Nummer 95 Zondag 2 December 1906 29p Jaargang weede Blad. Gsmeentefaadsvefgadeiing, Zij die zich voor het volgende kwartaal abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschij nende nummers GRATIS. Eene nieuwe Vereeniging Kaatsheuvel. in niet ■OPBWI Doch eene andere vraag is het, of de ook meenen wij, dat de volksbond den arbeiders en anderen steeds voordeel j vrijen winkeliers geen correctie! wilde van het Men bedriegt zich, wanneer men, han delend over den aard en den ganschen omvang van het maatschappelijk vraag stuk, deze kwestie alléén gaat beschouwen als eene werkmanskwestie. Neen, de werkmanskwestie is maar een deel van het maatschappelijk vraagstuk; want er zijn verschillende beroepsstanden, die bescherming behoeven, wil men niet dat zij volkomen vernietigd worden. En zoo onderscheidt men in het maatschap pelijk vraagstuk: het landbouwvraagstuk, het ambachtenvraagstuk, het handels- vraagstuk, het werkmansvraagstuk. Nochtans is het aan een ieder duidelijk dat de werkmanskwestie meer dan de andere op den voorgrond is getreden en terecht 1 immers de toestand van 't werkvolk is een teeken, ja het meest kenmerkend teeken der kwalen, waar de huidige samenleving aan lijdt. Valt het dus te verwonderen, dat men de middelen niet ongebruikt laat, om de rechten en belangen der werklieden te verdedigen en te behartigen. En telkens geven nieuwe sociale denkbeelden daaraan leven. Men kan dit niet anders dan toe juichen want wie zal het beweren dat de oplossing der Sociale kwestie, waaraan op 's Pausen woord eenieder volgens zijn roep en staat moet medewerken, reeds tot haar hoogtepunt is gekomen Het is verre vandaar 1 Doch laat ons afgaan op de zaak, die wij wenschten te besprek' n. Er is geen onderwerp, dat de geesten van hen, die zich aan het arbeiders vraagstuk wijden, in den laatsten tijd méér bezig heeft gehouden dan het coöperatievraagstuk. Want over geen enkel punt bestaat zooveel verschil van meening, over geen enkel vraagstuk heerschen zooveel verwarde begrippen, als over coöperatie. En toch is het noodig dat men precies wete, wat men kan en mag, daar de eerste voorwaarde, vereischt om een doel te bereiken is de middelen kennen en toetsen. Wel zijn er eenige groote lijnen maar geen uitgewerkt plan van dit vraagstuk gegeven, een plan, dat den aard en de beteekenis der coöperatie tot een bevredigende oplossing bracht. Er zijn vele soorten van coöperaties dochde coöperatie, hier bedoeld, is de verbruikscoöperatie. Door deze coöperatie verbinden zich de verbruikers, om gemeenschappelijk zich aan te schaffen, wat ieder voor voeding en kleeding noodig heeft Dank zij deze samenwerking hebben zij aanstonds vol doende afzet, om zich direct tot den groothandel, ja zelfs tot den voortbrenger te wenden, en zoo door samenwerking, zich de voordeelen te verschaffen, welke bij afzonderlijken aankoop genoten zouden worden door de tusschenpersonen van den tegenwoordigen handel. Deze coöperatie is niet alleen geldend en uitsluitend geëigend voor de arbeiders maar ook, zooals een ieder zal begrijpen voor alle particulieren, die willen samen werken om gemeenschappelijk zich aan te schaffen, wat ieder voor het verbruik noodig heeft, en wat zij zeiven niet ver hebben bij eiken vorm van coöperatie. Pin dan antwoorden wijja en neenen bij het geven van dit antwoord, sluiten wij zelfs de bezwaren uit, die er altijd aan zullen vast blijven hangen, willen wij nog niet eens nagaan, of die voordeelen niet worden overschat, of zij wel opwegen tegen de nadeelen, onaangenaamheden, gevaren van verlies, enz. Het bevestigend of ontkennend ant woord op onze laatste vraag is dus af hankelijk van eene hypothese want iets kar. onder een zelfde opzicht niet tege lijkertijd bevestigd of ontkend worden, wil het aan de waarheid beantwoorden. Welnu wij zeggen dus Als de handel in verkeerde handen is, d. w. z. als een handelaar geen handelskennis, geen warenkennis bezit, als hij slechte waar tegen veel te hooge prijzen ver- beslist stellen, doch slechts een preventief, d. w. z.Hierna wordeu deze goedgekeurd eu vnstge- misbruiken te be- ,r rv o De Voorzitter. De rapporteur van de Com hoeden in hun welbegrepen belang. missie, belast met het onderzoek der begrootiug Ja zelfs wilde de R. K. Volksbond, over het dienstjaar 1907, zal hoofdstuk voor zooals blijkt uit de statuten der vereeni- hoofdstuk behnudeleu. De commissie stelt ging, den goed-georganiseerden winkel stand steunen en bevorderen, tegen de gedwongen winkelnering in. Want dui delijk laat zij daarin uitkomen, dat het winkelen daar niet op de rechte plaats is, en daarom alle samenwerking met haar overbodig word geacht Of wij groote verwachtingen hebben van de Rabat-spaarvereeniging Zeer geringe, zoolang die onhebbelijke toe standen der gedwongen winkelnering blijven heerschen. Wel wordt zeer euphemistisch in het strooibiljet gezegd «dat arbeiders, die niet vrij zijn in het koopen van sommige artikelen, in deze niet kunnen profiteeren van de voordeelen raad heeft te busluiteu Heeft e zeggen of op te merken, dan koopt, dan hebben de arbeiders voordeelen en ook groote voordeelen bij I der Rabat-Spaarvereeniging.» coöperatie. Maar hoevelen zijn er dat niet Is echter de handel in goede handen, Zeker, de flinke winkeliers, zooals er d. w. z. wordt hij gedreven in flinke verscheidenen zijn in Kaatsheuvel, zullen winkels, die er naar streven om zich een door eene gunstige leverantie wel doen grooten omzet te verzekeren tegen ge- uitkomen, welk eene schrille tegenstel- ringe verdiensten, en die contante be- ling de voordeelen, die hunne afnemers taling eischen van hunne klanten, die J hebben, vormen bij de nadeelen die de door eigen vlijt en zuinig beheer zooveel mogelijk op de onkosten zien te besparen, winkels, die er belang bij hebben hun goeden naam op te houden, in één woord, flink georganiseerde winkels, dan hebben de arbeiders weinig of geen voordeel bij coöperatie. Een ernstig onderzoek desbetreffend heeft uitgewezer dat de waren uit coöperatieve winkels dikwijls niet zoo goed en voordeelig be trokken werden dan uit goed georgani seerde privé-winkels. Pater Vermeersch zegt in zijn Manuel I van Social: «De coöperatieve aankoop vindt het zijn oorsprong in de misbruiken van den handel.» Het gaat dus niet aan categorisch te zeggen De arbeiders hebben groote voordeelen bij eene verbruikscoöperatie en dan de daad bij het woord voegend, maar aanstonds eene verbruikscoöperatie werklui hebben, die niet vrij mogen winkelen. Maar zullen die invloeden ingrijpend zijn op den werkman, wanneer andere invloeden daartegenover staan, geen in vloeden van minder of meerder voor deel, maar invloeden, die zijn bestaan al of niet verzekerd houden Ach, wat een vreemde rechtshandeling is er in Kaatsheuvel tusschen vele pa troons en hunne werklieden geschapen. Het behoeft niet aangetoond te worden, welk hoog maatschappelijk belang loon en de vrije beschikking daar over is, voor een geheele klasse van menschen, die geen ander middel van bestaan hebben. Zeker, op zich zelf be schouwd kon de gedwongen winkelne ring eene weldaad zijn voor de arbeiders, wanneer de patroon belangeloos van te gaan oprichten omdat» andereplaatsen I zijne positie gebruik maakte, om hun de iie ook hebben. Neen, er moet eerst onderzocht worden öf en in hoeverre er misbruiken in den handel bestaan, en wel of die misbruiken ook ter eigen plaatse bestaan. En dan eerst kan men spieken van eene nood zakelijkheid der coöperatie, dan eerst heeft een coöperatie recht van bestaan. Of heeft men in de Sociologie ook de casuistische methode niet in acht te nemen Moet een geneesheer van maat schappelijke toestanden niet te werk gaan als een geneesheer der ziel, als een ge neesheer van het lichaam Welnu, dat hij eerst de zaken van alle kanten be- dagelijksche benoodigdheden in betere kwaliteit minstens tot denzelfden prijs als elders te bezorgen, maar die een misbruik is geworden, dat heel het stel sel tegenwoordig doet veroordeelen, omdat het gaandeweg aanleiding moet geven tot vele misbruiken, onrechtvaar digheden en ontevredenheden, daar de zedenwet in dien handel niet onder houden wordt. Of moest de werkman bij zijn patroon niet voordeeliger terecht kunnen dan anderen, juist omdat hij zijn werkman is, die zijne industrieele belangen op recht wil behartigen, die in nadere be- schouwe, dat hij zich van eene volkomen trekkingen tot hem staat dan een ander werkelijkheid overtuige, dat hij eerst alle Zijn zulke toestanden houdbaar Kunnen omstandigheden in aanmerking neme, zulke toestanden zegen aanbrengen alvorens uit algemeene beginselen at te Terugkeerend tot de Rabat-Spaarver- dalen en die toe te passen op bijzondere eeniging, verwachten wij, ondanks onze gevallen. bedenkingen, toch iets goeds van die Doch wij gaan nog verder. Toegegeven vereeniging wij stellen het op prijs te dat eene coöperatie ïecht van bestaan mogen getuigen, dal het Bestuur in deze heeft, zal het oók dan gebiedend zijn een goed inzicht heeft gehad want eene aanstonds te gaan coöpereeren. En dan Rabat-Spaarvereeniging is, de omstan- zeggen wij wederomNeen. Eenige redenen willen wij hierover aanvoeren. «De coöperatieve aankoop vindt zijn oorsprong in de misbruiken van den handel» zeiden wij hierboven met Pater Veimeersch. De verbruikscoöperatie treedt dus repressief op tegen die mis bruiken. Zeker dat mag 1 Maar zal het het niet socialer zijn, eerst correctief of preventief te werk te gaan? aan hen, die misbruik gemaakt hebben de gelegen heid aan te bieden, alsnog verbetering aan te brengen hen die misschien op het voorbeeld van anderen misbruiken gaan maken, te waarschuwen te behoeden voor misbruiken Zal dit niet beter zijn, dan hun totaal den pas af te snijden? Zal een middel, tot wegneming van digheden der plaats in aanmerking ge nomen, zeker een geëigend middel, om niet te zeggen het eenige middel, dat kentering kanbrengenin de averechtsche toestanden die er heerschen. En daarom wenschen wij het Bestuur goed succes met zijn streven, en vertrouwen dat de samenwerking der arbeiders en vrije winkeliers een weldadigen invloed op het algemeen welzijn van Kaatsheuvel zal uitoefenen. I. K. koopen. Wij bespreken hier niet de vraag, of ieder recht heeft om te coöpereeren in sociale euvels in verbruiksartikelen, want dan moeten wijtrettender zijn, wanneer het eene oprechte beslist verklarendat recht heeft eenieder. samenwerking van dien stand mogelijk En dan is het voldoende om te wijzen1 laat Wil men daarna van samenwerking op het korte, maar bevattelijke betoogniets weten, dan nog kunnen repressieve van Prof. Pottier: «Waar staat het ge-1 middelen gebruikt worden 1 schreven, zegt hij, dat de naastenliefde Wij achten het daarom een goede ge- ons gebiedt, om in den zak van den i dachte van den R. K. "Volksbond te evennaaste, alleen omdat men dit vroeger Kaatsheuvel eene Rabat-Spaarvereeniging wél gedaan heeft, het geld te storten,op te richtenZulk eene vereeniging dat men, door van een onbetwistbaar beoogt hetzelfde doel als de verbruiks recht gebruik te maken, voor zich zelf coöperatie namelijk het bevorderen der besparen kan? De naastenliefde dringt contante betaling en het betrekken van daartoe des te minder, naar mate de deugdelijke waar tegen billijke prijzen gebruiker, als arbeider, veel nijpender onder gunstige levensbehoeften heeft dan de meeste voor de koopers. Dat doel wordt hier repressieve wijze nagëstreefd L00N0PZA.ND. Openbare vergadering van den gemeenteraad "^-»V"s,;:r|vau Loouopzand un Woensdag 28 November zekeren stand, met doel- 10nr> *nona u.if tien nnr. 1906, des morgeuB ten half tien uur. Voorzitter de Edelachtbare heer Van Be- BOUW. Te 9 45 uur opent de voorzitter de verga dering aanwezig de heeren Teulings. Hes- selmans, van Beurden, van Kuijk, Dalen Verhagen, Cools, De Bresser, Elias en vau Lierafwezig de heeren van Dort mond, van den Assum en Kijken. De Voorzitter verzoekt den secretaris de notulen van de vorige vergadering te willen voorlezen. De Voorzitter. Heeft een van de heeren hioiop iets aan te merken. De heer De Bresser. Ik meen dat de heer Teulings in de vorige vergadering voorgesteld salarissen van Burgemeester en Se- handelsars.: leveringsvoorwaarden heeft de samnssen v.n 0ur™u«»«n- - 1 Cretans beiden op f1500 te brengen. In de notulen staat het anders vermeld. De heer Cools. Ja, dat is ook zoo. De Voorzitter. De secretaris zal dit in de notulen veranderen. voor en den men dus iets doet men dit by de bohandeliug van het hoofdstuk en naderhand niet meer. Ten slotte zal ik de geheele begrootiug nog in omvraag brengen, dan kunnen er later geen praatjes meer worden gehouden van dit doet da bur gemei ster of dat dcet do burgemeester. De burgemeester doet hierin niets, stelt alleen de begrooting voor en de raad besluiten beslist. De heer de Bresser. Mij is de taak opge dragen, rapport uit te brengen namens de commissie met het onderzoek der begrootiug belast. Eene taak die ik liever aan betere krachten had zien toevertrouwd. Ecbter zal ik trachten mij zoo goed mogelijk van dien taak te kwijteu. Vooraleer de begrooting in onderdeelen te behandelen, weuschte ik voor af evenwel een woord dienaaugaaude te zeggen De begrooting, gelijk ze is aaugeboden, wijst iu ontvangsten eu iu uitgaven een zelfde be drag aan, do.k bij de inkomsten zijn bui tengewone, terwijl bij de uitgaven de gewoue zijn berekend. Dit komt de comuiiBsie minde1' passend voor eu heeft deze dan in overleg me* het Dag. Bestuur besloten de uitgaven zooveel mogelijk te besnoeien. De uitgaven stijgen elk jaar voor de gemeente, 't zal dus zaak wordeu ook naar meer of hoogere inkomsten te gaan zoeken om het evenwicht te gaan herstellen. De commissie wil den raad daarom voorstellen eerst met de behandeling van de uitgaven te beginneu, dan kau, als dit is vastgesteld de begrootiug van inkomsten wor- lu behandeld. De heer van Lier. De gewoue wijze van behandelen is toch dat eerst, de iukomstou worden behandeld eu daarna de uitgaven De uitgaven moet men toch regelen naar gelang de inkomsten zijn. D« heer de Bresser. Het is uiot de gewone manier van behandelen, dat weet de commissie wel, doch wij stellen voor ditmaal zoo te doen daar wij naar gelang onze uitgaven zijn, onze inkomsten moeten regelen. De Voorzitter. Heeft geen der heeren ver der bezwaar, dat de begrootiug aldus zal worden behandeld. Do heer de Bresser. De post van hoofdstuk I art 1 jaarwedde van den burgemeester moet ingevolge het vorig raadsbesluit met f 150 wordeu verhoogd. Dat moet dus op f 1250 worden gebracht. Op de overige artikelen heeft de commissie geen aanmerkingen als op art 9, dat is kosten van kleeding en wapening der ambtenaren van politie. Daar is voor uitgetrokken f75. De commissie acht f25 hiervoor ditmaal voldoende. Voor hoofdstuk II art 11, dat is du post kosten van het aauleggeu eu bijhouden der leggers vuu openbare wegen en waterleidingen is f 100 voor uitgetrokken. De commissie stelt voor deze post te brengen op 1 25, dus met f75 te verminderen. Dan hoofdstuk 3, art 1 a Onderhoud van wegen, straten eu pleinen, bruggen eu riol -n, als van a kunstwegen, straten en pleinen. Deze post is gebracht op f550. De commissie wenscht deze te brengen op 1 500. Art. 16 gewone of landwegen is gebracht op 1700, dit wenschen wij gebracht te zien op f600. De heer van Lier. Zou alles nog wel noo dig ziju. De Voorzitter. Desnoods kan er nog meer vau worden afgebracht. De heer vau Lier. De wegen verkeereu over 't algemeen in een goeden toestand. De heer Daleu. Als ik de begrootingen van vroeger eens nakijk kom ik tot de slotsom, dat toen voor het onderhoud der wegen f3700 f3800 werd uitgetrokken. Kau u nu met xoo'u bedrag toekomen. De heer de Bresser. Volgens de rekeningen van 1905 heeft het onderhoud der wegen maar f 634 gekost. Bij de vaststelling der begrooting was het wel de bedoeling dat er buitengewone werken zouden plaats hebben. De heer Daleu. Ik heb de begrooting van vroeger eens nagekeken en toen waB er f3700 uitgetrokken. De Voorzitter. Dat bedrag is nooit uitbe taald geweest. De posten waren toen zoo hoog opgevoerd, omdat het saldo zoo hoog was. Er wordeu op de begrootiug wel posten uitgetrokken maar altijd zoo niet uitgegeven. De heer de Bresser. Volgens de rekening van 1905 bedroegen de oukosteu aan de we gen f634, eu is er f1300 voor uitgetrokken, dat is nog f700 meer. De heer van Lier. Hot Dag Bestuur zal het beste op de hoegte zijn. 't Vorig jaar is er veel aan de wegen gedaan, wat er nu aange daan moet worden weet ik niet. Volgens de rekening is de po st hoog, volgers de vorige begrooting niet. De Voorzitter. 't Vorig jaar was de post voor landwegen zoo hoog opgevoerd, omdat het aanvankelijk in de bedoeling lag de Rechtvaart te verhoogeu- Bij nader inzien heb ik echter er de noodzakelijkheid niet van ingezien. Men kan den weg wel versmallen, maar verbotoreu gaat toch niet. De heer Teulings. De laatste jaren hebben de wegen veel geld gekost, maar nu zijn zo dan ook in behoorlijk, goeden staat. De heer vau Lier. Verbetering van water afvoer lijdt tot verbetering van wegen. De heer Teulings. Op sommige plaatsen wel maar overal niet. In de karsporen, die veroor zaakt worden door de breede wielen, blijft het water toch staan De heer Verhagen. Naar bet achterste ge deelte van den Uil mocht wel eens worden ge keken, dat is daar verbazend slecht. De Voorzitter. Al de wegen waar veel leem onderzit blijven voortdurend in een slechten toestand verkeeren. Voor vier jaar geleden is 1 de Vesseuberg en de Uil geheel opgemaakt Op do Vossenberg hoeft het zijn nut gehad, op den Uil echter niet. Het leem laat goen water door dat is do oorzaak. De heer He»s*lmaiis. Waar veel met karren wordt gereden ziju de wegen ook slecht. De heer van Lier. We moeteu iu ieder ge val zoo zuinig mogelijk zijn, wout bij de in komsten is f 2500 geraamd als bijdrage van het Rijk iu het ouderwijs, eu zeker is hot niet dat wij dat bedrug krijgen. De Voorzitter. De begrootiug wijst bij de inkomsten f2500 als Rijksbijdrage in het on derwijs aan Nu is dit uogwel niet zeker, doch Ged. Staten hebben te kennen gegeven, dat, als het aan hen lag, wij het bedrag zou. den krijgen. Wij moeten daarom de bedragen niet al te schrap op de begrooting brengen, want als het noodig is, moeten wij van die posten nog kunnen afnemen. Wanneer iu 1907 de schouwvoering op de waterleiding weer wordt aanbesteed, is f300 niet voldoende, dan moet er van een ander post kuunen worden afgeschreven Da heer Teulings. Van die f200 voor het onderhoud vau bruggen, duikerB, sluizen eu riolen zal roo veel met worden gebruikt. De hoor do Bresser. Van hoofdstuk 3 art 7 kosten van de exploitatie der gasfabriek, zijn de f 5473 had de commissie liever eene apar- to gespecifeerde rekening gezien. Zoo te zien zou men zeggen, dat de exploitatie zeer wiust- gevend is. Als wij van de fabriek een zuive re rekening hadden, dan konden wij zien iu hoeverre de fabriek wiustgeveud is en dan zou men den prijs van het gas voor particulieren kuunen vermindereu. Die brommen toch al genoeg dat het gas zoo duur is. De Voorzitter zegt dat hij een zuivere re- Kening kau maken eu dat liy heeft nagegaan dat d<- gasfabriek werkelijk winstgevende werkt. Verleden jaar was ar een overschot 1 570.581/» en nog met inbegrip van de straatverlichting van Kaatsheuvel waar vroeger f 840, voor werd uitgetrokken. Maar men moet ook esns gaan denken aan de aflossing eu aan list gasveilies dat ge hebt bij de straatverlichting. Nu kan men wel zeggen dat daar op gelet moet wor den, maar bij iedereu lantaarn kan ik geen po litie neerzetten. Dat zou een kostsu worden dat de gemeente zou dosu lailleeren. Voort durend gaat er gas verloren. Er gaat geen Zondagavond voorbij of het blijkt dat ar een stuk of 3 of 4 open staan, en zooiets merkt men niet eerder voordat de lantaarns worden aangestoken. Gebeurt het nu dat sen kraan open staat bij lichte maan, dat het in geen acht of tien dagen wordt opgemerkt, ja, dan weet je niet hoeveel gas dat er verloren gaat en hoe duur dat je de straatverlichting komt te staan. Verder moet men ook rekening hou den met de carbiet. Deze is nooit aan een vaste markt onderhevig. Nu hebben wij weer voordeelig gekocht, en om nu, nu wij het geld zoo verbazend hard noodig hebben, het gas aan particulieren minder te gaan leveren, zou ik afraden. De menschen zijn nu eenmaal ge woon aan het dure gas en zou men het nu gaan vormiuderen, en men moest het een volgend jaar, wanneer men onkosten aan de fabriek gnat krijgen, weer verhoogeu, zou nog veel onaangenamer zijn. De heer De Bresser. liet is mijne bedoeling in het geheel niet, om nu reeds het gas te gaan verminderen, iu 't geheel niet. Ik bedoel als na verloop van een jaar of twee, drie de winsteu blijven aanhouden, dat wij dan do prijs minder moeton gaan stellen. De Voorzitter. Wij hebben nu een paar jaar goede resultaten gehad en geen onkosten. Maar vandaag of morgen krijgen wij onkosten ook. Het gasverbruik neemt, hoewel er een fabriek niet meer is aangesloten, steeds toe, door de vele aausluitiugen van particulieren z odat een nieuwe gashouder bijgeplaatst zal moeten worden. Dan moet men toch ook geld in reserve hebben, 't Is altijd gevaarlijk om er zoo spoedig mede te beginnen om den prys te verlagen. Kijk Tilburg eens. Wat voor aen winst maakt de fabriek daar jaarlijks niet, en toch verminderen ze den prijs van het gas niet. Dat geld wordt weer gebruikt voor aan leg van nieuwe wegen en ae uitbreiding vau het gasfabriek. De heer Cools. Men heeft hier een riool en een straatbelasting. De Voorzitter. Bij de behandoling van de begrooting regent het overal klachten hoe of men aan de centen zal komen. Maar als men dezo verandering moet doen aan wegen en die aan riolen, dan moet men toch centen hebben en ik geloof dat het raakeu van rioleu een goed werk is geweest. Vroeger had je overal van die vuile stinkende poelen Dit werk kan men geen ounoodig werk noemen Dan komt er nog bij, dat de aflossingen telken jare ko loisaal hoog zijn. Maar dat komt weer bij, telkenjare wordt dat minder en zoo zijn er nog zoo veel andere dingen die ook niet naar de zin ziju. Maar 't is zooals het spreekwoord zegt, de beste stnurlni staan aan wal. 't Gaat heel gemakkelijk om critiek uit te oefenen, maar die dat doen moeten nergens voorgezet worden. De lieerde Bresser. Die beBtratiug en rio- leering zijn bepaald nuttige zaken, maar omdat er zoo dikwijls gemopperd wordt over het gas, daarom zou ik het, indien de fabriek toch winstgevend werkt, goedkooper willen hebben. Do heer Hesselmans. Al breng je het nog zoo goedkoop, dan zullen ze nog mopperen. De heer de Bresser. Maar voor een zuivere rekening, dat wij een zuiver overzicht hebben, is toch alles voor. De Voorzitter. Dat kan men nu toch ook. De gasfabriek marcheert nu goed, maar er zal toch een tijd komen, dat men voor groot# onkosten komt te staan. De heer Cools. Ja, het buizennet zal eerlang ook gerepareerd of vernieuwd moeten worden en dat kost veel geld- De beerde Bresser. Ja, dat is waar Toen onlangs ergens de boel was opgebroken,heb ik gezien dat de buizen al leelijk waren in

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1906 | | pagina 5