Nummer 51.
Woensdag 23 Juni 1903.
26e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen
EEK HELDEKÏIfiUUH.
NTOON TIELEN,
Koningsmoord.
Uitgever:
Bekendmaking.
FEUILLETON.
s&ssv,rssEU'« r
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden f 0.~5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukkengelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
WAALWIJK.
Advertentiën 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden Zmaal berekend. Voor plaatsing van een groet aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel,
Voorbereidend militair onderricht.
TWEEDE GEDEELTE.
Een Afscheid,
dat feitelijk geen afscheid is.
Gemeenteraadsverkiezing.
Thans nu we aan den vooravond staan
van de verkiezingen voor onzen gemeente
raad, achten wij het hoogst dienstig ja wij
zouden haast zeggen een gebiedende plicht,
hierover een kort woord te zeggen en dit
wel om het groote belang dat hierin voor
de tcekorast van Waalwijk is gelegen.
Wij allen weten het, dat werkelijk den
laat9ten tijd het serieus karakter van eene
dergelijke verkiezing wel eenigszins werd
vergeten en wij zouden het ten zeerste be
treuren, wanneer aan deze wijze van doen
voortgang werd gegeven.
Onverschilligheid bij velen in wat ge
meentebelangen betreft, was hieraan niet
onschuldig, maar laten we de zaak eens van
nabij beschouwen.
Vier leden zijn aan de beurt Yan aftre
ding. Door 't bedanken der he6reu Quirijns
en Mombers, is in ieder geval candiduat-
stelling voor twee nieuwe leden noodzake
lijk.
Het is natuurlijk onze bedoeling niet
hier namen te noemen of bepaalde perso
nen op 't schild te verheffen, neen ons
doel is alle kiezers, die zoo dikwijls //wel
denkend" ook worden genoemd, aan te sporen
dit thans te loonen en personen candidaat
te stellen en te stemmen, die naast algemeene
achting, capaciteiten bezitten om de belangen
onzer gemeente met kracht te behartigen,
flinke, krachtige mannen, die met hun tijd
en deszelfs noodeu en behoeften meeleven.
Kiezers van Waalwijk, de zaak is ern
stig, wij hebben 't ons ten plicht geacht
een woord te schrijven, opdat men niet
i LI' - 11
doorga met een roekeloos begonnen spelnl.
deze zaak te beschouwen als een zaak van
een lolletje, waarbij geen ernst te pas komt;
door zoo te doen, zullen de belangen onzer
gemeente successievelijk in plaats van be
vorderd, ten zeerste worden geschaad.
Vooral in onzen tijd is een flinke krach
tige raad een gebiedende eisch, mannen
moeten we hebben, die een blik in de
toekomst kunnen werpen, mannen met een
gezond oordeel. Talrijke belangrijke zakeu
in onze gemeente wachten op afdoening en
er zullen zich meer en meer voordoen. An
dere zaken, die zoo hoogst noodzakelijk
zijn, wachten erop tot eenige flinke man
nen hen eens ter hand gaan nemen en
daarom nogmaals Waalwijk dat thans als
't ware op een keerpunt staat, moet van
alle zijden krachtig worden geholpen, ver
geet zulks niet
Laat (J niet door omkooperij op een of andere
wijze verleiden, maakt er geen spelletje van,
vraagt U af wie zal onze belangen 't best be
hartigen Door zoo te handelen, doet ge in
uw eigen, maar zeer zeker in 't algemeen
belang onzer gemeente, die geholpen en
bestuurd door kloeke mannen, alle kans
loopt den goeden weg op te komen, want nog
maals om hiermede te sluiten, de zaak is te
gewichtig, om ze niet serieus op te nemen,
welk laatste voor onze gemeente zooals we
reeds meer zeiden, de treurigste gevolgen
na zich zou sleepen.
Wij kunnen nog maar altijd niet van ons
afzetten de neerdrukkende gedachte, dat de
menschen toch wel zeer slecht kunnen zijn,
dat trtr wille van politieke doeleinden, nog
meer wellicht om politieke vooroordeelen en
persoonlijke overwegingen, een aantal Ser
vische krijgers, in een somberen nacht twee
kostbare onschuldige menschenlevens durfden
afsnijden.
Zeker, wij weten het en wij wisten het,
de wereld, de menschen zijn slecht. Dubbel
slecht wanneer de afgunst, de haat, de nijd
in het spel komen. We zien het om ons
heen in het dagelijksch leven, we zien het
geheel de geschiedenis door.
Maar toch, maar toch
Zoo gruwzaam een feit, als de nacht van
den Servischen koniugs- en koninginnemoord
ons te aanschouwen gaf, het vlijmt als een
vergiftigd mes, door het gemoed.
fin ijzingwekkend is het, hoe kalm
Europa, hoe kalm de mogendheden, hoe
kalm de pers zijn gebleven onder het feit.
Dat komtja, waarom komt het
De verdachtmaking, de laster hebben
gewerkt, stil en geniepig gewerkten
hoe stil en geniepig hun arbeid ook moge
zijn de uil werking is zeker en tastbaar,
zooals het is met den droppel en den
steen.
Bovendien koning Alexander had onhan
dige, mogelijk verkeerde zetten gedaan,
welke ten bate en op last van een auder
Servisch vorstengeslacht werden uitgesponnen
en gebruikt ter opzweeping van ruwe
gemoederen.
En dan, Alexander was gehuwd met
Draga, een beeldschoone vrouw, maar niet
van vorstelijken bloede.
Welke gelijke van Draga zou haar dat
ooit vergeven Waarom Draga en niet een
ander
Eu reeds vóór het huwelijk liet men
Draga en ook den jongen koning ter degV
gevoelen, hoe die afgunst dacht, en al weder
werd ten opzichte van Draga de laster
gebruikt, een laster, die reeds tol geschie
denis wordt.
Draga heef! op hare beurt, en dat was
onverstandig, toen zij eenmaal koningin was,
hare benijdslers doen gevoelen, dat zij trots
deze afgunst, toch de koningin was, en in
het hart van den korting alleenheerscheres
was, iets wat haar, de echtgeuoote, toch
waarlijk niet ten oneer is.
Wij gelooven het wel, dat zij van haar
invloed op den koning niet altijd het meest
verstandige en beste gebruik heeft gemaakt
dat zij te veel aan haar eigen familie dacht.
Maar, bij alle Servische iwijnenhoeders, dan
steekt het middel, dat zij aanwendde, hare
liefde, toch nog schitterend af, bij het
middel dat door de partij van Karageofge-
witch werdd gebruikt, om deze, die op den
troon ook directe rechten kon doen gelden,
tot koning te maken.
Wat van alles zij, Alexander en Draga
hebben in de laatste, bloedige en ontzet
tende ure huns levens, een grootheid over
geheel het verleden uitgespreid. Moediger
dan zijn aanvallers, weerstond Alexander
hun wreede eisch en bleef de beschermer
van degene wier verdediger hij rech tens
was en zijn moest.
En men moge zeggen wat men wil, dat
ongelukkige koningspaar, die jonge vorst en
die schoone vorstin zij «uilen in de geschie
denis deze groote roem blijven dragen, dat
zij elkander trouw bleven tot in den uaeest
wreeden en bloeddorstigen dood, dat zij
onder de slagen van ellendeliugen vielen
als slachtoffers van hunne liefde.
Ellendelingen, ja, die zich hun laf moorde
naarswerk niet eens hebben geschaamd.
dien naam verdienen die Serviaehe krijgers,
wien de dolk beter paste dan. het zwaard.
In schande overtreffen zij nog de moorde
naars van Paul I van Rusland, wiens dood
zoo zeer in herinnering komt bij het lezen
van den Servischen koningsmoord.
In de N. R. Ct. verhaalt de beer Stel
wagen de gebeurtenis van dien gruwelijken
Russischen nacht, aan de hancl van prof.
dr. Theodor Schiemann
„Die Ermordung Paul's und die Throns-
besteigung Nikolaus 1."
De lezer oordeele zelf
liet was op den 23sten Maart 11801, des
avonds te 11 uren. Een vijftigtal .ruim der
saamgezworenen, officieren en senatoren,
waren bijeengekomen in een bijgebouw van
't winterpaleis, waarbinnen 't eerste bataljon
van 't Preobrasjenski-regim'snt gekazerneerd
was, en dat tevens aan den commandant van
dit regiment, luitenant-generaal Taiysi n ter
woning verstrekte. Zijn edel gestrenge was
tot dien post van vertrouwen door g raaf
"Von der Pahleu bij den Tsaar aanbevo len.
Het sloeg half twaalf, toen zijne Excellei itie
bij hem binnentrad.
„Is alles in orde vraagde graaf Won
der Pahlén. „Alles in orde." antwoordde
Talysin. „Welnu dan, mijn lieve gastheer,"
hernam de eerste spreker, t schenk een glas
champagne, op 't goed succes der on
derneming," en tot de aanwezige ollicieren
zich wendend, „ik drink op de gezondheid
van den nieuwen Keizer 1" De officieren
lieten zich als nu niet onbetuigd, en er
werden vele flesschen geledigd, want het
bleek, dat de champagne in goeden over
vloed voor de gelegenheid was gereed ge
zet.
Nadat de senator-geheimraad Trosjinski
een manifest had voorgelezen, waarin de
Keizer om gezondheidsredenen b< sloot, groot
vorst Alexander tot mederegent te benoe
men, werd besloten om Keizer Paul, voor
't geval hij het stuk niet onderteekenen
wilde, op te lichten en hem naar hot slot
Schussel'oerg over te brengen. Veel meer
dan een besluit welstaanshalve was dit niet,
want de eedgenooten wisten zeer goed, dat
de Tsaar in 't leven te laten onmogelijk
was. Hij moest volkomen onschadelijk
worden, of vroeg of laat zou hij gelegen
heid tot wraak vinden. Alzoo geschiedde
het, dat een der heeren samenzweerders
zeide „maar als de Keizer zich te. weer
stelt, wat moet er dan gebeuren En von
der Pahlen schertste Quand on veut faire
des omelettes, il 1 .ut casser des oeufs, welke
woorden een algemeenen bijval verwierven.
Er was dus reden om thans liet volledige
programma voor den moordnacht bekend te
veronderstellen. Generaal Beunigsen en de
prinsen Soeboff namen alzoo met eenige
officieren op zich „de persoonlijke aange
legenheid met den Keizer in orde te bren
gen", gelijk ze het ironisch uitdrukten, en
de generaals Von der Pahlen Oewaroff, be
nevens de andere kameraden, aanvaardden
de opdracht „om voor de veiligheid der
onderneming in en buiten liet slot te zor
gen."
Met. gezwinden pas ging thans het gereed
gehouden Preobrnsjenski-regiment, het eerste
bataljon, naar liet Michaül-paleis, waar de
gansche keizerlijke familie haar verblijf hield.
De brug van 't als vesting ingerichte gebouw
bleek als van zelf neergelaten te worden,
want generaal Archimakoff, adjudant-generaal
der Keizers, was immers de voorste van den
troep Wie zou dan wantrouwen koesteren
De Preobrasjenski-soldaten bezetten het
terrein, maar de officieren gingen den slot
tuin door, en, de slotwacht voorbij, naar
het slaapvertrek des Keizers. De huzaren-
kamerwacht bij 't voorpoi taal werd overhoop
gestoken en zoo meende men verder door
te dringen. Maar er ontstond veel lawaai,
want de slotwacht in den tuin maakte, tegen
't bevel in van haar in't komplot betrokken
commandant, den eersle-luitenant Marin,
zich gereed den Keizer ter hulp te komen.
Er volgde eene schermutseling tusschen,de
soldaten der samenzweerders en der
keizerlijken, en zoo bevreesd werden de
eedgenooten, dat ze allen, op een zestal na,
zich reeds uit de voeten maakten. Beunigsen,
Soeboff en nog vier officieren bleven echter
en begrepen, dat het zaak was, nu ook geen
oogenblik langer te weifelen. Zij wisten het
thans was het te zijn of niet te zijn. Ge
lukte het hun den ouden Keizer te treffen
dan was alles in orde, want zoodra de eene
majesteit overleden is, huldigt de trouwe
manschap met dezelfde toewijding de andere
de Tzaar is dood, leve de Tzaaren wat
Bennigseu en zijne vrienden aanbelangt, die
hadden den pardonbrief van den nieuwen
Keizer reeds in hunne portefeuille, liet is
dus zaak spoed te maken en daarom treedt
het zestal, met Bennigsen voorop, haastig
de keizerlijke slaapkamer binnen. Maar het
ledikant staat, dus zijn wij nu verloren."
Doch zie, bij 't verschuiven van een kamer
schut, blijkl daarachter de doodelijk ont
stelde vorst te staan, half ontkleed; „de
Keizer is gevlucht", denken zo, en de kamer
was flauwe lijk verlicht, door 't schijnsel eener
nachtkaars, llad keizer Paul do deur der
slaapkamer zijner Keizerin, die hij wan
trouwde, niet laten barricadecren en had hij
i.n zijn angst den toegang tot ee.no geheime
trap niet misgezien dan had hij waarschijnlijk
het leven kunnen redden. Thans stond
hij daar, siduerent van angst, tegenover hen,
De Echo van het Zni
Wal«||ksrkr en Langstraatsclie Conrai
II—(I I RËS5
Verkiezing voor den Gemeenteraad.
De Burgemeester der gemeente Waalwijk brengt
hiermede ter openbare kennis, dat op Dinsdag
den 30 Juni aanstaande, zal plaats hebben de
verkiezing van vier leden voor gemeenteraad,
dat op dien dag, van des voormiddags negen
tot des namiddagsjvier uren,'bij den Burgemeester
dezer gemeente kunnen worden ingeleverd
Opgaven van candidaten,
als bedoeld in artikel 51 der Kieswet.
Deze opgaven moeten inhouden den naam,
de voorletters en de woonplaats van den candi-
daat of de canditaten en onderteekend zijn door
ten minste 12 kiezers, bevoegd tot deelneming
aan deze verkiezing.
De inlevering deze opgaven moet geschieden
persoonlijk door één of meer personen, die de
opgave hebben onderteekend. De candidaat kan
daarbij tegenwoordig zijn. Van de inlevering
wordt een bewijs van ontvangst afgegeven.
Formulieren voor de opgaven bovenvermeld
lijn ter Secretarie deze Gemeente kosteloos
verkrijgbaar, van den 22n Juni 1903 tot en met
den dag der verkiezing.
De Burgemeester brengt hierbij in herinnering
artikel 151 der Kieswet, luidende als volgt:.
Hij. die eene opgave, als bedoeld in artikel 51
inlevert, wetende dat zij is voorzien van hand-
teekeningen van personen, die niet be»oegd zijn
tot deelneming aan de verkiezing, waarvoor de
inlevering geschiedt, terwijl zonder die handtee-
keningen geen voldoend aantal voor eene wettige
opgave zou overblijven, wordt gestraft met
gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of
eene geldboete van ten hoogste honderd twintig
gulden.
Met gelijke straf wordt gestraft hij, die wetende
dat hij niet bevoegd is tot deelneming aaa de
verkiezing, eene voor die verkiezing ter inel-
vering bestemde opgave, bedoeld bij artikel 51,
heeft onderteekend.
Waalwijk, den 18 Juni 1903.
De Burgemeester voornoemd,
K. DE VAN DER SCHUEREN.
Burgemeester en Wethouders van Waalwijk,
Overwegende, dat op 30 JuDi 1903 de verkiezing
ral plaats hebben van 4 leden voor den gemeen
teraad wegeDS periodieke aftreding;
Gelet op art. 9 der Gemeentewet;
Maken bekend
zoo noodig,
op Woensda-
dat de stemming en herstemmin
zullen plaats hebben, respectievelij
gen 8 en 15 Juli aanstaande.
Waalwijk, 18 Juni 1903.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
K. DE VAN DER SCHUEREN.
De Secretaris,
F. W. VAN LIEMPT.
De Burgemeester van Waalwijk maakt bekend,
dat jongelieden van 16 tot 24 jarigen leeftijd, die
wenschen deel te nemen aan het voorbereidend
militair onderricht zich van heden af tot 15 Juli
a.a. kunnen aanmelden ter secretarie dier gemeente
Aan hen, die voor de militie hebben geloot en
den cursus van dat onderricht in zijn geheel en
Vrij naar het Duitsch bewerkt door J. M. S.
(51)
ZEVENTIENDE HOOFDSTUK.
De eon staat hoog aan den hemel en zendt
verzengende stralen naar beneden. Willburg is
echter zoo diep in gepeinzen verzonken, dat hij
de brandende hitte bijna niet met bewustheid
voelt.
Wat een korte spanne tijds is hij nog pas hier
en wat is hierin al niet afgespeeld I Een aaneen
schakeling van gebeurtenissen is het geweest, op
elkander volgend en in elkander grijpend, als
waren zij door een onzichtbare hand technisch
opgezet en geordend.
•God, de Al-Voorzienigheid, is met mij geweest!'
zegt hij onder zijn gepeins door.
«Hij heeft mij op laten treden als hoofdacteur
in een familietragedie, waarvan nu de laatste
akte gegaan is.'
Op zijn hoogst over een maand voert mij de
sneltrein naar een auder ver land, waarna ik
Duiischland hoogstwaarschijnlijk nooit meer zal
weerzien.'
Na deze afscheids-idee in zich opgenomen te
hebben, wordt hij weder zich zelve, d. w. z. de
vreugde, zijn geliefd kind, eindelijk aan zijn hart
te kunnen drukken, treedt wederom geheel en
*1 op den voorgrond. Hoe kon ook dit vooruit
zicht een oogenblik verduisterd worden I Och,
bet is ook hier wederom het eeuwige raadsel,
of liever, de eeuwige wereldbeheerschereese„de
met vrucht hekben doorloopen wordt uitgereikt
het getuigschrift W.
Hieraan zijn de navolgende voordeelen verbonden
lo. aanspraak, vonr zooveel eenigszins mogelijk
op keuze van korps en garnizoen
2o. het vooruitzicht om in de eerste plaats voor
het verwerven van een graad in aanmerking te
worden gebracht.
Verder is hef volgen van dien cursus vangroot
nut voor heD, die zich de noodige militaire be
kwaamheid en lichamelijke geoefendheid willen
verschaffen om in aanmerking te kunnen komen
voor inlijving tot korte oefening.
Waalwijk, 20 Juni 1903.
De Burgemeester voornoemd,
K. DE VAN DER SCHUEREN.
vrouw Deze man, een nataur, zoo krachtig,
een wilskracht, zoo sterk zijn geest is onder
den invloed eener Eva's dochter I Immers, trot9
de onbeschrijfelijke vreugde, welke zijn borst
doet zwellen, trilt er toch nog iets in zijn ziel
na, dat een gevoel van onvoldaanheid meebrengt.
Hij gaat naar het ijzeren hek om het terras
en laat zijn blikken over het zich voor hem
uitstrekkende tuiulandschap zweven.
Niet spoedig zal hij deze omgeving vergeten,
nog lang zal zijn geest en ook.... zijn hart hier
vei toeven.
Een eigenaardige geur van viooltjes en Mei
klokjes doet hem omkeeren. Daar ruischt juist
Ottilia hem voorbij en wil ongemerkt weder in
het salon gaan.
Genadige gravin, sta mij nog een enkel oogen
blik toe, bid ik u.'
Het jonge meisje blijft staan en verwacht, hem
koud en donker aanziend, hetgeen komen zal.
«Ik zal u, nadat ik dit huis verlaten heb, wel
licht nooit meer weerzien, want over eenige
weken vertrek ik naar Rusland. En al hebben
wij elkander in den korten tijd, die achter ons
ligt, leeren kennen als heterogene persoonlijk
heden, zoo zo* het mij toch hoogst aangenaam
zijn, als wij in vrede van elkander konden schei
den. kwaamt destijds vóór die eigen
aardige verhouding tusschen ons intrad mij,
den vreemdeling, met die tactvolle vriendelijk
heid tegemoet, welke de ontvunger nooit ver
geet. Bij een scheiden voor «euwig mag men
wel een oogenblik die kleiu-meoschelijke vor
men uit het oog verliezen. Daarom, al is u ook
in uw hart boos op mij, toon mij dan toch uw
edelmoedigheid, door mij uw hand ten afscheid
te geven en in vrede van elkander te gaan.'
Ottilia's trekken schijnen te verateenen, haar
oogen verliezen plotseling haar jeugdige schitte
ring en haar lippen trillen zichtbaar. Zij staat
in de glazendeur geleund, wier bonte ruiten in
alle nuancen in de zon glinsteren en schitteren.
Het in rood, blauw en groen gehouwen glas
vormt een eigenaardige omlijsting van Ottilia's
bleek gelaat; haar gitzwart haar verhoogt nog
deze bleekheid en het vroolijke, lichte zomerge-
waad geeft haar een waar feeënachtig voorko
men.
Onze held vooral treft deze speling van natuur
en menschenschoonheid. Onwillekeurig richten
zich zijn oogen met een bewonderenden blik op
deze imponeerende gestalte.
,U gaat naar uw Rusland temg? En zoo
plotseling, zoo onverwacht?
Hoe zij zich zelve ook tracht te beheer6chen,
toch klinkt er spanning in haar toon.
«Mijn verblijf hier zal altijd cog wel eenige
weken duren, doch ik zal in dien tijd geen
gelegenheid meer hebben, u te zien, mejonkvrouw
wijl ik geen bezoeken meer hier in uw familie
kring zal afleggen. Met mijnheer uw pupa blijf
ik echter in zaken verder verkeeren, ook van
uit Rusland.'
,Ea is het alleen bewu9t smaadartikel van
mijn stiefmoeder, dat u van hier verdrijft?'
Ottilia ziet hem eenigszins scherp aan.
«Nemen wij aan, dat het dat werkelijk ia.
De oorzaak doet trouwens weinig ter zake. Een
feit is het, dat ik afreis en dat wij elkander
nooit meer zullen terugzien. Zal de man, die de
slechte gewoonte had, altijd de waarheid te
iggen, zoo nu en dan nog in uw herinnering
komen
VVillburg's stem vibreert een weinig.
«Wat kou u daaraan gelegen zijn, mijnheer
Willburg, of een zoo onbedachtzaam meisje, als
ik ben, aan u denkt? Een meisje, dat haar
onnadenkendheid zoo eklatant bewezen heeft,
om uw vrijgezellen woning binnen te treden,
terwille van den kommer en het verdriet van
haar vader
Het bittere lachje, dat Ottilia's lippen teekent
verraadt dat zij den wrevel in haar hart nog niet
kan overwinnen.
Willburg treedt wat dichter naar haar toe.
(Wordt vervolgd.)