Nummer 19.
Zondag 4 Maart L906.
29e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
■waarin opgenomen DE NOORDBRABANTSCHE POST.
Eerste Blad.
"bekendmaking^
PETERSEN'S REISTASCH,
Cit Frankrijk
A N T 0 0 N T I E L E N,
Dit nummer bestaat
__uit DRIE Bladen
LANDWEER.
FEUILLETON.
U 1 T B V E li
t Zuiden,
mi Liigstrutscle Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
A b o n n am e n t s p r ij s per 3 maanden f U.~5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.9U.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
W A A L W IJ K. Telefoonnummer 38.
Advkrtbntikn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiëu Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciele zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel
NA-INSPECTIE.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Waal wijk
Gezien de opgaaf ran den Heer Command»: t
In bet 42e Landweerdistriet c a. te Nijmegen d d,
14 Februari 1906, ROEPEN BIJ DEZE OP (ien
Landweerplichtigen soldaat lichting 1904ADR1A
NUS MART. JOS. HESSELBERTH om op Don
derdag 8 M art a.s. des voormiddags te lO'/a uur
te verschijnen voor bovengenoeoideu commandant
te Nijmegen aan het Bureel van den Landweer-
districts-Commandant, Barbarossastraat 76, om te
worden onderzocht.
De verlofganger behoort bij dat onderzoek te
verschijnen in unifirm gekleed, voorzien van de
kleeding en uitrustingstukken aan hem bij zijn
vertrek met verlof medegegeven, alsmede van zijn
zakboekje en van zijn verloipas.
Den verlofganger wordt er op gewezen, dat
gedurende deu tijd dien het onderzoek duurt en
iu het algemeen wanneer hij in uniform gekleed
is volgens het bepaalde bij 2e en 3e van Artikel
21 der Landweerwet wordt geacht onder de
wapenen te zijn en het crimineel Wetboek en het
reglement van Krijgstucht voor het krijgsvolk
hier te lande op hem van toepassing is.
Nog wordt de aandacht gevestigd op de vol
gende bepalingen der Landweerwet
Art, 32. Behoudens het bepaalde ir. a tikei
21 kan een arrest van twee tot zes dagen te
ondergaan in de naastbijgelegen provoost of het
naastbijzijnde huis van bewaring, door den Di
strictscommandant worden opgelegd oan der.
verlofganger
le. die zonder g- ldige reden niet bij het onder
zoek verschijnt
2. die. daarbij verschenen zijnde, zonder ge'-
dige releu uiet voorzien is van de in het vorig
artikel vermelde voorwerpen;
3e, wiens klecding of uitrustingsstukken bij
het onderzoek niet in voldoenden staat worden
bevonden
4e. De kleeding- of uitrustingsstukken, aan
een an^cr toebehoorende, als de zijne vertoont.
Art. 33. Is de verlofganger, wien krachtei s
het vorig artikel arrest is opgelegd, bij het
onderzoek tegenwoordig, dan k*n Inj dadelijk
onder verzekerde geleide in arrest worden ge
bracht.
Is hij niet tegenwoordig en onderwerpt hij
zich niet aan de hem opgelegde straf, dan wordt
Jaap Petersen was zeer slecht bij kas, en
hotelrekeningen waren nu eenmaal dingen,
die betaald moesten worden. Daarom besloot
hij, toeu hij zich op zekeren dag genood
zaakt zag in Romsloo over ta blijven, een
bezoek te gaan afleggen bij een oude, on
getrouwde tante van hem, wier bestaan hij
zich te rechter tijd herinnerd had. Genoemde
dame had nu welliswaar niet den naam Tan
zeer beminnelijk te zijn, maar Jaap was
optimist, 't Zou wel meevallen, dacht hij.
Eén punt vaa overweging deed zich ech
ter voor wat zou hij doen met zijn reis-
tasch 't Ding meenemen ging nietdan
zou 't zoo echt zijn, of hij om een invitatie
kwam.
Maar hij verzon er iets op. De „Casa
Cara", waar zijn tante woonde, had een tuin
rondom 't huis; dddr zou hij zijn tasch
verstoppen.
Hij ging behoedzaam den voortuin binnen,
en borg heel handig zijn tasch weg onder
een dikken laurierstruik. Toen stapte hij op
't huis toe.
Van 't onderhoud met juffrouw Koper
herinnerde hij zich na afloop maar heel
weiuig meer, maar 't dient vermeld, dat de
jonge man een zucht van verlichting slaakte
toen zijn tante hem zei, dat haar logeer
kamer bezet was. Een hotel-rekening dan
nog maar lieverzijn tante was verschrik
kelijker nog, dan de terhalen over haar.
Ja, zei juffrouw Koper, ik heb nu
juist een gast, juffrouw Virgiuie Gold. Een
Amerikaansche, enorm rijk,maar an
dersZoo, ga je weg Nu, als je wilt,
kom dau vanmiddag maar hier eten.
hij op schriftelijke aanrivihe vu» den Districts
commandant, te richten nan den Burgemeester der
woonplaats van dieu verlofganger, aangehouden
en onder verzekerde geleide Daar de naastbij ge
legen provoost of het naastbij gelegen huis van
bewaring overgebracht.
Art. 34. Onverminderd de straf in artikel 32
vermeld, is de verlofganger verplicht, op den
daartoe door den Districtscommandant te bepalen
tijd en op de in Art. 31 oorgeschreven wijze
voor hem te verschijnen om te worde.n onderzocht.
Art. 35. De verlofganger, die zich bij herhaling
schuldig maakt aa.i het feit sub 4°. van Artikel
32 bedoeld, of niet overeenkomstig Artikel 34
voor den Districtscommandant verschijnt, of, voor
hem verschenen zijnde, in het gaval verkcei t sub.
2e en 3e van Arlikel 32 vermeld, wordt in wer
kelijke dienst geroepen en daarin gedurende ten
hoogste diie maanden gehouden.
Hierbij geldt de tweede volzin van Artikel 28.
Waalwijk, 20 Februari 1906.
Burgemers er en Wethouders voornoemd,
K. DE VAN DER SCHUEREN.
De Secretaris,
F. W. VAN LIEMPT.
blijft de stroom van berichten betreffende
de Kerkvervolging- aanhouden, berichten
die de belangstelling van de Katholie
ken der geheele wereld verdienen. Want
wat daarginds wordt verdrukt is de Kerk,
wier kindschap aan allen gelijkelijk dier
baar is, wat wordt getyranniseerd is het
geloof, dat zij belijden, wat op geweld
dadige wijze door de hand van den Staat
wordt aangetast, het zijn de bedetenipels,
waar de God troont, voor Wien de ge
heele aarde heeft te knielen.
De liberale pers van ons lieve Neder
land bekommert zich weinig om de ver
volging, die de Fransche Katholieken te
lijden hebben. Toen het den om land
verraad veroordeelden Joodschen kapitein
Dreyfus gold, ja, toen was het wat an
ders. Hemel en aarde werd door onze
libertijnsche pers bewogen, opdat de
menschheid toch in de onschuld van den
tweemaal gevonnisten ex-kapitein ge
looven zoude. Ellenlange artikelen lieten
de bladen zich eiken dag schrijven of
seinen vol verontwaardigheidsuitingen
over hetgeen den als landverrader ver
oordeelde ten laste werd gelegden
Juist opende Petersen de deur, toeu een
jong meisje op deu drempel verscheen.
Ah, Virgiuie 1 riep zijn tante, dat
is nu mijn neef Jaap, waarvan ik je wel
eens sprak.
Virginie boog, en Jaap had nog tegen
woordigheid van geest genoeg om 't zelfde
te doen, hoewel hij geheel beteuterd was
door de schitterende schoonheid van 't jonge
meisjeMiar verbeeldde hij 't zich
keek ze hem spottend aan
Misschien vindt ze mijn kleeren uit
de mode, dacht hij, voortloopend met zijn
reistasch, die hij weer had opgevischt.
Wie weet, wat een nest het is
Maar met dat al zag hij den maaltijd in
„Casa Cara" met een vreugde tegemoet,
die hij eeu uur geleden nog onbestaanbaar
zou hebben gedacht.
In zijn hotel gekomen, wilde hij zijn
toilet gaan maken en opende zijn tasch.
Maarwat was dat?
Geeu spoor van zijn gekleed pak, zijn
haar- en tandenborstelEn in plaats daar
van zes zware, zilveren schotels
Een half uur had Jaap Petenm den
inhoud van zijn tasch zitten bestudeereu, en
gepeinsd over 't vreemde geval, toen er op
zijn deur geklopt werd.
'n Pak voor u, meneer zei de kelner.
Jaap opende behoudzaam zijn deur en
nam 't pak in ontvangst.
Een dame bracht 't voor u, meneer 1
Lieve hemel, dacht Jaap, nog meer
verrassingen. Goud en diamanten ditmaal
Maar neeü, uit 't pak kwam te voorschijn
de oorspronkelijke iuhoud van zijn reistasch.
De wonderen zijn de wereld nog nfet
uit, bromde hij, toen hij een wit kaartje
io de gaten kreeg en las
„Virginie Gold verzoekt meneer Jaap
Petersen vriendelijk, de zilveren schaltn in
zijn laach wel tot nader order te willen
Charles Boissevain schreef gloeiende
improvisaties over den heldenmoed van
dien kranigen Zola, die zijn befaamd
J'accuse den leden van den krijgsraad
te Rennes in 't gelaat dorst slingeren.
Maar toen de Congregatie-wet van
minister Waldeck-Rousseau werd toege
past, zagen ot ivilden onze liberale kran
tenschrijvers daarin geen aanslag op
recht en vrijheid zien en toen Combes
zijn satellieten zond om vreedzame kloos
terdeuren open te breken, zusters en
monniken uit hun woningen des gebeds
te sleepen en over de grenzen des lands
te jagen, toen heeft men in de liberale
dagbladen geen protesten kunnen lezen
tegen zoo schandelijk en ten hemel
schreiend bedrijfen toen onlangs de
Fransche regeering moedwillig het Con
cordaat verbrak, daartoe aangevuurd
door de mannen van troffel en schoots
vel, werd niet gehoord van een alge
meen protest tegen deze schending van
het volkerenrechten eindelijk
nu door den Staat de eerste maatrege
len worden genomen om de kerkelijke
goederen te zijnen bate te onteigenen
(want dat is de verkapte bedoeling van
de zoogenaamde boedelbeschrijving) nu
mist opnieuw de liberale pers den zede
lijken moed om zulk een tyrannie en
onrecht te brandmerken.
Integendeel, de Fransche correspon
denten onzer groot-liberale bladen spe
len hun luchthartig correspondentie
spelletje met den ernstigen toestand, die
daar ginds is ingetreden zij schrijven
er luchtige woordjes over, vergoelijken,
kleineeren, en maken op kinderachtige
wijze de betoogers belachelijk, die pro
testeeren tegen de boedelbeschrijving in
de katholieke kerken. Het heet dan dat
de mannen en vrouwen, die de edelste
namen van Frankrijk dragen, zich ge
droegen gelijk zij deden bij de betoo
gingen in de Paiijsche St. Clotilde of de
S. Pierre du Gros Caillou om zich in
teressant" te maken en op de geniepigste
manier worden hun daden en bedoelin
gen aangevallen.
Nu willen wij volstrekt niet de buiten-
bewaren."
En die domme Petersen, in plaats van
zich in 't raadselachtige van 't geval verder
te verdiepen, drukte 't kaartje alleen vurig
aan zijn lippen.
Het dinerlje bij juffrouw Koper was geen
succes in den gewonen zin des noords. De
gastvrouw was onaangenamer dan ooit, en 't
eten was al niet veel beter dan de konver-
satie.
Toch vond Jaap Petersen dit maal 't
heerlijkste, dat hij ooit had meegemaakt, en
'i was met pen droef hart, dat hij zich
gereed maakte, afscheid te nemen van Vir
giuie, met wie hij bij zijn komst een knikje
van ventandhouding had gewisseld.
Hij had echter nog geen honderd schreden
afgelegd, toen hij een lichten voetstap ach
Ier zich hoorde, en omziende ontdekte hij
't witte, fijne figuurtje van Virginie.
Ik moet u spreken, zei ze. U
uitleggen
O, ik verlang volstrekt geen ophel
dering, als u die liever niet geeft. Als u me
maar zegt wat ik met die schotels doen
moet
Nee, nee, u moet weten hoe 't ge
gaan is. Kijk, ik zag u uw tasch wegbergen
en, kinderachtig als ik soms zijn kan, pro
beerde ik, ot ik haar open kou krijgen, 'k
Wou er dan wat zand of een stokje in doen
Flauw, hé Maar toen bedacht ik, dat u
hier wel zoudt blijven logeeren, en ik be
sloot juffrouw Koper, die me verleden zoo
vreeselijk verveeld had met haar familiezil
ver, eens te doen schrikken, en mij dan ten
haren, enenten uwen koste te
amuseeren. Stel u uPh schrik voor, toen ik
hoorde, dat u naar een hotel gingO,
wat moeten we nu doen Kunt u me ver
geven
U vergeren?! riep hij uit. -—Wel
sporigheden, die zich hier en daar in
Frankrijk hebben voorgedaan, in be
scherming nemen wij hebben zelfs da
delijk onze afkeuring van dergelijke
buitensporigheden te kennen gegeven.
Maar als geheel is het lijdelijk verzet
van het Fransche katholieke volk tegen
de aanmatigingen van zijn verdrukkers
een grootsche manifestatie, door de
meest nobele gevoelens aangeblazen.
Door politiek te zoeken achter dit een
stemmig verzet zou men zijn beteekenis
verkleinen. Neen, het is geen politiek,
die de katholieke bevolking van het
platteland en de steden bijeendrijft om
hun kerk of kathedraal te beschermen
tegen de wederrechtelijke aanslagen vati
een goddeloozen Staat. Het is geen
politiek, het is de liefde voor hun gods
dienst en hun Kerk. G.
Frans Rosier.
Ziedaar, de belichaming van de zie
kelijkheid der ontoerekenbaarheids-be
grippen I Dit is nu de tweede maal, dat
deze sluwe klant heilige Justitia bij de
»arendsneus" heeft.
Een gewoon menschenkind zou zoo
zeggen, dat in zoo'n ernstig geval één
keer mistasten voldoende is. Maar neen,
nog eens moest dat gevaarlijk sujet ter
observatie opgezonden worden.
En dan, ndar een gesticht, waarvan
de heer L. v. 't Hoff, onderwijzer aan,
dat gesticht, verklaart, dat het niet vol
doet aan de eischen voor een goede
verzorging, bewaking en verpleging.
Welk een verantwoordelijkheid!
Zou deze ontsnapping nu nóg niet
voldoende zijn, om deze verkeerde cri-
minaliteits-philantropie uit onze rechts
pleging te doen verdwijnen, tenminste
de ziekelijke doorvoering er van. Wij,
Nederlanders, worden wel eens genoemd
een nuchter volk. 't Is mogelijk, dat er
een tijd was, dat deze psychologische
uitspraak op ons van toepassing was.
Thans lijkt ons echter die nuchterheid
wel wat verdampt te zijn in de hooge
sfeeren der moderne ontoerekenbaar
heidsbegrippen.
ik kan u niet genoeg danken
Maar plotseling bedacht hij, dat d&t geen
manier van «preken was tegen een Ameri
kaansche erfdochter.
Hoort u 's, zei hij. Kunt u van
nacht precies twaalf uur aan de voordeur
zijn, dan zal ik u 't zilver brengen. U kunt
't dan wegzetten, vóór men 't gemis gemerkt
heeft.
Goed, zei ze.
Hij snelde naar zijn hotel, pakte de zil
veren «chotels weer en zijn tasch, en begaf
zich tegen middernacht op weg naar „Casa
Cara".
Hij w&s, helaas, geen inbreker van be
roep. 't Koste hem héél wat moeite, met
zijn tasch, 't hooge hek om de villa over
te komen. De maan was zoo inüiskreet hel
der te achijnen en een weinig leven maakte
hij óók, toen hij op 't kiezel terechtkwam.
't Gevolg van een en ander was, dat een
venster op de eerate verdieping openvloog,
en de stem van juffrouw Koper luid om
hulp riep.
Een politieagent klauterde 't hek over, en
eer Petersen goed wist, wat er met hem
gebeurde, werd hij in zijn kraag gegrepen.
Ik hèb 'm, juffer, riep de areut, en
leidde hem naar 't huis waar juffrouw Ko
per hen, nog in avondtoilet, ontving met
een gezicht, waarop woede en verbazing om
den voorrang streden.
Dus op deze wijze beloon je mijn
gastvrijheid, Jaap, zei ze ten slotte. Je
hebt me reeds bestolen of je wou 't doen
agent, maak die tasch 's open, dan kunnen
we zien, wat 't geval is.
En te-midden van een pijnlijke, plechtige
stilte werden de zilvereu schotels te voor
schijn gehaald.
Jaap, zei zijn tante, snuivend van
verontwaardiging. - Ik ben beschaamd
over je.
Voor Justitia schijnt hier wel plaats te
zijn, terwijl de grauwe langoor voor deze
nevelige plaats hartelijk dankt, want,
waar de eerste haar voet wel tweemaal
aan denzelfden steen stoot, daar verkiest
de domme ezel dit te laten.
Men blijve toch ook met de rechts
spraak in het gewone leven en verklare
niet de heele misdadigersmaatschappij
tot een algemeen gekkenhuis. Voelt men
dan niet, dat de heeren moordenaars,
dieven en meer van die deftigheid"
met deze ontoerekenbaarheids-manie
rekening gaan houden en zich mede
»gek" gaan houden.
Wij worden weer nuchtere Neder
landers en die gekheid" houdt dan wel
van zelf op 1
Algemeen Kiesrecht.
Nog niets verluidt van onze politieke
organisatie, of zij in deze van voorlich
ting wil dienen. Wij begrijpen het niet,
of moeten de anderen ons weer wakker
schudden Ons dunkt, dat ze al leven
genoeg maken. Er is al gekomen een
Algemeen Kiesrecht-Comité, dat wel
ondanks ons en zeer zeker zonder ons
de kat de bel zal aanbinden. En mee-
nen we nu werkelijk, dat we de quaestie
maar dood kunnen zwijgen Er zit in
deze tactiek groot gevaar. Immers, onder
de katholieken zijn beslist voorstanders
van algemeen kiesrecht, 't zij met of
zonder correctieven. En als deze nu in
Oostenrijk zien, toch nog een beslist
katholiek land, dat daar zuiver algemeen
kiesrecht zal komen, gelooft men dan,
dat zij nog heel lang zullen wachten, om
zich bij een partij of tenminste bij een
organisatie aan te sluiten, welke op eene
behoorlijke manier propaganda maakt
en studie-materiaal levert voor algemeen
kiesrecht. Men zij aan onze zijde toch
niet zoo laks 1 Men houdt de jongens
niet zoo gemakkelijk meer zoet I Boven
dien, 't is ook geen houding, waar alle
partijen de zaak onder de oogen zien.
liet was een tragisch toonrel, vond Virgi
nie Gold, die op dit oogenblik de kamer
kwam binnenstuiven.
O, juffrouw Koper, ik moet u iets
zeggenbegon ze.
Onnoodig, bromde tant». Ik vraag
slechts één ding: Jaap nam je die schotels
weg of niet
Jaap zag eren naar 't mooie, witte figuur
tje voor hem en duidelijk klonk zijn ant
woord
Ja, 't spijt me maar 't is zoo.
Nee, nee, riep Virginie, dat mag
u niet zeggen.
Eu in één adem vertelde ze t geheele
geval precies zooala 't was, terwijl tante
Koper met een onbeschrijfelijke uitdrukking
van verachting, en de rgent blijkbaar ver
maakt toeluisterden.
Hier ii een kwartje voor je, zei juf
frouw Koper ten slote tegen den agent,
je kunt wel gaan. Ik zal beginnen met
mijn eigendom weer weg te bergen.
Petersen en Virginie waren alleen. Plot
seling voelde hij eeu zacht handje in de
zijne.
U is een held, een braaf, dapper tnan,
fluisterde eeu stemmetje, en
Maar Jaap, wat beteekent d2kt vroeg
tante Koper, een minuut of wal later bin
nenkomend en haar reef in eeu aangename
bezigheid verdiept vindend.
Dat beteekent, antwoordde Virginie
voor hem, dat ik van plan ben. mevrouw
Petersen te worden.
En toen, lezer, toen lachte tante Koper
luidkeels, „hoewel", zooals ze later verze
kerde, „de zaak eigenlijk allesbehalve om
te lachen was."
Maar dat vonden Petersen en Virginie
toch wèl.
I