Nummer 52. Zaterdag 29 Juni 1901. 24fc Ja ar ga n MONOPOL TH Op den Drempel van het Paradijs Theod. WESSELS, zuiver, lekker, goedkoop, WAALWIJK. Bekendmaking. FEUILLETON. BINNENLAND. ROTTERDAM Verkrijgbaar bij den Heer UITVOERINGEN. WAALWIJK. Stemming ter verkiezing van 3 leden van den Gemeenteraad. Bepaling stemtijd nrft. 57 en 58 der Kieswet. Voorbereidend militair onderricht. JAARMARKT te Waalwijk, Doe derdag 4 Juli a. s. op WAALWIJK, 20 Juni 1901. Het navolgend adres is door de Kamer van Koophandel en Fabrieken gezonden aan de Provinciale Staten van Noord-Bra bant. Waalwijk, 26 Juni 1901. De bezwaren der Noordbrabantsche Stal houders tegen de provinciale paardenbelas ting, neergelegd in hunne adressen aan Uw College, zijn voor ons een voorwerp geweest van ernstige overweging, en hebben wij gemeend, de gegrondheid dier klachten bij Uwe Vergadering te moeten voorstaan. Immers, waar eenerzijd de provincie door de wet tot afschaffing der tollen op de rijkswegen wordt ontlast van de jaarlijksche uitkeering aan het rijk van f 28.000, waar door o. i. de voornaamste oorzaak der paardenbelasting vervalt en anderzijds de stalhouders door het zich steeds uitbreiden de tramnet in lokaal verkeer, tot altijd scherper concurentie worden gedwongen, zijn wij van oordeel, dat de tijd tot wijziging der provinciale paardenbelasting gekomen is. Hierbij komt nog dat naast de stalhouders zoovel en gebruik inaken van de provinciale wegen met automobiles, velocipedes enz, zonder belatning te betalen, dat de som van 21 gulden per paard ons in de tegenwoor dige omstandigheden, voorkomt in allen deele te hoog zijn. Redenen, waarom wij gemeend hebben, bij Uw College te mogen aandringen op eene spoedige wijziging van meergenoemde belas ting. De Kamer van Koophandel en Fabrieken. Brand. Hedenmorgen ten ongeveer 11 uur ont stond te Besoijen brand in een huis nabij de Besoijensche steeg toehchoorende aan den edelachtb. beer Burgemeester en bewoond door talrijke huisgezinnen. In 't begin liet de brand zich niet ernstig aanzien, maar werd heviger en heviger, zoodat dit huis cn een schuur weldra tegen den grond lagen. De brandspuit van Besoijen kon den brand niet bedwingen en daarom werd de spuit van Waalwijk te hulp geroepen. Jammer, dat deze niet eerder was gewaarschuwd en vroeger ter plaatse verscheen, dan had het huis naast 't brandende perceel, gemakkelijk be houden kunnen blijven. Nu ook werd dit kui3 door de vlammen aangetast en werd grootendeels haar prooi Toen eenmaal de beide spuiten in werking waren, was men den brand spoedig mee ster. Ook een huis met rietendak in de buurt, liep een tijd gevaar, maar na lang dralen, stelde men oenige pogingen in 't werk en gelukte liet nog het smeulende vuur in hier zijn begin te smoren. Het grootste gedeelte is naar wij verne men verzekerd. Nader vernemen we nog dat een vrouw en een kind eenige brandwonden bekwamen. Maaimachine. Vanmorgen werd op een perceel hooiland van den heer A. Verbant alhier, eene proef genomen met eene maaimachine be spannen met 2 paarden. Talrijke belang stellenden woonden deze proefneming bij, die volgens deskundigen, het zeer onge lijke en losse terrein in aaumerking geno men, goed slaagde. Het gras werd zeer kort afgemaaid zonder de minste moeite en daarbij gaat 't verbazend vlug. Waarschijnlijk zullen dus spoedig derge lijke machines meer worden ingevoerd bij onze landbouwers. Bijzonderheid. Als eene bijzonderheid kunnen we inc- deelen, dat de heer Adr. Hagoort uit Capelle, gisteren alhier zijn 40e jachtacte op het registratiekantoor heeft afgehaald. Adres tot Ged. Staten. M ij vernemen, dat eenige ingezetenen alhier zich per adres tot Gedep. Staten dezer provincie gewend hebben, waarin zij bezwaren te berde brengen tegen het raadsbesluit, waarbij voor den bouw eener nieuwe It. K. kerk eene subsidie van f 2500 uit de gemeentekas wordt toegestaan tot dekking waarvan men besloten hoeft eene leening van genoemd bedrag ad 4°/0 en aflosbaar in 10 jaar, aan te gaan. P. N. Ot. Moord te Tilburg. Hedenmiddag ontvingen wij 't volgende telegram, dat wij direct per bulletin hebben verspreid De Rechtbank te Breda deed heden uit spraak in zake don Tilburgsehen mooid en sprak Mutsaers vrij met bevel tot onmiddellijke invrijheidsstelling. De toejuichingen van het publiek moes ten tot tweemaal toe onderdrukt worden. Aanbestedingen. Door notaris A. G. Mulié te Kaatsheuvel is aanbesteed het verbouwen van een woon huis aan den voorkant aldaar en het bij bouwen van een warande en een kantoor aan dat woonhuis. Ingeschreven werd door de heeren M. In 't Veer te Sprang, f 3385 A. J. Groothuis te Sprang, f3350 C Mi chael te Vrijhoeven Cappel, f 3335 M. II. Reijnen te Tilburg, f3275 niet gegund. De Lustrumfeesten te Utrecht. Intocht van Karei VII te itheims. Druk is het in de feeststad, druk en ge zellig. De schooljeugd heeft vacantie. De meeste kantoren en magazijnen gaven hun perso neel vrij af. Telkens voeren de treinen weer nieuwe feestgangers aan. Tegen het middaguur vooral is het Jans kerkhof het groote aantrekkingspunt. Daar toch wordt de schitterende stoet van ridders geformeerd, die den Koning bij zijn intocht, in Itheims zal vergezellen. Van verschil lende zijden komen de ridders aangereden. Groepen voetvolk rukken aan en lang zamerhand vult het fraaie plein zich geheel met de in kleurige kleeding gedoste krij gers en geharnaste edelen. De stoet wordt geopend door het muziek korps van het 3e regiment huzaren (te paard) cn een zestal garde» de la préroté, gekleed in tabliers van roode stof, waarop het wapen van Rheims zij dragen groote pathelmen en zijn gewapend inet lange hellebaarden. Vervolgens komt Guilhein de Chastillon, de kommandant vail Rheims, in stalen har nas met groen opgelegd. Daarna volgt een nfdeeling boogschutters, in maliënkolders met helm, die den baljuw van Rheims voorafgegaan. Deze, in een scharlaken tooi, wordt gevolgd door de schepenen der stad, welke Taugé toga's dra gen in verschillende kleuren. Een afdeeling burgers van Rheims, in de kleederdracht van dien tijd vertegenwoordi gers der gilden, met gildeborden en nog eeD afdeeling boogschutters sluiten de eerste groep. De tweede groep wordt geopeud door veudel boogschutters van den Koning, paard en geheel in harnas. Op hem vo de, Graml-eonnetable van het Rijk, Asi IIde Bretague, due de Touraine enz j harnast en gezeten op een ros, dat met tot op den grond afhangenden schabrak ri te midden van een aantal edellieden paard, onder wie Johan d'Orléans, later kend als graaf Dunois, in bronzen wape rusting, dragende een vergulden herautsl Zijn paard is getooid met een schabrak vieux rose, met de donkerblauwe bloem' omzet met paarlen. Op hem volgt de groot-zegclbewaard Guilhein Jouvenel des Ursins, baron Trnynel. Deze is gekleed in echarlak Achter hem volgt een aan de hand geh paard, dragende de zegels van het Rijk. Vervolgens komt een schitterende gri van 19 pairs van het Koninkrijk. Zij d gen mantels van roodc kleur met goud o boord; hun onderkleed, eveneens blauw, even zichtbaar en over de schouders hai een witbonfe mantel. Een zwaar gour keten hangt om den hals en het hoofd getooid met een kroon. Achter de pairs volgt de abbë de i Remi, dragende de Sainte Ampoule, t kunstig bewerkt symbool. Boven het hoi van den bbé wordt een baldakijn gedr gen door vier dragers in roode gewaden n satijnen mantels. De abbé draagt een rooden hoed, witt mantel en roode handschoenen. Nu volgen eenige voetknechten en trompetters te paard. Dezen dragen roo mutsen en rose wapenrokken.. Aan klaroenen zijn bevestigd vaandels met 1 wapen des Konings. Achter hen volg drie herauten (te voet) met herautenstavi op hun wapenrok prijkt het Koninklij wapen. Daarop volgen de Kouing van wapent Gilles de Bouvier en Charles II. S d'Albret, dragende het Rijkszwaard, laatste is gekleed met gouden harnas n blauw fluweelcn wapenrok, bestikt n groote gouden lelies. Hij rijdt blootshool doch draagt een gouden haarband. Z paard is getooid met een tot op den gro afhangenden schabrak van blauw lakeu n gouden lelies. Thans volgt de hoofdpersoon der mask rade, Kouing Karei VII in groot oma het hoofd gedekt door de Koninklijke Kroc Allen dringen naar voren en men b' wondert het prachtig blauwe zijden gewaa geheel bezaaid met gouden lelies, afge> met hermelijn. Om den hals hangt een zware goud keten, bezet met edelgesteenten. Het paard, dat in blauw schabrak get uij is, wordt geleid door twee pages. Achter den Koning volgen twee pagi Hierna komen 4 pages te paard, dragen roode vaandels van satiu met gouden ste ren en achter hen volgen een twintigtal v. de voornaamste edelen van Frankrijk, g kleed in costuum van verschillende kieure met snuitscheppers op het hoofd. Soinmig van hen dragen kostbare ketens om den ha Zondag 30 Juni a. s. nam. ten 12 uur, zal door de Liedertafel „Oefening en Vermaak* van Waalwijk en Besoijen op de zaal Mu sis Sacrum» te Waalwijk worden uitgevoerd PROGRAMMA AD LIBITUM. De Burgemeester der Gemeente Waalwijk brengt ter openbare kennis, dat op Dinsdag den 2e Juli aanstaande, van des morgens 8 tot des namiddags 5 uren, de stemming zil ge schieden ter vervulling van 3 plaatsen in den Ilaad dezer Gemeente. De candidaten, in alphabetische volgorde, zijn Schijndel van A. H. Tilburg vun A. C. Timmermans (Bz.) J. L. Verbunt A. Zeegers H. J. A. Tevens wordt de aandacht gevestigd op arti kel 128 van het Wetboek van Strafrecht, luinendc „Hij die opzettelijk zich voor een ander uit gevende aan eene krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven verkiezing deelneemt, wordt ge straft met gevangenisstraf van ten hoogste cén jaar. Waalwijk, den 25 Juni 1901. De Burgemeester voornoemd K. DE VAN DER SCHUEREN. De Burgemeester der gemeente Waalwijk maakt bekend, dat de candidateDlijst en procesverbaal, bedoeld bij art. 132 der kieswet, betreffende op gaven voor het lidmaatschap van de gemeente raad, heden bij hem ingeleverd, ter secretarie dezer Gemeente voor een ieder ter inzage zijn nedergelegd, in afschrift aangeplakt en tegen be taling der kosten verkrijgbaar zijn. Waalwijk, 25 Juni 1901. De Burgemeester voornoemd, K. DE VAN DER SCHUEREN. De Burgemeester der Gemeente Waalwijk her innert personen, bij vrie en bestuurders van bij zondere ondernemingen en instellingen, waarbij mannen, die den leeftijd yan vijf en twintig ja ren hebben bereikt, in dienstbetrekking zijn dat zij, volgens art. 57 der Kieswet, verplicht zijn te zorgen, voor zoover niet bij algemeenen maatregel van bestuur vrijstelling is verleend, dat ieder van dezen, die bevoegd is tot eene te houden stemming of herstemming mede te wer- 41. „Wij mogen niet naar haar kijkei, anders wordt ze erg kwaad.» De vrouw trok Manon bij den arm. „Kom, ga van hier weg verzoek ik u... en jij, Heinemann, maak wat roort met je werk., Manon's kamer was klein en lag tegenover die van het echtpaar, waarmede het door esn schel in verbinding stODd. Boven, waar het balkon zich bevond, waren de vertrekken van de krankzin nige vrouw. Zij is niet altijd zoo erg als vandaag, zij heeft weer haren kwaden dag. Wees echter maar niet bang zij is in 't geheel niet gevaarlijk en vergrijpt zich nooit aan menschen of dieren. Waarlijk, wanneer u niet al te jong bent en niet om vreugde geeft, dan zult u het zeer goed hebben. Maar maak nu een beetje vlug voort, de barones is er niet op gesteld, dat men haar laat wachten.' Manon veranderde slechts weinig aan haar toilet, zij was daarmede zoo spoedig klaar, dat vrouw Heinemann verwonderd was, dat zij al weer naar beneden kwam. De laatste nam een mand met fijn tafelgereed schap in den arm en sloeg met Manon den weg naar het slot in. „Blijft mevrouw Burkhart zonder toezicht in het paviljoen „Mijn man is er toch en die let op haar maar ook dat zou niet noodig zijn, zij doet, zooals ik reeds gezegd heb, niemand kwaad cn verlaat zelden haar kamer. U zult spoedig aan hare eigenaardigheden gewoon ziji;.... hier zijn wij al in 't slot. Hei daar, Jaques, dient de juffrouw aan bij de barones De trage bediende, die Manon te voren reeds had gezien, slenterde op zijn doode gemak den gang door en haastte zich niet in het minst om aan dezen wensch te voldoen. Hij nam eerst Manon van het hoofd tot de voeten op, voordat hij besloot de met lapijteu belegde trap op te ken, gedurende ten minste twee achtereenvol gende uren, tnsschen acht uren des voormiddag» en vijf uren des Damiddags, daartoe gelegenheid vinde dat zij, volgens art. 58 van genoemde wet, voor zoover arbeid wordt verricht in fabrieken of werkplaatsen, verplicht zijn te zorgen, dat in het arbeidslokaal en zoo er meerdere lokalen zijn, in het grootste of wel in meer dan één ar beidslokaal, gedurende twee werkdagen vóór, en op den lot stemming bepaalden tijd op eene zichtbare wijze is opgehangen eene door hen ol van hunnentwege onderteekende lijst, de twee achtereenvolgende uren, bovenbedoeld, ver meldende, voor elk afzonderlijk of groepsge wijze of voor allen gezamenlijk; dat, volgens art. 154 der Kieswet, overtreding van bovenstaande oorschriften wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste veertien dagen of geldboete van ten hoogste vijf en zeventig gulden. De algemeene maatregel van bestuur, boven genoemd, is gegeven bij Kon. besluit van 24 Mei 1901, St.bl. No. 109, en luidt als volgt: Art. 1. Vrijstelling wordt verleend aan de in art, 57 der Kieswet bedoelde personen en bestuurders van bijzondere instellingen en ondernemingen ten aanzien van bij hen in dienstbetrekking zijnde personen, welke uithoofde van dien dienst betrekking op den dag der stemming tusschen de in vermeld artikel genoemde tijdstippen niet ge durende twee achtereenvolgende uren vertoeven in de gemeente, op welker kiezerslijst zij voor komen. Art. 2. Vrijstelling als omschreven in het voorgaand artikel wordt voorts verleend aan geneeskundi gen en apothekers ten aanzien van bij hen in dienstbetrekking zijnde personen alsmede aan per sonen en bestuurders van bijzondere instelligen en ondernemingen ten aanzien van bij hen in dienstbetrekking zijnde ziekenverplegers. Waalwijk, den 25 Juni 1901. De Burgemeester voornoemd, K. DE VAN DER SCHUEREN. De Burgemeester der gemeente Waalwijk noo- digt belanghebbenden uit, om zoo zij gebruik wenschen te maken van het in deze gemeente te geven voorbereidend militair onderricht, daar van ten spoedigste aangifte te doen ter secre tarie alhier, alwaar inlichtingen worden gegeven omtrent de voordeelen aan dat onderwijs ver bot den. Waalwijk, 22 Juni 1901. De Burgemeester voornoemd, K. DE VAN DER SCHUEREN. gaan. Na een poosje kwam hij terug, een weinig rood in het gezicht, terwijl hij vol ergernis knarsetande. „De barones verkeert in een zeer slechte luim... nu eerst heeft zij het wagenspoor gezien... die handige Wilhelm is voor het bordes gereden..., onhandige lummelDaar is een heel spektakel over geweest.... wij zijn goed genoeg voor zondebok. Maak vlag voort, juffrouw, de genadige vrouw verwacht u met ongeduld.' „Zoudt u op mij willen wachten, juffrouw Heinemann?" vroeg Manon vriendelijk. „Wanneer u er op gesteld bent, gaarne; maar noem mij niet juffrouw, maar zeg eenvoudig weg „vrouw Heinemann', zoo noemt mij iedereen en de genadige vrouw zou het zeer kwalijk kunnen opnemen.' „Dus een trotsche, hooghartige vrouw 1' zeide Mar on tot zichzelve, torwijl een droevige trek op haar gelaat stond te lezen. Waarom moest zij ook voortdurend met hardvochtige menschen in aanraking komen Jaques had haar naar het salon der barones geleid hij trok de vergulde vleugeldeuren voor haar open en sloot die weer achter haar. Eene beeldschoone jonge vrouw, in een hemels blauw zijden kleed, lag in een schommelstoel in de nabijheid van het openstaande venster. Twee allerliefste kinderen speelden aan hare voeten op een week donzig berenvel. Manon was ver rast door de schoonheid en bevalligheid van de eigenaresse van het slot. Zij neeg diep en liet hare oogen, vol bewondering, over de bekoor lijke gestalte glijden. „Ah, charmant, liefste I U bent nog jong, niet waar Ik had mij u veel eerbiedwaardiger... hoe zal ik het zeggen meer ontzagafdwingend voorgesteld. De andere dames waren allen veel veel ouderhebt u misschien in uw brief uw ouderdom veizwegen?" Manon kleurde hevig. „Vraag wel excuus, mevrouw de barones, ik maakte u uitdrukkelijk op mijn leeftijd opmerkzaam.... u hebt daarover geen woord gerept.' „Ach, wie let ook op zulke kleinigheden!.... Nu, wij zullen het tenminste probeeren, omdat na eenmaal hier is. Bent u eene wees?' Manon antwoordde bevestigend en de barones ging met een zuclït voort „ooi ik bsn een wees en veel ongelukkiger, dan u zich kor.t voorstellenmijn man is reeds twee jaar dood,... mijne mooder kan mij. daar hoar verstand ver duisterd is, geen bijstand verleenen... nadere verwanten, dan mijne twee kinderen hier, bezit ik niet en die hebben, evenals ik dezelfde verlatenheid, leidiDg cn raad noodig! De „arme weduwe' sprak op zeer treurigen toon, terwijl xij zijdelings een koketten blik in de spiegel wierp. „Om u de waarheid te zeggen, had ik op eene oudere, meer gedistingeerde dame ge rekend, die nu en dan aan mijne zijde stond. Mijne plichten als meesteres eischcn van mij soms dingen, waarvoor ik mij dikwijls nog te jong toeschijn!» .#U hebt in uw schrijven niets daarvan laten doorschemeren, anders zou ik niet in gebreke zijn gebleven, met meer nadruk op mijn leeltijd te wtjzenik heb dien, naar eer en geweten, opgegeven.' „Die domme oprechtheid heeft Diet altijd de beste uitwerking. Ik heb toch reeds gezegd, dot wij het met elkaar zullen probeeren. Hebt u mijne moeder reeds gezien Zij is verbazend driltig, niet waar? Zij wil niet in het slot ko men en blijft, als een uil, in het oude paviljoen hokken.... ik kan haar noch met list, noch met geweld daaruit krijgenzij houdt niet van ver strooiing en wijst alles van de hand.Zoo duurt dat reeds eenige jaren. U kunt niet ge- looven hoe ongelukkig mij de toestand mijner moeder maakt!' Door smart overweldigd, zonk de bekoorlijke barones in haren stoel terug, maar spoedig herstelde zij zich weder en sprak met kinderlijk weeke stem: ,U zult in het ver keer met mij, dat niet uit het oog verliezen en mijne gebreken over het hoofd zien, niet waar? Hare groote oogen vulde zich met tranen zij, de baronesse, was zeer schoon I „Alles wat in mijn vermogen staat, zal ik doen, mevrouw, ik wil mij geheel aan de zieke en aan u wijden.* ,U schijnt werkelijk een goed kind te zijn.... mijre dankbaarheid zal niet uitblijven. Ik wil u ook niet in dat verschrikkelijk akelige pavil joen laten wegkwijnen, maakt u maar niet bang voor den tijd, ik ontvang u bijna iederen avond bij de thee en heb zoo nu en dan zeer aange naam gezelschap op het slot. Ik geloof, dai u die paar eenzame uurtj'B bij de zieke epoeaig zult vergeten, wanneer u Kef vooruitzicht hebt op een genoeglijken avond „Wordt de zieke des avonds altijd alleen ge laten liet Manon zich bijna te «nel ontglip pen. De schoone barones haalde de schouder» op .Mijn hemel, zij wil niet anders. De opoffering zou ook te groot zijn, wanneer u geen enkel uurtje voor u zelve hadt. Hare zintuigen moeten mettertijd afstompen. Verzeker u {zooveel mo gelijk vrijheid, dat ligt in uw eigen belang en vrouw Heinemann kan u voor eenige uurtje zeer goed vervangen.» „Zou ik mogen vragen, of mevrouw uwe moeder ongeneeselijk is?» „Wie «ou dat kunnen zeggen? De dokters, die ik heb ontboden, spraken van een doortastende langduiige kuur cu behandeling. Tegen dit plan vertette mijne moeder zich met verschrik kelijk geweld, zoodat ik er gaarne van afzag, te meer, daar «ij in 't geheel niet gevaarlijk is. Zij meent trouwens, dat «ij ten volle haar verstand heeft. Stel al uwe overredingskunst in het werk, om hnar aan hare eenzaamheid te onttrekken, misschien heeft dat gunstige gevolgen.... ik ben het moede, en daarenboven ook veel te nerveus, om er mij persoonlijk mede te kunnen bemoeien. Nu echter zal ik u laten gaan, u zult wel ver moeid zijn van de reie, Jaques zal u dadelijk liet souper op uwe kamer brengen. Mijn moeder eet liefst alleen, wij willen haar iu deze gewoonte niet sloren.» „Een vurig gebed vlood van Manon's lippen; reeds in liet eerste was het haar duidelijk ge worden, dat zij, helaas, op zichaclve moest staan, bij de jonge, schoone vrouw zou zij hulp noch troost vinden. Teneergeslagen keerde xij naar hare kamer terug en zette zich aan het venster, ündertusschen was de maan opgegaan en schoot hare zilveren stralen door de takken der hoornen in het park. Vrouw Heinemann nam da tafel af, waarop Jaques zooeven het avondeten van de juffrouw had klaargezet en verwijderde zich met een „wel te rusten,' om zich naar bed te begeven. Manon's gedachten vlogen naar de stille, eenzame onderwijierswo- ning in Demthal, naar de lieve trouwhartige uieuscheD, dia misschien op datzelfde oogenblik aan Laar dachten. liet vraa alsof deze gedachte Laar trooit ingoot«ij kende twee menecheu, die vol spanning eii verlangen naar een brief WSË" van haar uitkeken en haar troost en roe zouden inspreken. Zij kreeg haar echrijfgerec schap en papier en zette zich tot een schrijrt Spoedig was het blaadje volgeschreven en, to zij het tezamen vouwde en in de enveloppe ste sloeg de toren van het slot juist raiddernac Zij ging opstaan, om zich ter ruste to begev< toen hot haar voorkwam, alsof zij een sleepend tred voor bare deur hoorde. Onbevreesd tr zij vooruit en schoof den grendel van d deur. Het wai mevrouw Burkhardt, die geruststelle met dc hand wenkte, alsof zij wilde verhoedt dat Manon uit vrees een gil uitstiet. „Ik heb aan het sleutelgat staan luisterei sprak zij fluisterend. U hebt geschreven.. aan hen, wier hart voor u klopt, die aan u d* ken, dat is mooi zeer mooi. De ander waren allen lui en kiopen dadelijk in hun bed zoodra zij waren aangekomen.... en die bezat tocli allen nog ouders. U hebt die echter n meer, ik heb het in uwe oogen gelexen, n waar, u hebt er geene? Of misschien hebt u w een stiefmoeder? Ik beu er ook eene.... ja ja, ben ook een stiefmoeder! Wordt u dan ui bang? De anderen zijn altijd op de vlucht gaan, als ik daarover sprak en dat deed ik ze dikwijls.... ik mocht geen van allen lijden, o u kan ik niet uitstaan..Wat bent u nu v plan te doen „In 't geheel niets, behalve te trachten e vertrouwen te winnen. Ik hoop, dat u uw wa trouwen zult laten varen, wanneer u ziet, c ik het eerlijk met u meen en u gaarne v helpen en dienen.' „En denkt u. dat ik daaraan geloof sla lachte de krankzinnige overluid. „Waarme wilt u mij helpen.... weet u waar Helene is „Ja, dat weet ik, maar laat ik u nu naar u bed brengen, het is reeds lang na midd» nacht.' „Eerst wil ik w#ten, waar Helene is.' (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1901 | | pagina 5