Rummer 66. Donderdag 21 Augustus 1902. 25e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. DE HANZE" ANTONIO FERNANDO. MTOON TIELE Uitgever: Bekendmaking. PEVILLETOÜ. Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond Abonnementsprijs per 8 maanden f0."5. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advertentiën 17 regels f 0.00 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een grcot aantal regels eu advertenties hij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel, mm 2) de stem der hoogere geestelijkheid. In Rome heeft dr. Nouwens de sociologie gestudeerd, hij zijne terugkomst schreef hij eenige artikels over coöperatie en naar aan leiding daarvan droeg Z. D. Hoogwaardig heid Mgr. W. v. d. Ven hem op zich meer en meer inet deze zaak te gaan bezighouden om deze zaak „de Hanze' meer en meer 59 Maandagavond sprak dr. Nouwens in 't hotel 7 er wiel over „de Hanze', R. K. Ver eenigiig van neringdoenden. In Jen beginne was de zaal slecht bezet, maar langzamerhand groeide het aantal tegenvoordigen tlink aan, zoodat 't ten slotte vol was. De Zeercerw. heer Pastoor opende de bijeenkomst met ongeveer de volgende woorden. M. H. Ik heb van avond de eer en het genoe gen u als spreker voor te stellen de Zeer Eefw. Zeergel. heer Dr. Nouwens, priester in orde van Preinonstrijs, die om zijn biitengewonen aanleg naar Rome werd ge zinden, waar hij den docterstitel behaalde in de Godgeleerdheid en een cursus in de sociologie volgde. Dat hij hier, evenals op zoovele plaatsen optreed, heeft een dubbele oorzaak. 1) zijn natuurlijke aanleg. te gaan bespreken om den middenstand op te keffen, die stand heeft hulp noodig. Op 't oogen blik telt //de Hanze' reeds 800 leden, In een plaats als Waalwijk, waar zooveel industrie en handel is, zal de Hanze zeker welkom zijn en vele vruchten dragen. Ik stel u dus nogmaals Dr. Nouwens voor en hoop dat zijne woorden rijke vruchten zullen dragen voor ons dierbaar Waalwijk de Hanze zal eene christelijke vereeniging worden, dus openen wij met den christelijkcn gro^t en dan geef ik 't woord aan Dr. Nouwens. (Applaus). Dr. Nouwens Z.Eerw. lieer, Mijne heeren Recht aangenaam is 't mij voor U te kunnen optreden, ik breng daarvoor een woord van dank aan den Zeereerw. heer Pastoor. De paus zegt, de katholieke kerk, bevor derd uit haar aard de geestelijke belangen, maar zij staat zoozeer de stoffelijke belangen voor dat zij daarvoor alleen schijnt ingesteld. De Hanze zal de tijdelijke belaugeti be hartigen, met en door de geestelijke belangen. We moeten ons vereenigen op 't woord van den Paus, zijn stem is gebiedend voor hen, die ons moeten bestieren. Mgr. v. d. Ven heeft in de katholiek sociale actie in Noordbrabant, zoo juist den geest van Leo XIII weergegeven, van vereenigingen van vakgenooten voor stoffelijke belangen. Die stem van paus en bisschop vindt echo in de lagere geestelijken. Aangenaam is 't mij daarom een woord van dank te brengen aau uwen pastoor, die voor U een afdeeüng der Hanze wil stichten, om de misbruiken te zullen en kunnen uitroeien. Gretig heeft hij 't voorstel om hier te komen spreken en een afdeeüng te stichten aanvaard en heeft hij zelf uwe belangen willen behartigen door adviseur te worden van de afdeeüng „Waalwijk en Besoijen' der Hanze. Ik twijfel niet of 't zal u aangenaam zijn dat uwe geestelijkheid naast uwe geestelijke ook uwe stoffelijke belangen zal behartigen, een woord van dank en bemoediging aan den ZeerEerw. heer pastoor, hij heeft den •teun van God, paus en bisschop. Een woord van dank aan de ZeerEerw. geestelijken ter opluistering tegenwoordig, maar dat is slechts een bloempje aan den hoed; want tot u vakmannen spreek ik uwe be langen bepleit ik, ik zal u toonen dat de Hanze iets kan eu zal doen, om bestaande misbruiken uit te roeien. Uw stand moet en zal bestaan, voor u zelf, maar ook voor dc Mij. uw stand mede trachten op te heffen, is 't doel, waar voor ik tot u spreek. Wat is de middenstand. De een zegt de Hanze is een R.K. ver eeniging voor neringdoenden, de ander, is een ver. voor den handeldrijver.den midden stand en hier haalt spr. de woorden aan van Dr. Büttger. De middenstand zijn di- mannen waartoe ik thans spreek, anders dan ik spreek tot werklui. Gij mannen van den middenstand gij moet niet alleen juist uw kost verdienen, gij moet u de noodige luxe-artikelen kunnen aanschaften gij moet wat kunnen overleg gen, een kapitaaltje vergaderen, daarin ligt uwe kracht en die der Mij. Maar zulks neemt met den dag af. Het gaat den winkelier niet goed meer, de vette jaren zijn voorbij't gaat door de concur rentie en slechte betaling, men treurt maar zint niet op middelen ter verbetering. Gij winkeliers vormt het noodzakelijke gedeelte van den middenstand en dat moet gezond blijven. Dat gedeelte is de kern 'der Mij. en komt er bederf in den kern dan is spoedig alles weg en dat mag niet, de misbruiken iroelen verminderen. Gij vormt niet geheel den middenstand, slechts een gedeelte. Wie heeft belang bij den middenstand? alleen de winkeliers. Neen, allen die belang hebben bij een gezonden handel en goede neeriug, die schade onder vinden van misbruiken, als slechte betaling, oneerlijke concurrentie b.v. schoenmakers, slagers, hakkers, timmerlieden, allen hebben belang bij de Hanze. Zoolang voor die vakkeu geen afzonderlijke vak-organisatie bestaat, hebben allen belang bij da Hanze en niet alleen de winkeliers, wat spr. staaft door do woorden van Vlekke. Ik geloof dat zij die hier opgekomen zijn, voalen dat vereenigen noodzakelijk is, dat er iets voor hen kan worden gedaan, zij zijn gekomen uit overtuiging, om te werken voor den oloei van hun stand, niet om den pastoor te believen. De middenstaud vormt een belangrijk deel de Mij., zooals het katholiek sociaal week blad van 26 April 1902 zoo duidelijk zegt. liet juicht ook het plan om den midden stand op te heffen met warmte toe. Voor u is vereenigen noodzakelijk. In dit diocees moet overal de middenstand worden opgeheven volgens den wensch van Mgr. v. d. Ven wiens stokpaardje wel eens //de llauzc" wordt genoemd. Men zal zeggen, kunnen wij dat onder ons niet af, als ieder zijn best doet, vader is er toch ook zoo gekomen, waartoe al die vereenigingen Geheel het gezellig samenzijn, uwe klecdmg euz. zijn uitvloeisels van vereeniging, elkanders hulp; deeerste vereeniging was vaderen moeder Daarna huisgezin en staat, wij zijn sociale wezens, leven voor de gemeenschap, weder- keerig leven. Als alle menschen voor den bloei der Mij. leefden was dat genoeg?. Neen Lpo XIII heeft 'f anders gezien, Z. H. acht bijzondere vereenigingen van menschen van iedereu stand, van ieder de vak noodzakelijk. De vereenigingen, die een bizonderen stuud of vak voorstaan, ontstaan door ontoereiken- kendheid vau persoonlijke krachten. Z. H. zegt dat dit in de natuur van den inensch ligt en daarom niet zeggen, 't is niet noodig, maar met kracht steunen en meewerken. Wat is het doel van vakver. in den staat? ik beantwoord die vraag uit den encvckliek „Revuin Norarum'. „Tussclien deze en de groote maatschap pij, den staat, is, om wille van het onder scheid in beider naaste doel, een zeer groot verschil. Het doel, hetwelk aan de burger lijke maatschappij is gesteld, geldt allen te zamen, het bestaat in het algemeen welzijn, waarop allen voor zich, ieder uaar zijn rechtmatig aandeel, aauspraak maken. Daar om heeft zij openbare, omdat zij de men schen in onderlinge gemeenschap vereeuigt tot het vormen van den staat. De veree nigingen daarentegen, welke zich als in den boezem van den staat vormen, worden ge acht en zijn inderdaad bijzondere maat schappijen, omdat nl. het doel, hetwelk zij op de eeistc plaats nastreven, een voordeel is voor afzonderlijke personen, slechts be stemd voor hare leden. „Een bijzondere maatschappij', zoo zegt de H. Thomas, „is een zulkdanige, welke zich vercenigt tot uitoefening van een bijzondere zaak, zooals wanneer er twee of drie gemeenschap aan gaan om samen handel te drijven.' Een vakvereeniging voor handelaren, die eerlijkeu handel drijven is noodzakelijk in den staat. Vereeniging is voor U niet alleen een overbodig luxe-artikel maar ik voeg er aan toe is voor U noodzakelijk. Nog haalt spr. aan hetgeen de Paus zegt over de vereeniging der arbeiders. „De ondervinding van de ontoereikendheid zijner persoonlijke krachten drijft en spoort den mensch aan, om zich van een anders hulp te verzekeren. In de II. Schrift zelve staan itnmcrs geschreven deze woorden „Het is beter, dat er twee te zamen zijn dan dat iemand alleen iswant zij heb ben het voordeel hunner vereeni ging. Wee den eenzame, dewijl, zoo hij valt, hij niemand heeft, die hem opricht.' Ook lezen wij cr nog dc volgende woorden „De broeder, die geholpen wordt door zijn broeder, is als een sterke stad.' Gelijk deze natuurlijke neiging den mensch driugt tot maatschappelijke aaneensluiting en vereeni- hing, d. i. tot vorming van een staat, zoo doet ze hein nog trachten om met zijn medeburgers andere vereenigingen aan te gaan, die weliswaar kleiner zijn en onvol komen, maar toch wezenlijke maatschappe lijke uitmaken.' Maar zal men zeggen wat hebben nu de geestelijken met onze zaken te maken, dit vraagstuk is zoo neutraal mogelijk. De paus zegt de geestelijke en stoffelijke verheffing in de vereeniging moeten samen gaan en daarom heeft ook de geestelijk® recht en plicht een woordje mee te spreken. We hebben nu 't zedelijke genoegzaam besproken, nu het stoffelijke, want do menschen voelen het meest voor de dubbel tjes, dicht bij de portefeuille klopt 't hart, maar ook dicht bij 't hart zit de portefeuille. Zooals ge weet is de Hanze te VBosch opgericht en was toen ook AVaalwijk ver tegenwoordigd, het doet mij genoegen die hecren ook hier te zien, daarvoor hun mijn dank. We zullen nu recht op de zaak afgaan en verschillende artikels voorlezen en toelichten. De Hanze stelt zich ten doel le. De handhaving en verspreiding der Katholieke beginselen, zoowel in het bijzonder als in liet openbaar. 2e. De. behartiging der economische en maatschappelijke belangen van de nering doende in het algemeen cn van de leden in het bijzonder. De Hanze tracht het doel te bereiken door. Auteursrecht verzekerd volgens de wet.) De Echo van h Waalwyksclie en Langstraatsclie Courant De Burgemeester der gemeente Wnalwijk; Gelet op de jesbetreffende aanschrijving van lijne Excellentie dan Heer Minister van Binnen- laodoche Zaken dd. 9 Juli jl. maakt bekend, dat Hare Majesteit de Koningin het verlangen heeft te kennen gege'en op Hoogstdezelver verjaardag 31 Augustus aanstaande die dit jaar valt op een Zondag, openbare eerbewijzen niet te doen op dien dag maar op den daaropvolgenden Maandag zijnde 1 Sépienber. Uit dien hoefde tal op 31 Augustus a. s. noch parade bij let leger, noch vlagvertoon op de oorlogschepen geschieden, terwijl ook het vlag gen vau opmbare gebouwen niet op Zondag maar op Maaidag daarna zal plaats hebben. Waalwijk, 12 Augustus 1902. De Burgemeester voornoemd, K. I)E VAN DER SCHUEREN. Het Gcmemtebestuur van Waalwijk maakt bekend, dat met ingang van 1 September e.k. als Rijkstuhbouwleeraar zal werkzaam zijn binnen de provincie Noord-Brabant en Zeeland de heer J. f. M. Camman en dat hem als stand- plauts is aaigewczeu de gemeente Teteringen. Waalwijk, 11 Augustus 1902. Het Gemeentebestuur voornoemd, De Burgemeester, K. DE VAN DER SCHUEREN. De Secretaris, F. W. VAN L1EMPT. DOOR A. C. V. D. H. 21 0- Menigmaal sterft de ongelukkige onder mijne behandeling, menigmaal slaag ik er ook in hem te redden, zooals dit thans met u het geval is, mijn zoon, met u, dien ik op dezelfde wijze op bedoelden weg vond. Ach, vader, misschien had God eene wel daad aan mij bewezen, door mij maar te laten sterven. Gij kent mijn verleden niet, gij voelt r.iot, wat er in mijn binnenste omgaat, nu met het leven tegelijk de herinnering aan het verle- dene en de wroeging zijn teruggekeerd. De wegen der Voorzienigheid zijn duister mijn zoon. Mij dunkt, dat gij wel degelijk redtn hebt God te danken voor uw behoud. En wat die wroeging betreft, die zal door een oprecht berouw over uwe wandaden, gepaard met eene openhartig# belijdeuis, wel vau lieverlede ver dwijnen. Maar ach, vader, mijne kinderen Carlo en Lucia, wat is er van hen geworden Zijn zij misschien onderweg bezweken God geve van ja. Dan pijnigt mij niet meer de gedachte, dat zij in slavernij zullen verkeeren. Uwe kinderen zijn niet bezweken, mijn zoon. Toen ik u mijn woning binnengedragen eu op een bed had gelegd, ben ik op staanden voet den stoet weer gevolgd. Ik zag, dat een der geleiders een muildier had, waarop hij uwe kin deren plaats doed nemen. Ziende, dat de kinderen nu zooveel niet meer te lijden hadden, ben ik teruggekeerd om aan u mijn zorgen te besteden. Gij zegt, mijn zoon, dat de wroeging u vervolgt, welnu, draag dan ook het lijden, dat God u thans overzendt met geduld eu tracht zoo eenigszins te voldoen aan hetgeen gij jegens Hem misdreven hebt. Maar mijne schuld, vader, is zoo groot. Nog grooter is Gods barmhartigheid. Het bloed mijns broeders roept om wraak. Het bloed van den gekruisten Heiland smeekt on genade en verdelgt zonden. Mag ik dan op Hem met een gerust hart vertrouwen 1 Wie op den hoogen God vertrouwt, heeft op een vaste rots gebouwd. Welaan dan, vader, ik wil mijn kruis met geduld dragen. God geve u daartoe de noodige sterkte mijn zoon. Zijt gij priester vader Ja, mijn zoon. Welnu, dan sta ik oogenblikkelijk op om u mijn zonden te belijden. Nadat Antonio zijne zonden beleden had, sloeg de grijze priester zijne oogen naar den hemel legde zijne handen op het lmold van den boete ling en zeide Wees gezegend, mijn zoon, de Heer heeft u alles vergeven. Hij trooste en sterke u, opdat gij de beproeviogen in dit leven met geduld mogen drngen. Antonio smaakte thans weder vrede ini zijn binnenste. Hij zou zich zalig genoemd hebben, hadde de natuur, de gedachte aau zijn kinderen niet den boventoon in hem gehad. Een puar da gen later zien wij hem aan den arm yan den priester in de vrije buitenlucht waudclen. Z,ijn gelaat is nog wel bleek, doch zijne oogen staan helder. Ook schijnt hij weder in gedachten ver diept, ten minste hij luistert weinig of niets naar de beschrijving der omstreken, die de priester ^ou mijne levenswijze u bevallen, Antonio gaat da monnik voort. Gij ziet, ik ben der we reld afgestorven, ik woon in eene spelonk, karig verlicht en uiterst armoedig gemeubileerd, mijn voedsel bestaat uit honig, wildbraad en vruchten. Bronwater is mijn eenige drank, bii uitzondering gebruik Ik slechts een glas wijn. AHes wat ik gebruik moet ik mij zelveu verschaffen, zoodat ik beurtelings landbouwer, jager, wijngaardenier, kok. ia van alle9 ben. Ach, waarom zou mij dit niet bevallen Gij smaakt vrede in uw binnenste, gij hebt een gerust geweten, dat volgens De wijze Man een voortdurend gaBtmaal is, gij hebt wellicht de hartstochten niet gekend of zoo gij *e al gekend hebt, hebben ze toch zeker nooit zoo hevig in uw binnenste gewoed als in het mijne. Zeg dat niet, vriend; al ben ik thans kalm, gelaten en met weinig tevreden, er is ook een tijd geweest, dat alles kookte in mijn binnenste, dat ik den beker der bedwelming vaak tot op den bodem geledigd heb. Ik kan het met gelooven. vader. Toch is het zoo. Onwillekeurig begon Antonie nu zijne levens geschiedenis te vertellen. Toen hij echter mede deelde dat zijne moeder Isabella heette begonnen de oogen van den monnik te stralen. Wat, riep hij uit, heette uwe moeder Isa bella Isabella Lideo. Isabella Lideo 1 Hemel, is het mogelijk, riep de monnik verbaasd uit. Was zij uwe moeder, was zij de echtgenoote van Ferdinand Fernando? Zeker, zij was mijne moeder, die brave vrouw. Ach, dat ik haar zoo spoedig ten grave moest zien dalen. Maar dat gij haar gekend hebt, vader, komt mij zoo wonderlijk voor. Omstreeks veertig jaar geleden was uwe moeder te Murcia bij een mijner kennissen gelo geerd. Dagelijks kwam ik in het huis waar zij vertoefde en liad weldra eene diepe genegenheid voor haar opgevat. Ik dong naar hare hand, maar hel duurde zeer lang eer zij van haar kant eenige genegenheid betuigen wilde. Ik bleef echter bSuhou'len en mocht er ten laatste in slagen, naar ik meende, haie volle genegenheid en liefde te verwerven. Bij gelegenheid van een stierengevecht kwam zij in aanraking met uw vader, die een buitengewoon schoon man was. Zijn beeld drong weldra bet mijne uit hare ziel en reeds eun paar dagen later zag ik haar aan den arm uws vader9 door de str.ten van Murcia wandelen. Ik was vast besloten mij op den in dringer te wreken. Ik kocht een dolk met het voornemen mijn tegenstander naar de andere wereld te brengen. Goed gewapend stond ik aan den hoek eener straat hem op te wachten. Toen uw vader in mijn bereik was, sprong ik met den ontblooten dolk op hem toe. Doch ik had buiten den wuard gerekend. Eensklaps voelde ik mij aangegrepen door eene ijzersterke hand. Het was Alfonzo, de getrouwe makker, die uw vader op al zijne schreden volgde, die mij bij de keel greep en met herculische kracht ter aarde smeet. Gelukkig wi9t ik te ontkomen. Tk achtte mij echter niet veilig meer in Murcia, weshalve ik denzelfden nacht een goed heenkomen zocht. Van nu at leidde ik een zwervend en losbandig leven. Ik kwam in aanraking met bedorven kameraden, die mij al racer cn meer van het goede pad brachten. Na een paar jaren een leven geleid te bobben, een fatsoenlijk mensch onwaardig, kreeg ik eene zware ziekte, waarvan ik slechts zeer langzaam herstelde. Mijn besluit was nu dra gemaakt. Ik zei de wereld vaarwel en sloot mij op in een streng klooster. Hier was ik aan een langduriger, en gestrengeu proeftijd onderworpen welke ik, met Gods genade, glansrijk doorstond. Mei toestemming van den prior begon ik voor priester te studeeren. Ik studeerde met stalen vlijt, zoodat ik na vijf jaren reeds de heilige wijding ontving. Inmiddels was de oorlog met al zijne verschrikkingen over ons vaderland los gebarsten. Bijna dagelijks vernam ik de ram. pen, die mijn dierbaar vaderland troffen en die ik 'niet in 'staat wus eenigszins tc lenigen. Ik hoorde ook hoe in Algiers de slavenhandel weer op ruime schaul werd gedreven en hoe honderden Christenen als slachtoffers der wreede en heb zuchtige Algerijnen vielen. Toen vroeg en kreeg ik verlof om mij in Afrika te gaan vestigen om die arme ongelukkigen, zooveel in mijn vermo gen was, met raad en daad bij te staan. Ik scheepte mij in eu vestigde mij hier ter plaatse. Hier woon ik reeds een tiental jaron. Mijne schuilpluats i9 wel aan enkele bewoners in den omtrek bekend, maar, daur ik hun bij ziektege vallen in hunne gezinnen wel eens hulpverleen, willen ze mij niet verraden. Dan geloof ik, dat het volk in mij een meer dan aardsch wezen ziet, want ge kunt niet den ken, met hoeveel eerbied of vrees ze mij beje genen. Weldra echter zal, naar ik hoop, de stond aanbreken, dat ik van hier vertrekken kan. De vrede iD Europa is geteekend. Alle verschijnselen wijzen er op, dat hij duurzaam zijn zal en er loopen de geruchten, dat een Engelsch eskader zich zeilree maakt oiu den dey van Algiers, die alle bedreigingen tot heden in den wind heeft geslagen, eens ter deeg te tuchtigen en hem voor altijd het toelaten van kagers en slavenhandelaars in zijn rijk afteleeren. Ik vertrouw mijn vrieud ging de monnik voort, dat mijn verhaal u met tegen mij zal verbitterd hebben. Dagelijks no, bid ik voor mijne vijanden en vraag aan God vergiffenis voor al hetgeen ik tegen mijne eve- n&astcn, dus ook tegen uw vader, bedreven heb. Het kwaad, dut gij uwen evcnmensch een maal berokkend hebt, vader, spiak Antonio, zal in de schaal der gerechtigheid oneindig minder wezen, dan het gocdo reeds zoo vele jaren ach tereen aan hen bewezen. Ik had wel eens iels over eene gebeurtenis in Murcia hooren mompe len, doch nimmer heb ik er het rechte van ge weten. Ik dank u alzoo voor die medcdeelinp. Maar zeg mij eens, zou er geen kans zijn mijne kinderen terug te krijgen Stel deze hoop maar uit uw hart. GewH zijn uwe kinderen het eigendom geworden van eenig machtig heer uit het binnenland. Gij zoudt zoeken en hen toch niet wedervinden en al vondt gij hen, zoo zoudt ge ze toch niet te rugkrijgen, want de menschen hier vooral grooten, kennen bijna geen medelijden en burin- hartigheid. Ik wil u wel beloven een onderzoek naar hen in te stellen. Er woneu in mijne na buurschap, zooals ik bereids zeule. menschen. die ik volkomen vertrouwen mag. Een dier kennissen, welke niet van verstand en slimheid misdeeld is en geregeld de markt te Algiers bezoekt, wil ik met da zaak in kennis stellen en verzoeken haar eens na te vorschen. bpieg.1 u echter van dit onderzoek niet te veel voor. Berust kalm in uw lot. uwe kinderen hebben stellig een goede opvoeding ontvangen en dank zij die opvoeding, kunnen zij zich misschien op dêrscheiden en in achting komen bij degenen bi.i wie zij wonen. Wat u betreft, Antonio,gu kunt gerust bij mij blijven, zoo ge tenminsie ine. mijne schrale levenswijze tevreden kunt zijn. Ik heb een voorgevoel, dat binnen een puur jaren hier veel veranderd zal zijn, den slaven handel den kop zal zijn ingedrukt en dan ver trekken wij samen uaar Spanje. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1902 | | pagina 1