ummer 102 Woensdag 25 December 1901. r. 21 J aargahg I Toegewijd aan Handel industrie en Gemeentebelangen. li N PU Eerste blad. ïdi KERSTMIS. Kerstmis voor de Bóeren-Kinderen. AIT0 0N T E L E Qai Nieuwjaarswenschen KL stof' Tien hoo Dit nummer bestaat uit twee bladen. FEUILLETON ovei slu 2. EB •dig WIJ 0. IS! looi c. ÜITGEVEU: WAAIV IJK. - iteul gen de schijnende Zij die zich voor het volgend kwartaal abonneeren, ontvan— dezc maand nog ver— nummers GRATIS. Ook wederom di jaar zaJ er, in he nunmer van 1 Januari a. s. ge legenheid beslaan tot liet plaatsen van aan A rienden, Bekenden en Be gunstigers, tegen den uiterst geringen prijs van 30 cent. Vanaf HEDEN tot DINSDAG 31 December, 's middags 12 uur, kan de inzending geschieden. DE REDACTIE. De Echo van h ris iisptriifsclse OfHirant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zat e r d a g a v o n d. Abonneinentspr ij s per 3 maanden f ()."5. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieven ingezonden Uitgever. stukken gelden enz., franco tc zenden aan den (Naar Edmond Kost and De klokken luiden in dan heilgen nacht. Om 't Kindeke, dat ons den vrede bracht, Zijn nu de kindren koning En de kleinen Der helden daar, die onvervrinhaar schijnen, Zij sterven In de hoeken van het kamp, Door honger, koude en vergiften damp. Hun Vader Kerstmis" is geen gulle grijsaard, neen, 't Is een geraamte dochlerkens en knapen Brengt hij geen suiker en geen speelgoed, maar alleen Een kleine houten kist om in te slapen. Toch geeft de beul zijn feestvuur; 't is nog hout Van de verwoeste hoeve; blootvoets, koud Heeft 't kleine volk, gevangen in zijn netten, Geen schoorsteen en geen schoentje om neer te zetten. De groote zuster vond een droeven dood, Terwijl de broeder naar de heuvlen vlood Bij hen, die Kitchener achtervolgt ook als hij vlucht En 's avonds, schoon geen schildwacht roept „te wapen", Gaan troepen kindreu uit liet kuiup naar vrijer lucht In kleine houten kisten, waar zij slapen. Vijfduizend kistjes in zóó korten tijd Is of het roodvonk dok voor England strijdt Maar het zijn feiten op de duizend kinderen Vierhonderd drie en dertig. En 't verhiridren Doet niemand O, nu hier de kerstboom glaiist En in zijn gouden schijn de kinderschare danst, Zien ginds de moeders, vol van machteloozen haat, Nu, op deez' dag, tot vreugde en vree geschapen, Den sombren stoet, die langs de tenten gaat Veel kleine kistjes, waar hun kindren slapen Gij, prinsen, zijt ge dat niet, blonde knapen Beheerscht gij niet ons hart? Geeft van uw overvloed, Dat korter moge zijn de droevig lange stoet Van houten kistjes, waarin kleine kindren slapen. ALBERTINE SMULDERS. selings ui 30. Toen zij de trap afdaalden, vernamen zij een 'eet van vreugde, die uit Johanna's kamer tot ün doordrong. Lachend zagen zij elkaar aan, «voelend zich reeds rijkelijk voor hun diensten «loond. De komst van Johanna liet zich niet lane achten. Stralend van vreugde, betooverend «hoon in haar wit kleed, waartegen de prachtige ukken, die over haar schouders afhingen, eerlijk afstaken, trad zij met George aan de and binnen. Dank, duizendmaal dank stamelde zij. Dat*" was alles, wat zij vermocht te zeggen, iar ir: de vreugde haars harte viel zij de ogelieden om den hals en kuste hen haitsiocli- liijk. Overstelpt door haar onverwachte liefko- Qgen, zonk Uidach in een stoel hel schemerde tor zijn oogen en tegen zijn slapen hamerde bonsde het. Johanna verzocht hun haar van 't nachtelijk, avontuur te vertellen. Patrick haastte zich aan haar wensch te voldoen, «t diepst trof haar de moed en doodsverwachling, Bidach bij de ouderneming aan den dag had elegd. De dappere metgezel van den jonkman waaide hem den welverdienden lof hartelijk toe. Immers, hij was de ontwerper van het gewaag- plan, dat zoo schitterend, geheel naar weneeb, «slaagd was. Terwijl het jonge meisje hem aanzag met ükkan vol bewordering en dankbaarheid tevens, Bidach niet verlogen neergeslagen oogen in jn stoel, blozend als een jong meisje. Niemand zou in dien luikschen ichuchleren «nsch den dapperen jonkman lierheud hebben, e in den algeloopen nacht een uiterst gevaar wolfelle onderneming met groote energie eu behen- beid ten uitvoer had gebracht, ilen zou het hem niet aangezien hebben, dat ij het was, die met den revolver in de hand op 'daken tegen een drietal gevaarlijke bandieten «ramra; had gestreden, alleen om George te redden. - O, nu zullen zij hem niet meer ontvoeren, zei Johanna, haar broeder hartstocktelijk omhel zend, eerst zouden zij mij om het leven moeteD brengen I Gij hebt niets te vreezen, lieve juffreaw, stelde Bidach gerust. De gevaarlijke benden is goddank onschadelijk gemaakt. Alleen de aan voerder is op vrije voeten en spoedig hopen wij ook dien schurk in handen te krijgen. God geve, dat uw woorden waarheid behelzen, want zoolang die ellendeling leeft en vrij is, verkeeren George en ik voortdurend in gezaar. Wij zullen u weldra van uwe bezorgdheid ontlasten, zei Bidach eenvoudig. Gij vergezelt mij immers verder, niet waar, mijnheer O'Keddy Natuurlijk! gaf Patrick vroolijk ten ant woord. Met u ga ik naar den uithoek der wereld. Wat is het eerst aan de beurt Voorloopig gaan wij naar den politiepost aan den Boulevard de la Chapello om bij het verhoor tegenwoordig te zijn. Vervolgens gaan wij naar Loiient. Naar Lorient? Wat moeten we daar doen? informeerde Patrick. Dat zal ik u onderweg medtdeelen, Maar wij moeten gaan; er is geen tijd te vei liezen. XIV. Het hotel, waarin de heer Van Balladores en zijn nicht woonden, was gelegen aan de Avenue de Villiers. Het bestond uit eeu hoog parterre en tie eerste etage, die een lange reeks kamers bevatte, uitstekend gelegen voor de ontvangst van een groot gezelschap. Zij hadden het hotel geheel gemeubileerd, twee maanden geleden gekucht van een Rusiisch edelman, die zich aan de speeltalel geruïneerd had. Z »terdagavond, 3 Februari, stond een lango file van rijtuigen voor den ingang van het hotel. Na op het roode tapijt, dat naar de met bloomen getooide trap leidde, hun gasten te hebben afge zet, verdwenen zij in de richting van den Buu- levaid de Courcelles. Het was een gemaskerd feest bij den heer Van Balludoresvandaar dat de gasten verschenen waren in de zeldzaamste, sierlijkste en meest aiteenloopeade kleederdrachten. Aan den ingang van het schitterend verlichte eerste salon stond A DVEimoNTiËN 1—7 regels f 0.60 daarboven'8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Adverteutiën 3maal ter plaatsing opgegeven worden finaal berekend. Voor plaatsing van een groet aantal regels cu advertenties bij abonnement worden speciale, zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel in van Er komen in den jaarkring van den Christ enmens.ch zoovele heerlijke feestdagen, die den incnsch s'emnien lot dieper en dieper nadenken en hem als 't ware van t aarische verheffen en hem tot hooger, gebied verroeren. En als eerste die rij, noemen we het Hoogfeest Kerstmis. Want is 't niet of hooren we in het statig klokgelui, in Kerstnacht, in dat heerlijk en imponeerend klokgelui, dat ons kerkwaarts roept, de stem der Englenschaar, die eenmaal Bethelems beemden vervulde En wanneer we onze blikken naar buiten slaan en we zien op die door de zilveren maan beschenen kalme eenzaamheid, waarop de natuur als 't ware nog een doodskleed heeft uitgespreid en we heffen ons blikken hemelwaarts naar het strakke uitspansel, waar de talrijke sterren schitteren als zoo vele getuigenissen van de grootheid des Scheppers, ja, dan voelen allen die nog een greinlje geloof in zich bezitten den mach tigen indruk van dezen nacht, die in ons de herinnering wakker roept, van wat daar in Palestina voor 19 eeuwen plaats greep. Stille nacht, heilige nacht. In dit stille nachtelijk uur, onvergetelijk door alle eeuwen, met gulden letters iu de geschiedboeken opgeteekeud, klonk het over de wereld: „Vrede op aarde den menschen van goeden wille" en 't is thans of hooren we nog die lieflijke stemmen ons die heerlijke tijding van bovenToeroepen. En voort gaat het klokgelui, statig en toch vriendelijk en het wordt in de verte herhaalt en klinkt over steden en dorpen, bosschen en dalen en die heerlijke klokken- s mei ten onzen geest saam in neer terra pax I c]a,r de markiezin Juana, de gasten vei welkomend. Zij droeg ecu zwart gewund uil den tijd van Catharina de Medicis, 't welk haar eenigszins vergane schoonheid op haar voordeeligst deed uitkomen. Op eenigen afstand van haar stond de gastheer in een middeleeuwsch riddereosluiwr; en geleidde de dames naar de groote zaal, die tot balzaal was ingericht. Te middernacht had de feestvreugde haar top punt bereikt, een schitterende vroolijke menigte vulde de salons en de talrijke paren, dia in hun elegante vermomiuirgeu in een deining van glans gingen en kwamen, leverden een tooverachtigen aanblik op. De graaf Caserte had aan de uitnoodiging van den gastheer op den duur geen weerstand kunnen bicden. Hij stond met den heer De Morleux aan den voet van den met bloemen versierden, in licht badenden trap en beider blikken rustten met welgevallen op mooie vrouwen en statige edel lieden. Waarachtig, sprak Morleux, zoo iel» ziet men alleen in Purijs, menschen, die nauwelijks twee maanden hier zijn, van wie algemeen be kend is, dat zij uit Mexico komen, geven zulk een feest. Ternauwernood hebben zij op grond van aanbevelingsbrieven toegang verkregen tot eenige vreemde salons en toch hebben vijfhonderd gasten, van wie nauwelijks een veertigtal hen oppervlakkig kent aan hun uitnoodiging gevolg gegeven. Gij hebt gelijk, zoo iets is inderdaad zon derling, zei Caserte lachend. En hebt gij wel opgemerkt dat ODze gast heer door het Spaansche gezantschap eu enkele aanzienlijke familie» geprotegeerd wordt Niette min ben ik overtuigd, dat, wanneer hem die protectie ontbrak, zijn leest niet minder schitte rend zou zijn geweest. Voor menschen, die uit den vreemde komen, is Parijs werkelijk uiterst voorkomend. Als zij geld hebben, vraagt men niet naar herkomst of vroegere bezigheden. Toch betwijfel ik, of uien werkelijk voorname Parij zen iars hier ziet! Zeker I Men legt echter sedert eenigen tijd meer terughouding aan den dng maar vergeel den aan merkel ij ken toevloed niet, dien het Joodsclie en Amerikaar.sche element afzenden denk aan al die olijfkleurige vreemdelingen, aan accoorden, tot éën „Gloria in excelsis Deo et hoininibus bonte voluntatis." Maar meer en meer beweging komt in die koude, doode wereld van zooeven en wanneer ten tweede male dat vriende lijk klokje ons zijn groet brengt, zijn wij gereed en wij spoeden ons met al de ge- loovigen kerkwaarts, om die te vullen roet ons gebed en we laten de bekende en toch steeds nieuwe kerstgezangen schallen door de gewelven, als een dankbetuiging aan God, voor de groote weldaad ons bewezen. En dit Kerstfeest stemt lot nadenken. Erkennen we in ons de Goddelijke liefde voor talrijke eeuwen op dezen nacht ons bewezen mkennen dit als bron van allen vreJc, den vrede in ons binnenste, den vrede in den kleinen kring, van 't huisgezin maar ook in dc maatschappij. „Vrede op aarde in menschen een wel behagen." Is die waarachtige vrede, waarvan we hierboven spraken, is een waarachtige Kerst stemming dc onze Zijn wij vervuld van die groote, leidende gedachte. Is het or.s een heerlijkheid, die bron van liefde en geluk te bezitten en de frissche wateren daaruit ontsprongen, over onze medemenschen te helpen uitstorten Klinken er ook wate Kerstklokjes in ons gemoed. Zoo ja, wel dan vieren we .een waar, hart verheffend Kerstfeest. Vrede en welbehagen mogen, zij bij toeneming aller deel zijn. ftoiirofifitEiagrfiggau'PJ.ii'Li een traan welt in ons oog op wan- we op dezen voor ons zoo schaoneu denken op het gruwel der gruwelen door Engeland bedreven in het verinoorden en uithongeren van weerlooze vrouwen en kinderen, in de moordkampen van Zuid- Al rika, omdat zij vrouwen en kinderen zijn van die dappere onoverwinbare helden, die hoewel tol eene kleine schare weggeslonken, daar nog pal staan voor hunne onafhanke lijkheid. met een moed, een kracht, die der geluele wereld bewondering afdwingt. Maar Engeland gaat. ongehinderd voort met het vertrappen van hunne heiligste rechten, met het vermoorden van vrouwen en kinderen, het doodschieten .en ophangen van bevel- uebbers, edele strijders van hun vaderland. I'm dat op eene hemeltergende gruwelijke wijze on met eene verschrikkelijke overmacht, die alle beschaafde naties met afgrijzen voor 't perfide Albion vervult. Moge do God ties redes, waarop de Hoeren hunne hoop bobben gevestigd, uit komst geven. 111 En op dezen bij uitstek vredesdag, laten we onze gedachten gaan over het aardrijk, of daar waarlijk het „Vrede op aarde" be waarheid wordt. En dan houden wij met een bedroefd gemoed stil in het verre Zuid-Afrika, waar onze stamverwante broe ders zoo vast vertrouwend op hun God, nog vechten voor hunne vrijheid en onaf hankelijkheid tegen de machtige, rijke, doch vuige, ellendige recht verkrachters. de senoia'a met groote, zwarte oogen, die hier lianr geluk bij het spel ol in het huwelijk wen- schen te beproeven en gij hebt de verklaring voor het succes, dut de maikies Van Balladores met zijn feest heeft ingelegd. Hier werd de Morleux in de rede gevallen door den aardige blauwe domino, die zijr urm nam en hem var. graaf De Caserte verwijderde. Deze keerde iu het groote salon terug. Onver schillig weidde hij den blik over de dansende puren en scheen niet in het minst acht te slaan op de uitdagende, aanmoedigende blikken, die lieve Amerikaaii8che, zijn vermogen kennend, hem toewierpen. Doelloos dwaalde hij rond, opmerkzaam de g( maskerden, die hem voorbijgingen, opnemend alsof hij de oplossing van een hem hinderlijk geheim verbeidde. In den loop van den dug had hij uit Lorient het volgend teh?gram ontvangen Als gij uw moordenaar wilt loeren kenr.en, ga dan vanavond naar liet bal van markies Van Balladores. Een vriend. Die raadselachtige woorden hadden hem in hooge mute belangstelling ingeboezemd. Aan vankelijk meende hij, dat men den spot met heui dreef, liet was toch niet aannemelijk, dat in dal voorname gebouw, temidden dier elegante be zoekers, zich de huvelooze schurk verschuilen zou, die hem in de Rue Tailbout zijn porieleuille ontroofd had. Het zou dan moeten zijn, dat de honderdduizend francs, die hij in de portefeuille aantrof, lieiu in staat hadden gesteld vooi eenigen tijd een rol in de ,beau monde" te spelen, wat natuurlijk hoogst onwaarschijnlijk was. Niettemin had Caserte besloten ami den wenk gehoor te geven, hoewel hij innerlijk overtuigd was, dat de belofte niet zou worden vervuld. Twee uur had het reeds geslagen. De cotillon nam een aanvang er. Caserte, die stelliger dan ooit meende, dat men lieiu voor d« mul had gehouden, wendde zich reeds naar do garderobe, om huiswaarts te keeren, toen hem in een der saloru een zorgvuldig getsaskerde Mepliisto den weg versperde. De onbekende legde de hand op zijn nrm. Blijf! Dit was het eenige woord, dat hem toegefluis terd werd. Verwonderd bleef Caserte slaan, verlangend naar verdero inlichtingen, maar de Mi'phisto was reeds verdwenen. De graaf besloot de onbekende persoonlijkheid te volgen, maar hou ijverig hij ook in de duna- zual zocht, li ij vond zijn spoor niet terug. Inmiddels was de cotillon reeds begonnen. Midden in een grooten, door paren gevormden kring zat een jong meisje. Men had onder de lieereu ivoren tafeltjes verdeeld, waarop zij liuu namen geschreven en die zij in een sierlijke, met bloemen eu linten vcrsieide urn geworpen hadden. Dc jongedame moest een lot uit de urn trekken eu de heer, wiens naam op het tafeltje voorkwam, zou haar cavalier voor den eersten dans zijn. De heer Van Balladores! las zij. Alet een innemende glimlach op de lippen trad de gastheer naar voren om der jongedame zijn arm aan tc bieden. Een andere gemaskerde in het sombere kleed van een Spaansch inquisiteur, voorkwam iiera ecliter. Ik geloof, dut gij u vergist, zei hij koel, zich bedienend van de Spuanschc taal. Ik heet Van Balladores. Tegelijkertijd nam hij zijn masker af en, do ai men over de borst kruisend, mat hij lijn tegenstander met somberen blik. Dc lieer Van Balladores deinsde terug, alsof ■en spook voor hem opdoemde; doodsbleek, in verwarring zag hij den inquisiteur aan. (Wordt Tervogld). V

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1901 | | pagina 1