoog. Op de helling daarvan ligt de stad met hare steile straten en prachtvolle gebouwen. De geheele stad is bij wijze van arophi theater gebouwd, de eene rij boven de andere. In de drio onderste rijen mogen de Chineezen ook wonen. Hooger op wonen uitsluitend Europeanen. Paaiden zijn er bijna geene te zien. Wil men rijden dan heeft men een handkarretje te nemen met die be kende Chineesche paarden er voor, of wel een draagstoel, zoo men gedragen wil worden. Paarden kunnen er weinig uitzetten m die steile straten. Noch het een, noch liet ander hadden wij noodig, wij deden het met onzen eigen natuurlijken wagen. De goede Procureur kwam ons op de boot afhalen. Zaterdag 29 October. Alvorens voort te gaan met Hongkong even u op de hoogte stellen, hoe het onze zee maakt, zij is weer kalm geworden en liet zich langzaam tot bedaren brengen. Sinds gisteren hebben wij 211 mijlen af gelegd. Er blijven er nu nog 181. Dezen nacht tegen twee of drie uur komen wij denkelijk te Wou Soutig. Dit plaatsje ligt aan de monding der rivier, langs wier oever Schang-hai oprijst. Daar zullen wij goed onzen Oceaniën verlaten. voor hun laster tegen een man als de Wet, wiens eenige misdaad zijn onoverwinnelijk heid tegenover een Britschen veldmaarschalk en dozijnen generaals is. Wij moeten ons echter om één reden ver heugen over zulke telegrammen. Zij zijn een stilzwijgend bewijs, dat de zaken den Engelschen niet naar den zin gaan. Wan neer men toch de berichten van de laatste weken bijeengaait en de resultaten opsomt, wat is dan weer de gevolgtrekking Dat de Engelschen nu in het noorden van trans vaal een paar honderd Boeren- vrouwen en kinderen hebben gevangen genomen, verder een aantal niet strijdende burgers, terwijl de telegrammen zelf erkennen, dat de vechtende mannen, die in Engelsche handen zijn ge vallen, zeer weiuig zijn. De verliezenlijst is de eenige bruikbare bron van informatie in de kunstmatige komkommertijden, zouals wij er thans weer een ten opzichte van het Zuid-Afiikaansch nieuws doormaken. Als straks de begrooiingsdebatten in het En gelsche parlement zijn afgeloopen, zal de bron wel weer wat ruimer vloeien. De toestand blijft, te oordeelen naar de vage berichten, waarover wij nu beschikken, vrij wel stationair. Plumer's triomftocht naar het noot den, zijn, „weinig tot lyrische geest drift stemmende* bezetting van Pieters burg en zijn daarop gevolgde marsch naar het Zuidoosten schijnen aan de Olifantsrivier een jammerlijk einde gevonden te hebben. De bewegingen van Sir Bindon Blood, van Water Kitchener, Benson eu zoovele andere generahls meestal pas benoemde ten westen van Lijdenburg schijnen eveneens plotseling tot staan gebracht. Het Tiansvaalsche oorlogsnieuws komt neer op een bericht van een gevecht bij Zeerust waar de yeomanry en de Nieuw— Zeelanders waarschijnlijk slechts een vei— geefsche poging hebben gedaan om het beleg van genoemde plaats opgeheven te ktijgen Overigens niets. Van mevrouw Botha's derde tocht naar haar man geen woord heden. Van de troepen in het oosten evemin. In het wes'en Methuen meer obs cuur dan ooit. Enkel blijkt uit de verliezen lijst, dat er voortdurend en overal gevochten wordt, zoowel in Transvaal als inden Vrij staat en dat de eigenlijke guerrilla dus onverpoosd wordt voortgezet. Het land wordt onveilig gemaakt en de uitputtings- methode krachtig toegepast. Meer berichten komen er uit de Kaap kolonie. Voor de zooveelste maal laten de Engelschen Krcutzinger naar de Oranjerivier marcheeren om uaar den Vrijstaat terug te keeren nu eens omdat hij l niet langer houden kan, dan weer omdat hij bevel heeft gekregen van de Wet. Maar wat of Kreut- zinger in den zin moge hebben, voorloopig houdt hij geen rekening met de wenschen der Engelschen. De republikeinen trekken net waar zij willen in de noordelijke en midden—Kaapkolonie 'heen en weer en houden een bespottelijke groote Engelsche legermacht zenuwachtig bezig met heu te vervolgen. Plotseling zijn zij in de buurt van Dordrecht opgedoken en terwijl Enge land er alleen in de Kaapkolouie reeds een geheel leger op ua houdt, moesten te Dor drecht er toch nog allerlei vrijwilligers en stadswachten aan te pas komen voor 200 Boeren I Men hoopt, dat de aanval nu achterwege zal blij*en. Maar ten slotte blijkt dan toch wel, dat de iuval niet ge heel te vergeefs is geweest. Want niet alleen, dat tie overgebleven invallers mins tens een 50,000 man Engelsche troepen (al'een 30,000 geregelde) bezighielden, zij stroopen Engelsche grondgebied af, wat noch plei/.ierig noch vleiend voor het machtigste rijk der wereld is en zij veihoogen aldus voor de Hollandsche Afrikaners, waai uit de rebellen gerecroteerd worden, niet belangrijk het Britsch prestige. Ten slotte bedreigen zij voortdurend de verbindingslijnen. Hardnekkig houden de geruchten over nieuwe vredesonderhandeling aan. In plaats van alleen met Botha, zou Kitchener nu met een deputatie van Boerengeneraals be sprekingen houden. We moeten bij zulke geruchten Milner's overzicht vau den toe stand goed in gedachten houden. Maar mocht er inderdaad sprake zijn van nieuwe onderhandelingen, dan is de aanwezigheid van mannen als de la Rey en Ben Viljoeu een waai borg te tneer, dat er geen gekke dingen zullen gebeuren aan Boerenzijde. Er is geen reden om iets toe te geven. Vooral niet, waar de Engelsche regeering zelf zoo welwillend is, brandstof aan te dragen voor de vernietiging van haar eigen huis. De veroordeeling van de redacteuren Mal an en Cartwright tot een jaar heeft meer gedaan om dc Kapenaars op te win den, dan de mooiste proclamatie van Steyn of de Wel zon vermogen. De toon der beleedigde Airikaners wordt dreigender met den dag. In een adres noemen zij de beide slachtoffers de „verlossers van hun land" en in zulke uitdrukkingen ligt misschien een diepe zin. Misschien dat de gouddorst der Engelschen, nu ze in Afrika zoo leelijk de vingers brand den, zich richt naar Schotland, waar te Leith, werkelijk een goudrit ouder de stad moet zijn ontdekt. reekenend is dc mededeeling, dat de Kroon al 't gevonden goud heeft opgceischt. Chamberlain is er bepaald al heen. Te Bonn is op hoogst plechtige wijze de keizer aangekomen, om zijn oudsten zoon, den kroonprins, te doen inschrijven als student der universiteit. In de aula had het plaats. De keizer stond met den kroonprins, den prins en de prinses van Schanmburg Lippe bij de tafel, waarop het album, het register eu de legitimatiekaart lagen. De rector be groette deu „gemalen" keizer met een hoog dravende eu akelig vleierige toespraak. Toen de kroonprins zijn naam in hel album gezet had, gaf de rector hem den handslag, den weusch uitsprekende, dat ook hij den ernst der weteuschap mocht vereenigen met de opgewektheid en den levenslust van de jeugd ten slotte bracht hij een Hoch uit op den keizer, waarmede allen juichend in stemden. De keizer bedankte den rector, hem de hand schuddende, daarna sprak hij met verscheidene van de aanwezigen. Onder huldebetuigingen van het publiek, iu 't bi- zonder van de .studenten, verlieten de keizer en de kroonprins de academie. Op het kommers van de studenten bracht de Keizer onder eindeloos gejuich een „Sa lamaodei" op de universiteit van Boun. Hier heeft, zeide hij, keizer Frederik gestu deerd, -ook de prins-gemaal (onizen prins Heudrik) de levensgezel van de Koningin die altijd gestreefd heeft naar een vredelie vende en vriendschappelijke verhouding tol ons stamverwant volk. Hij had 't over de historie der universiteiten en de historie van 't oude Dui'sche rijk en maande de jeugd aau, op te groeien tot echte, zelfgenoegzame Germanen. Ten slotte werd 'hij aandoenlijk en had 't over de oogen. die hij rustig zou sluiten, als hij zulk een geslacht zag opwassen. Er was bij 't publiek veel gejuich enz. maarer was zelfs uit Keulen, Dusseldorf en Elberfeld nog politie gekomen niet alleen mochten er geen rijtuigen of trams rijden, maar zelfs mochten de bewoners der huiten in den omtrek niet uitgaan. Groote geestdrift echter onder 't vrije.volk voor den geliefden keizer. WAALWIJK. 27 April 1901. Benoeming. Met genoegen kunnen we meedeelen, dat de heer J. de Brce, alhier, die onlangs slaagde voor het examen ouderwijzer, thans reeds als zoodanig is benoemd aan de fra terschool te Helmond. l)ie vulsche berichten! Meermalen hebben we erop gewezen, dat in verschillende bladen, correspondenties uit Waalwijk voorkomen, dikwijls leugenachtig, dat het de spuigaten uitloopt. Thans weer lezen we in „De Avondster* een bericht uit Waalwijk, naar aanlei ding van het request dat door eenige Pro testant sche inwoners onzer gemeente aan den gemeenteraad is ingediend om de ge vraagde subsidie van f 5000 aan den ZEerw. heer Kuijpers voor de nieuw te bouwen R. K. Kerk niet te verleenen. De volgende zinsnede komt o. m. in bedoeld bericht voor „Dit request is onderteekend door alle „hier wonende Israëlieten en bijna alle „Protestanten. Ware verdraagzaamheid!* In één zin dus worden hier alle Israë lieten onzer gemeente in de oogen van hunne R. K. medeburgers verdacht gemaakt, want met stelligheid kunnen wij verzekeren dat geen enkel Israëliet dit request heeft onderteekend. Van verschillende zijden werd ons dan ook verzocht met kracht te protegeren te gen het valsche bericht van de „Avondster*, waaraan wij volgaarne voldoen. Zeer zeker betreuren ook wij de indiening van boven bedoeld request, maar denkt de „Avondster* de verdraagzaamheid in de hand te werken door dergelijke leugenachtige berichten en haar correspondent deed goed beter te informeeren, alvorens zulke grove onwaarheden aan zijn blad ter plaatsing op te zenden. Attentie Wij vestigen de aandacht van onze lezere de in on? eerste blad voorkomende ad vertentie van bet hoeden- en petten magazijn Jan do Bont, Heuvelstraat, Tilburg. „Voegt men daarbij dat hij buitengewoon matig in zijn drinken is en nooit alcoho lisch vocht gebruik, dan kan men wgl zeg gen, dat de hemel den Nederiandscheu staat genadig is geweest, toen bij dezen veldheer nu onlangs door een zeer ernstige ziekte heeft hcengeholpen. „Wat olHcieren en minderen evenwel het meeste voor hem inneemt is de buitenge wone eenvoud van zijn optreden hoewel luitenant-Generaal, Excellentie, de oudere vap den oppcroffieier, die het paleis iu het Ilertogspatk bewoont en een der meest merk waardige Nederlanders, laat hij zich op niets voorstaan, mits hij geheel het hinder lijk aanmatigende van tot hooge rangen opgeklommen lieden maar al te dikwijls hebben e i is hij ten allen tijde voor ieder een te spreken. „Geen wonder dat men voor zulk een man door het vuur naat Een voor kleine stoomboot der Messageries Maritimes brengt ons in anderhalf uur naar de stad, waar wij enkele dagen vertoeven in onze eigene procuur. Nu vertel ik gauw verder over Hongkong, anders komt er nooit een einde aan. Een bootje bracht ons aan wal. Weer iets nieuws. Die bootjes zijn er drijvende woningen, geheele Chineesche families, man vróuw en 'kinderen, leven er en verdienen den kost met af- en aanvoeren van reizigers. Hong-Kong is een Engelsche stad. Als Singapore heeft zij eene der mooiste havens, daar deze door de natuur zelf ge vormd is, nl. door verschillende kleine eilanden. De booten gaan aan de eene zijde de stad in en aan de andere zijde er uit Hong-Kong is eigenlijk het eiland, de stad zelf heet Victoria. Weleer zag men hier niets dan naakte rotsen en ruwe kale bergen. De ligging echter was onovertroffen. Dit was den Engelschen genoeg. Een zeehaven moest er komen. Maar het klimaat was er zeer on gezond, allerlei vuile uitwasemingen bedier ven er de lucht. Ook hierop wisten de Engelschen raad. Tot verbazing van alle Chineezen voerden zij goede aarde op de naakte rotsen. En zie, bosschen en plantsoenen verrezen er en bedekten de rotsige helling der eertijds zoo naakte, eentonige bergen. Daardoor verminderden de slechte uitwase mingen en het klimaat werd dragelijk en ten slotte gezond. En nu staat daar, op dat eertijds onbewoond eiland, vol rechtina- tigen trots een der grootste handelsteden van heel de wereld. Toch slimme en praktische lui die Engelschen l De Procuur was maar een korten afstand van de haven. Wij klommen er op eigen Een echt soldaat. Iu de militaire brieven van het Bat. Nbld. lezen wij „Door de gelukkigen, die de korte en krachtige Samalaugan-expeditie hebben me degemaakt en in «taat geweest zijn, den generaal van Heutsz in zijn volle werk zaamheid te zien, heb ik andermaal hooren bevestigen dat die opperofficier te velde aau de hoogst mogelijke eischen beant woordt. „Niet alleen dat hij de operatie met vaste hand bestuurt en van een eenmaal opgevat programma niet afwijkt, maar hij deelt bij een expeditie het lot van den ge- ringsten fuselier. Hij slaapt, evenals deze t\ la belle étoile, vergt nooit dat men bui ten, afdaken of tenten voor hem gereed maakt en eenmaal het hoofd op een ver hevenheid nedergelegd hebbend, zet hij alle zorgen op zijde en is hij dadelijk het rijk der vergetelheid ingegaan. Geen droo- men, geen onrustige bewegingen, geen in secten storen zijn slaap, en als hij in den vroegen ochtend ontwaakt, dan is hij frisch en opgewassen tegen de zware dagtaak welke hem weder wacht. „Ook aan zijn maaltijden stalt hij geen hooger eischen dan een soldaat, hij eet ge woonlijk wat de volkskok schaft, is met alles tevreden en moppert nooit, eenvoudig als hij is. beenen heen. 't Is anders een heden toer Wij volgden den kortsten weg d. i. de straten, die recht naar boven gaan, 't zijn eigenlijk geene straten, maar trappöTT^De goede Procureur scheen er helaas niet aan te denken, dat onze beenen den laatste»' tijd geene oefening meer gewoon waren, terwijl de zijnen dagelijks deze beklimming deden. Weldra stonden wij voor de Procuur. Eerst naar onze gewoonte een bezoek aan het allerheiligste Sacrament, om onzen goeden Jezus te bedanken voor de tot nu toe zoo gelukkige reis en toen eene kleine verfris- sching, wijn, brood, bananen en andere vruchten. Goed en wel uitgerust gingen wij met een man of ze.* op ons eigen houtje de stad iu. Veel nieuws was er voor ons niet meer te zien. Wij kuierden als menschen, die al den tijd hebben. De Kathedraal was van buiten prachtig, van binnen was zij helaas jammerlijk gesloten. Het Europeesch gedeelte der stad pronkt met kolossale gebouwen en prachtvolle winkels. Wij daalden meer en meer en kwamen eindelijk aan de haven met al hare bedrij vigheid. Warempel daar lagen ook nog en dat deed mij hier, zoover van het vaderland, zoo innig goed daai lagen twee Holland sche booten voor anker. Heel groot waren zij niet, maar toch de Nederlandsche vlag met haar schitterende kleuren wapperde zoo fier langs den vloed Oranje boven 1 Hier nu krioelde het van Chineezen. Chineesche vrouwen onder welken verschil lende met die kleine beuepen voetjes; wat jonge Chineesjes van beiderlei kunne, enz. Dat jonge volkje zag er het liefste uit van allen. Hoe ouder men de Chineezen ziet, hoe leelijker ze zijn l Zij vallen mij 'JMgJM'BSIUI.I J. II III MI.I echter nog veel mee mijne Chineezen, er zijn flinke kerels bij en die -er slimuitzien en bet zijn ook Zoetjes -aan gingen .wij wederom naar onze Procuur. Het eten, dat beloof ik u, deed.tsicji nu goed smaken. Daarna op ziju Hollandse!) nog eene sigaar en wij trokken weer naar onzen Oceaniën. Wij hadden het blijde vooruitzicht, dat het nu de laatste maal zou zijn. Des nachts om een uur voeren wij at, maar ik sliep al zoo rustig, dat ik niets ihoorde van al het leven en gestommel en geraas, dat er bij zulk een .afvaart gewoonlijk plaats grijpt. Het overige der reis op de onstuimige zee, heb ik u reeds verteld. Over de reis naar Hongkong naar Schang-hai. zullen wij vijf dagen gedaan hebben, anders deed men er slechts twee dagen over. Maar nu hebben wij de zee ook eens ondeugend gezien, hoewel de gevreesde storm er niet geweest is. Ons eerste werk morgen (Zondag) te Schang-hai zal zijn den goeden God te be danken voor de allergelukkigste zeereis, die hij ons tot uog toe geschonken heeft. En ik vertrouw, dat U allen dit ook voor mij zult doen, gelijk gij gebeden hebt, om ?ulk eene reis te verkrijgen. Dus geene ongerustheid wat mij betreft. Wij reizen onderde hoede van den goeden God cu van onze goede Moeder Maria. Vele groeten aan allen. Uw Li steeds hartelijk liefhebbende ANDRÉ. (Wordt vervolgd.) Een afschuwelijke uiisdaad. Men meldt uit Dordrecht Omstreeks twaalf uur Woensdagmiddag zag de 12-jarige G. Van Dijk, in een sloot j aan Dubbeldamschenweg, voor een koker, corrcspondeerend met een kleinere sloot aan de overzijde der straat, een kiuder- hooldie in de modder liggen. Hij deelde zijn ontdekking mede aan een voorbijgan ger, die meende, dat het een poppekop ipas. Toen de knaap, op verzoek van den voor bijganger, het voorwerp dichter bijhaalde en het omkeerde, bleek, dat hij juist had ge zien er lag een tot onder de kin van den romp gescheiden kinderhoofd. Onmiddellijk werd een in de buurt surveilleerendc po litieagent met het feit in kennisgestéld, die het hoofdje in beslag nam en het op het bureau deponeerde. Terstond werd be gonnen met het instellen van een streng onderzoek. Tot 's avonds acht uur werd de sloot af- gedregd onder politietoezicht. Niets werd 1 echter meer gevonden. Wpl haalde men omstreeks zeven uur terzellde plaatse een stuk van een kinderjurkje van donker ka toenen stof op, dat eveneens in beslag ge nomen werd, doch 't is niet zeker, dat dit met het feit in betrekking staat. Algemeen wordt vermoedt, dat men hier met een afschuwelijke misdaad te doen heeft en dat hoofd en rotnp niet op dezelfde plaats in het water zijn geworpen. Ande ren daarentegen meenen, dat het geheele lichaam, bezwaard met eenige steenen, ia de vrij ondiepe moddersloot is geworpen en dat de werklieden, die morgens daar aan het uitbaggeren zijn geweest, met scherpe werktuigen het hoofd van den romp gesla gen heben. Bij nader onderzoek is gebleken, dat het hoofdje vermoedelijk afkomstig is van een enkele dageu oud kind, ep reeds veertien dagen iu het water gelegen moet hebben. Donderdagmorgen halfvier werd het dreg gen voortgezet, nu werd meer speciaal de koker, die beide slooten verbindt, onder zocht. Tot heden evenwel zonder resultaat. Sprang, 24 April. Door J. van den Ende, veldwachter alhier zijn heden de eerste as- pergies gestoken. Zij hebben gemiddeld een lengte van 35 cfvl. en een omvang van 6 cM. Wel een bewijs dat de grond iu onze gemeente voor asperges heel geschiet (s. Cape!le. De gemeenteraad van Capelle heeft besloten tot verbouwing en vergrooting van de school in de Nieuwstraat, verder tol aanstelling yan eeu vierden onderwijzer. Kaatsheuvel. 25 April J.l. Dinsdag hield fle afdeeling Kaatsheuvel van den Algemcenen Nederlandse hen Bond van Schoenfabrikanten jn de zaal van den heer Alphons Snoeren alhier hare eerste .vergadering. Aan de orde was: Bestuursverkiezing. Van de 27 leden waren er 17 tegenwoor dig. De heer H. van Doitmond, lid v^an het hoofdbestuur, fungeerde als voorzitter. Tot bestuursleden werden de volgentje Jteeren gekozen H. van Dortrnond, P. van Woensel, J. v. d. Wiel Hzu., Alph. Snoeren, N. van Nieuwstadt, Voorzitter. Onder Voorzitter. Sect.—Penuingm. le Commissaris. 2e Commissaris. Als plaatsvervangend lid voor het Hoofd bestuur werd gekozen de heer H. de Jong Met zekerheid kunnen we nu melden dat ook hier door de Eerw. geestelijkheid pogingen zullen worden gedaan om eent St. Paulusvereeniging op te richten. Over tuigd, dat elk streven om het drankmisbruik dien kanker onzer maatschappij, tegen ti gaan, moe' werken in het belang van d< zedelijke en maatschappelijke welvaart eenei plaats, durven wij den Eerw. Heeren d< medewerking vau alle weldenkende lieder :te verzekeren. Dussen, 26 April. De fanfare „Wilhel- mina« alhier zal Donderdag a. s. in hart zaal een concert geven, dat voor de leder wederom eeu prettigen avond belooft tt zijn. Behalve eenige muzieknummers als Voix Roum&insj Valse de Coucert van M Kessels po Ouverture Joyeuse de Keler Béli arr. vau M. Kessels, enz. komt ook eet blijspel op 't programma voor. „Wilhelmioa' 't beste succes 1 Ruamsdoaksveer, 86 April. Het beke^fl. hotel „Dolk" te Zevenbergen i* dezer dagei overgegaan aan onzen vroege ren dorpsge noot, den heer J. de Wit. Wij wenschet den .ondernemer het b.este succes. Ter voorziening in de vacature vqo een lid der Provinciale Staten, district Ze venbergen, welke ontstaat door het aftrede van Mr. G. J. H. Heere alhier en die me meer herkozeu we nacht te worden, wore als pandidaat genoemd deu heer G. H Simpnis alhjer.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1901 | | pagina 5