Rummer 82. Zondag 19 April 1908. 26e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Eerste Blad. Gemeenteraad van Waalwijk, ra iiiiinïïiiii 1 AS TOON TIELEN, Dit nummer bestaat uit TWEE BLADEN. MANIEREN. Bekendmaking. Openbare Vergadering FEUILLETON. l)it Blad verschijnt W oens d a g- en A b o n n e m e n t s r ij s per 3 maand Franco per post door liet geheele rijk 1 Brieveningezonden stukken gelden Uitgever. Z aterdagavo 11 d. en fü."5. U I T G E V E 11 oh Donderdag 16 April 1903, des namiddags ten 63/i uur. Aan de orde 1. Ingekomen stukken. 2. Benoeming eener gasco ra missie. 3. Idem van een stembureau voor al dc. verkiezingen in 1903. 4. Wijziging der begrooting voor 1902 Af- en overschrijving idem. 5. Reclames Hoofdelijken Omslag. Voorzitterde Edelachtbare lieer Burge meester K. A. M. ridder de van der Schueren. Alwezig de heeren Jud. Timmermans Wz. Jan van Dooren, van Schijndel en Baijens. Na opening der vergadering leest de secretaris de notulen der vorige voor die ongewijzigd worden goedgekeurd. I. Ingekomen stukken. De Voorzitter a. Een schrijven van den heer Timmer mans dat hij verhinderd is de vergadering bij te wonen. b. Een request van II. Kal ter te Kampen om een standplaats op de a.s. kermis. Aan gezien dit request aan mij en niet am den raad diende te zijn gericht, stel ik voor 't voor kennisgeving aan te nemen. c. Een besluit van Gedeputeerde Staten, waarbij met een kleine wijziging de leening wordt goedgekeurd. De wijziging in de leening van f 13000 betreft de f 3000 eventueel als garantie aan de tentoonstelling te verleenen. De garantie-verleening daar tegen was geen bezwaarwel om deze f 3000 bij deze leening te voegen. Naar aanleiding daarvan is eene correspondentie tusschen B. en W. en Gedeputeerde Staten gevoerd, met 't resultaat dat f 10.000 zal wor den geleend en ingeval aan de tentoonstelling zal moeten worden uitgekeerd, zullen we zien of die uit de gewone middelen zijn te be strijden of wel eene tijdelijke leening noodig zal zijn, Ged. Staten achten dat beter. cl. Ingekomen is 't verslag der teeken- school, dat voor de leden ter visie worden gelegd. eIngekomen verslag van den toestand der gemeente, eveneens ter visie. f. De rekening van Mr. P. H. Loeff voor adviezen, conferenties, concepten, me mories, pleidooi raad van staten enz. in zake tram f 450. Dit komt voor straks bij de af- en over schrijving. ff. Een open brief aan den Raad der gemeente Waalwijk van den heer P. Verwiel. Naar aanleiding daarvan heeft eene confe rentie plaats gehad tusschen B. en W. en den hetr P. Verwiel, met het resultaat, dat eenerzijds, het college van B. en W. heeft beloofd direct aan de orde te zullen stellen de benoeming eener gascommissie en 2e dat B. en W. direct verordeningen en instruction daarvoor zullen maken, hiermede is 't dag. bestuur reeds bezig de heer Verwiei heeft zijnerzijds goedgevonden, dat dan aan den raad wordt voorgesteld, den open brief voor kennisgeving aan te nemen, waartegen wel geen bezwaar zal bestaan. Aangenomen. - 11 TV/EED E GEDEELTE. WAALWIJK. II. Benoeming van een gascommissie bestaande uit vier leden. Gekozen de heer Timmermans van Turenhout die na dankbetuiging verklaard wegens te drukke werkzaamheden, deze benoeming niet te kur.nen aanvaarden. De Voorzitter verzoekt hem 't een jaar te probeeren, maar de heer Timmermans van Turenhout blijft bij zijn besluit. Gekozen na herstemmingen de heer Hoffmans. J. van Dooren. F. Baijens. P. Verwiel, die allen verklaren de benoeming te aan vaarden. III. Benoeming van een stembureau voor al de verkiezingen in 1903. Er moeten gekozen worden 2 leden, 2 plaatsvervangende leden en een lid, dat bij de opening der stembus tegenwoordig moet zijn en een plaatsvervanger. Gekozen als leden de heeren Th. Hoffmans. Timmermans van Turenhout, als plaatsvervangers de heeren J. van Dooren. P. Verwiel. 4e lid Jac. Gragtmans. Plaatsvervangerde heer Quirijns, die allen de benoeming aannemen. IV. Wijziging der begrooting voor 1902 en af- en overschrijving idem. Verschillende posten der begrooting die lioo- ger moeten worden, worden door den secre taris voorgelezen en kunnen gevonden worden door overschotten van andere posten op de begrooting. De gasfabriek levert een tekort op van f830.72 en de rekening van Mr. Loeff bedraagt f 450, een en ander kan gedekt worden door vermoedelijk batig saldo en onvoorziene uitgaven. De heer Verwiel „vinden de heeren de nota van f 450 van Mr. P. Loeff niet erg hoog. DeVoorzitter: „daar is niets nu aan te doen, 't had kunnen voorkomen worden.* De heer Verwiel„als er gronden be staan om het rechterlijk te laten goed keuren, dan vind ik dat goed.* Hebben B. en W. dat ordeizocht dan leg ik er mij bij neer. De Voorzitter„ik zou het nu maar laten rusten, maar hoog vind ik de rekening ook. Aangenomen. Niemand meer 't woord verlangend, sluit Advertentibn 17 regels f 0.G0 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiëu Smaal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel, de voorzitter de openbare vergadering ter behandeling van reclames tegen den hoofde lijken omslag in eene met gesloten deuren. Niemand kan naar waarde schatten, welk een machtige factor in dit leven het bezit is van goede manieren. Macht zelfs kan niet half doen, wat gedaan kan worden door zachtheid, die fijne olie, die onze betrek kingen onderling verzacht en de machiue der samenleving in staat stelt haar verrich tingen zonder wrijving te vervullen. Distelen en braamstruiken, wilde rozen en schadelijke planten, ze groeien zonder geteeld te worden maar de groote roode roos in de broeikas met haar bevallig sa menstel van bladeren, die het oog verrukken, haai zeldzamen geur, die zich zoo heerlijk do ir de lucht verspreidt, werd geboren uit een geslacht van ontwikkelde voorouders en is zorgvuldig gekweekt, gedurende haar kort maar schoon leven. Hebt ge niet op een morgen, laat in den herfst, in 't bosch een armen paddestoel gezien een plant zonder eenige vastheid die door een voortdurende en onbegrij- lijk zachte werking er in slaagt door den vorstigen grond heen te breken en zelfs een harde aardkluit op zijn oppervlakte torst Hij is het symbool van de macht der vriendelijkheid. Beleefdheid is voor een man, wat schoon heid is voor een vrouw ze neemt d adelijk voor hem in. Sommige menschen zwaaien eeu schepter, waarvoor andereu zich in blijde onderwor penheid schijnen te buigen. Vanwaar die toovermacht? Wat is het geheim van dien bijna hypnotischen invloed over anderen, dien wij voor alles ter wereld zouden willen bezitten, wat is het,geheim anders dan 't bezit van manieren Zij vergceden zelfs alle gebreken der na tuur. Hij, die op den duur het meest be koort, is altijd iemand met innemende ma nieren, niet met de grootste lichamelijke schoonheid. Geen staatkunde zoo groot als de beleefd heid, daar goede manieren dikwijls slagen, waar de beste tong gefaald heeft. Bij het sluiten der vredesvoorwaarden op het eind van den Fransch-Duitschen oorlog gaf Bischmarck den Franschen de eer van het laatste schot. Het Duitsche leger loste zijn sa.luutschot en er heerschte een oogen blik stilte in beide legers. Toen hoorde men het gebulder van een enkel Fransch kanon, gevolgd door twaalf slagen op den klokketoren te Versailles, en de wanhopige strijd, de bloedige oorlog, was geëindigd. „Menschen, gelijk kogels*, zegt Richter, „gaan het verst, wanneer zij het zachtst zijn. Ongemanierdheid doet dikwijls den invloed verloren gaan van eerlijkheid, vlijt en de grootste energie, terwijl wellevendheid voor zich inneemt ondanks andere ge breken. Neem twee menschen, die heiden in elk opzicht evenveel voordeelen bezitten, maar laat de een wellevend, voorkomend en innemend, de andere onbeleefd, ruw, norsch en onbeschaamd zijn, en de eerste zal slagen in de wereld, terwijl de laatste gebrek lijdt. Vele menschen, die werkelijk beschaafd zijn, houdt men voor stijf, trotsch, koel en hooghartig toch zijn ze vaak niet anders dan bedeesd en beschroomd. Het is opmerkelijk, dat bedeesdheid ons dikwijls lompheden doet begaan, waarvan ons hart een afkeer heeft en die ons erge ren en in verlegenheid brengen. Groote beschroomdheid moet overwonnen worden, daar zij goede manieren in den weg staat. Er zijn veel verdienstelijke menschen, die helden zijn op straat, maar in een gezelli- gen kring hun meening niet durven zeggen. Zij voelen, dat er een fijne tyrannie in het wetboek der samenleving is, die hun lippen sluit en hun de tong bindt. Over 't algemeen ontstaat verlegenheid hierdoor, dat iemand te veel om zich zei ven denkt wat op zichzelf reeds zondigen is tegen goede manieren en nieuwsgierig is te weten wat anderen over hem denken. Eenmaal was ik zeer verlegen, zeide Sydney Smith, maar het duurde niet lang of ik deed twee ontdekkingen van groot nut ten eerste, dat alle menschen niet uit sluitend bezig waren om mij op te nemen, en ten tweededat veinzen niet hielp dat de wereld zeer scherp van gezicht was en spoedig iemand naar waarde schatte. Dat genas mij. Wat een ongeluk is het, het leven door te gaan, oogenschijnlijk iu een pantser van ijs en toch vol van vriendelijke, hartelijke gevoelens voor zijn mederaenschen. Het is een ziekte, want zij wordt veroorzaakt door vrees en vrees is een ziekte. Verlegen (Yaahvijksrlie eu Langstraatsche Courant, 0.90. enz., franco te zenden aan den liet gemeente bestuur van Waalwijk Gelet op het 3e lid van art. 9 der wet van den 22 Juni 1901, Staatsblad no. 158, houdende wettelijke bepalingen betreffende de volkshuisvesting (woningwet) MAAKT BEKEND dat de eerste aangifte van woningen welke drie of m i n d e r ter bewoning bestemde ver trekken bevatten door de verhuurders aan het gemeentebestuur, voornoemd (ter secretarie) moet geschieden vóór den 2n Mei aanstaande. De verhuurders, zijn voorts verplicht nieuwe aangifte te doen binnen eene maand nadat de woning door een nieuwen huurder is betrokken, tenzij deze inmiddels de bewoning heef' geslaakt. Formulieren van aangiften zijn gratis verkrijg baar ter secretarie alhier alwaar inlichtingen worden gegeven. O lder •'erhuurders worden verstaan de personen die, hetzij voor zich zei ven, het zij in eenige hoedanigheid eene woning schriftelijk of monde ling verhuren. Hij, die niet voldoet aan vorenstaande ver plichtingen, wordt gestraft met eene geldb etc van ten hoogste f25.— Waalwijk, den 14 April 1903. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester. K. DE VAN DER SCHGEREN. De Secretaris, F. YV. VAN LIEMPT. Vrij naar het Duitsch bewerkt door J. M. S. (35) TWAALFDE HOOFDSTUK. Esn zware taak, kloek volbracht. Kon het maar zoo doorgaan als thans! Maar het gaat niet, het gaat niet!' Hij staat op en begint gejaagd in zijn kamer op en neer te loopen. ,Eo toch kan ik het niet van mij verkrijgen, mijn gemalin iets te weigeren, of haar mede te deelen, dat we onze uitgaven moeten inkrimpen!' De graaf gaat weer zitten en begint wederom te cijferen en te rekenen. „Mijn vermogen niet alleen, maar ook Ottilia's ei fen is van moederszijde is weg. Als dit plan niet gelukt, ben ik geruïneerd.' IIij valt weer in zijn divan terug en staart wederom j einzend voor zich uit. Eindelijk schijnt hij weer tot zijne gewone zorgeloosh lid terug te keeren zijn gelaat heldert op 'en geruststellend zegt hij tot zich zeiven „Echter, het moet gelukken! Willburg schijnt een man van eer te zijn. Als hij morgen vroeg komt, zal ik hem volmacht geven, in mijn naam allfa te doen, wat noodig is, want op Egon kan ik toch niet aan hij is geen zaakman, dat zie ik nu toch. eindelijk in 1' Met deze gedachten legt dc graaf zich neer. Docli al heeft hij zijn onrust in slaap gesust, dezi laat hem toch niet geheel en al los; nog Ian j ligt hij wakker en, als hij eindelijk in Mor pheus °armen is ingesluimerd, wordt hij voort- dui and verontrust door akelige droomen, die hem tot bedelaar bevorderen (I) YVillburg hoewel nog veel pijn gevoelende, wil echter, nadat de dokter hem hiertoe op zijn aan dringen verlof heeft gegeven, zoo spoedig moge lijk naar den graaf, om den ouden man zeil het voorgevallene mede te deelen. En als dan ook het rijtuig van het slot komt, stapt hij in en rijdt naar zijn meester, Van den koetsier hoort hij, dat de ptesidenv zich heeft doodgeschoten. „God zij zijn arme ziel genadig! is het eenige, wat onze held hierop antwoordt. De' graaf heeft, zooals te vermoeden is, een slechten nacht gehad. Tegen den morgen pas in een vasten slaap gevallen, wordt hij niet eerder wakker dan nadat zijn kamerdienaar voor zijn bed is gekomen en hem wekt. „Wat is er, John? Heb ik te lang geslapen?' vraagt hij geeuwend. „Het is al over tienen, genadige heer Mijnheer Willburg wacht u reeds in uw studeerkamer*. Drommels 1 Al tien uur? Geef mij even mijn horloge, John, ik kan het haast niet golooven'. De gedienstige geest geeft den graaf eerbiedig diens chronometer, welke op de tafel ligt. „Waarachtig, tien minuten over tien!' roept de oude heer verbaasd uit»ik moet wel een berenslaap gehad hebben. Vlug nu, John schel om dc koffie en tegelijk aan mijn toilet.' De dienaar kleedt den graaf aan en vertelt daarbij van de nachtelijke inbraak in het hotel „De Roode Sier'. Hij heeft reeds alles in zijn details vernomen en weet dus den verbaasden toehoorder mede te deelen, dat ook de lieer Willburg gewond is en tevens, dat de president zich van het leven beroofd heefd. „Mijn God, wat een verschrikkelijk nieuws En Willburg gewond! En de president dood 1 Nu, daar zal wel niemand zoo heel erg bedroefd om zijn! Gelukkig, dat onze waarde huttendirecteur toch wederom hier is het zal dus nog al met hem schikken Daar hadden wij waarachtig bijna een groole domheid begaan met onzen vriend in dat logemenije te laten logeeren." v. In zijn gedachten is hij toch een weinig boos op zijne vrouw, die van dit alles, n.l. het groote gevaar, dat zijn huttendirecteur geloopen heeft, de schuld is. „Weet ge ook, of mevrouw de gravin al op is?' viaagt hij, terwijl hij zijn koffie gebruikt. „Reeds sedert een paar nren, mijnheer de graaf. De genadige vrouw wandelde om acht uur met mijnheer den baron van Baginsky in het park. Óm negen woonde mevrouw in de leerkamer de Fransche les bij, welke mademoiselle Blanche aan gra"in Denise dan geeft Op 't oogenblik bevindt mevrouw zich in haar toiletkamer. Het gelaat van den graaf komt weer in zijn oude, vriendelijke plooi. „Breng de groeten van mij aan mevrouw over, John, en vraag haar, of ze zoo goed wil zijn, te zorgen, dat tegen twaalf in de ontbijtzaal een dejeuner klaar gezet wordt, echter alleen voor mij eri mijnheer Willburg.' L)c kamerdienaar verlaat buigend zijn heer en deze begeeft zich in zijn werkkamer, waar Will burg hem wacht. „Wel, wel! mijnheer Willburg! Is dat een geschiedenis! John heeft ze roe reeds verteld. En hoe gaat het nu met u IJ ziet bleek. Hebt u nog veel pijn? Ik zie, uw arm hangt in een verband t .Och, het gaat wel weer, mijnheer de graafl Ik heb nog wel pijn, doch dat zal wel overguan. Als u 't goed vindt, moesten we maar dadelijk aan onzen arbeid beginnen.' „Best, mijn waardel Gij zijt en blijft toch in elke omstandigheid dezelfde plichtgetrouwe man.' Willburg buigt even voor dit compliment en beide heeren confereeren langen tijd, zonder aan de voortsnellende uren te denken. Wel overvalt onzen held tusschenbeide een ge voel van zwakheid en voelt zich dan wat duize lig, maar zijn krachtig, gehard gestel weet deze aanvallen te overwinnen en rustig werkt hij met den graaf door. Als de bediende beide heeren waarschuwt voor het ontbijt, is hun de tijd nog te kort gevallen. Het gelaat van den groaf is nu geheel en al opgevroolijktzijn vriendelijke oogen schitteren met jeugdig vuur zijn geheele wezen schijnt nieuwe levenskracht omvangen te hebben. Arm in arm treedt hij met Willburg de ontbijt zaal binnen. De heeren nemen tegenover elkander plaats de graaf vult de glazen en aanstootend, zegt hij met jovialen oogopslag: „Op het welslagen van onze plannen I' De glazen klinken hel tegen elkander. Op dit oogenblik vertoont zich even het hoofd van raademoisselle Blanche tusschen de deur, die de ontbijtzaal van de kleine salon scheidt. Het verdwijnt echter weer even snel, zoDder dat één der beide heeren het opmerkt. Deze meenen dan ook geheel en onbespied te zijn. De graaf is bovenmate in ziju nopjes en wrijft zich tusschenbeide genoeglijk de handen. Met buitengewoon goeden eetlust verorbert hij eenige Russische sardientjes en laat zich ook den kaviaar en den Rijnwijn voortreffelijk smaken, terwijl Wiliburg zoowel in eten als drinken matig A .1 ,U is vast lid van een matigheidsgenootschap, mijnheer Willburg,' zegt de graaf lachend. „Neen dat niet, maar ik moet me wegens mijn wonde een weinig ontzien. Bovendien, ik leei naar Engelsche manier. Mijn ontbijttijd is ge woonlijk om negen uur.' „Zoo, zoo is dus ook in Engeland geweest? Echter het drinken moet u bij ons nog leeren' en hij stoot wederom met Willburg aan. Het is toch een geniali idee van u geweest, hier als mijn huttendirecteur te willen optreden, en dat wel hoofdzakelijk, om op de hoogte te komen 01 zer bergwerken. En plotseling komt u nu met de verrassende hekentenis, dat u een schatrijk man en dat het u alleen te doen is, om mijn werken op solide bazis te willen vestigen ener ec 1 reusachtige onderneming van te willen maken." „Mij hebben nog andere motieven bewogen, bij u als huttendirecteur op te treden. U weel, ik ben niet alleen technicus, maar ook socialoog, felijk miju vader was, wiens nagedachtenis nu oor den dood van den president wel weer in eere hersteld zal worden. Welnu, ik wist reeds, dat u een goed patroon is voor uw bergwerkers. Nu trok het mij zeer oan, om onder uw wel willende bescherming en medewerking de positie dezer menschen nog meer te verbeteren. En dan zijn er nog andere redenen, maar onze held loost onwillekeurig een diepen zucht en strijkt met de rechterhand over zijn edel gevormd voor hoofd deze kan ik u niet nader ontvouwen Ik verzoek u dringend, mijnheer de graaf" zoo gaat hij op een eigenaardigen toon voort voorloopig aan niemand, zelfs niet aan mevrouw r I .*~JI Atx* i lr nr\rr waf antlprq '99 HDWp'B •••v ----- uwe gemalin, te vertellen, dat ik nog wat anders ben dan uw directeur.' De graaf let niet op deze vreemde voorwaarde. Hij «egt zacht, terwijl hij weemoedig in zijn glas tuurt „Mijn lieve, arme Nora! Als zij kon vermoe den, hoe treurig het met mijn financiën staat, de schrik hierover zou haar dooden.' „Mevrouw de gravin heeft dezen ougelukkigen toestand door haar enorme verkwisting zelve in 't leven geroepen.' De stem van Willburg klinkt bij dit gezegde zoo beslist en overtuigend, dat de graat hem on aangenaam verrast aanziet. „Maar lieve mijnheer Willburg zegt hij goed moedig. ,U kunt u als Russische zaakman geen voorstelling er van maken, welke eischen er ge steld worden hier in Duitschland aan een dame uit de hooge gezelschappen. En ik wil, dat mijn gemalin de eerste plaats in de wereld inneemt. Haar schoonheid, haar rang en haar deugden geven haar raclit daartoe.' Een onzegbaar ironisch lachje speelt om Will- burg'a lippen. ,U, er zijn ook in Rusland vrouwen, die haar mannen ruïneeren zegt hij koud. „Intusschen is het de plicht van den man, en zeker van e. 11 zaakman, aan deze verkwistingen paal en peik te steller.. Als mevrouw de gravin zoo blijft doorgaan, zal zelfs het gelukken van onze plan nen een Jailissement uwer bergwerken niet kun nen voorkomen.' (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1903 | | pagina 1