Rummer 66.
Donderdag 21 Augustus 1902.
25e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
DE HANZE"
ANTONIO FERNANDO.
MTOON TIELE
Uitgever:
Bekendmaking.
PEVILLETOÜ.
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Abonnementsprijs per 8 maanden f0."5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
Advertentiën 17 regels f 0.00 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een grcot aantal regels eu
advertenties hij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel,
mm
2) de stem der hoogere geestelijkheid.
In Rome heeft dr. Nouwens de sociologie
gestudeerd, hij zijne terugkomst schreef hij
eenige artikels over coöperatie en naar aan
leiding daarvan droeg Z. D. Hoogwaardig
heid Mgr. W. v. d. Ven hem op zich meer
en meer inet deze zaak te gaan bezighouden
om deze zaak „de Hanze' meer en meer
59
Maandagavond sprak dr. Nouwens in 't
hotel 7 er wiel over „de Hanze', R. K. Ver
eenigiig van neringdoenden.
In Jen beginne was de zaal slecht bezet,
maar langzamerhand groeide het aantal
tegenvoordigen tlink aan, zoodat 't ten
slotte vol was.
De Zeercerw. heer Pastoor opende de
bijeenkomst met ongeveer de volgende
woorden.
M. H.
Ik heb van avond de eer en het genoe
gen u als spreker voor te stellen de Zeer
Eefw. Zeergel. heer Dr. Nouwens, priester
in orde van Preinonstrijs, die om zijn
biitengewonen aanleg naar Rome werd ge
zinden, waar hij den docterstitel behaalde in
de Godgeleerdheid en een cursus in de
sociologie volgde.
Dat hij hier, evenals op zoovele plaatsen
optreed, heeft een dubbele oorzaak.
1) zijn natuurlijke aanleg.
te gaan bespreken om den middenstand op
te keffen, die stand heeft hulp noodig. Op
't oogen blik telt //de Hanze' reeds 800
leden,
In een plaats als Waalwijk, waar zooveel
industrie en handel is, zal de Hanze zeker
welkom zijn en vele vruchten dragen. Ik
stel u dus nogmaals Dr. Nouwens voor en
hoop dat zijne woorden rijke vruchten
zullen dragen voor ons dierbaar Waalwijk
de Hanze zal eene christelijke vereeniging
worden, dus openen wij met den christelijkcn
gro^t en dan geef ik 't woord aan Dr.
Nouwens. (Applaus).
Dr. Nouwens
Z.Eerw. lieer, Mijne heeren
Recht aangenaam is 't mij voor U te
kunnen optreden, ik breng daarvoor een
woord van dank aan den Zeereerw. heer
Pastoor.
De paus zegt, de katholieke kerk, bevor
derd uit haar aard de geestelijke belangen,
maar zij staat zoozeer de stoffelijke belangen
voor dat zij daarvoor alleen schijnt ingesteld.
De Hanze zal de tijdelijke belaugeti be
hartigen, met en door de geestelijke belangen.
We moeten ons vereenigen op 't woord van
den Paus, zijn stem is gebiedend voor hen,
die ons moeten bestieren. Mgr. v. d. Ven
heeft in de katholiek sociale actie in
Noordbrabant, zoo juist den geest van Leo
XIII weergegeven, van vereenigingen van
vakgenooten voor stoffelijke belangen.
Die stem van paus en bisschop vindt
echo in de lagere geestelijken. Aangenaam
is 't mij daarom een woord van dank te
brengen aau uwen pastoor, die voor U een
afdeeüng der Hanze wil stichten, om de
misbruiken te zullen en kunnen uitroeien.
Gretig heeft hij 't voorstel om hier te
komen spreken en een afdeeüng te stichten
aanvaard en heeft hij zelf uwe belangen
willen behartigen door adviseur te worden
van de afdeeüng „Waalwijk en Besoijen'
der Hanze.
Ik twijfel niet of 't zal u aangenaam zijn
dat uwe geestelijkheid naast uwe geestelijke
ook uwe stoffelijke belangen zal behartigen,
een woord van dank en bemoediging aan
den ZeerEerw. heer pastoor, hij heeft den
•teun van God, paus en bisschop.
Een woord van dank aan de ZeerEerw.
geestelijken ter opluistering tegenwoordig,
maar dat is slechts een bloempje aan den hoed;
want tot u vakmannen spreek ik uwe be
langen bepleit ik, ik zal u toonen dat de
Hanze iets kan eu zal doen, om bestaande
misbruiken uit te roeien.
Uw stand moet en zal bestaan, voor u
zelf, maar ook voor dc Mij. uw stand
mede trachten op te heffen, is 't doel, waar
voor ik tot u spreek.
Wat is de middenstand.
De een zegt de Hanze is een R.K. ver
eeniging voor neringdoenden, de ander, is
een ver. voor den handeldrijver.den midden
stand en hier haalt spr. de woorden aan
van Dr. Büttger.
De middenstand zijn di- mannen waartoe
ik thans spreek, anders dan ik spreek tot
werklui. Gij mannen van den middenstand
gij moet niet alleen juist uw kost verdienen,
gij moet u de noodige luxe-artikelen kunnen
aanschaften gij moet wat kunnen overleg
gen, een kapitaaltje vergaderen, daarin ligt
uwe kracht en die der Mij.
Maar zulks neemt met den dag af. Het
gaat den winkelier niet goed meer, de vette
jaren zijn voorbij't gaat door de concur
rentie en slechte betaling, men treurt maar
zint niet op middelen ter verbetering.
Gij winkeliers vormt het noodzakelijke
gedeelte van den middenstand en dat moet
gezond blijven. Dat gedeelte is de kern
'der Mij. en komt er bederf in den kern
dan is spoedig alles weg en dat mag niet,
de misbruiken iroelen verminderen. Gij
vormt niet geheel den middenstand, slechts
een gedeelte. Wie heeft belang bij den
middenstand? alleen de winkeliers. Neen,
allen die belang hebben bij een gezonden
handel en goede neeriug, die schade onder
vinden van misbruiken, als slechte betaling,
oneerlijke concurrentie b.v. schoenmakers,
slagers, hakkers, timmerlieden, allen hebben
belang bij de Hanze. Zoolang voor die
vakkeu geen afzonderlijke vak-organisatie
bestaat, hebben allen belang bij da Hanze
en niet alleen de winkeliers, wat spr. staaft
door do woorden van Vlekke.
Ik geloof dat zij die hier opgekomen zijn,
voalen dat vereenigen noodzakelijk is, dat
er iets voor hen kan worden gedaan, zij
zijn gekomen uit overtuiging, om te werken
voor den oloei van hun stand, niet om den
pastoor te believen.
De middenstaud vormt een belangrijk
deel de Mij., zooals het katholiek sociaal week
blad van 26 April 1902 zoo duidelijk zegt.
liet juicht ook het plan om den midden
stand op te heffen met warmte toe.
Voor u is vereenigen noodzakelijk. In dit
diocees moet overal de middenstand worden
opgeheven volgens den wensch van Mgr.
v. d. Ven wiens stokpaardje wel eens //de
llauzc" wordt genoemd.
Men zal zeggen, kunnen wij dat onder
ons niet af, als ieder zijn best doet, vader
is er toch ook zoo gekomen, waartoe al die
vereenigingen
Geheel het gezellig samenzijn, uwe klecdmg
euz. zijn uitvloeisels van vereeniging, elkanders
hulp; deeerste vereeniging was vaderen moeder
Daarna huisgezin en staat, wij zijn sociale
wezens, leven voor de gemeenschap, weder-
keerig leven.
Als alle menschen voor den bloei der Mij.
leefden was dat genoeg?. Neen Lpo XIII
heeft 'f anders gezien, Z. H. acht bijzondere
vereenigingen van menschen van iedereu
stand, van ieder de vak noodzakelijk.
De vereenigingen, die een bizonderen stuud of
vak voorstaan, ontstaan door ontoereiken-
kendheid vau persoonlijke krachten. Z. H.
zegt dat dit in de natuur van den inensch
ligt en daarom niet zeggen, 't is niet noodig,
maar met kracht steunen en meewerken.
Wat is het doel van vakver. in den staat?
ik beantwoord die vraag uit den encvckliek
„Revuin Norarum'.
„Tussclien deze en de groote maatschap
pij, den staat, is, om wille van het onder
scheid in beider naaste doel, een zeer groot
verschil. Het doel, hetwelk aan de burger
lijke maatschappij is gesteld, geldt allen te
zamen, het bestaat in het algemeen welzijn,
waarop allen voor zich, ieder uaar zijn
rechtmatig aandeel, aauspraak maken. Daar
om heeft zij openbare, omdat zij de men
schen in onderlinge gemeenschap vereeuigt
tot het vormen van den staat. De veree
nigingen daarentegen, welke zich als in den
boezem van den staat vormen, worden ge
acht en zijn inderdaad bijzondere maat
schappijen, omdat nl. het doel, hetwelk zij
op de eeistc plaats nastreven, een voordeel
is voor afzonderlijke personen, slechts be
stemd voor hare leden. „Een bijzondere
maatschappij', zoo zegt de H. Thomas, „is
een zulkdanige, welke zich vercenigt tot
uitoefening van een bijzondere zaak, zooals
wanneer er twee of drie gemeenschap aan
gaan om samen handel te drijven.'
Een vakvereeniging voor handelaren, die
eerlijkeu handel drijven is noodzakelijk in den
staat. Vereeniging is voor U niet alleen een
overbodig luxe-artikel maar ik voeg er aan
toe is voor U noodzakelijk.
Nog haalt spr. aan hetgeen de Paus zegt
over de vereeniging der arbeiders.
„De ondervinding van de ontoereikendheid
zijner persoonlijke krachten drijft en spoort
den mensch aan, om zich van een anders
hulp te verzekeren. In de II. Schrift zelve
staan itnmcrs geschreven deze woorden
„Het is beter, dat er twee te zamen zijn
dan dat iemand alleen iswant zij heb
ben het voordeel hunner vereeni
ging. Wee den eenzame, dewijl, zoo hij
valt, hij niemand heeft, die hem opricht.'
Ook lezen wij cr nog dc volgende woorden
„De broeder, die geholpen wordt door zijn
broeder, is als een sterke stad.' Gelijk deze
natuurlijke neiging den mensch driugt tot
maatschappelijke aaneensluiting en vereeni-
hing, d. i. tot vorming van een staat, zoo
doet ze hein nog trachten om met zijn
medeburgers andere vereenigingen aan te
gaan, die weliswaar kleiner zijn en onvol
komen, maar toch wezenlijke maatschappe
lijke uitmaken.'
Maar zal men zeggen wat hebben nu de
geestelijken met onze zaken te maken, dit
vraagstuk is zoo neutraal mogelijk. De
paus zegt de geestelijke en stoffelijke
verheffing in de vereeniging moeten samen
gaan en daarom heeft ook de geestelijk®
recht en plicht een woordje mee te
spreken.
We hebben nu 't zedelijke genoegzaam
besproken, nu het stoffelijke, want do
menschen voelen het meest voor de dubbel
tjes, dicht bij de portefeuille klopt 't hart,
maar ook dicht bij 't hart zit de portefeuille.
Zooals ge weet is de Hanze te VBosch
opgericht en was toen ook AVaalwijk ver
tegenwoordigd, het doet mij genoegen die
hecren ook hier te zien, daarvoor hun mijn
dank. We zullen nu recht op de zaak
afgaan en verschillende artikels voorlezen en
toelichten.
De Hanze stelt zich ten doel
le. De handhaving en verspreiding der
Katholieke beginselen, zoowel in het bijzonder
als in liet openbaar.
2e. De. behartiging der economische en
maatschappelijke belangen van de nering
doende in het algemeen cn van de leden in
het bijzonder.
De Hanze tracht het doel te bereiken
door.
Auteursrecht verzekerd volgens de wet.)
De Echo van h
Waalwyksclie en Langstraatsclie Courant
De Burgemeester der gemeente Wnalwijk;
Gelet op de jesbetreffende aanschrijving van
lijne Excellentie dan Heer Minister van Binnen-
laodoche Zaken dd. 9 Juli jl. maakt bekend, dat
Hare Majesteit de Koningin het verlangen heeft
te kennen gege'en op Hoogstdezelver verjaardag
31 Augustus aanstaande die dit jaar valt op een
Zondag, openbare eerbewijzen niet te doen op
dien dag maar op den daaropvolgenden Maandag
zijnde 1 Sépienber.
Uit dien hoefde tal op 31 Augustus a. s. noch
parade bij let leger, noch vlagvertoon op de
oorlogschepen geschieden, terwijl ook het vlag
gen vau opmbare gebouwen niet op Zondag
maar op Maaidag daarna zal plaats hebben.
Waalwijk, 12 Augustus 1902.
De Burgemeester voornoemd,
K. I)E VAN DER SCHUEREN.
Het Gcmemtebestuur van Waalwijk maakt
bekend, dat met ingang van 1 September e.k.
als Rijkstuhbouwleeraar zal werkzaam zijn
binnen de provincie Noord-Brabant en Zeeland
de heer J. f. M. Camman en dat hem als stand-
plauts is aaigewczeu de gemeente Teteringen.
Waalwijk, 11 Augustus 1902.
Het Gemeentebestuur voornoemd,
De Burgemeester,
K. DE VAN DER SCHUEREN.
De Secretaris,
F. W. VAN L1EMPT.
DOOR A. C. V. D. H.
21
0-
Menigmaal sterft de ongelukkige onder mijne
behandeling, menigmaal slaag ik er ook in hem
te redden, zooals dit thans met u het geval is,
mijn zoon, met u, dien ik op dezelfde wijze op
bedoelden weg vond.
Ach, vader, misschien had God eene wel
daad aan mij bewezen, door mij maar te laten
sterven. Gij kent mijn verleden niet, gij voelt
r.iot, wat er in mijn binnenste omgaat, nu met
het leven tegelijk de herinnering aan het verle-
dene en de wroeging zijn teruggekeerd.
De wegen der Voorzienigheid zijn duister
mijn zoon. Mij dunkt, dat gij wel degelijk redtn
hebt God te danken voor uw behoud. En wat
die wroeging betreft, die zal door een oprecht
berouw over uwe wandaden, gepaard met eene
openhartig# belijdeuis, wel vau lieverlede ver
dwijnen.
Maar ach, vader, mijne kinderen Carlo en
Lucia, wat is er van hen geworden Zijn zij
misschien onderweg bezweken God geve van ja.
Dan pijnigt mij niet meer de gedachte, dat zij in
slavernij zullen verkeeren.
Uwe kinderen zijn niet bezweken, mijn
zoon. Toen ik u mijn woning binnengedragen eu
op een bed had gelegd, ben ik op staanden voet
den stoet weer gevolgd. Ik zag, dat een der
geleiders een muildier had, waarop hij uwe kin
deren plaats doed nemen. Ziende, dat de kinderen
nu zooveel niet meer te lijden hadden, ben ik
teruggekeerd om aan u mijn zorgen te besteden.
Gij zegt, mijn zoon, dat de wroeging u vervolgt,
welnu, draag dan ook het lijden, dat God u thans
overzendt met geduld eu tracht zoo eenigszins te
voldoen aan hetgeen gij jegens Hem misdreven
hebt.
Maar mijne schuld, vader, is zoo groot.
Nog grooter is Gods barmhartigheid.
Het bloed mijns broeders roept om wraak.
Het bloed van den gekruisten Heiland smeekt
on genade en verdelgt zonden.
Mag ik dan op Hem met een gerust hart
vertrouwen 1
Wie op den hoogen God vertrouwt, heeft op
een vaste rots gebouwd.
Welaan dan, vader, ik wil mijn kruis met
geduld dragen.
God geve u daartoe de noodige sterkte mijn
zoon.
Zijt gij priester vader
Ja, mijn zoon.
Welnu, dan sta ik oogenblikkelijk op om
u mijn zonden te belijden.
Nadat Antonio zijne zonden beleden had, sloeg
de grijze priester zijne oogen naar den hemel
legde zijne handen op het lmold van den boete
ling en zeide
Wees gezegend, mijn zoon, de Heer heeft u
alles vergeven. Hij trooste en sterke u, opdat gij
de beproeviogen in dit leven met geduld mogen
drngen.
Antonio smaakte thans weder vrede ini zijn
binnenste. Hij zou zich zalig genoemd hebben,
hadde de natuur, de gedachte aau zijn kinderen
niet den boventoon in hem gehad. Een puar da
gen later zien wij hem aan den arm yan den
priester in de vrije buitenlucht waudclen. Z,ijn
gelaat is nog wel bleek, doch zijne oogen staan
helder. Ook schijnt hij weder in gedachten ver
diept, ten minste hij luistert weinig of niets naar
de beschrijving der omstreken, die de priester
^ou mijne levenswijze u bevallen, Antonio
gaat da monnik voort. Gij ziet, ik ben der we
reld afgestorven, ik woon in eene spelonk, karig
verlicht en uiterst armoedig gemeubileerd, mijn
voedsel bestaat uit honig, wildbraad en vruchten.
Bronwater is mijn eenige drank, bii uitzondering
gebruik Ik slechts een glas wijn. AHes wat ik
gebruik moet ik mij zelveu verschaffen, zoodat
ik beurtelings landbouwer, jager, wijngaardenier,
kok. ia van alle9 ben.
Ach, waarom zou mij dit niet bevallen
Gij smaakt vrede in uw binnenste, gij hebt een
gerust geweten, dat volgens De wijze Man
een voortdurend gaBtmaal is, gij hebt wellicht
de hartstochten niet gekend of zoo gij *e al
gekend hebt, hebben ze toch zeker nooit zoo
hevig in uw binnenste gewoed als in het mijne.
Zeg dat niet, vriend; al ben ik thans kalm,
gelaten en met weinig tevreden, er is ook een
tijd geweest, dat alles kookte in mijn binnenste,
dat ik den beker der bedwelming vaak tot op
den bodem geledigd heb.
Ik kan het met gelooven. vader.
Toch is het zoo.
Onwillekeurig begon Antonie nu zijne levens
geschiedenis te vertellen. Toen hij echter mede
deelde dat zijne moeder Isabella heette begonnen
de oogen van den monnik te stralen.
Wat, riep hij uit, heette uwe moeder Isa
bella
Isabella Lideo.
Isabella Lideo 1 Hemel, is het mogelijk, riep
de monnik verbaasd uit. Was zij uwe moeder,
was zij de echtgenoote van Ferdinand Fernando?
Zeker, zij was mijne moeder, die brave
vrouw. Ach, dat ik haar zoo spoedig ten grave
moest zien dalen. Maar dat gij haar gekend hebt,
vader, komt mij zoo wonderlijk voor.
Omstreeks veertig jaar geleden was uwe
moeder te Murcia bij een mijner kennissen gelo
geerd. Dagelijks kwam ik in het huis waar zij
vertoefde en liad weldra eene diepe genegenheid
voor haar opgevat. Ik dong naar hare hand,
maar hel duurde zeer lang eer zij van haar kant
eenige genegenheid betuigen wilde. Ik bleef
echter bSuhou'len en mocht er ten laatste in
slagen, naar ik meende, haie volle genegenheid
en liefde te verwerven. Bij gelegenheid van een
stierengevecht kwam zij in aanraking met uw
vader, die een buitengewoon schoon man was.
Zijn beeld drong weldra bet mijne uit hare ziel
en reeds eun paar dagen later zag ik haar aan
den arm uws vader9 door de str.ten van Murcia
wandelen. Ik was vast besloten mij op den in
dringer te wreken. Ik kocht een dolk met het
voornemen mijn tegenstander naar de andere
wereld te brengen.
Goed gewapend stond ik aan den hoek eener
straat hem op te wachten. Toen uw vader in
mijn bereik was, sprong ik met den ontblooten
dolk op hem toe. Doch ik had buiten den wuard
gerekend. Eensklaps voelde ik mij aangegrepen
door eene ijzersterke hand. Het was Alfonzo,
de getrouwe makker, die uw vader op al zijne
schreden volgde, die mij bij de keel greep en met
herculische kracht ter aarde smeet. Gelukkig
wi9t ik te ontkomen. Tk achtte mij echter niet
veilig meer in Murcia, weshalve ik denzelfden
nacht een goed heenkomen zocht. Van nu at
leidde ik een zwervend en losbandig leven. Ik
kwam in aanraking met bedorven kameraden,
die mij al racer cn meer van het goede pad
brachten. Na een paar jaren een leven geleid te
bobben, een fatsoenlijk mensch onwaardig, kreeg
ik eene zware ziekte, waarvan ik slechts zeer
langzaam herstelde. Mijn besluit was nu dra
gemaakt. Ik zei de wereld vaarwel en sloot mij
op in een streng klooster. Hier was ik aan een
langduriger, en gestrengeu proeftijd onderworpen
welke ik, met Gods genade, glansrijk doorstond.
Mei toestemming van den prior begon ik voor
priester te studeeren. Ik studeerde met stalen
vlijt, zoodat ik na vijf jaren reeds de heilige
wijding ontving. Inmiddels was de oorlog met
al zijne verschrikkingen over ons vaderland los
gebarsten. Bijna dagelijks vernam ik de ram.
pen, die mijn dierbaar vaderland troffen en die
ik 'niet in 'staat wus eenigszins tc lenigen. Ik
hoorde ook hoe in Algiers de slavenhandel weer
op ruime schaul werd gedreven en hoe honderden
Christenen als slachtoffers der wreede en heb
zuchtige Algerijnen vielen. Toen vroeg en kreeg
ik verlof om mij in Afrika te gaan vestigen om
die arme ongelukkigen, zooveel in mijn vermo
gen was, met raad en daad bij te staan. Ik
scheepte mij in eu vestigde mij hier ter plaatse.
Hier woon ik reeds een tiental jaron. Mijne
schuilpluats i9 wel aan enkele bewoners in den
omtrek bekend, maar, daur ik hun bij ziektege
vallen in hunne gezinnen wel eens hulpverleen,
willen ze mij niet verraden.
Dan geloof ik, dat het volk in mij een meer
dan aardsch wezen ziet, want ge kunt niet den
ken, met hoeveel eerbied of vrees ze mij beje
genen. Weldra echter zal, naar ik hoop, de stond
aanbreken, dat ik van hier vertrekken kan. De
vrede iD Europa is geteekend. Alle verschijnselen
wijzen er op, dat hij duurzaam zijn zal en er
loopen de geruchten, dat een Engelsch eskader
zich zeilree maakt oiu den dey van Algiers, die
alle bedreigingen tot heden in den wind heeft
geslagen, eens ter deeg te tuchtigen en hem voor
altijd het toelaten van kagers en slavenhandelaars
in zijn rijk afteleeren. Ik vertrouw mijn vrieud
ging de monnik voort, dat mijn verhaal u met
tegen mij zal verbitterd hebben. Dagelijks no,
bid ik voor mijne vijanden en vraag aan God
vergiffenis voor al hetgeen ik tegen mijne eve-
n&astcn, dus ook tegen uw vader, bedreven heb.
Het kwaad, dut gij uwen evcnmensch een
maal berokkend hebt, vader, spiak Antonio, zal
in de schaal der gerechtigheid oneindig minder
wezen, dan het gocdo reeds zoo vele jaren ach
tereen aan hen bewezen. Ik had wel eens iels
over eene gebeurtenis in Murcia hooren mompe
len, doch nimmer heb ik er het rechte van ge
weten. Ik dank u alzoo voor die medcdeelinp.
Maar zeg mij eens, zou er geen kans zijn mijne
kinderen terug te krijgen
Stel deze hoop maar uit uw hart. GewH
zijn uwe kinderen het eigendom geworden van
eenig machtig heer uit het binnenland. Gij
zoudt zoeken en hen toch niet wedervinden en
al vondt gij hen, zoo zoudt ge ze toch niet te
rugkrijgen, want de menschen hier vooral
grooten, kennen bijna geen medelijden en burin-
hartigheid. Ik wil u wel beloven een onderzoek
naar hen in te stellen. Er woneu in mijne na
buurschap, zooals ik bereids zeule. menschen.
die ik volkomen vertrouwen mag. Een dier
kennissen, welke niet van verstand en slimheid
misdeeld is en geregeld de markt te Algiers
bezoekt, wil ik met da zaak in kennis stellen
en verzoeken haar eens na te vorschen. bpieg.1
u echter van dit onderzoek niet te veel voor.
Berust kalm in uw lot. uwe kinderen hebben
stellig een goede opvoeding ontvangen en dank
zij die opvoeding, kunnen zij zich misschien op
dêrscheiden en in achting komen bij degenen bi.i
wie zij wonen. Wat u betreft, Antonio,gu kunt
gerust bij mij blijven, zoo ge tenminsie ine.
mijne schrale levenswijze tevreden kunt zijn.
Ik heb een voorgevoel, dat binnen een puur
jaren hier veel veranderd zal zijn, den slaven
handel den kop zal zijn ingedrukt en dan ver
trekken wij samen uaar Spanje.
(Wordt vervolgd).