timmer aargang Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Eerste Blad. 1 "KINDERWETTKl tü vtitiK i te mm. AH TOON TIELEN, Dit nummer bestaat uit DRIE BLADEN. riOndaü FEVILLETON. 1 T (J K VER: Bohun Bohun l Kom, Hordyna, kom Bohun Bohun De Echo van het Zuiden, Waalwyksclie en Laiiplraulsflie Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden f0."5. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. WAALWIJK. Advkrtentibn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3u»aal ter plaatsing opgegeven, worden 'lmaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden specii-le n-er voordcelige contracten gesloten. Reclame# 15 cent per regel m I II I. i IV. Alvorens te beginnen met eene korte detail-bespreking der derde Kinderwet, bepalingen en voorschriften bevattende omtrent de maatregelen, die uit de beide vorige wetten voortvloeien, eerst nog even iets over de maatregelen van maat schappelijke veiligheid tegenover de on- verbeterlijken. In ons derde artikel, waartoe eigenlijk dit onderdeel mede behoorde, moest dit echter wegens zijn toch al te groote uitgebreidheid achter wege blijven. Als eerste maatregel in dezen is te noemen de dwangopvoeding. Deze kan toegepast worden, als het karakter van het kind, de omstandigheden, waaronder het leeft, de toestand van 't gezin, waarin het verkeert, te denken geven, dat tot de opwekking van zijn verantwoordelijk heidsbesef een bepaalde strafmaatregel onvoldoende, doch eene langdurige en stelselmatige opvoeding gewenscht zou zijn. Alleen ia dit geval kan de rechter dwangopvoeding opleggen. Hij doet dit door te bevelen, dat de schuldige ter beschikking van de regeering zal worden gesteld, zonder eenige toepassing van straf. Door dit bevel krijgt de regee ring feitelijk de minister van justitie met zijne ambtenaren - de beschikking over den jeugdigen, dader, tot diens 21ste jaar. Een lange tijd dus. De voorziening in de opvoeding van regeeringswege kan geschieden in een rijksopvoedingsgesticht, in een particu lier gesticht, of in gezinsverpleging, welke laatste echter nooit onmiddellijk van regeeringswege wordt toegepast, doch steeds door tusschenkomst eener particuliere vereeniging, stichting of instelling. De bedoeling der wet is voor dergelijke kinderen in de eerste plaats particuliere verzorging te zoeken, op de Heldenroman van HENRYK SIENKIEWICZ voor De Echo van het Zuidenvertaald door H DERDE BOEK. tweede plaats komen de rijksopvoedings gestichten, welke men heeft le Alkmaar (voor de bijzondere verpleging) Avereest (voor jongens ten tijde der opneming jonger dan 14 jaar) Doetichem (boven de 14 jaar) en tc Montfoort voor meisjes. De regeering kan ten allen tijde de voorziening in de opvoeding doen ein digen. Deze beëindiging kan onvoor waardelijk zijn en voorwaardelijk- On voorwaardelijk is ze, als de minderjarige weer aan de hoede zijner ouders wordt toevertrouwd, als landverhuizer vertrekt of dienst neemt bij leger ot vloot. Gewoonlijk is ze echter voorwaarde lijk en dan wordt een toezicht over den minderjarige ingesteld. Dit toezicht wordt echter niet aan de politie opgedragen, maar aan daartoe geschikte openbare of bijzondere instellingen, b. v. aan den voogdijraad, vereenigingen als de St. Vin- centiusvereeniging, Pro Juventute enz. Ten slotte over dit onderdeel nog dit. Er kunnen gevallen voorkomen, dat dwangopvoeding tot het 21ste jaar de maatschappij niet genoegzaam beveiligen kan. Daarom is voor zulke ernstige ge-» vallen de mogelijkheid toegelaten, dat de minderjarige, tegelijk met zijne in stelling ter beschikking van de regee ring, wordt veroordeeld om na afloop der opvoeding eene gevangenisstraf te ondergaan. Meen nu echter niet, dat dit alleen kan plaats hebben bij zeer erns tige misdrijven zelfs het geringste dief stalletje valt eronder. Maar daarom is ook de strengste doorvoering van dezen maatregel uitsluitend bedoeld voor ab normale gevallen van gevaarlijke en weinig verbeterlijk schijnende daders- Voor minder ernstige gevallen kan door een besluit van den minister van justitie de na-gevangenisstraf woi den opgeschort, zoodat men dus dan krijgt eene voor waardelijke invrijheidsstelling, welke in onze strafrechtsregeling met de voor waardelijke veroordeeling eene tweede nieuwigheid vormt. Deze invhjheidsstel- ling kan echter ten allen tijde herroepen worden, als de veroordeelde zich slecht gedraagt of in strijd handelt met de voorwaarden, in zijn verlofpas uitge drukt. De voorwaardelijk in vrijheid ge stelde staat onder voortdurend politie toezicht. Bij elke vestiging in eene nieuwe plaats moet hij 'zich binnen 2 maal 24 uren aanmelden bij het hoofd der gcmecnte-politie (den burgemeester). Ook kan men hem eene bepaalde woonplaats aanwijzen of het verbod van eene bepaalde plaats worden opgelegd. De bond tusschen den voorwaardelijk in vrijheid gestelde en de overheid houdt op, als na de voorwaardelijke invrijheids stelling de duur van de opgelegde ge vangenisstraf is verloopen of als de ver oordeelde den leeftijd van 25 jaren be reikt heeft, zonder dat zijne invrijheids stelling herroepen is. Is b.v. een jongen veroordeeld, om na zijne dwangopvoe ding nog 3 jaren gevangenisstraf te ondergaan, doch wordt hij in vrijheid- gesteld, dan eindigt het politietoezicht op hem met zijn 24ste jaar, indien hij tenminste al dien tijd goed heeft opge past. Men kan begrijpen, dat de toestand van deze jeugdige personen niet heel prettig is. Deze minder aangename po sitie kan echter heel wat getemperd worden door den bijstand van den pa troon, waarbij het jongmensch werkt en die gewoonlijk bij eene bijzondere be paling aangewezen is, natuurlijk met toestemming. Zoo'n patroon kan n.l. den gang naar de politie heel wat verlichten, door met den veroordeelde mede naar 't bureau te gaan of hem op andere wijze behulpzaam te zijn. Zoo ziet men, dat de Kinderwetten een bijzonderen band kan leggen tusschen patroons en dergelijke jeugdige werklieden, welke band, humaan opgevat, voor beiden doch vooral voor de laatsten zeer heil zaam kan zijn. En hiermede zijn we dan eindelijk ge naderd tot de derde Kinderwet. Men besluite hier nu niet uit, dat niet reeds iets uit deze derde Kinderwet in dit en de vorige artikelen genoemd en aangehaald is. Wij hebben ons in dezen eenige vrijheid veroorloofd, om datgene wat feitelijk bij elkander hoorde, ook met elkander te behandelen, ook a hoorde iets daarvan thuis in de 3e wet het volgende echter is toch meer een speciale behandeling van hetgeen de 3e kinderwet inhoudt. Hiervan komt dan vooreerst in aan merking de medewerking van vereeni gingen, stichtingen en instellingen. De stelselmatige medewerking van deze aan de verzorging van jeugdige personen, vooral verwaarloosde of misdadige, is belangrijke nieuwheid, door de HOOFDSTUK XXII. (99) Wij hadden hooren zeggen, dat Bohun gedood was in een tweegevecht: weet gij, wie zijn tegenstander was Jawel: een zekere Wolodowski, een officier der dragonders van het regiment Wis- niowie$ki, zei Ëendiane onbeschroomd. Dat hij niet tusschen mijn handen komt, ik zal hem leeren De kleine blonde snor van den dragonder vertoonde een bijna onmerkbare rilling hij vestigde zijn blik op Burlay. Rendiane ging voort De officier heeft er weinig schuld aan Bohun heeft hem uitgedaagd maar er zat iemand anders achter, een doodvijand van Bohnn. Wie? Een oude dronkaard. Te Tciiérine dronk hij met den ataman, was altijd bij hem en huichelde vriendschap. Vroeg of laat zal ik hem wel vinden, gromde Burlay. Ik zweer, dat ik dien vlegel de ooren zal afsnijden, zei Zagloba bij zich zeiven. Zij hebben hem zoo toegetakeld, ver volgde Rendiane, dat een ander reeds lang de kraaien tot aas zou gestrekt hebben. Maar hij is er bovenop gekomen. Wij hebben hem ver gezeld naar Wolhynië, waar Chmiel overal zegeviert. Daar moeten wij ook het jonge meisje heenbrengen waarop hij verliefd is. De meisjes zullen zijn ongeluk worden, bromde Burlayreeds lang geleden heb ik het hem voorspeld. Het is goed om er zich een uur mee te amuseeren, ojp Kozakkenma- nier daarna gooit men ze in net water, met een steen aan den hals, zooals, wij dat deden aan de zwarte zee Wolodowski moest moeite doen, zich goed te houden Zagloba antwoordde lachend Zekerdat is heel wat eenvoudiger Gij zijt trouwe vrienden 1 ging Burlay verteedevd voort. In het gevaar hebt gij hem niet in den steek gelaten. Wat hebt gij noodigmanschappen? paar- den Mannen hebben wij niet noodig, zei Zagloba, maar goede paarden zouden ons te pas komen. Ik zal er u geven, welke tegen drie van den Khan op kunnen. Rendiane liet de gelegenheid niet \oorbijgann De ataman heeft ook onze b>>urs niet al te best voorzien en gij weet, dat het leven duur is Kom mee. zei Burlay, ik heb nog wel wat geld. Het was bijna dag toen zij vertrokken, zoolang had het feest geduurd. Hoe meer zij hun doel naderden, hoe meer zij ten prooi waren aau twijfel en angst. Leefde Helène nog? Was Hordyna niet ge waarschuwd En wie weet, of er geen duivels op wacht stonden bij den ingang der ravijn. Zagloba, die beweerde zoo volleerd te zijn, in de duivelskunst, verloor langzamerhand zijne zekerheid. Reeds begon de avond te vallen. Eindelijk zagen zij een rivier, door de ondergaande zon in purperen gloed gebaad. De Waladynka, fluisterde Rendiane, bevend van angst. God zij met ons Laat ons eene bezwering aanheffen, want ik ben doods benauwd Bezweringen zouden niet veel helpen. Het is beter een kruisteeken te maken over de rivier en de ravijn dat verdrijit de booze geesten. Wolodowski vond het voldoende zijne pistolen na te zien; daarna overtuigde hij zich, dat zijn sabel makkelijk uit de schede ging. Vooruit! Vooruit! riep hij. eene kinderwetten ingevoerd. Immers, volgens le oude wetgeving kon de particuliere zorg wel haren gang gaan, doch zonder voldoende wettelijke macht en zonder hulp van overheidswege. Thans echter is deze particuliere zorg toegerust met de macht, die de burgerlijke rechter of de regeering geven zij kan mede gel delijke hulp erlangen. Men begrijpt nochtans, dat tegenover deze voordeden ook verplichtingen staan. Welnu, het in 't kort nagaan van deze verplichtingen, ook van die macht en hulp, vorme het slot van dit artikel, om onze geheele behandeling in een laatste vijfde artikel te beëindigen. Voorop worde gesteld, dat een ouder, of een voogd bevoegd is den minder jarige in elke opvoedingsinrichting te doen opnemen, die zij wenschelijk achten. Geenerlei voorschrift, geenerlei beperking bestaat hiervoor, zelfs rechts persoonlijkheid is niet vereischt. Doch men begrijpt, dat tegenover deze vrij heid staat, dat de instelling dan ook jegens de ouders of voogden geenerlei macht heeft. Ten allen tijde kunnen dan de ouders of voogden de kinderen weer terug halen. Naast deze «vrije» opvoedingsgestich ten staan de inrichtingen, die wettelijk bevoegd zijn de voogdij over minder jarigen op zich te nemen. Voor deze is noodig le dat zij in het koninkrijk der Ne derlanden gevestigd zijn 2e dat hunne statuten, stichtingsbrie ven of reglementen duurzame verzorging van minderjarigen voorschrijven en, wat speciaal eene vereeniging betreft, dat zij, na 185 5 opgericht zijnde, rechts persoonlijkheid heeft gekregen, m. a. w. dat hare statuten koninklijk zijn goed gekeurd. Om eene voogdij te aanvaarden, moet voorts nog eene bereidsverklaring worden afgelegd of om benoeming worden verzocht. Wij spraken boven van duurzame verzorging. Dit wil zeggen, dat ver eenigingen, die slechts tijdelijke en ge deeltelijke verzorging ten doel hebben, b.v. voeding, kleeding, vacantiekolonie's en scholen, kunnen niet met eene voogdij belast worden. Uit bovenstaande zou men al licht de gevolgtrekking kunnen maken, dat zoo'n vereeniging, stichting of instelling een gesticht, een gebouw ter beschikking moet hebben. Dit is echter geenszins het geval. Im mers, gezinsverpleging (d w. z. uit be steding bij particulieren, in kostscholen of hoe dan ook, is evenzeer toegelaten. Ook behoeft de verpleging niet koste loos te geschieden. Als de pupillen vermogen bezitten, mag dit door de voogd-instelling voor hunne ondeihouds- en opvoedingskosten gebruikt worden, altijd, zooals eene goede administratie medebrengt. De rechten der met de voogdij belaste vereenigingen, stichtingen of instellingen zijn als die van alle voogden. De ouders hebben derhalve tegenover hen geenerlei bevoegdheidook kunnen zij opneming in eene tuchtschool aanvragen. De vereenigingen, stichtingen of in stellingen, die zich ook belasten met de voogdij over verwaarloosde en misdadige kinderen, kunnen ie in het genot eener subsidie van regeeringswege worden gesteld. 2e zoo noodig voor hunne pupillen geheel of gedeeltelijk kostelooze ver pleging in een krankzinnigengesticht, ziekenhuis of andere inrichting erlangen en hebben. 3e de bevoegdheid voor hunne pu pillen, voor wie dit wegens hun verdor ven of weerbarstig karakter noodig is, opneming in.een rijksopvoedingsgesticht te verzoeken. De subsidie wordt berekend per hoofd en per dag: 1. ten hoogste f 0.40 voor verpleegden onder 14 jaar dit wordt gegeven, als naast verpleging ook het lager onderwijs door de betrokken instelling bekostigd wordt. 2. ten hoogste f0.50 voor verpleeg den van 15 18 jaar; dit wordt toege staan, als naast verpleging, ook het vakonderricht bekostigd wordt. 3. ten hoogste f 0.25 voor verpleegden van 11—21 jaar als naast de verpleging Zij trokken langs den stroom. Bij de ravijn aangekomen, maakte Zagloba halt. Luister, zei hij. Rendiane gaat met het vrijgeleide voorop. De toovenares kent hem. Wanneer wij het eer9t gingen, zou zij baug worden en met de prinses verdwijnen. Ik ga niet voorop Doe mij wat gij wilt antwoordde Rendiane. Blijf dan achter, lafaard En Wolodcwski ging het eerst, dan volgde Zagloba. Eenige passen achter hen aan kwam Rendiane met de paarden. Zij waren nu op de hoogte van den heuvel, die den vorm had van een harnas. Rendiane tikte Zagloba op den schouder Dat is de Akkei der Dooden Wie daar des nachts doorkomt, valt morsdood I Te voet misschien te paard maakt «en verschil Nochtans een akelige streek Gaan we goed Wij zijn er bijna, antwoordde de Page. Maar plotseling, Zagloba bij den mouw trekkend Groote God Wat is er? Hebt u dien wolf gezien, die voor ons wegkroop Was er iets bijzonders aan? Is dat een echte wolf? üp hetzelfde oogeublik vroeg Wolodowski Vergissen wij ons niet in den weg Neen, neen antwoordde Rendiane, dit is de weg, dien Bohun mij aangewezen heeft. Maa»- nog een verzoek 'lerwijl ik onder handel met Hordij na, moet gij haar metgezel den gedrcchtelijken Tchérémis goed in het oog houden, want het schijnt, dat hij schiet als de beste. Goed I Weldra zei Wolodowski, «lie nog steeds vooraan ging Ik zie de ravijn. De ingang is met een rotsblok gesloten. In den naam des V aders en des Zoons en des Heiligen Geestus, fluisterde Rendiane. Daar is het Volg mij beval Michel. Eenige oogenblikken later bevonden zij zich onder een soort gewelf. Voor hen lag de diepe ravijn, aan weerszijden met dicht kreupel hout begroeid achterin verbreedde zij zich tot een halven cirkelde wanden waren hoog en steil. Rendiane begon uit alle macht te roepen Zij hielden hun paarden in, wachtten eenige oogenblikken toen klonk het weer BohunBohun1 Houden begonnen te 1 laffen Bohun Bohun Op de linkerboogte der ravijn kwam er beweging in een vlierstruik en langzaam kwam eeue meuschelijke gedaante uit het kreupel hout te voorschijn. Voorovergebogen, met eene hand boven de oogen, hekeek zij de rei zigers nauwkeurig, Dat is Hordyna En voor den derden maal riep hij luide Bohun Bohun Gevolgd door een misvormden dwerg, met een Turksch geweer over den schouder, daalde de toovenares de steile rotswanden afonder hare voeten lieten groote stukken steen los en rolden in de ravijn üm het evenwicht te bewaren, liep zij met het hoofd achterover en de borst vooruitde ondergaande zou wierp een rooden, bloedigon gloed ovvr haar lichaam zoo geleek zij inderdaad bovennatuurlijk Wie zijt gij vroeg zij met vaste stem. Hoe maakt het mijn lieve schat zei Rendiane lachend. Ah Kleine Ik herken je ge zijt een vriend van Bohun. Maar wie heb je bij je Net als ik; kameraden vau Bohun Wat komt ge doen Hier heb je ons vrijgeleide en bovendien het mes en den ring, zooals afspraak was Zij nam ze aau en hekeek z« lang In orde Gij komt de prinses halen Juist 1 Hoe maakt zij het? Even goed als gij eu ik. Waarom komt Bohun haar zelf niet halen Bohnn is gewond. Gewond 1 Het water van het molenrad had het mij wel gezegd Als ge het weet, waarom vraagt gij er dan nog naar Gij staat ons voor den gek te houd.-u 1 Een glimlach speolde om de lippen vau Hordyna haar wolveugehit werd zichtbaar. Zij greep den jongeling hy de heupen Ho I Ho Kleine 1 Laat me los Eerst een kus Eu wauueer neemt ge de prinses mee Zoodra ouzo paarden uitgerust zijn. Goed I Dan ga ik moe Gij? Waarom? Mijn broeder Doniec inoet sterven. Ik heb het gezien Do Lakhs zullen hem op den paal steken Ik ga mee. Reudiaue hoog zich voorover in het zadel, als om heter met de toovenares te kunueu spreken met do eene hand omknelde hij zijn pistool- Tchérémis, Tchérémis zei hij tot zijn gezellen terwijl hij op den dwerg wees. Waarom roept gij hem? Zijn tong is uitgesneden hij kau niet antwoorden. Ik roep hem niet: ik bewonder zijn lichaamsbouw. Gij zoudt dus je kleinen, lieven man alleen laten Hij is mijn hond Zijt gij beiden maar alleen hier Wij beiden en de prinses. Goed gij zult het hol niet verlaten. Ik heb al gezegd, dat ik meega I En ik zeg van neen De stem van den page klonk ruw. Hordyna zag hem verschrikt aan. Wat bedoel je Wat ik bedoel En snel als de bliksem trok hij zijn pistool en joeg haar een kogel in de borst. Ilordijua wankelde achteruit met opgestoken armen, haar oogen schoten vuur, zij gaf een luiden gil eu viel. Tegelijkertijd doorkliefde de sabel van Zag loba de lucht eu verbrijzelde den schedel vau Tchérémis, het gedrocht liet geen klacht hooreD, hij rolde op den groud eu zijne vin gers en teenen trokken zich krampachtig sa men, als de klauwen van een kat, die sterft (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1905 | | pagina 1