Nummer 35
Zondag 29 April 1906.
29e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
waarin opgenomen DE NOORDBRABANTSCHE POST.
Eerste Blad.
HETlIESRECHÏÏRAAGSTUl
DE KUNSTRIJDER.
AN TOON TIELEN,
Dit nummer bestaat
uit DRIE Bladen
LANDBOUW
INDUSTRIE ELEN.
FEUILLETON.
van
U i t G k ver:
(5)
5-..VJ#
Waalwyksclie en l.iasslraalxrif Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maanden f ü.~5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
WAAL W IJ K. Telefoonnummer 38.
Advkrtbntiën 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciple zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel
De Kamer van Koophandel en Fabrieken
te Waalwijk houdt zich onledig inet hei
opmaken van het verslag over 1905.
Heeren Industriëelen worden verzocht
hunne opgaven voor het verslag zoo spoedig
mogelijk aan den Voorzitter in te zenden.
Be Kamer van Koophandel en Fabrieken
voornoemd.
ii.
In dit artikel willen we dan de vraag
behandelen: »Kunnen de katholieken in
de gegeven omstandigheden het alge
meen kiesrecht aanvaarden
Bij de bespreking van deze vraag
dient op de le plaats uitgemaakt
te worden, of in deze quaestie voor ons
ook een beroep dient gedaan ot kan ge
daan worden op de katholieke begin
selen. Immers, bestaat het gevaar, dat
eene gedeelte van ons aan zijne afwij
zende meening omtrent algemeen kies
recht een principiëele zijde ontdekt of
vastknoopt, dan kunnen we vooraf
wel besluiten, dat met die principiëele
tegenstanders samenwerking onmogelijk
is en dat we ons dus, wat hen betreft,
van alle verdere overtuigings pogingen,
wel ontslagen kunnen achten. Doch o.
i. is het gevaar van >principiënreiterei«
niet te duchten. Waar toch eene katho
lieke regeering als de Belgische het al
gemeen kierecht onder haar leiding heeft
ingevoerd, waar wij het Duitsche Cen
trum, die grootsche R. K. organisatie,
er naar zien streven, om het algemeen
kiesrecht in te voeren in die Duitsche
Staten, waar het nog niet bestaat, daar
kan men toch moeilijk het algemeen
stemrecht in strijd achten met onze be
ginselen. En wat alles zegt, Leo XIII
z. g. en ook Z. H. Pius X hebben zich
in deze duidelijk genoeg uitgesproken,
dat het den katholieken in hunne poli
tieke organisatie's in de ruimste mate
vergund is deel te nemen aan de publieke
zaak. Een dergelijke uitspraak is nog
van zeer recenten datum. Wie herinnert
zich niet, wat Z. H. den katholieken
van Frankrijk in zijn vérziend doorzicht
heeft aanbevolenMaakt toch vooral
gebruik van Uw kiesrecht, om zoodoen
de den politieken toestand in Uw on
gelukkig land. in goede richting om te
zetten.
Welnu, waar het zoo staat, is het zeer
goed te begrijpen, dat de meest conser
vatieve katholieke bladen ten onzent
het niet wagen, zich principiëel tegen
over 't algemeen stemrecht te plaatsen.
Wel liet de hoofdredacteur van de Tijd
Dr Vermeulen, sterk aangedikte Cassan-
dra-profetiën in de Eerste Kamer over
algemeen kiesrecht hooren, wel konden
wij dezer dagen in De Tijd een zeer
tendentieus stukje lezen, afbrekende het
algemeen kiesrechtwèl schreef de
Maasbode in September 1903, dat zij,
gelet op de velen onder de volksklasse,
van alle godsdienstige belijdenis ver
vreemd en dus eene willige prooi voor hen,
die of van revolutie of van een atheis
tischen staat droomen, het algemeen
stemrecht een verderf zou achten voor
den vrede en de welvaart in ons land,
doch in één adem verklaarde hetzelfde
blad, dat het een beroep op Katholieke
Beginselen in dezen beslist van de hand
wees.
Summa sammarum, blijkt hieruit duide
lijk, dat men het ook ten onzent er vrij
wel over eens is, dat de quaestie »al-
gemeen kiesrecht4 eene vrije quaestie is.
Het >al of niet principiëel zijn4 van
het vraagstuk dus zoo goed als uitge
maakt beschouwende, kunnen wij thans
rechtstreeks op de vraag ingaan Kun
nen de katholieken in de gegeven om
standigheden het algemeen kiesrecht aan
vaarden In de gegeven omstandighe
den
CRIMINAAL-NOVELLE.
NAAR HET DUITSCH
DOOR
J. M. S.
II.
De kapitein dacht een poosje na en ant
woordde toen /rUwe woorden hebben menive
zonderlinge gedachte in mij opgewekt. Ik
ken den financieëien toestand van Heineeke
niet. Dat er op 't oogenblik malaise in den
handel is, valt niet tegen te spreken, doch
dat uw pleegvader een bankroet nabij is,
geloof ik niet".
O, als u zijn wanhopige gelaatsuitdruk
king hadt gezien, zou u wel anders oor-
deelen".
//Mijn lief kind, de schijn bedriegt zoo
vaak. Wie zoo lang geleefd heeft als ik en
zoo veel eerlijke menschen als wel schurken
ontmoet heeft, vormt zich een eigen philo-
sofU. Men wordt wantrouwend en vertrouwt
niet meer den eerste den beste. Noem mij
vrij een pessimist, ik kan mijn medemen-
schen niet anders taxeeren dan zij zijn".
„Mijn pleegvader heeft mij reeds als klein
kind tot zich genomen hij vervult al mijne
wenschen en ik zou zijne woorden moeten
wantrouwen
„Wie kan weten, welke beweegredenen
hem leiden Stond het slecht met uw pleeg
vader, geloof me, ik had er al wel iets van
gehoord".
„U zoudt papa dus van een leugen willen
beschuldigen
„Ik mag uiij niet zoo scherp uitdruk
ken ik kan alleen zeggen, dat de zaak
anders is dan zooals mijnheer Heineeke ze
u wil doen gelooven".
Bertha keek peinzend voor zich uit. Haar
tot dankbaarheid geneigd hart kon den
kapitein geen gelijk geven.
„O, had ik toch maar één enkele vinger
wijzing, om dien twijfel op te lossen
mompelde ze halfluid.
„Een baron heeft om uw hand gedougen
„Ja".
En u spreekt van raadselen bij eene zaak.
die zoo duidelijk mogelijk is? Tenminste
voor mij nu. Heineeke is een rijk man en
hoopt door deze verbinding aan zijn huis
nog meer luister bij te zetten. Hij over
weegt mi»schien een groote onderneming,
waarbij de naam van een adelijk heer als
cachet noodig is".
Maar die wanhopige stemming san mijn
pleegvader
„Niets anders dan comedi-. De menscheD
grijpen naar alle middelen, om hun doel te
bereiken".
„Ik wil gaarne in alles toestemmen, wat
papa van mij verlangt, maar niet in een
afzien van Theodoor".
„Uwe liefde tot mijn zoon is dus wel
oprecht gemeend
„Daar kunt u van verzekerd zijn".
lief kind; dit moet zeker weer een
geldhuwelijk worden. In onze dagen ver
eenigen zich niet vaak twee harten uit liefde
tot den echtelijken baud en waar dit ge
schiedt, daar zijn dikwijls ook kommer en
zorgen. Daarvan blijft de echte liefde zelden
verschoond".
Een zucht ontsnapte aan de Berta'a droe
vig hart. Zij' drukte haar zakdoek tegen haar
gloeiend voorhoofd.
Buiten heerschte een diepe stilte.
Welke zijn die
We hebben op 't oogenblik eene re
geering, die de kiesrechthervorming
gemaakt heeft tot een vraag van den
dag. Struisvogelpolitiek zal ons in dezen
dus niets helpen. Of wij willen of niet,
voor de electorale vraag zullen we
eenvoudig Dinnen korteren of langeren
tijd gesteld worden.
Wij moeten dus mede, maar dit zegt
niet alles. Toen de socialisten en vrij
zinnig-democraten hunne bekende voor
stellen inzake kiesrecht-uitbreiding in
dienden, stonden de kamers voor een
berg van werkzaamheden, welke groo
tendeels urgent mochten heeten. Ónze
Christelijke regeering had een samenstel
van sociale ontwerpen ingediend, die met
een beetje goeden wil van alle partijen
binnen niet al te langen tijd tot wet
verheven hadden kunnen worden. Toen
moest dus de sociale wetgeving voorgaan
en konden wij in geen geval aanvaarden
de urgentie van een kiesrecht-hervorming,
welke gepaard moest gaan met grond-
wets-herziening en al den aankleve van
dien.
Thans staan echter de zaken geheel
anders. Nu heeft de regeering bij monde
van H. M. de kiesrecht-hervorming en
grondvvets-herziening aan de orde ge
steld. Voor geruimen tijd zal dus de
kiesrecht-uitbreiding en vooral de grond-
wets-herziening alle aandacht op zich
concentreeren. Wel zal men zoo »en
passant ook nog andere quaesties aan
de orde brengen, zelts wil de regeering
de sociale wetgeving niet doen stil
staan, doch hoe mooi ook dat voorne
men, het kiesrechtvraagstuk zal heel
deze vierjarige periode stel, dat de
regeering zoo lang aanblijft de poli
tieke sfeer beheerschen. En mocht de
regeering vallen, vóór zij haar blanco
artikel 80 heeft kunnen binnenloodsen,
de kiesrecht-quaestie zal haar oplossing
eischen en steeds als wacht voor de
deur staan voor andere grootere quaes-
tie's.
Bovendien en hier grijpen we de
quaestie in haar volle opportuniteit aan
al te duidelijk is gebleken, dat zoo
De laatste stralen der ondergaande zon
wierpen nog een zacht-gouden licht ep den
kleinen tuin, welke het huisje omgaf.
„Ook ik heb reel in mijne jonge jaren
beleefd, doch had later de voldoening, mij
over mijne standvastigheid te verheugen.
Mijne moeder zaliger had de fout zoo
velen moeders eigen, welke maar één zoon
hebben n.l. zij wilde tot eiken prijs
verhinderen, dat ik een arm meisje tot
vrouw nam. Aan slechte vrienden ontbreekt
het in zulke gevallen gewoonlijk niemand,
rn zoo rasakte uien mij bij mijn meisje op
alle mogelijke wijze slecht, zoodat ik op
zekeren dag een brief van haar ontving,
waarin zij mij mijn woord teruggaf. Doch
s'erker dan dit alles was mijne liefde, en
toen ik na eene afwezigheid var. twee jaren
weer in mijn vaderland terugkwam, was
mijn eerste gang naai mijne Mathilde. En
trots alle tegenwerking nam ik haar tot
vrouw, en spoedig zou mijue moeder erva
ren, dat mijne keuze eene goede gewetst
was. Ik verloor door mijn goedheid mijn
vermogen, en toen was het mijne vrouw,
die mij mei al haar kracht ter zijde stond.
Met handenarbeid verdiende zij or.s levens
onderhoud, want het ongeluk, dat ons ge-
trotien had, wierp mij op het ziekbed.
De kapitein wischte zich een traan uit
het oog.
Een pauze trad iü. Berta was door de
vertelling van den ouden man diep ontroerd.
„Alles, wat op mij zal aanstormen", ver
klaarde zij thans met vuur, „sal ik v«r-
dragen wees u daarvan verzekerd. Ik ver
trouw vast op Theodoor, en als
„Dat kunt ge; viel haar de oude man
hier in de rede „Mijn jongen stamt van
eene oude zeemansfarnillie af in welke leugen
en bedrog steeds onbekende dinzen zijn
geweest. En al zijn wij niet rijk wij kunnen
ongeveer niemand de oud-liberalen
wellicht uitgezonderd meer tevreden
is met de kiesrechtregeling van den
heer Van Houten. De democratische
strooming, ook in onze partij, wordt te
krachtig, om nog langer vrede te kun
nen hebben met de vaak willekeurige
wijze, waarop in die wet velen van het
kiesrecht worden uitgesloten, terwijl
daarnaast staat een kiezersteelt, die zeker
niet beantwoordt aan de bepalingen, in
art. 80 van de grondwet vastgesteld,
welke bepalingen de huidige regeering
wil doen verdwijnen, door ons eenvou
dig een blanco stukje papier, waarop in
blanco letters art. 80 staat, voor te
houden.
Als men ten slotte hierbij nog be
denkt, dat onze partij, mifs de oplossing
mede in zich omvat de invoering van
evenredige vertegenwoordiging, bij uit
breiding van het kiesrecht beslist eenige
zetels zal winnen, dan zullen onze lezers
het zeker geen opzienbarende conclusie
vinden, die wij uit dit alles trekken
De Katholieken kunnen in de gegeven
omstandigheden het algemeen kiesrecht
aanvaarden.
De vreesachtigen mogen dan nog
vragen: >Maar vreest ge dan niet, dat
onze volksklasse, welke dan in haar ge
heel tot de stembus wordt toegelaten,
in hare onbetrouwbaarheid wel eens den
vrede en welvaart in ons land in gevaar
kon brengen en 't gezag van den staat
kon ondermijnen ?4 Wij antwoorden
»Neen, dat vreezen wij niet. Ons volk
- ook in hare lagere klasse is over
't algemeen te nuchter van aard, dat
het >de stembus4 zou gebruiken, om
eene omwenteling te veroorzaken. Wij
zijn geen wufte Franschen en de kern
van ons volk in zijn geheel staat wer
kelijk nog wel op te degelijken grond
slag, om met zijn stembriefje den staat
in gevaar te brengen.4
Korrelvoer niet Melkehvit.
III.
De groote voordeelen van dit fabrikaat
iedereen vrij en open in 't gezicht zien en
behoeven ons voor niemand te schamen."
„Ik wilde u wel iets verzoeken zei Berta
schuchter."
„Laat eens hooten."
„U slaat onafhankelijk en vrij tegenover
mijn pleegvader, dat ik van mij zalve na
tuurlijk niet zeggen kan. Als u nu eens naar
hem toeging en hem voorstelde.
„Niet verder, mijn kind I Het doet mij
van harte leed, dat ik aan dit verzoek niet
kan voldoen en gij zelf zult ook dadelijk
inzien, dat ik het onmogelijk kan, als u maar
een oogenblik er over nadenkt, dat de heer
Heineeke, die een gevoellooze geldman is,
bij mij zelfzuchtige motieven voor dit verzoek
zal veronderstellen. Hij zal in mij niets
anders zien dan een geslepen speculant, wien
het nergens anders om te doen is dan om
eene rijke schoondochter te krijgen en zoo
doende een verzorgden ouden dag."
„Dat zal toch hoofdzakelijk van uw op
treden afhangen."
„In 't geheel niet, mijn kind.Ik kan
u dan ook geen anderen raad geven dan
dat te doen, wat uw hart zegt. Dieadelijke
heeren, welke niet» bpzittenen ik vermoed,
dat mijnheer van Belgern ook zoo eene
isplegen zich over vele dingen heen te
zetten, die voor ons eenvoudige menschen,
zoovele redenen zouden zijn, om een meisje
niet te huwen, al bezat rij ook al de schat
ten der wereld. Dit klinkt hard, 't is ech
ter eenmaal niet anders. En mocht het zijn,
dat mijn Theodoor u bij zijn terugkomst
vindt aan de zijde van een andere zoo zal
het wel weer de oude geschiedenis zijn, die,
gelijk het Heine zingt, eeuwig nieuw blijft
maar die, wie ze ook treft, het harte breekt.
Berta vond den ouden, ronden zeerop wel
wat al te openhartig en hard. De tranen
kwamen haar dan ook in de oogen.
„Nu, nu," zeide de oude kapitein die
thans toch ook inzag, dat hij zich wel wat
al te rond had uitgedrukt, „Zoo ver zal
het wel niet komen. Rijkdom is wel een
gevaarlijk bezit, doch u schijnt mij uit ander
hout gesneden dan de heer Heineeke.'
„O, was Theodoor maar hier 1 Zuchtte
Berta.
„Aan zijne zijde zon mij geen arbeid te
zwaar zijn
U zijt een braaf meisje I Ik bezit zelf
maar weinig, maar mocht Heineeke je lief
deloos behandelen, zoo kom dan gerust maar
tot mij. Wij zullen er ons wel doorheen
slaan en, zoo het nu staat, is er mij op 't
oegenblik niemand nader dan u."
Het sloeg bniten zeven uur. Berta
stond op.
„Vaarwel," zei ze op droeven toon. „Ik
zal trachten te handelen, zooals u mij hebt
aangeraden."
Berndt geleide haar naar buiten en zag
heur hoofdschuddend na.
„Mijn voorgevoel heeft mij niet bedrogen,"
dacht hij. Reeds van de beginne af had
ik zoo iets verwacht. Ja, ja, die rijke patrie-
ciërs" Om een klinkenden naam in de
familie te krijgen, is hun geen middel te
slecht 1„
Hij mompelde verder nog wat in zijn
baard, tot hij halfluid voor zich heen zei
„Ik moet er toch achter zien te komen
wat die baron van Belgern voor een man ia.
der Hollandsche Melksuikerfabriek te
Uitgeest zijn: le dat het bereid wordt
uit Melkeiwit, prima qualiteit graanpro
ducten en de onontbeerlijke phosphor-
zure voederkalk, met gegarandeerd ge
halte, gewaarborgd doordat het fabrikaat
gesteld is onder openbare controle der
Rijkslandbouwproefstations. 2e dat het
gebakken is, waardoor ook alle bestand-
deelen der graanproducten sneller en
gemakkelijker verteerbaar zijn geworden,
terwijl mogelijke kiemendie vaak voor
komen in de stoffen, welke voor samen
stelling van ochtendvoeders worden
gebruikt, en ziekten veroorzaken kunnen,
zeer sterk zvorden verzzvakt of gedood.
3e dat het gereedmaken voor het ge
bruik allergemakkelijkst is, daar het
door zijn groote poreusheid in enkele
seconden het water heeft opgezogen,
zoodat het den hoenders in den zvinter
nog zvarm kan zvorden voorgezet. Deze
eigenschap heeft het Korrelvoer vóór
op Hoenderbeschuit hetgeen gewoonlijk
zóó lang meet weeken, dat het koud is
als het den hoenders kan worden voor
gezet.
Proefnemingen bevelen we zeer aan
men handele daarbij volgens de nauw
keurige aanwijzingen in de brochure,
die na aanvrage kosteloos wordt toege
zonden.
„Centraal Bureau".
Thijs. Ik hoor, Krijn, dat het bestuur
onzer Landbouwvereeniging wil voor
stellen, om voortaan de kunstmeststoffen
te bestellen bij het »Centraal Bureau4.
Welke bedoeling heeft het daarmee en
wat is dat Bureau voor een instelling
Kun jij me daar ook iets van vertellen
Krijn. Zeker wel, Thijs De bedoeling
van het bestuur zal je duidelijk worden,
als je verneemt, hoe de inrichting en
werking is van bedoeld Bureau, waarvan
de naam in zijn geheel is tCentraal-
Bure au4 uit het Neder landsch Landbouzv-
Comitè voor het aanschaffen van Land-
bouzvbenoodigdheden voor geheel Nederland
gevestigd te Enschede.
Thijs. Nu, die naam is lang genoeg,
maar zeg me eens bestaat het Bureau
(Wordt vervolgt.)