ii mm er 70.
Donderdag 5 September 1901.
24e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
IÖIÖPÖL THEE
I lil
Oe Zuid-Afrikaansche oorlog,
ANT0 0N TIELEN,
Theod. WES3ELS,
GBOENBEMESTING.
Uitgever:
in elk opzicht de beste.
WAALWIJK.
FEUILLETON.
1"
ROTTERDAM.
Verkrijgbaar bij den Heer
e Echo van het Zuiden,
tatli'Pgfhr ti Ltssslrailsrkf (lourant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
A b o n n e m e n tspr ij s per 3 maanden f 0.75.
Franco per post door liet geheele rijk f 0.00.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
WAA1WIJ K.
Advertentiën 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden ^uual berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale, zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel
In Juli en Augustus is het de beste tijd
voor de groenbemesting, tenminste als men
de groenbeinestingsplant, als stoppelvrucht
zaait. Zooals de landbouwers tegenwoordig
reeds vrij algemeen weten, verstaat men
door groenbemesting het zaaien van vlin
derbloemige gewassen, zooals erwten, lupine,
wikke, klaver enz. met het doel deze onder
te ploegen. Daardoor verkrijgt men een
zekere hoeveelheid humus in den grond en
een niet te versmaden hoeveelheid stikstof,
daar de vlinderbloemige planten de stikstof
uit de lucht in den bodem vastleggen. Oin
den humus en de stikstof te verkrijgen, en
die beide zoo groot mogelijk te doen zijn,
is het noodig, dat de groenbemestiugsge-
wassen een zoo groot mogelijk beschot ma
ken en dus weelderig groeien. Het is,
dunkt mij, een zeer verkeerde methode, om
dezen oogst te willen verbouwen zonder
bemesting. Wil men met de groenbemes
ting een groote winst maken, dan kan men
niet andeis dan zich ook eenige uitgaven
getroosten, dan moet men den bodem voor
zien van phosphorus en zeer zeker ook van
Kali. Het is over dt Kalibemesting bij
sommige vlinderbloemige gewassen, dat ik
ditmaal een enkel woord wil zeggen. Ver
onderstel, dat gij een zandgrond hebt, waarop
gij Lupine wilt zaaien, als stoppel vrucht, dan
moet gij de lupineboontjes maar niet zoo
op het omgeploegde stoppelland zaaien,
zonder dat dit bemest is. Om een rijken
oogst aan lupine te hebben is het noodig,
dat het land in de eerste plaats 400 a 500
Kg. Kainiet of Karnaliet per H.A. krijgt.
Deze Kalimest wordt onmiddellijk na het
maaien van het koren uitgestrooid. Wan-
2.
Er trad een nieuwe pauze in. Nadat de com
missaris nog eens herhaald had, dat, wat het lijk
betrof, hier niets meer te doen viel, maakten alle
aanwezigen aanstalten, liet vertrek te verlaten.
Bidiich had voorkomend het licht in dc hoogte
gehouden. Daar, bij de deur aangekomen, bleven
allen stom van schrik en verbazing, stasn. Voor
ben. op de witte deurpost, zng men zeer duidelijk
den afdruk eoner bloedige hand.
IV.
Onder de nieuwe huizen van de Rue d'Offémont
te Parijs, trok een in 't bijzonder de aandacht
door de originaliteit der architectuur. De hooge
gevel uit roode tegelsteen opgetrokken, steekt
prettig af bij de andere gebouwen, een treffende
reproductie der hoogo Hollandsche huizon uit de
zestiende eeuw, die de grachten van Amsterdam
sieren.
Den geheelcn donkeren nacht van 26 November
bleef een venster op de eerste verdieping van dat
huis verlicht. In een grooten leunstoel naast den
prachtrollen schoorsteenmantel, zut een jong
meisje. Ze was opvallend bleek, wat nog te roeer
in het oog sprong door het glanzend zwarte
haar, dat op haar schouders afviel. Haar oogen
stonden van 't schreien dof en droegen roode
randen en het zenuwachtig trillen van haar fraaie
handen, verried den doodsangst, waarin zij zich
bevond. Van tijd tot tijd stond zij op en trud zij,
zonder op de snerpende koude acht te slaan, op
het venster toe, opende het en scheen, terwijl haar
hooge gestalte zich voorover boog, met haar
blikken de duisternis te willen doorboren. Maar
treurig en moedeloos viel zij telkenmale in haar
leunstoel terug.
Van tijd tot tijd opende zij ook de deur van
een nevenvertrek, mat verlicht door een nacht
lampje. Zij boog zich dan over een sponde, waarin
een ongeveer zevenjarig knaapje met vermagerde,
neer dit niet gebeurt, is alle moeite te
vergeefs en zijn alle andere gebruikte mest
stoffen als 't ware weggeworpen. Wij moe
ten, om dit te verklaren, wijzen, op de
reeds door talrijke proeven bewezen zooge
naamde minimum-wet, volgens welke de
oogst zich schikt naar die stoften, welke in
de geringste hoeveelheid in den grond zijn.
Veronderstel dus, dat de grond overvloedig
voorzien is van stikstof en phosphorus, maar
de Kali is afwezig of slechts in geringe
hoeveelheid aanwezig, dan komt de stikstof
en phosphorusmest niet tot haar recht.
Alleen dus door het aanwenden van Kali,
worden de andere meststoffen in werking
gebracht. Men bedenke daarbij ook, dat
wanneer de lupine onderploegd wordt, en er
dus niets van het land wordt verwijderd,
men al deze meststoffen in den grond behoudt
en dat deze dus alle ten goede komen aan
liet volgende gewas. Het kan gebeuren,
dat de transportkosten voor de Kaïniet nog
al groot zijn men neme dan inplaats van
Kaïniet 200 Kg. gezuiverde Kali-magnesia
(in den handel onder den naam van patent-
Kali bekendDeze bevat pl. m. 26°/o
zuivere Kali en is ongeveer vrij var. chloor
verbindingen. Verder hebt gij bij het ge
bruik van Kaïuiet tevens te zorgen voor
een ruime hoeveelheid kalk in den grond.
Wat de Lupine is voor de zandgronden, is
de Wikke voor de zwaardere gronden. Op
lichtere kleigronden vermenge men 100 Kg.
erwten en 100 Kg. wikken per H.A. Zaait
men enkel Wikke, dan kan men volstaan
met 150 Kg. zaad. Ook op deze gronden,
op zwaardere kleigronden, op leemachtig
zand, enz. is een voorafgaande bemesting
met Kali- en phosphorzuur noodig. Het is
een verkeerd denkbeeld, dat de planten op
de klei geen Kali gebruiken. Even goed als op
andere gronden. Wel bevat de klei naar
evenredigheid meer Kali, maar het is toch
vrij duidelijk, dat hij de heerschende ge
woonte van Kulirooveude verbouwing (bieten
aardappelen, enz.) ook deze voorraad op de
meeste gronden uitgeput wordt. Op lichte
kleigronden kan men voor de groenbemes
ting van wikke, erwten enz. volstaan met
300 Kg. Kaïniet; op zwaardere gronden
geve men 100 a 150 Kg. chloorkalium,
terwijl men op leemachtige boderas goed
doet, behalve kalk een grootere hoeveelheid
Kalimest te geven, b.v. 200 Kg. chloorka
lium.
door lange blonde lokken omlijste trekken, slui
merde. En terwijl haar blik zoo op het kind
rustte, kon zij haar tranen niet langer bedwin
gen en liet zij haar den vrijen loop.
Eindelijk, tegen 5 uur, scheen zij het niet lan
ger te kunnen uithouden, herhaaldelijk drukte
zij op den knop eener schel.
Enkele minuten later trad een kamenier binnen.
Blijf bij me, Klara, zei h*»t jonge meisje met
gebroken stem, dc eenzaamheid doodt me het
is nu al de derde nacht mijn God 1 waar kan
hij toch blijven?
Handenwringend, den droeven blik angstig op
één punt gevestigd, alsof haar plotseling een
vreeselijk visioen verschenen ware, bleef zij als
vastgeworteld staan.
Wat moet ik doen waarheen mij wenden
voer zij voort; de overtuiging staat bij mij vast,
dat de menschen niet goed gezocht hebben zij
zijn niet ijverig genoeg ik moet zelf er op uit,
ik kan het niet langer uithouden
Zij zette in zenuwachtige haast haren hoed op
cn strikte de banden vast.
Waar wilt gij heen, juffrouw? vroeg het
meisje treurig, het is zoo donker daar buiten.
Gij hebt gelijk maar er moet toch iets
gebeuren o, als ik een man was 1 riep zij en
ergiek uit.
Opnieuw wierp zij zich in den leunstoel cn
sprak de volgende twee uren geen woord haar
hoofd hield zich slechts bezig met een enkele
gedachte. Bij het aunbreken van den dag werd
plotseling gebeld.
Dat is hij, riep zij uit, en half in onmacht
zonk ze in de armen der kamenier.
Een pijnlijke ontgoocheling wachtte haar. De
deur werd geopend en op den drempel vertoonde
zich de lieer Merentier, een oud vriend van haar
vader.
In vertwijfeling bedekte zij haar gelaat met
beide handen.
Arm kind, zei de grijsaard, vol hartelijke
deelneming naderbij komend, vertwijfel niet, nog
is alles niet verloren. Wanneer is papa vertrokken
Drie dagen geleden, antwoordde zij, met ge
broken stem.
Hebt ge zijn signalement aan alle dagbladen
en aan de prefectuur van politie gestuurd?
Dat alles heb ik gedaan alles, wat binnen
het bereik mijner krachten log.
Van (len oorlog, die uit was.
De oorlog was uit, maar hij is het niet
meer, dat zal zelfs Chamberlain niet meer
kunnen beweren.
Zaterdag seinde Kitchener
Vandaag hebben de Boeren een trein op
de noordelijke lijn, tusschen YVaierval en
Hamanskraal in de lucht laten springen. Een
troep van 250 Boeren opende onmiddellijk
het vuur op den trein en staken hem daarna
in brand. Luitenant-kolonel Vandeleur, van
de Irish Guards, sneuvelde. Van de andere
verliezen is nog geen rapport ingekomen.
En gisteren vervolgde hij, dat de verliezen
bij den treinoverval bij Hamanskraal behalve
overste Vandeleur bedrageu negen man ge
sneuveld en 17 gewond, die allen naar Pre
toria zijn gebracht. De Boeren staken den
trein in brand en vluchtten daarop. He
geleide was 45 man sterk.
Nu willen we veel gelooven, maar dat
geleide 45 man sterk was, gelooven we niet
Vooreerst zou dau geen luitenant-kolonel
't bevel gevoerd, en ten tweede zouden ze
zich dan wel eerder hebben overgegeven
dan toen 26 man waren gevallen.
Het is dan ook heel duidelijk, waarom
Kitchener het getal een beetje verkleint
misschien laat hij een nulletje weg voor
eerst moesten die menschen zich dapper ge
dragen, als alle andere Engelsche soldaten
maar, eu dit is 't voornaamste, in Engeland
mag me i eu niet weteu, dat vlak bij Pretoria
zulke s erke escorte noodig zijn het laad
was immers een veroverde kolonie.
En nu deze ontdekking,
't Moet vreeselijk zijn voor een jingohart.
Maar tr is meer vreeselijks voor een derge
lijk hart, veio idersteld, dat jingo's harten
hebben.
De verliezeulijst vermeld vier manschap
pen gesneuveld, twaalf gewond bij Jaskraal
in den Vrijstaat op 28 jl.
Dus een flink gevecht en niets er van
vermeld, dat doet dubbele ergheid ver
moeden.
Ook de Kaapsche correspondent van de
Times te Middelburg geeft eenige bizonder-
heden omtrent den toestand iu de Kaap
kolonie, waaruit ondubbelzinnig blijkt dat
het terugdrijven der Boerencommando's in
de middendistricten totaal is mislukt. Daar
toch lezen wij
Botha's commando is tusschen Cradock eu
Queeustown, maar verdeeld in zooveel
kleinere troepen, dat moeilijk met juistheid is
op te geven, waar de Boeren zich bevinden
Lotter is in de kloven ten oosten van Cra
dock, terwijl Theron verder naar het zuiden
En heeft men nog geen spoor van hem
gevonden? Hoe laat verliet hij ODgeveer het
huis
Om drie uur; hij is te voet vertrokken.
Zij deed een geweldige poging om zich te 'oe-
heerschen en ging toen voort: Hij was in den
laatsten tijd zoo vaak uit zijn gewonen doen,
dikwijls kwam hij mij treurig voor en verstrooid,
terwijl hij 'och anders zoo vroolijk en opgewekt
is. Dat schiet mij nu alles weer te binnen, en
dan zag hij vaak Georg en mij met een zoo
wonderlijken blik aan.
Die arme, arme kleine jongen. Hij weet nog
van niets, zulk een slag zou hem het leven
kunnen kosten, hij is zoo zwak en ziekelijk. Wat
is dat
De bel was voor de tweede maal overgegaan
en bleek van angst, stortte Johanna opnieuw op
het venslor toe. Maar haar hoop bleek wederom
vergeefs ie zijn geweest; het was do melkboer,
die gebeld had en nog wel twintig maal dien
vooi middag werd zij op die wijze opgeschrikt,
zonder dat haar hoop werkelijkheid werd.
De heer Merentier had intusschen afscheid ge
nomen zij was weer alleen met de dienstboden.
Ieder oogenblik stuurde zij iemand uit om te
trachten iets te weten te komen en telkenmale
werd haren vei wachtingen opnieuw de bodem
ingeslugcu. Georg was opgestaan en had haar
iachend omhelsd. Zij had het hoofd moeten af
wenden om de tranen te verbergen, die in hare
oogen opwelden. Tegen den middag kon zij het
niet langer uithouden zij verliet het buis eu
stapte in het eerste rijtuig het beste.
Naar de Morgue, riep zij nauw verstaanbaar,
den koetsier toe, toen deze zich met vragende
blik tot haar wendde.
V.
Het was een lange tocht; tengevolge van de
sneeuw, die de straten met een dik winterkleed
bedekte, ging het rijtuig uiterst langzaam voor
waarts.
Johanna rilde. Haur oogen waren droog en een
zeldzame vastberadenheid sprak uit haar trekken
in verwarring joegen de gedachten haar door het
hoofd.
Als in een droom zag zij kaar vervlogen leven
voorbijgaan. Zij had haar moeder nauwelijks
is getrokken en zich nu in den omtrek van
Willowmore bevindt.
De genoemde streken nu vormen juist het
gebied, waaruit met zooveel ophef de Boereu
waren verdreven door alle troepen die Fiench
tot zijne beschikking kon krijgen.
En de Kaapstadsche berichtgever van de
Daily Mail meldt
Scheepers' commando is het Zuidwestelijk
gedeelte van de Kaapkolonie binnengevallen,
dat totdusver door de invallers verschoond
was. Dientengevolge heeft hel legerbestuur
zeer strenge maatregelen genomen om het
geheele verkeer tusschen Kaapstad eu het
Zuidwesten van de Kolonie te stremmen.
Officieel wordt dit bevestigd
De Boeren onder Scheepers eu Van der
Merwe zijn Zuidwaarts, lot voorbij Ouds—
hoorn, doorgedrongeu. Den 27sten heeft
men hevig hooren vureu ten Westen van
Oudtshooru.
Gaat dat op Kaapstad zelf aan
Och, och, wat is die oorlog toch uit.
Met de herlering der krijgsbedrijven komen
ook allerlei nieuwe geruchten over de be
weging van De Wet.
De een beweert, dat hij bij Ladybrand
gezien is, een ander echter verzekert dat hij
bij Mafeking is, cn hij kan toch niet tegelijk
in 't N.-YV. van Transvaal en in 't Z.-O.
van den Vrijstaat zijn.
Evenzoo gaat 't met generaal Smuts die
met een houten been op een paard moet
zitteu, wat ook al vau een ander Boereu—
genei aal is gezegd.
En een corrsspondent der Kölnische Zei—
tung verklaart, dat ook de Engelsche Kaap
kolonisten ontevreden worden op de regeering
die hen niet beschermen kan en de kaffers
oproerig maakt.
De Daily Mail bevat het verhaal van een
uachtelijken aanval op een Boerenkamp bij
Harrismith, waarvan Kilchener wel opgepast
heeft melding te maken.
Voor het aanbreken van den dag rukieu
uit het Engelsche kamp bij Harrismith in
den noordoostelijken Vrijstaat op 28 Juli
300 man van de 35ste Comp Yeomanry en
110 man van de Harrismith Light Horse
(vermoedelijk verradcis) uit, alleu gezeten op
uitgelezen Canadeesche paarden. Even voor
drie uur kwamen in de richting van het
Engelsche kamp een drietal mannen aan
wandelen, welke de schildwacht aanriep en
die toen yeomen bleken te zijn. Zij zeiden
van hun troep te zijn afgedwaald. Maar
een poos later kwamen er weer een paar
zulke zwervers aan en dat ging zoo voort
tot 's middags drie uur. Eindelijk lekte het
geheim van deze zonderlinge „afdwaal*
partij op groote schaal uit. De geheele macht
D' 111
gekend, zwak en ziekelijk, had deze steeds haar
kamer gehouden en de geboorte van den kleinen
Georg had haar het leven gekost, Hoe diep zij
ook de herinneringen uit haar kindsheid binnen
drong, steeds zug zij het goede, lachende geluai
van haar vader over zich heengebogen. Hij had
haar opgevoed en verpleegd, toen zij nog heel
klein was en een gevaarlijke ziekte aan haar
leven een eind dreigde te makeu.
Haar voder had gansch haar leven en haar
geluk uitgemaakt en ook zij was vaak zijn troost
geweest.
Zij dachl er aan, hoe good hij steeds vóórhaar
geweest was en met lachende grootmoedigheid
aan haur minste grillen had toegegeven. Al vorens
hij zich naur zijn kantoor in de Rue d'Antin be
gaf, maakten zij een wandeling in het Bois de
Boulogne,'8 avonds was hij met haar nuar ,soirées"
gegaan en zoo gelukkig geweest, waaneer zij de
schoonste en meest gevierde van allen bleek.
Terwijl zij oa» die gezellige feesten dacht,
waarop zij, anderen ver in de schaduw stellend.
Is koninginue schitterde, rees voor haar great
het beeld op vnn een anderen man, die eveneens
een groote plaats in haar hart innam het was
de verloofde, haar eigen keus.
Waarom was hij niet bij haar in deze moeilijke
oogeablikken
Zij kende hem reeds voor twee jaren, Itaoul de
Viverol was voortgesproten uit een oude familie
uit het Zuiden. Gedurende den oorlog had hij
zich onderscheiden cn op zekeren avond, toen hij
haar in eenvoudige oprechte bewoordingen ver
haalde van een onderneming tegen eeu vijaude-
lijkcn post, dien hij gevangengenomen had, had
zijn heldenmoed haar bewondering ingeboezemd.
Deze bewondering was tot liefde aangewassen.
Raoul was niet rijk, maar wat hinderde dat?
Was zij niet rijk voor twee? Met de volle op
rechtheid van haar licht ontvlambaar gemoed had
zij haar hand in de zijne gelegd.
Haar vader, wien zij haar liefde beleden had,
gaf zijn toestemming en binnen weinige weken
zou de bruiloft gevierd worden.
Juist reed de wagen bij de brug den hoek om.
Als uit een droom opgeschrikt, sidderde Jo
hanna en vlug keek zij uit het venster. Bleek en
uitgeput zonk zij achterover in de kussens van
het rijtuig terug.
Gepijnigd door de overmaat van ellende en
was in hinderlaag der Boeren gevallen,
waarbij, zooals gezegd, een luitenant sneu
velde, drie man gewond werden en 30 in
handen der Boereu bleven als gevangenen.
De rest werd niettemin ook bevrijd van hun
vilten hoeden, geweren, bandeliers eu over
jassen.
De verliezeulijst van Zaterdag maakt mel
ding van een door Kilchener nog niet ver
meld gevecht bij Jaskraal in den Oranje
Vrijstaat op 28 Augustus. Daar heeft het
2de Irish Fusiliers, zooals blijkt, klop ge
had. Luitenant Wallis is er gesneuveld, en
7 man zijn er zwaar gewond. Een licht.
Een beetje beter is in hetzelfde gevecht het
2de Dublin Fusiliers er af gekomen. Dit
kreeg twee dooden en twee zwaar gewonden.
Het 3de Kiug's Royal Rifles kreeg een ge
sneuvelde en twee zwaar gewonden. Ver
moedelijk zullen nog wel eenige licht ge
wonden en vermisten volgen.
Het 5de Viciorian Monted Infantry heeft
27 Aug. bij Hlobaue, nabij Vrijheid, een
luitenaut verloren, die gesneuveld is, twee
zwaar en een licht gewonde. De Z.-A.
Politie heeft een onplezierige ontmoetiug
gehad bij Rietpan op 28 Augustus (2 zwaar,
1 licht gewond). Verder wordt gerept van
gevechten bij Heilbron, Bloemfontein, YVater-
valbrug, Jetsbokhoekburg Lindley, Kroon
stad, enz. De Oranjerivier-,,kolonie" is dus
ook nog niet geheel rustig, al betreft het
soms enkel alleenstaande gevallen of „sni
ping*.
De verbijsterde sterftecijfers van de con
centratie-kampen hebben zelfs dc Standard
getroffeu. Zooals een telegram reeds heett
gemeld, waren er in Juli in Transvaal 1067
sterfgevallen, waarvan 860 van kinderen, op
een concentratiekampen bevolking van 62,479.
Het blijkt nu, dat Middelburg 342 gevallen
leverde en Potchefsiroom 133, waarvan 109
kinderen. De Standard bekent nu eindelijk
ook, dat „het hooge sterftecijfer pijnlijk
moet zijn voor menschen van gewone hu
maniteit* en dat „als het bleef bestaan ge
durende een jaar, een vijfde van de geheele
bevolking der kampen zou wordeu wegge
vaagd."
De Star doet naar aanleiding van dezen
moord, op reusachtigen schaaal door Enge
land op voor 't grootste deel onnoozele
kinderen gepleegd, nog eens een hartstochte
lijk beroep op het Engelsche volk om een
einde te maken aan de slachting in deze
„hellen van ziekte*, ter wille van eerzuchtige
politici en hebzuchtige financiers, onder da
Boerenkinderen.
„Er is eene stem gehoord in Rama, eene
klage, een zeer bitter geween Rachel weent
over hare kinderenzij weigert zich te
lateu troosten over hare kinderen, omdat
angst, had zij haar besluit genomen en zoolang
zij zich nog ver van het sombere gebouw bevond,
was het ijzingwekkende van haar tocht in haar
nog niet tot klaarheid gekomen.
Nu snoerde echter een vreeselljke angst haar
'thart te zamen en zij drukte zich bevreesd tegen
de achterzijde van het rijtuig uan, nis wilde zij
het tot staun brengen. Spoedig had haar energieke
natuur echter de overhand op die zwakte ge
kregen.
Een verlangen, vol angst, beheerschte liaar
ziel; zou zij eindelijk zekerheid krijgen omtrent
de oorzaak van dat plotseling verdwijnen?
De wagen hield stil en langzaam stapte zij
uit de blikken der nieuwjgierigen, die voor de
deur van liet gebouw stonden en de tentoonge
stelde fotografieën bezagen, rustten vol verbazing,
belangstellend op de sclioone, voorname dame,
die alleen op zulk een plaats verscheen.
Zij eloegeu de oogen neer liet werd haar koud
om het hart bij den aanblik dier veelbeteekenda
portretten eu kleeren, die opgehangen waren aan
de muren.
Nadat een portier haar den weg gewezen had
r.aar de bureaux, opende zij eon deurtje links,
dat naar de kanselarij voerde.
Achter een stapel groene cartons, zat een ver
grijsd beambte en scliieef in mooi rondschrift op
een of ander lijkrappori. Een scherpe carbolluclit
uit de aangrenzende vertrekken vermengde zich
met den geur van een stuk gebraad, dat op de
gloeiende kachel opgewarmd werd.
Vermoeid zonk Johanna in een armstoel. On
verschillig richtte de benmbte zich op en vroeg
haar beleefd naar de reuen harer komst. In korte,
afgebroken zinnen deelde zij hem mede, met
welk doel zij gekomen was.
Hoo heet de heer, dien ge zoekt?
Mijnheer Désiré Bacédat, bankier to Parijs
Iloe oud?
Zestig jaar. Hij heeft lang, grijs haar en is
zeer lang.
Bijzondere kenteekenen
Geene of neen, pardon, aan het voorhoofd
boven het linkeroog had mijn aime papa oen
litteeken.
(Wordt vervolgd).