IS uinruti 90.
Donderdag 17 November 1004.
21® Jaargang
Toegewijd aan Handel^ Industrie en Gemeentebelangen,,
TE mii Eft TE m.tlil).
ÏDMAKINGr
B
A N TOON T I E L E N,
i mauw
^bulriSLAN^^
FEUILLETON.
Rusland en Japan.
Frankrijk
.":~iitti r r~ nrTn~'TTTr,"",,~'7ininirn~TTrrrT i t\ litiiiiimi iiimmin ~iïïïïTHTr
U I T G E V E R
LANDWEER.
De Onderwijs-novelle.
3e lek va a k
VaalvQksrle n Laafslraalsrkr Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
A. b o n n e m e n t s p r ij s per maanden f 0.^5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zen
Uitgever,
den
W A A L W IJ K.
Advk&tentiën 1-—7 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgaven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing yan een groot aantal rag <3 en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel
Onderzoek Verlofgangers
Burgemeester en Wethouders van Waalwijk
maken bekend, dal het onderzoek der verlofgan
gers voor deze gemeente overeenkomstig art.9
der Landweerwet zal plaats hebben op Vrijdag
25 November a. s. des voormiddags om II uur, in
het gemeentehuis alhier.
'/.ij behooren daar te verschijnen in uniform
gekleed, voorzien van de kleeding cn uitrusting
etukken aan hen bij hun vertrek met verlol
medegegeven, alsmede van hun zakboekje en van
hun veilofpaa.
Voorts wordt ter hunner kennis gebracht
De volgende artikelen der lanrlweerwet
Art. 32 Behoudens hut bep.ulde in artikel
21 kan eeu arrest van twee tot zes dagen, (e
on orgian in de naastbij gelegen provoost of het
naastbij gelegen huis van bewaring door den
districtscommandant worden opgelegd aan den
verlofganger
lc die zonder geldige reden niet bij het onder
zoek verschijnt
2e die daarbij verschenen zijnde, zonder gel
dige redeti niet voorzien is van de in het voiige
artikel vermelde voorwerpen
3e wiens kleeding of uitrustingstukken, aan
een ander behoorer.de als de zijne vertoont.
Art. 32 ls do verlofganger, wieti krach lens
het vorige artikel arrest is opgelegd, bij liet on
derzoek tegenwoordig, dan ka:: hij dadelijk onder
verzekerd geleide in arrest worden gebracht.
Is hij niet tegenwoordig en onderwerpt hij
zich niet aan dc hem opgelegde straf, dan wordt
hij op schriftelijke aanvrage van den districts
commandant, te richten aan den burgemeester
der woonplaats van dien verlofganger, uange
houden en onder verzekerd geleide naar dc
naast bijgelegen huis van bewaring overgebracht.
ART. 34 Onverminderd de straf in artikel 32
vermeld, is de verlofganger verplicht op den
daartoe door den districts commandant te bepa-
leo tijd en plaats en op de in artikel 31 voor
geschreven wijzo voor hem te verschijnen om te
worden onderzocht.
Art. 35 De verlofganger die zich bij herha
ing schuldig maakt aan het feit sub. 4e van
artikel 32 bedoeld, of niet overoenkomstigartikel
34 voor den districts commandant verschijnt, of
voor dezen verschenen zijnde, in het geval ver
keert sub. 2c en 3e vaa artikel 32 vermeld, wordt
in workelijken dienst geroepen en daarin gedu
rende ten hoogste drie maanden gehouden.
Hierbij geldt de tweede volzin van artikel 28.
II. Dat zij gedurende den tijd dien het onder
zoels duurt en in het algemsen, wanneer zij in
uniform gekleed zijn, volgens het bepaalde sub.
2e en 3e van art 21 der wet worden geacht
onder de wapeneu te zijn, en dat het crimineel
wetboek en het reglement van krijgstucht voor
het krijgsvolk hier te lande alsdan op lien van
toepassing zijn.
Waalwijk 7 November 1903,
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
K. de VAN DER SCHUEREN.
De Secretaris,
F. W. van L1EMPT.
Heldenroman van HENRYK SIENKIEWICZ
voor De Echo van het Zuidenvertaald
door H.
EERSTE BOEK.
HOOFDSTUK IV.
(12)
Op bet gelaat der prinses vertoonde zich een
uitdrukking van verbazing. Zij wierp een
vrageuden blik op baar zonen, op Rovaue
Urm en op Longiuus, alsof zij op bun gelaat
wilde lezen.
Ik luister, mijnbeer, zeide zij met een
zweem van onrust in haar stem.
De gezant en Longiuus wilden zich ver
wijdereu, zij hield ben tegen en begaf zich,
gevolgd door haar zonen en den officier naar
het voorportaal, waar tusscben de diereu
vellen, wapens en harnassen flikkerden
De jonge prinsen gingen op een rij langs
den muur staan, zij plaatste zich tegenover
Jan en vroeg
Welke zaak bedoelt gij
Prinses, en gij, prinsen, vergeeft mij,
dat ik de advocaat ben van mijn eigen zaak...
Maar bet kan niet anders... Sta mij dus toe,
dat ik mij wend tot U, de voogden en naast-
bestaaudi n van prinses Hélène. Ik verzoek
u nederig mij haar hand te-willen schenken.
Als een bliksemstraal voor bun voeten was
nêergeslaau, zonden zij niet zoo geschrokken
ziju. Eenige oogenblikkeu stonden zij ver
st'orad. De toon, waarop Krétuski sprak,
geleek meer een eisch dan een verzoek in
waardig zelfvertrouwen wachtte bij bedaard.
De prinses stamelde
Wat?.... Hoe?,... Gij?.... Helène.
Ik zelf, mevrouw Gij hebt mijn on
veranderlijk verlangen gehoord.
Een minuut verliep, zonder dat iemand
Met 1 Januari a.s. zal liet Huisgezin
tevens als dagblad verschijnen. Waarlijk,
ecu verblijdend bericht. Is er écu katholiek
blad dat de volkstoon -- altijd in dc goede
beteckenis van het woord wist aan te
slaan, dan was en is het wel liet Huisgezin.
Met welk een meesterlijk beknopte volledig
heid weet dit orgaan da zaken van den dag
te bespreken Wars van rethorica. zet het
steeds duidelijk ett i t eenvoudig- bevattelijke
taal zijn opinie's op. Goed geargumenteerd
en voldoende gedocumenteerd zijn altijd zijn
principiëele beschouwingen.
Wij hebben o:tze confrater wel eens om
dezen „exprit public* (goed bedoeld s. v p.)
benijd. IIij wil echter wel gelooven, dat
van //j.il usie dc metier* geen sprake was.
En om dit nog meer te doen uitkomen,
wenschen wij liet Huisgezin als Dagblad 't
zelfde klimmende succes loc als waarmede
bet tot nu toe de jouri a'istieke ladder be
klom. Het :-a onzen confrater steeds excel
sior
Het blijve hier in het Zuiden den toon
aangeven van echte katholieke democratie
Als dagblad kan bet dat nog luider dan alsdiie-
niaal-per wtek verschijnende. Wij zullen het
naar bescheiden krachten volgen.
Nog eens dus ^Gliickaufl* en Gods
besten zegen
Pel is de strijd, aangebonden legen het
ontwerp van wel, bedoelende eene wijziging
der lager-onderwijswet. Heel de vrijzinnige
wereld s'aat, om het eens plastisch uit te
drukken, op haar achterste poot n. En bleef
men nu in de lijn, waarlangs in de laatste
15 jaren onze lagere onderwijswetgeving
loopt, dan was er nog te redeneeren. Waar
echter beweerd wordt, dat de toelichting der
voorgedragen regeling gebaseerd is op de
valsche premisse, dat het bijzonder onder
wijs recht heeft op financieels gelijkstelling
met het openbare, daar kan men elkaar
eenvoudig niet meer overtuigen. Wel beroept
men zich hierbij op de grondwet, welker
art. 192, eerste alinea zegt: //Het openbaar
ouderwijs is een voorwerp van de aanhou
dende zorg der Regeering*, maar we zouden
toch willen vragen Waar de wetswijzigin
gen van '89 en 1901, waarbij aan het bij -
kon antwoorden.
De tijd is kort, mevrouw, drong de
officier aan... Wilt gij mij uw besluit mede-
deelen
Eindelijk sprak de prinses op harden,
droogen toon
Ongetwijfeld, het aanzoek vereert ons,
daar het door zoo waardig een edelman wordt
gedaan nochtans kunnen wij het niet in
willigen wij hebben Heléne reeds voor een
ander besterad en hem haar ook beloofd.
Bedenk echter in uwe moederlijke be
zorgdheid, dat die beslissing misschien geno
men is, zonder rekening te houden met de
gevoelens der prinses
Ik alleen heb het recht te beoordeel en,
wat mijne nicht het beste past.... Wij trekken
uw verdiensten en uwe afkomst niet in twijfel;
maar wij kennen u niet...
De luitenant richtte zich in zijn volle lengte
op zijn blik was snijdend als een zwaard.
Maar ik ken u wel, verraders riep hij
uit.,. Gij wilt uwe nicht aan dien Bohtin
geven, omdat hij u in het ongestoorde bezit
van haar erfdeel wil laten
Verraders?... Gij zijt er een! hernam
de prinses. Beloont gij zoo onze gastvrije
ontvangst Is dat uw dankbaarheid Adder
Wie zijt gij eigenlijk? Waar komt gij van
daan
Van hun kant schenen de prinsen bereid,
het een of ander wapen van den muur te
nemen.
Jan trad op hen toe
Gemeene heidenen Ik zal uw plannen
weten te verijdelen. Morgen weet het de
hertog, dat zweer ik...
De oude prinses rukte een dolk van den
wand en vloog op den officier aan... De
prinsen grepen sabels, messen en lansen. In
een halven cirkel omringden zij hun vijand
als wolven, hijgend.
Gij wilt ons bij den hertog aanklagen
schreeuwde de prinses. Maar weet gij o >k,
of gij levend van hier komt?.. Weet gij, of'
uw laatste uur niet gekomen is?
Jan kruiste de armen op de borst. Geen
spier tip zijn gelaat bewoog zich.
Door den hertog naar de Krim gezonden,
vertegenwoordig ik hem ook nu nog, zelfs op
zonder onderwijs subsidie werd verleend,
niet indruisohten tegen den geest van het
grondwettelijk artikel 192, met welk recht
kan men clan van de linkerzijde beweren,
dat hot aanhangige wetsontwerp in strijd is
met de grondwet Wat hier voorgesteld
wordt, is slechts een stap verder op den
weg, dien zelfs liberale ministers, gesteund
door hun geestverwanten, betraden.
Een andere vraag is Zijn al de grieven,
behalve deze grondwettelijke, zoo geheel en
al ongemotiveerd? En dan antwoorden wij
„neen".
Zoo heeft b. v. ook onze sympathie niet
de samenkoppeling der subsidie voor de
kweekscholen aan de uitgereikte akten. A'
zien we dan deze iegeiing niet zoo donker
in als onze tegenstanders, toch blijft het
een teere quaestir, de luenscheu te plaatsen
tusscben plicht en beuis. Liever hadden
we deze f 800 voor eiken geslaagden leerling
omgt zet gezien in eene subsidie naar hel
aantal leerlingen der inrichting. Ook dit
heelt wel zijne bezwaren, maar deze zijn
toch niet an dien moreelen aard dan de
geopperde omtrent het voorgestelde stelsel.
Ook zagen wc liever voorgesteld, dat aan
Oké kweekschool verbonden moest zijn eene
model-leerschool. De, voorgestelde met drie
leerkrachten is waarlijke geen model-inrich
ting Ieder onderwijsman zal dat beamen.
En dan wat te zeggen van de regeling
der jaarwedden van do hoofden van scholen
in verband met het aantal leerlingen hunner
school Elke leek voelt, dat hier totaal
misgetast is.
Het behoeft toch geen betoog, dat een
hoofd der school, staande alleen voor zijne
inrichting, o:itz>.glijk meer werk heeft dan
een hoofd aan eene grootere inrichting waar
deze wordt bijgestaan door meerdere onder
wijzers en onderwijzeressen. En de admini
stratie dan Och men geve desnoods daar
voor het hoofd vau eene groote school eene
toelage, doch voor liet overige //gelijke
monniken, gelijke kappen.*
Men vei get e toch niet, dat vele hoofden
aan groote scholen ambulant zijn en, wal
hierover voor en na al geschreven is, waar
lijk het is niet in het voordeel der ambu
lante heeren. Doch wij kunnen in dit bestek
hierop niet verder ingaan, alleen wenschen
wij te herhalen, dat de voorgestelde regeling
eene zeer ongelukkige is.
deze plaats... Als door uwe banden één
druppel vau rniju bloed vloeit, zal er weldra
van dit huis slechts asch over zijn, en gij zult
zuchten in de kelders van Lubuié... Geen
macht ter wereld zou u redden-
Mogelijk Maar gij zult eerst sterven
Stoot toe dan Hier is mijn borst
Doch geen hunner durfde den eersten stoot
geven. Zij waren ter neergeslagen door den
geduchteu naam van VVisniowiegki.
De woede der prinses brak uit in scheld
woorden
Lafaard Schurk Ellendeliug Ila
gij wilt een meisje hebben van vorstelijken
bloede Maar neen, m'n jongen 1 Wij zullen
haar aan ieder ander eerder geven, dan aan
u... Do hertog heeft met onze familiezaken
niets uit te staan-
Jan antwoordde kalm
Het is nu de tijd of de plaats niet, om
mijn adelbrieven over te leggen Maar ik
geloof, dat het voor edellieden van uw soort,
geen geringe eer zou zijn, het zwaard en het
harnas to dragen van een edelman als ik.
Bovendien, als Bohun, een Kozak, u voldoende
is, ik kan tegen hem opwegen Mijn fortuin
kan met het uwe iu de weegschaal koineu, is
liet niet Gij beweert, dat gij mij Ilélène
niet geven wilt. Welnu, luister?.. Ook ik
zal u bet vrije bezit van Rozloghi laten en
van u geen rekenschap vragen.
Wees niet edelmoedig met het goed van
anderen.
Ik ben niet edelmoedig met het goed van
anderenik beloof u iets, waarop ik mijn
woord tot onderpand geef. Kies dus Of
wel aan den hertog rekenschap afleggen over
uw voogdij, ofwel mij het meisje geven en
het landgoed behouden.
üe dolk gleed tusscheu de vingers der oude
dame dooreen oogenblik daarna viel hij op
den grond.
Kies herhaalde de luitenant aut pacem,
aut helium 1
Het is uw geluk, zei de prinses op mil
deren toon, dat Bohuu op de valkenjacht is
gegaan. Gisteren reeds kon hij u niet lijden
vandaag zou er bloed gevloeid zijn.
Mevrouw, ik heb ook een sabel, en niet
om haar aan mijn gordel te laten hangen.
Wij zouden nu nog kunnen wijzen, dat
er wel iets van aan is, wat Latst Mr.
Suieenge be .veerde, n.l. dat volgens de
motie Kuyper c.s. de gemeentebesturen even
veel meer moesten krijgen als de bijzondere
scholen; ook en hier wezen wij reeds vroeger
op dat de wachtgelden-quaestie beter
dient geregeld te worden, doch ottze driestar
zou dan gaan gelijken op een totale afbre
king van 't ontwerp en dat is toch aller
minst onze bedoeling. Wij wencellen alleen
eenige noodzakelijke correctie's aan te geven
corrcctie's, waarvoor ook in onze kringen
veel gevoeld wordt., vooral onder de bij
zondere onderwijzers. Bovendien, opbouwende
critiek moet dc regeering aangenaam zijn.
Deze wet, die bedoeld te zijn een groote
stap verder op den weg der rechtsgelijkheid
van het bijzonder- met liet openbaar onder
wijs, moet n. o. m. ook een nationale wet
zijn, die tot stand kan komen, ook met
medewerking van weldenkende tegeislanders.
Wij vreezen wel, dat <iit laatste moeilijk
zal gaan, er moet echter zooveel mogelijk
naar gestreefd worden. En dan is het zaak
die bepalingen te verbeteren, welke naar
het oordeel van deskundigen, ook bevriende
deskundigen, niet gelukkig geformuleerd of
van inhoud zijn.
Laat ons hopen, dat onze geestverwanten
in de Kamer rekening houden met s'emmen
als deze, dan zal de voorgestelde wijziging
een zegen zijn voor het bijzonder onderwijs
en geen damocleszwaard voor de openbare
onderwijzers.
Het jongste t legram uit Tokio over de
krijgsverrichtingen voor Port Arthur geelt,
al ziet 't er als een overwinningsbulletin .it,
slechts de bevestiging van den indruk dien
men uit al de telegrammnn van den laat
aten tijd krijgt: dat de Japanners, zelfs ten
koste van ontzaglijke opofferingen, er tot
dusver alleen in geslaagd zijn, de vooruit
geschoven stelliugeu van de steikste forten-
rij te bemachtigen, terwijl dc forten zelf nog
ui handen van de Russen blijven. De Ja—
panneis die, gelijk men weet, sedert maan
den geer. ambtelijke berichten over Tort
Arthur uitgeven, doen natuurlijk hun best
om huu teleurstelling over dezen gang van
zaken te verbergen slechts een enkele maal
gelijk de uitlating van den Japanschen mi
nister van financien bij de bespreking de
buitenlandsche leeuing in het parlement
Maar denk eens na Past het een edel
man, zulk een toon aan te slaan in een huis,
waar men hem gastvrij heeft ontvangen
Mag hij de bewoners bedreigen en de hand
uitsteken naar een meisje, als wilde hij haar
uit de handen der ougeloovigen redden
Jaomdat dit meisje als een slavin
wordt behandeld en op het puut staat, ver
kocht te worden aan een onwaardige.
Dat woord is onjuist. Bohuu kent, wel
is waar, zijn afkomst niet maar hij is
een roemrijk krijsman van kindsbeen af
was hij ons dierbaar mijn zoons zijn met hem
opgegroeid, En bovendien, hem Hélène te
ontnemen, zou hem het leven ontnemen zijn
Mevrouw... ik heb haast, mijn mannei>
wachten Een laatste maal... Kies
De prinEes keerde zich tot haar zonen
Wat is uw meoniug, kinderen?
De prinsen zagen elkander aan en zwegen.
Eindelijk bromde Siméen
Als gij beveelt, hem te dooden, moedor,
zuilen wij hem dooden... het meisje te geven,
zullen wij het geven.
Toen wendde zij zich tot Jan
Mijnheer, gij hebt. ons het vuur aan de
echeeneu gelegd... In zijn wanhoop is Bohun
iu staat, alles op 't spel te zetten Wie zal
ons beschermen voor zijn wraak llij zal
vallen onder de slagen van den hertog, maar
niet voordat hij ons allen heeft gedood. Wat
moeten wij doen
Zij zweeg een oogenblik en ging toen verder:
Luister. Deze heele zaak moet volstrekt
geheim blijven... Ouder het een ot ander
voorwendsel zullen wij Bohun na.tr Peréiaslaud
zenden- Als hij weg is, belooveu wij U, dat
wij Hélène zelf te Lubuié bij den hertog
zullen brengen dan zult gij hem een troe
penafdeeliug te onzer bescherming vragen
In afwachting kunt gij uw mannen wel hier
laten. Als wij U vandaag Hélène gaven, zou
Bohun ze u morgen weer outrooven Ga'dus,
zwijg als het graf en wacht qns te Lubuié.
Óm door* u verraden te worden, zoodra ik
den rug gekeerd heb?
IJ verraden... U verraden., gij hebt ons
iu uw macht, dat weet gij maar al te goed.
Geef ons uw eerewoord, dat gij het geheim
bewaren zult.
025532- v* ïïtS-. T 'jli- v' 35
bewijst, moe'en zij erkennen dat de vertiaging
in de inneming van Port Arthur een lee
lijken streep door hun rekening maakt. Dat
Port Arthur ten slotte vallen zal, staat voor
ieder Japanner zoo vast als een geloofsar
tikel.
De berichten over dc krijgsverrichtingen
van de afgeloopen dagen blijven intusscheu
onbelangrijk. Volgens het eene telegram
heeft de Japansche vloot zich in de laatste
veertien dagen b-perki tot een nauwlettende
blokkade, en nu en dan het werpen van
een paar bommen in de stad iederen dag
werden' er jonken in beslag genomen alleen
Tsifoe h ceft op die miuicr zestig jonken
verloren. Een andere berichtgever seint,
dat admiraal Togo thans zijn schepen laat
herstellen en opknappen, wat wel noodig is,
daar de meeste schepen van dc Japansche
vloot nu al bijna een jaar haast onafgebro
ken dienst doen. Dit klinkt zeker niet
onwaarschijnlijk, daar dc Japanners zich
wel gereed moeten make i om de Russische
Oostzcevloot, als de-c in de Oost Aziali
sche wateren verschijn', een behoorlijke
ontvangst te bereiden maar wij verouder—
s'.e'len dat Togo wel sedert lang (na den
lOen Augustus) aideelingen van zijn vloot
beurtelings naar de Japansche dokken ge
zonden zal hebben, intusschcn altijd genoeg
schepen bij Port Arthur beschikbaar hou
dend^, niet alleen om de blokkade e haud
haven, maar ook om een mogelijken uitval
van de Russische vloot van Port Arthur af
te slaan.
DE H. VADER.
In liet Consistorie, Maandag te Rome
gehouden, heelt Z. LI. de Paus volgens de
gewoonte een toespraak gehouden. Eu waar
over kon die anders zijn dan over de afge
dwaalde en ontvoerde oudtte dochter der
Kerk
Eerst sprak Zijne Heiligheid nog ziju
groote droefheid uit over den oorlog in het
Oosten, God biddende dat deze bloedige
slachting toch mocht eindigen.
Doch daarna sprak de 11. Vader over de
treurige rol, door het eertijds voornaamste
katholieke volk thans gespeeld. Christus is
er uit de scholen en rechtszalen gebannen
het volk wordt vervreemd van den godsdieust
en vijandig gestemd en nog treuriger plan
nen worden er gesmeed.
Ik geef u mijn woord... maar gij, geef
mij Hélène.
Ziezoo, nu zijn wij bet eens... Maar nog
een enkel woord... Als de prinses iets kwaads
overkomt, wee U
Drijf ons niet tot het uiterste met uw
bedreigingen wij ook zouden als wanliopigen
kunnen handelen.
Ik neem mijn maatregelen... Om Hélène
voor Rozloghi aan Bohun te verkoopeu, deed
gij haar geweld aan en nu deukt gij er zelfs
niet aan haar te vragen, of de man, die haar
hand verworven heeft, haar aaustaat.
Wij zullen het haar vragen en iu Uw
tegenwoordigheid, hernam de prinses, terwijl
zij moeite deed, haar opwellenden toorn te on
derdrukken. Siméon, ga haar halen.
Nog schenen do bedreigingen, de scheldwoor
den te weergalmen, als do echo van een afdrij
vend onweer, toen te midden van die menscheu
met woedenden blik, wreed uiterlijk en saam-
getrokken wenkbrauwen, de lieve verschijring
van Hélène binnentrad.
Hélène, begon de prinses op somberen
toon en op Krétuski wijzend, ziedaar uw toe
komstig echtgenoot. als uwe neigingen inet
onze verlangens in overeenstemming zijn.
Het jonge meisjo verbleekte, zij bedekte de
oogeu met beide handen vervolgens stak z;j
eensklaps de armen uit naar den officier.
is liet waar fluisterde zij.
Een uur later trok de stoet van den gezant
en de troep van Jan do >r het boscli, op weg
naar Lulmié. Krétuski en Longiuus Podbipieta
reden voorop. De luitenant schoon ten prooi
aan een diepe neerslachtigheid Plotseling
kwam de echo van een lied hem iu zijn over
peinzing storen
Helaas Helaas mijn hart lijdt pijn...
Weldra reed Bohuu voorhij zijn paard was
overdekt met schuim en slijk. Zonder twijfel
had hij iu dolle vaart doo: steppen en bosschen
gereden, dronken van wind en ruimte, om ziju
hart het zwijgen op te leggen en ziju smarten
te vergeten.
Nu keerde hij terug naar Rozloghi.
(Wordt vervolgd.)