jen, Donderdag 29 November 1906. 29e Jaargang. j Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. waarin opgenomen DE NOORDBRABANTSCHE POST. P Eerste Blad. w d nTngn ööd. ë- >k, Kracht kérels ik. puiiitiier 95 ANTOON TIELEN, bestaat Dit nummer uit TWEE Bladen. ee. FEUILLETON. l>IJ I TEM LA. ND. Frankrijk. Duitschland. Italië. 0—, «2k- iv^kïek jmaBs^^sm^^mBaatÊmamamaÊmm'KmÊBmtS3^s^Bm^^s^:-a ÜITGEY E 11 WAAL W IJ K. Telefoonnummer 38. in. 3011' [JRG, en jrt ol idere even 42) Iraan n. I van ▼■A. i dtn Wll. r«. r van sr. Maria Adri- janui darai Km 8izito amen bten, t, alle :uren enz., t kan toeri en iu i uit- Ge nder- •con- inder t der jezit, r iu- I zijn rauta g te eene aan- ipons ij de £9BS££ -yajsrz«reragragagreg --^pgs^^MBuaHH»aM2^saBKS«Sg3E«aBg^^riiiMw a - «iK.- - De Echo van het Zuiden ra Unistriitseke Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. A b n n ui e 111 s p r ij s per 3 maanden f ü.~5. Franco per post door liet geheele rijk f 0.90. Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan Uitgever. den Advkrtbntikn 17 regels f 0.6Ü daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden üraaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel m Het denkbeeld, hiervoor uiteengezet, om naast en tot steun der bouvereeni- ging een vereeniging op te richten, die als geldschietster optreedt, is niet nieuw. Het werd toegepast in den Haag, waar onlangs tot stand kwamen de bouwver- eeniging: »De Goede Woning*, toege laten krachtens de Woningwet en de vereeniging >Scheveningsch Bouw fonds* 1), die geen ander doel heeft dan kapitaal te verstrekken aan eerstge noemde vereeniging. Al is het oogmerk, waarmede dit Bouwfonds werd gesticht, niet geheel gelijk aan hetgeen men wil bereiken door een Bouwkas, waarvan hier de oprichting wordt bepleit, zoo schijnt het toch nuttig omtrent de verhouding van de beide Scheveningsche Vereeni- gtagen het een en ander aan te stippen. Het Bouwfonds verstrekt een kapitaal van f25,000 ter leen aan »De Goede YVonir.g,* ter vermindering van het risi co der gemeente »en van het door deze te verstrekken bedrag.* Het ter leen verstrekte geld kan niet worden opgevorderd en is evenmin van de zijde der bouwvereeniging aflosbaar, zoolang niet de door de gemeente ver strekte voorschotten zijn afgelost. Bij ontbinding der bouwvereeniging worden eerst de schulden afgedaan bij de ge meente en anderen aangegaan, daarna pas de schuld aan het Bouwfonds. De bouwvereeniging keert jaarlijks hoogstens f25 uit tot dekking van administratie kosten en vergoedt 4% rente van het geleende bedrag, althans wanneer de winst of het reservefonds^ dit toelaten anders kan het ontbrekende in een der volgende tien jaren worden aangezuiverd. Is er na de uitkeering waarop het Bouwfonds aanspraak kan maken nog een overschot, dan wordt dit in het reservefonds gestort. Hoe het winstsaldo wordt bepaald is in de Statuten van >De Goede Woning* uitvoerig omschreven. Ten laste dei winst- en verliesrekening wordt o.a. ge bracht een afschrijving op de waarde der eigendommen gelijk aan het bedrag, dat jaarlijks moet worden afgelost, tot dat de balanswaarde de helft der aan vankelijke waarde bedraagtnadien kan met geringere afschrijving worden vol daan. Het Kapitaal van de vereeniging »Schc- veningsch Bouwfonds* wordt gevormd door aandeelen van f 50, die tot een bedrag van f25,000 zijn geplaatst. In plaats van de oorspronkelijke bezitters dezer aandeelen zullen echter langzamer hand de leden-bewoners der bouwver eeniging treden. Zij storten namelijk wekelijks boven de huur nog eene con tributie ter verkrijging van aandeel in het Bouwfonds, en naarmate, ten gevolge van die stortingen, het Kapitaal van het Bouwfonds toeneemt, worden de oorspon- kelijke aandeelen bij de uitloting aflosbaar gesteld. Dc aandeelhouders van het Bouwfonds genieten van het door hun gestorte bedrag hoogstens 4% rente- Waar het lot van de vereeniging Scheveningsch Bouwfonds zoo geheel afhankelijk is van de bouwvereeniging, is het niet te verwonderen dat zij krachtens de Statuten van laatstgenoem de vereeniging grooten invloed verkrijgt op den gang van zaken. Zoo wordt goedkeuring der geldschie tende vereeniging gcëischt op besluiten betreffende het aangaan van leeningen, het koopen en verkoopen van onroerende goederen, de regeling der huurprijzen, het opmaken der jaarlijksche rekening en verantwoording en tal van andere punten. Scheidslieden beslissen bij ver schil van opvatting en de bestuursleden zijn voor verschillende handelingen ten opzichte van het bouwfonds persoonlijk aansprakelijk. Genoeg thans over de bizonderheden, die bij de oprichting van eene Bouwkas en bij de regeling harer verhouding tot bouwvereenigingen ter sprake kunnen komen- Moge het voorafgaande eenig licht hebben geworpen op het groote nut, de noodzakelijkheid haast, van het tot stand komen eener vereeniging als boven geschetst, indien men met goede kans op welslagen onzer arbeiderskringen wil aansporen tot praktisch werk ter ver krijging van goede woningen. Roman van de Zee door JOS. SCHELLEKENS. X. Wat moet hij toch wel lan dien man denken, die nu bijna sedert een halve eeuw niets van zijn familie wilde weten en in wiens omgeving toch zooveel familienamen gebezigd worden Hij kon zich hiervan eenvoudig geen verklaring ge/en. In elk geval voorspelt dit iets goeds en wellicht is hiermede reeds een brug gelegd lot algeheele verzoening. In verklaarbaar gespannen toestand wacht bij dan ook de terugkomst van Tom af. Vrij spoe,dig komt deze weer bij hem. ,/Zal ik je maar even voorgaan, Haak Wel zeker, Tom*. Als Haakon op zijn kamer is, verlaat Tom hem weer, zeggende//Ik ben zoo direct weer bij je terug, 'k Ga nu den baas op zoeken en hoop je de tijding mee te brengen, dat hij je ontvangen kan*. Haakon ziet even rond. 't Is een prachtig vertrek, waar Tom hem gebracht heeft. De beide ramen, die op den tuin uitzien, itaan open. Een heerlijke planten-aroma stroomt naar binnen Op de tafel staat in een kostbare vaas een ruiker, een attentie, die Haakon aangenaam aandoet. Nadat deze zich in het aangrenzende slaapvertrek verfrischt en van een ander costuim voorzien heeft, treedt Tom weer binnen. z/Je oom wenscht je onmiddellijk te zien, Haakon. Als je klaar bent, zal ik je bij hem brengen*. „Heel gaarne, amice*. Tom brengt hem bij een deur, welke half aanstaat. Op het kloppen van Haakon, roept een zware stem „binnen*. Als Haakon nu binnentreedt, ziet hij een forsch gebouwd msn met langen, reeds grij zenden baard in een ziekenstoel gedoken Hoewel de oogen een ziekelijke uitdrukking hebben, glinstert er toch nog geestkracht in een geestkracht, die wel breekt, doch niet buigt. Haakon blijft aan de deui staan, nadat Tom zich veiwijderd heeft. Zijn oom zie hem met een uitvorschenden, critischen blik aan, dan wijst hij hem mei een haudbewe ging een stoel naast hem aan. Haakon neemt plaats. Nog altijd zonder een woord te zeggen steekt zijn oom hem de hand toe. Met beide handen omvat Haakon deze en zegt, werkelijk ontroerd en aangedaan Hoe onbekend wij ook voor elkaar zijn, oom, ik voel toch de stem des bloeds in mij spre keu. U lijkt zooveel op papa*. De oude heer maakt een afwerende be weging met de hand, nog altijd blijft hij echter zwijgen. Haakon voelt zich het bloed naar 't hoofd stijgen. Met een driftbeweging springt bij op, terwijl hij tcherp beaccentueerd zegt Hebt u mij daarvoor hier laten komen, oom Soen Indien u mij niets anders hebt te laten zien dan een afwerende handbeweging, als ik over mijn pa spreek, kan ik wel weer opstappen*. „Zoo mag ik je zien, neefzegt de oude man nu met een zwaar, sonoor stemgeluid. Best zoo, jongen, 'k zie, dat er karakter in je zit. Ga weer zitten, en laat ons verder spreken*. 1) De statuten van eerstgenoemde vereeniging vindt men in bijvoegsel No. 812 van do Ncdorl. Staatscourant van 23 Augustus 1900, die van do andero in bijvoegsel No. 853 van do N'edorl. Staatscourant van 6 September 190G. In Frankrijk gaat men steeds voort met de ontheiligende prsctijken vau boedelbe schrijvingen enz. enz. O»er 't geheel gaat hel vrij kalm en blijft liet bij de protesten der geestelijkheid eu der bewonersop sommige plaatsen echter gaat men heftig te keer, maar men doet waarlijk met zulke, dingen niemand dan de regeeiing geno gen. Immers het bloc heeft een bedenkelijke scheur gekregen, doordat over de quaestie der Zondagsrust radicalen en socialisten, elk voor zich bezorgd voor hun kiezers een scherpen twist hebben gekregen. Daarbij komt, dat het optreden van Cle- raeuceau in den Senaat een zeer ongunsti- gen indruk heeft gemaakt zoodat deze in ventarisaties, zoo in strijd met de taktiek die Briand in zijn groote rede aankondigde, beslist een poging zijn der regeering om ie bewijzen, hoe gevaarlijk de clericalen voor de rust des lands moeten worden ge acht. Wanneer de Katholieken onder een waar dig protest maar kuline houding hun ver ontwaardiging hadden weten te verbergen, zouden ze bun zaak o. i. beter hebben ge diend. Eu heeft de Pau3 in de encycliek hun zulk een houding niet geboden Het door kamer en senaat zonder slag of stoot aangenomen voorstel om de bezol diging der kamerleden te brengen op 15,000 francs, begint eerst uu voor goed protesten uit te lokken. Vele socialistische kamerleden ontvingen protest»» van hun kiezers te dier zake, en daarom moeten zij voornemens zijn de credieten at te stemmen. Eén af gevaardigde heeft een voorstel ingediend om de verhooging eerst bij de. volgende wetgevende periode te doen ingaande kiezers zouden er dan uitspraak over kun nen doen. De vereeniging voor vrouwen kiesrecht komt er tegen op, dat men de vrouwen mee laat betalen, terwijl de ver hooging is aangenomen door kamer en se naat, waarin geeu enkele vrouw zit. De gemeenteraden van Nimcs en Rochefort eindelijk namen een motie van afkeuring aan, aan het adres van de heeren in kamer en senaat. Mgr. Von Stablewski. Met den plotseling overleden aartsbisschop van Posen is een groote figuur heengegaan, die hoog uitstak boven vele anderen en zwaren invloed deed wegen op de politiek van geheel het Duitschc Rijk. Een vurig strijder voor de Poolsche taal rechten is met hem heengegaan. Onder zijn leiding toch is de nationale geest onder de katholieke geestelijkheid in Polen vinniger dan ooit wakker geworden tegen alle po gingen tot geweldige „verduitsching* der Poolsche jeugd, stond allerwegen de geeste lijkheid op, om met de taal van het volk zijn godsdienst en zijn zeden te bewaren. Geen wonder den ook, dat er in de Duit- sche bladen stemmen opgaan om vooral toch geen Pool tot zijn opvolger te benoe men. Waarschijnlijk zal die be»oemiug heel wat voeten in de aarde hebben en binnen een maand of drie, vier verwacht men ze uiet. Wacht men meer dan drie maanden dan gaat het recht van verkiezing van de domkapittels van Gnesen en Polen over op den Paus. En die zou dan in een nog moeilijker parket komen. Hij liet bij den dood van Stablewski een hartelijk telegram zenden. Als mogelijk opvolger wordt o. a. Haakon, wiens driftige opwelling al eenigs- zins bedaard is, neemt weer plaats en wacht nu verder af. „Ik heb je laten overkomen, Haakon, omdat ik voel, dat mijn einde nadert. Neen, tracht mij niet legen te spreken, ik merk het aan alles. Mijn krachten nemen langzamerhand af, 'k ben op. De machine heeft altijd goed geloopen en nooit geweigerd, doch nu is het raderwerk versleten. En alvorens te sterven, wenschte ik mijn eigendommen iu de recht matige handen te zien overgaan*. Hier rust de zieke even. Hij neemt een teug witten wijn, waarna hij weer met kalme stem en op een toon voortgaat, waaruit de duidelijke meening spreekt Zoo is het en niet anders. z/Ik heb je nooit van mij iets willen laten hooren, omdat ik wenschte, dat je je eigen carrière mcakte. Ik ben van meening, dat jongelieden met het begin beginnen moeten en in het vor men van hunne toekomst de meest onder geschikte betrekkingen moeten bekleeden. Zij maken zoodoende zelf hun positie en dat is ten slotte het eenige, waarop m. i. een inensch trotsch kan zijn". Ilier pauseert de zieke even. Na ecu tweeden teug uit zijn beker ga%t hij voort „Ik heb mij geregeld van je op de hoogte doen houden. Jullie meende daar ginder wel, dat ik, oude barbaar, dood voor jullie was, je hadt 't echter glad mis. Ik wist vaak Heter je leveustorstayd dan wellicht jii zelf. En uit dat alles is mij gebleken, Haakon, dat je uit hetzelfde hout gesneden zijt als ik en daarom heb ik u nu hier laten roepen*. Aan zoo'n man als gij, kan ik gerust mijn vermogen toevertrouwen*. Haakon wil iets zeggen, doch zijn oom legt hem met een handbeweging het zwijgen op. genoemd de prins geestelijke Max van Saksen. Het is nu een zeer belangwekkende vraag wie als bisschop op de. Posener zetel zal plaats nemen De 11. Stoel is in de keuze niet vrijde Pruisische regeering moet daarin worden gekend en hoe goed ook dc betrekkingen mogen zijn van Berlijn met het Vaticaau, wel bijna zeker mag het heeten, dat een Poolsch priester ren Pruisiscli veto ontmoeten zou. Of prins Max van Saksen, wiens naam als candidaat door dc pers loopt, waarlijk aangewezen worde,» kan De koning van Griekenland is te Rome en wordt druk be.feest, maar men bemerkt zeer de afwezigheid van al de gezanten der Balkan state». De gezant van Rumeuiö heeft Rome verlaten, daags voor 's konings aankomst. Die van Servië en Bulgarië zijn iu ltome, maar wonen de feesten niet bij. Men zegt dat deze gezamenlijke betooging tegen de vriendschap door den koning van Italië aan den koning van Griekenlaud be wezen, veel indruk heeft gemaakt op dezen laatste. De koning van Griekenland, zich schik kend naar de regels, door den II. Stoel gestold aan niet-katholieke vorsten bij hun bezoek aan den Paus, heeft gisterenmiddag den 11. Vader een bezoek gebrachj, vertrek kende uit de Grieksche legatie, dat is, vol gens de diplomatieke fictie van uit Grieksch grondgebied. Om 3 uur 25 kwam de koning in het Vaticaan aan, vergezeld door zijn dochter, groothertogin Michailovitsj en zijn gevolg. De pauselijke pdelwacht bewees den vorst de koninklijke eerbewijzen en de muziek speelde het Grieksche volkslied. De koning en zijn gevolg waren in redingote. De groothertogin diocg een zwarte japon. Om 4 uur 25 verliet de koning weer het Vaticaan en keerde naar de Grieksche legatie terug. Tot het laatste o genblik hadden bladen, den II. Stoel vijandig gezind, getracht, den kuniug van Grirkenland in naam der „Ita- liaanschc eer* af te houden van een bezoek aan het Vaticaan, maar koning George heeft niet naar hen geluisterd. „Straks, iniju jongen, straks moog jij praten. Reeds te lang ligt dit op mijn hart eu nu moet het er in zijn geheel al. Je begrijpt toch wel, dat ik dat vermogen, dat met een harden le'ensstrijd gewonnen is, niet aan iemand wenschte achter ie laten, die er een verkeerd gebruik van zou maken. Ik ben zelfs als een van de minsten begonnen, doch altijd stonüeu groote plaunen mij voor den geest, en zei steeds tot mij zelve: Mijn plaats is vooraan. Ik mag dat alles nu wel eens zeggen en vooral tegen mijn eenigsten bloedverwant, die ik thans voor het e rst ontmoet. Hier schijnt den ouden man de ongewone toestand te machtig te worden, hij drukt tenminste Haakon krampachtig de hand. Onmiddellijk hersteld hij zich echter en, alsof hij zich er6ert over zijn zwakheid bromt hij Ik word waarachtig nog sentimenteel op m'n ouwe dag. Ja, 'u mensch is toch nooit te oud om te leeren, 'k dacht anders, dat ik mijn zenuwen wel meester was.* Weer is er nu een pauze. Oom en neef zijn beide verdiept in hunne gedachten. Plotseling ziet de oude man ziju neef met een zonderlingen blik aan. „Heb je 't portret van je vrouw bij je vraagt hij wat kortaf. Haakon ziet verrast op. „Ja oom, hier is het.*. De neke beschouwt het langen tijd, dan zegt hij, terwijl hij het teruggeeft„Je hebt wel gedaan, rn'n jongen. Een jongeman moet, als zijn positie eenmaal gemaakt is, er aan denken een vennootschap aan te gaan van anderen aard dan het zakelijke. óór dien tijd m*g hij er geen andere wenschen op na houden dan de eerste te willen worden en zijn droomen mogen niets anders bevatten dan te willen zijn koning onder zijns gelijken doch daarna, welnu dan kan hij zijn attentie op nog wel iets anders vestigen, dan mag hij de vennootschap aangaan, waarop de wet op de vennootschappen niet van (oepussiug is, eene met de behoorlijkste der vrouwelijke sekse. En 't schijnt mij toe, dat mijn nicht Nel een goede degelijke en mooie vennooteis.* Haakon kon bij deze grappige en toch met emst-klinkende stem uitgesproken meening uiet nalaten te glimlachen. Glimlach niet, rn'n jongen, het huwelijk is een ernstige zaak. Een vrouw kan een man omhoog duwen of naar beneden trekken. Ik ben er altijd bang voor geweest, trouwens 'k zou geen gezelschap zijn geweest voor 'n vrouw.* Hier zakt 't hoofd van den zieke met een matte beweging op de borst. Ilaakon, die dit ziet, merkt haastig op //Vermoei je niet te veel, oom. Zullen we een anderen tijd verder spreken Ik heb nu toch kennis met je gemaakt en ga toch vooreerst niet weg, tenminste, als je me nog een poos wil houden.* De oude man knikt even, hij heeft werke lijk te veel van zijn krachten gevergd. Doods bleek leunt hij achterover iu zijn stoel. Hij wijst met een zwakke beweging op zijn glas. Haakon zet het hem aan de lippen en na een pa*r teugjes genomen te hebben, zegt zijn oom fluisterend: „Ga nu naar Tom dan kunnen we morgen verder afspreken.* Zal ik niet bij je blijven Neen, neen, zegt de zieke eenigszins on geduldig. Haakon, die niet verder wil nandringen, neemt met een handdruk afscheid en verlaat het ziekenvertrek. Hij gaat naar de voorgalerij, waar Tom hem, een goede sigaar rookende, zit af te wachten. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1906 | | pagina 1