Nummer 12. Donderdag 8 Februari L906. 2öe Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. A N TOON TIELEN, De jacht op den Tuberkel-bacil, DE JALOERSCHE. Uitgever: FEUILLETON. BUITENLAND. Frankrijk Spanj Duitschland. Rusland. BINNENLAND. WAALVJJ K. (Alkm. Ct.) e. ei J. M. S. De Echo v ni Laigslraalsrle Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden f()."5. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Advkrtkntibn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden specific zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel. Op dit opschrift kan men onmiddel lijk laten volgen >is aan de orde van den dag.« Het is zeer goed verklaarbaar. Sedert de bacil ontdekt is, lag het voor de hand, dat de meening post vatte >vernietig de bacil en de tering verdwijnt met haar nasleep van ellende*. Terwijl vroeger beschouwingen over tuberculose bijna uitsluitend in genees kundige maand- en tijdschriften voor kwamen, breidde zich de belangstelling, nadat de oorzaak der ziekte bekend werd, in alle kringen uit. Vooral was dit hier te lande het geval, sedert pro paganda gemaakt werd voor sanatoria. Deze propaganda, door deskundigen op touw gezet, beoogde tweeërlei doel. Eenerzijds stelt de verpleging in sana toria in uitzicht de genezing van een grooter aantal lijders, dan zonder be hoorlijke verpleging bereikt kan worden, anderzijds verwijdert men de zieken uit hunne omgeving waar zij een gevaar voor anderen opleveren. Indien men aanneemt dat tering besmettelijk is er zijn veel deskundigen die dit als vaststaande aannemen, dan is elke patiënt een haard van infectie en indien het getal haarden tot nul kon worden terug gebracht, zoude het gevaar voor de ziekte eveneens zijn ondervangen. Voor velen was het een tegenvaller toen bekend werd, dat de tuberkel-bacil overal rondzweefde. Nog meer viel het tegen toen bleek, dat 29 pet. der vol wassenen bij sectie na dood sporen der ziekte vertoonden. Oogenschijnlijk wordt dientengevolge de strijd tegen de tuberculose veel moeielijker. Men kan toch geen 90 pet. der bevolking in sanatoria onderbrengen. Om jacht te maken op een vijand die bijna alom tegenwoordig is, ook dat is ondoenlijk. Terwijl vijftien a twintig jaar geleden, het uitsluitende middel tegen een ziekte was, de bacterie te vuur en te zwaard te vernietigen, ontstonden in den laatsten tijd juister en gematigder meeningen, zoowel omtrent de tuber culose als omtrent de bestrijding. Men merkte op, dat een ziekte, die te midden van een bepaalde bevolking langeren tijd zich voordoet, haar kwaad karakter meer en meer verliest. Vandaar dat hier te lande het aantal sterfgevallen aan tuberculose afneemt. Tevens is ge bleken, dat de bestrijding geenszins on mogelijk is, mits zij op oordeelkundige wijze gevoerd wordt. Om door een ziekte te worden aan getast zijn twee factoren noodig. Niet de bacil alleen veroorzaakt de ziekte, maar ook moet de kiem een geschikten voedingsbodem vinden. Het lichaam in gezonden toestand is wel in staat aan de bacillen weerstand te bieden. Dit blijkt ook hieruit, dat de weder helften van aan tuberculose lijdende echtgenooten, niet méér kans hebben om aangetast te worden dan gewone menschen. Gegeven dus het feit dat de tuberkel bacil overal rondzweeft, gegeven boven dien de zeer geringe vatbaarheid van gezonde individuën, dan ligt de wijze van bestrijding voor de hand. Bij goede voeding en hygiënische levenswijze zal die vatbaarheid gering zijn. De genees kundige behandeling van tering berust juist op het brengen van den patiënt in zoodanigen toestand, dat zijn weerstands vermogen vergroot wordt. Hoeveel meer nog zal de vatbaarheid verminderen, als door nog niet aangetaste personen gelet wordt op behoorlijke voeding en hygiënische levenswijze. De rationeele en wetenschappelijke bestrijding der tuberculose ligt derhalve op sociaal gebied. Geen wetten kunnen hier helpen, maar goede voeding en goede woning. En wanneer we dan nagaan, hoe het met dezen belangrijken factor gesteld is, dan kan het niet verwonderen dat de tubercolose zoovele slachtoffers maakt Volslagen onkunde heerscht op het ge bied der voedingsleer. In eiken maat- schappelijken kring ziet men kinderen, die niet letterlijk, maar laat ons zeggen, wetenschappelijk honger lijden. Slechte voeding is lang niet altijd een gevolg van het gebrek aan middelen om voedsel te koopen. Pijnlijk treffend is dikwijls het verschil tusschen het kind van den boerenarbeider, dat althans voldoende frissche lucht geniet en menig stadskind, dat door onverstandige zorgen blijkbaar het hoognoodige ontbeert. De hoeveelheid voedsel is menigmaal even overvloedig als de keuze te wenschen overlaat. Bij uitstek noodig is het, dat naast lichamelijke reinheid, kennis van hygiëne en kennis van rationeele voeding wordt aangekweekt. Wij zien geen beter middel dan dat reeds op de volksschool dit gewichtig volksbelang ter harte wordt genomen. De oprechte dankbaarheid onzer nazaten zouden wij inoogsten, als onderwijs in de voedingsleer op den voorgrond mocht worden gesteld. Van onmiddellijk belang moet het ge acht worden op welke wetenschappelijke gegevens, met de geringste kosten een goed maal kan worden samen gesteld. l)e elementaire 'kennis van de gezond heidsleer zoude' met graagte worden ge leerd. Bij het kind is van nature aan wezig, de zucht om gezond en sterk te wordgm, Gezond te zijn is een voor- waardé- om in de maatschappij iets te bereiken. Van het lager-onderwijs zoude een opvoedende kracht uitgaan, indien de reken-, schrijf- en leeskunst dadelijk practische toepassing vond op voedings leer en hygiëne. Wij maken ons geen ilusiën, dat aan stonds velen gewonnen zullen worden voor deze beschouwingswijze. Maar wanneer men nagaat het leed dat een ziekte als tering teweeg brengt, en hoe een streven zich openbaart om de maatschappij van de kwaal te be vrijden, dan is het niet'overbodig er de aandacht op te vestigen dat daarmede gepaard gaan moet het streven om het kwaad te voorkomen. Beter is, ziekten te voorkomen, dan te genezen. dfillijke saincDSielling der naamlooze maat schappij. De katholieke Nederlanders te Brus sel hebben een mis laten opdragen voor de nagedachtenis van kardinaal Goossens, die de Hollandsche kolonie zeer genegen is geweest. Onder de ruim 600 aanwezigen waren barones Gericke van Herwynen, baron en barones Zuylen van Nyevelt, rid der de Grez enz. Geheime wapenmagazijnen. Te Gent is opzien gewekt door de ontdekking van geheime wapenmagazijnen. In een gebouw, dat opgetrokken wordt door de socialistische vakvereeuiging van metselaars, zijn 210 Mausers en 20,000 patronen ge vonden en in beslag genomen. In een ander huis zijn een aantal kisten met revolvers ontdekt, over welker herkomst en bestemming evenmin iets te zeggen valt. Misschien heeft men met heling tp doen De patronen moeten uit Zwitserland afkom stig wezen. Het geboortecijfer in Frankrijk daalt nog steeds Volgens een pas verschenen statistiek bedrorg de toeneming der bevol king in het jaar 1900, 57,026 personen, d.i. 1.5 op de duizend tegen 1.9 in het voorafgaande jaar, terwijl in Duitschland het cijfer der bevolking met 13,9 op de duizend is gestegen. heid te veel Duitsoh kapitaal zit en te veel Spaansche werklieden werkzaam zijn. De verloving des konings zal in April, het huwelijk in Juni plaats hebben. Humoreske van A. KAREL DOOR „Nu dan", zei mijnheer Finzelberg en zijn vaderlijk oog werd vochtig „zoo neem haar, mijnheer de assessorMaak haar ge lukkig. Ach, het is mijne eenige dochter!" Felix sloot zijne Emalia liefdedronken in zijne aimen en mijnheer en mevrouw Finzelberg zegenden het jonge paar. Het is ruim twee maanden later. De assessor Bergthal en zijne jonge vrouw genieten nog altijd de zaligheden df-r witte broodsweken. De klok slaat acht uur 's morgens. Terwijl Minna, het flinke dienstmeisje der pasgehuwden, de koffietafel in gereed heid brengt, staat de mooie, jonge vrouw in een allerliefst morgentoilet voor den tru- meau en brengt haar krullende lokken in orde, welke koket onder het elegante och tendmutsje te voorschijn springen. Mila zoo noemt de jonge ech genoot zijn witte- broods-duifje glimlacht met een ijdel en zelfvoldaan trekje haar zacht-blozend spie gelbeeld toe. Haar „Lirxchen" heeft het haar reeds zoo dikwijls verzekerd, dat ze het mooiste en bekoorlijkste vrouwtje op 't gansche wereld rond is. De spiegel schijnt hem daarin gelijk te geveD. „Mijnbeer de assessor komt I" zoo onder brak Minna de zoete gedachten der jonge vroiw. Zij c«i het zacht en vlug. Het klonk als een waarschuwings-signaal. Mevrouw wendde zich dan ook bliksem snel om, vloog naar de koffietafel en wa9 op eens zoo ijverig met het arrangement vhii deze bezig, als had ze den geheelen morgen niets anders gedaan. In haren ijver deed de kleine huichelares, als bemerkte zij het binnenkomen van haar echtgenoot niet. Deze beschouwde, met een gelukkig glimlachje op zijn gelaat, het bedrijvige gedoe zijner kleine huisvrouw. Zacht, op de teenen, sloop hij achter haar en legde zijn arm om de slanke taille zijner Mila. Met een natuur- gtspeeld „schrikkertje" en een zacht gille'je keerde deze zich om. „Maar Felix, wat doet ge me daar schrikken Felix lachte en sloot haar mondje met een kus. „Maar Lix, ziet ge dan niet, dat Minna hier is Lix scheen zich al heel weinig hiervan aan te trekken, doch Minna, die zag dat zij te veel was, mompelde iets als „Na, mijnentwege voor zich heen en vei liet de kamer. De huisheer keek haar glimlachende na; Mila trok hem liefdevol op de sofa, waar zij hem zijn dampenden mokka toe reikte. „Lirksje", schreeuwde de papagaai in zijn kooi, zich geroepen wanende. „Lirksje" was het eenige woord, wal hij van zijne meesteres geleerd had „Het „knuppeltje" voor mijnheer", onder brak Mina binnentredend de zwijgende innigheid, waarna zij het wittebroodje op de tafel zette, wat zoo poëtisch „knuppeltje" genoemd wordt. Mevrouw trok zich verschrikt terug, nam snel haar tas en dronk .een teug heete koffie, waardoor ze natuurlijk haar tong verbrandde. „Kom niet meer zonder kloppen binnen'', Het Handelsbl. v. Antwerpen meldt; Het kapitaal van 2 millioen, noodig voor bef houden der Brusselsche wereldtentoon stelling, is geheel volschreven. Het inrich- tingscomiteit zal vandaag in het cabinet van den burgemeester vergaderen, om de noodige schikkingen te nemen voor onmid- zeide zij geërgerd, „dat maakt mij nerveus". „Zooals u wil, mevrouw", bitste de meid terug en met die eigenaardige beweging, welke duidelijk ingehouden toorn verraadt, verdween ze in de keuken. Lirksje en Mila stoorden zich echter niet aan de ergernis van de meid en zaten zielsgelukkig bijeen. Doch spoedig sloeg voor mijnheer het klokje van gehoorzaamheid. Vlug kleedde hij zich. Mila maakte zelv# gauw zijne „halfelfbroodjes" klaar en einde lijk natuurlijk een half uur te laat ging mijnheer weg. Nauwelijks had hij het huis verlaten of Minna werd geroepen om samen te confereeren over het gewichtige thema: „Wat eten wij vandaag? Minna, die inderdaad een recht knorrige mvid was, sloeg nu dit, dan dat, kortom al het mogelijke voor, doch mevrouw kon niets van dit alles bevallen. Dit lustte haar Lierksj» niet en van dat wist zii niet, of hij hel wel eten zou. En zoo dikwijls zij Lierksje zei, schreeuwde pspje, op zijn slingerend krukje heen en weer springende, „Lierks" en zei mevrouw „Lierks", dan antwoordde hij regelmatig met „Lierkje". Minna wierp nijdige blikken naar het arme Floortje, alsof het haar ergerde, dat deze zoo dikwijls dien naam uitschreeuwde. Daar werd plotseling heftig aan de bel getrokken en dit maakte een einde aan de gewichtige conferentie en deed mevrouw in één slag het menu vaststellen „Bouillon met ei", „wiltekool met rundvleesch", „gevogelte". Intusschen was er al weder gescheld. Met een gemelijk gezicht deed de meid open, terwijl mevrouw nieuwsgierig door een spleet van de vestibuledeur gluurde, wie er wel komen zoo, Het was Amalia Milbenheim, eene van de beste vriendinnen van Mila. Nauwelijks Dagelijks hebben te Algeciras particu liere gesprekken plaats tusschen de verte genwoordigers van Frankrijk, Duitschland, Engeland, Spanje, Italië enz. Duitschland moet daartoe het initiatief genomen heb ben ten einde op die wijze eeu directe overeenkomst met Frankrijk tot stand te brengen. Deze week zal de quaestie der politie aan de orde komen.. Volgens den correspondent van de Köln. Zeit. hoeft men besloten de verhooging van het invoerrecht te doen strekken tot verbe tering van de havenwerken. Een verlaging van invoerrechten, zooals door de vreemde kooplui is gevraagd, wordt overwogen. Men denkt voorts aan het instellen van een monopolie voor snuiftabak en opium. Niet voor rooktabak, omdat in die nijver- had deze de stem van haar vriendin her kend, of zij lag in de armen van haar lieve, lieve „Reli". Welke teedere kussen werden er gewisseld Een hsrt van steen zou dit ontroerd hebben. Doch de gemelijke meid schudde afkeurend het hoofd. Spoedig zaten Mila en Reli op de causeuse in het salon en Mila vertelde Reli uiet schiiter-oogen en bewonderenswaardige welsprekendheid van haar huwelijksgeluk „Ach Reli," zeide ze, „ge moet ook trouwen, het is zoo heerlijk, als men zoo innig door een man bemind wordt Het is zeer waarschijnlijk, dat Reli de ontboezeming van haar vriendin volkomen beaamde, wijl zij echter een aardig stukje ouder was, wilde zij zicli de verstandigste toonen en uitte daarom eenigen twijfel aan den blijvenden duur van zulk een geluk. Daarmee was zij echter bij Mila aan 't verkeerde adres. „Eeuwig duurt onze liefde 1" beweerde deze met vuur, „eeuwig zal mij mijn Lierksje liefhebben en ik zal hem eeuwig beminnen I" Reli, die noch een „Lierksje" noch een „Lerksje" den hare kon noemen en wellicht toch een sterk verlangen in zich voelde op komen naar zulk een aantrekkelijk tijdver drijf, ergerde zich hoe langer hoe meer aan de vurige liefdesuiting van haar vriendin. Zij trachtte in een vrij opgewonden betoog te bewijzen, dat de mannen in 't algemeen niet trouw kouden blijven Mila, die het aangevoerde, wijl er van alle mannen sprake was, ook op haren Lierks moest toepassen, geraakte ook in eene op gewonden stemming. Zij opponeerde energiek, dat haar man eene uitzondering op dien regel was. Hij had haar bezworen, dat zij zijn eerste en eenige liefde was. Hij had zelfs vóór dien tijd nooit aan eene andere, wat men zoo noemt, het hof gemaakt. De eenvoudige gast des Keizers. De zilveren bruiloft van Keizer Wilhelm en de Keizerin zal ook worden bijgewoond door een eenvoudigen landbouwer Stephan Hesse, uit Wichita (Kansas), die op uit- noodiging des Keizers daarvoor overkomt uit de Vereenigde Staten. Ilesse was indertijd wachtmeester bij het regiment cavalerie, waarvan de toen malige Prins Wilhelm commandant was, en eens, toen het paard van den Prins met zijn berijder op hol ging, wist hij, niet zonder levensgevaar, het wilJgeworden dier meester te worden. De dankbare Prins noodigde toen, onge veer 25 jaren vooruit, den wachtmeester op zijn zilveren bruiloft en thans heeft hij als Keizer die belofte niet vergeten. Hij zond Hesse een hernieuwde uitnoodiging, met het geld voor de reis en thans is de oud-wachtmeester op weg naar Europa. Telegrammen uit den Kaukasus maken melding van gevechten, die dag aan dag worden gevoerd tusschen troepen en revo- lutionnairen, vooral in het gouvernement Koitcis. De cavalerie zet de opstandelingen na en dezen vluchten in de bergen en laten de dorpen ter plundering aan de soldaten over. In Tiflis wordt de toestand steeds gevaarlijker. Te Riga is weer eens op een patrouille geschoten van 5 man, van wie twee doode- lijk en een licht gekwetst werd. Denzelfden dag werd er een onder officier van de politie doodgeschoten, wat den hoofdcommissaris van politie heeft bewogen om wegens de aanhoudende moorden op zijn personeel ontslag aan te vragen. Mr. Troelstra. Naar men mededeelt, zullen commissaris sen der brand waarborgmaatschappij „Neer- landia* te Leeuwarden aan de aandeelhouders Dit ongewoon feit, Mila's liefde-bezit van een man, zelfs van diens jeugd af, wond de arme, eenzame Reli nog meer op. „Och, houd toch op!" riep zij uit. „Jouw Lierks heeft vroeger ook aan andere meisjes het hof gemaakt. Gij laat je van hem maar wat wijs maken 1" Dat was te veel voor Mila. Aan haren Lierks waagde men te twijfelen I Zóó iets ongehoords maakte haar bitter, zoodat zij Reli toevoegde, dat haar haat tegen de mannen alleen voortsproot uit haar oDgehuwd zijn, terwijl zij er toch waarachtig wel de jaren voor had. Dat was een steek, die trof. Reli werd zoo boos, dat zij alle voorzichtigheid uit 't oog verloor. „Wel, verneem er eens naar", sprak zij toornig, „wie jouw Lierks zoo al het hof gemaakt heeft. Het is toch algemeen bekend, dat hij smoorlijk verliefd was op eene jonge b.ironesse!" Nu was ook Mila zich niet meer meester. „Dat is niet waar 1" schreeuwde ze haar „beste vriendin" toe, „gij ergert je slechts, omdat hij jou niet genomen heeft „Mij?" lachte Reli honend. Haha 1 Als ik maar gewild had". „Gij 1" Haha I" klonk het nog honender terug; op jou zou mijii Lierks verliefd zijn geweest 1" „Jouw LierksDie baronnesse met haar ravenzwart haar heeft hij bemind, e.n omdat bij baar niet knjgeu kon, hare ouders wilden het niet hebben heeft hij jou genomen. Dat weten wij allon, allen, hoor je (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1906 | | pagina 1