4.
Zondag IB Januari LOOT.
30e Jaargang,
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Eerste Blad.
Kerk en Staat.
JUWEELEN IN «llilMi.
iN ii i timer
AITGON TIELE
Dit nummer bestaat
uit DRIE Bladen.
LANDBOUW.
FEV1LLE'IOK.
■isxzrr* iwxr»***. *.gjiuiuuuttW»'WAJHtUJ^
flgg«toironP^'yfW«Mfllll| IIMWmj'BHI'MId'.* 'li1 Willi11
ÜITGRVKE
?S5^iüLS"2SfS3L: SG&S953S3?"* 'jCSjSS') sis?t I
en MDgstrutsrhe Courint,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond,
i b o li in in e n t s r ij s per 8 maanden f U.~5.
Franco per post door het geheel e rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukkengelden enz., franco te zenden
Uitgever.
den
W A A L IJ K. Telefoonnummer 38.
Adverthntiën 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer yoordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
Pi CgtJJKHHP, C">
In de (groene) Amsterdammer heeft
een Artikel gestaan van den heer mr.
Louis Israels, vroeger correspondent van
het Hbd. te Parijs, nu advocaat te Am
sterdam. Dit artikel heeft zeer de aan
dacht getrokken en verscheidene katho
lieke bladen prezen het als een objectief
oordeel.
De heer Alb. van der Kallen schrijft
nu in hetzelfde blad een artikel, waarin
hij 'instemming betuigt met het oordeel
der katholieke bladen over het artikel
des heeren Israels, doch tevens een po
ging doet om de kwestie nog te ver
duidelijken. De houding van den H.
Stoel kan nóg duidelijker gerechtvaar
digd worden, meent hij.
De heer Israels dan had geschreven
De Fransche Staat »is bereid de Kerk
haar eigen leven te laten leiden, mits de
Kerk erkenne, dat de levensbron uit het
Staatsgezag ontspruit.
»Ziehier de twee wereldbeschouwingen,
waartusschen geen verzoening mogelijk
is. De Kerk kan niet de oppermacht
van den Staat erkennen, al kan zij zich
ook zeer wel neerleggen bij maatregelen
uitsluitend van openbare orde, mits niet
uitgaande van het begrip dat de Kerk
daardoor, al is het nog zoo weinig en
slechts stilzwijgend, een verlof krijgt van
den Staat. Zulke maatregelen kan zij
alleen aanvaarden als deze ook in hare
grondgedachten, uitsluitend zijn ingege
ven door de begeerte den geloovigen
de wettige uitoefening van hun gods
dienst te verzekeren m. a. w. als het niet
de Kerk is, die beschermd of toegelaten
wordt, maar als het de burgers zijn, die,
ook bij de vervulling van hun eeredienst,
bescherming hebben".
Dit alles is, schrijft nu v. d. K-, im
groszen wid ganzen, volkomen juist, maar
duidelijker zou het nog zijn, indien er
meer uitdrukkelijk bij gestaan had, dat
de Kerk in geen geval Staatsinvloed op
haar eige7i terrein, op haar leerambt, mag
dulden.
Had de Fransche Staat zich bepaald
tot een scheiding, tot het stichten van
een vrije Kerk in den vrijen Staat, de
Paus zou zich waarschijnlijk niet hebben
verzet, maar de Staat heeft, bewerende,
dat hij zich van de Kerk scheidde, aan
die Kerk een organisatie willen opdrin
gen, zonder daarbij het hoofd dier Kerk
te raadplegen.
Die organisatie nu, welke de Staat
aan de Kerk heeft willen opdringen,
tastte aan, wat de Kerk haar goddelijk
recht noemt
De Kerk n.l. redeneert aldus Mij is,
door mijnen Stichter een leer ter bewa
ring en verspreiding gegeven, welke ik
onbesmet bewaren moet tot aan het
einde der eeuwen. Dat de Kerk uiterst
voorzichtig is met deze door God zeiven
nagelaten leer, is te begrijpen. En hare
bezorgdheid vooi deze leer over alle
deelen der wereld, is mede verklaarbaar.
Maar dan begrijpt men toch, dat zij
niets of niemand dulden kan in de hier-
arcluesche keten Paus-Bisschoppen-
Priesters. Het ongeschonden bewaren
van die keten is door de eeuwen heen
een der beste waarborgen gebleken
voor het zuiver behouden der door
Christus nagelaten waarheden. Dwaalt
een Bisschop af, dan moet de Paus,
dwaalt een priester af, dan moet de
Bisschop tusschen beide komen.
Welnu, in die keten van Paus-Bisschop
pen en Priesters wil nu de Fransche
Staat een schakel van leeken, van staats
ambtenaren leggen.
Eerst door de Scheidingswet van 1905,
nu door het nieuwe ontwerp van den
heer Briand-
Door een voorbeeld kan ik, dat mijn
niet katholieke lezers gemakkelijk ver
duidelijken.
Toen de ex-priester, de heer v. d.
Brink, volgens het oordeel van den Bis
schop van Breda was afgedwaald, werd
lij geschorst. Hij mocht geen Mis meer
ezen en geen enkelen priesterlijken dienst
meer verrichten.
Stel, dat eenzelfde geval zich voor
doet in Frankrijk. De Bisschop zou
zeggenik schors den Eerwaarden heer
Ja, mijn lader is is niet thai*,
zeide het meisje.
Hebt ge hem wel eens over de Selby's
hooren spreken
O, ja, dikwijls.
En gelooft, ge, zeide bij, naar zijn
doorweekte frak ziende, dat hij mij op een
nacht als dezen de deur zou uitzetten
Dat zou hij zeker niet, kwam nu
Clementina tusschenbeideuwe moeder
óók zou zeker wenscheu, dat ge mijnheer
logies aanbood.
Het raeisj herstelde zich.
Ik moet u wel heel onbeleefd schij
nen, zeide zij Ik dacht, dat ge, een tele-
graradr; ger waart. Mijn broerke is zeer zi< k
en ik dacht, dat het slechte tijding was.
Kom als u blieft in de keukeu, het is ner
gens anders warm.
Haar bezoeker ontdeed zich van zijn natte
kleeren en volgde haar naar de gezellige
keuken, de trots van Clementina. Clemen
tina dekte de tafel, voud nog wat kouc
▼leesch en brood, plaatste den ketel op het
vuur om koffin te zetten en begon toen het
brood te roosteren, terwijl Marcia, anders
zoo op haar gemak, nu verlegen naar den
vreemdeling zag.
Deze trachtte zoo nu eu dan eene op
merking te maken over het w< ei en zijne
lange wandeling.
Toen hij rustig bij het vuur zat om zich
te verwarmen, liep Marcia Clementina uit
de keuken en sloot zorgvuldig de deur
achter zich.
Gelooft ge werkelijk, dat alles in den
haak is vroe g zij. Moeten wij hem houden
X. Maar deze zou zich van de schorsing
niets aantrekken, desnoods propaganda
maken voor het socialisme van den pre
dikstoel af.
Wie zou dan in dezen moeten be
slissen Volgens de Scheidingswet 1905
de Raad van State. En deze zou wel
degelijk de motieven der schorsing heb
ben te onderzoeken. Zou hij van oordeel
zijn, dat socialisme en katholicisme best
kunnen samengaan, dan bleef de Eerw.
heer X. gehandhaafd in zijn kerk en
pastorie.
Het nieuwe ontwerp van den heer
Briand maakt den toestand nog veel
erger. Niet de Raad van State zal nu
beslissen in een bovengeschetst conflikt,
maar de prefekt of de burgemeester. De
prefekt, zoo het kerkgebouw aan den
Staat, de burgemeester zoo het aan de
gemeente behoort. Prefekt en burge
meester dus zullen, zooals de heer Ribot
in de Fransche Kamer zeide, den pas
toor kiezen. Uit de keten Paus-Bisschop
pen-Priesters worden de eerste twee
schakels, Paus en Bisschop verwijderd
en vervangen door prefekt of burge
meester. Deze zullen te beslissen hebben
over de rechtzinnigheid van een priester
en dus over de wijze, waarop deze de
katholieke leer verkondigt. De Bisschop
blijft er buiten.
Nu voelt men toch wel, dat de Staat zich
dringt op het terrein der Kerk, zich mengt
in het leerambt, haar door heuren Stichter
zeiven toevertrouwd. En dat juist kan de
Kerk nooit toestaan. Hier spreekt de
Paus zijn non possumus. En ieder onbe
vooroordeelde zal dit moeten billijken,
als hij overweegt, dat de Kerk gelooft,
haar leerambt ontvangen te hebben van
God zeiven en door Dezen te zijn aan
gesteld om de waarheden der Godde
lijke Openbaring te bewaren en te ver
spreiden. Van dezen, door God opge-
legden plicht, kan de Kerk niet het
minste overdragen aan een ander. Dat
ware zelfmoord plegen. De Kerk zou
n.l. daardoor haar grondbeginsel loslaten,
dat zij en zij alleen van den mensch-
geworden God het leerambt der volke
ren heeft ontvangen.
Ik wil het hierbij laten, ofschoon er
over den godsdienststrijd in Frankrijk
nog veel te zeggen valt. Maar mijn doel
was alleen, het scherper belichten van
de hoofdkwestie En ik wil geen mis
bruik make i van de loyauteit der re
dactie van dit weekblad, mij gebleken
uit de opname van het artikel des hee
ren Israels. Ik eindig dus. Als men nu
maar duidelijk heeft begrepen, dat het
verzet des Pausen zich niet grondt op
een of andere futiliteit, doch op diens
overtuiging, dat de Staat geweerd moet
worden van een terrein, waarop door
Christus zelf aan de Kerk, en aan de
Kerk alleen zeggenschap gegeven is.
Aan deze overtuiging waagt de Paus het
bezit van alle kerkelijke goederen, zijnde
vele milioenen guldens, de financiëele
toelagen der priesters, het behoud van
seminarie en pastorijen en nog zooveel
andere stoffelijke belangen meer. Men
kan dit dwaas achten, maar eerbiedigen
moet men het toch. Waar brengt men
in onzen tijd zulke offers voor een
beginsel
Het gebruik en liet nut van het
chiliaalpetev in den Landbouw
Bij ous op het dorp is het de gewoonte,
dat we 's wintei savouds zoo nu en dan bij
elkander gaan „buurten". Wij leggen een
kaartje en praten wat na. Zoo komen we
de lange winteravonden gezellig door. On
langs vroeg me de gastheer een flinke
boer toen de kaarten waren opgeborgen
„Komaan, meester, vertel ons nog eens
«at nieuws van den Kunstmest." „Daarvan
zal wel niet veel nieuws meer te vertellen
vallen," zei zijn neef, ook een landbouwer
mede een der gasten, „ik denk, dat alle
Wat zou er niet in den haak kunnen
zijn vroeg de meid. Hij is immers een
vriend van den dominee. Hoe kunt ge hem
met zulk weer de deur uitzetten
Gelooft ge zeker, dat vader en moeder
het goed zullen vinden, dat ik hem hier
gehouden heb
Wel juffrouw, ik zou niet weten, wat
wij anders moesten doen. Hij is immers de
zoon van mr. Selby.
Ja, dat zegt hij, zegde Marcia lang
zaam.
Wel, lieve hemel, waarom zou hij het
zeggen, als het niet zoo wa« Wat zou hij
dan hier komen doen Vertel mij dat eens
Bovendien een landlooper zou het k^arije
van mr. Selby niet hebben, en ge kunt toch
wel zien, dat hij geen landlooper is?
Dus ge vindt, dat fiij er heel gewoon
uitgiet
Ja dat vond Clementina, eu M rcii gaf
toe. Maar hare vrees was geenszius ver
dwenen. Clementina praatie zóó, omdat zij
niets wist van de juweelen, en het vertellen
wilde Marcia niet.
Stel u eens voor, dacht lij, dat het
telegram van 's morgens niets dan eene list
was geweest om hare ouders van huis te
krijgen. Werktuigelijk ging zij naar de lin
nenkast om schooue lakens te krijgen.
Wij zullen hem uw moeders kamer
moeten geven, zeide Clóiuentina, want er is
geen andere kamer gelucht.
Neen, dat wil ik volstrekt nietd»n
moet bij maar in mijne kamer slapen en ik
in die, van Moeder, v;el Marcia in.
M «ar, miss Marcia, waar denkt ge
aan Dan moet gij alles cer«-t van de eene
kamer naar de andere brengen doe nu zoo
als ik zeg en laat hem in de goede kamer
slapen.
Marcia dacht een oogenblik na. Hier zeide
en
hoeren hef gebruik en het nut van den
kunstmest ouderhand wel op huu duimpje
zullen kennen."
„Dat geloof ik niet, Peer," antwoordde
ik, niet ongenegen aan het verzoek te vol
doen en weer op mijn preekstoel te klim
men, rooals mijn kennissen gewoon zijn
schertsend te ze, gen, „daarvan zal ik je
eens wat van vertellen eu dan tegelijk wat
nieuws uiededeelen over kunstmest, zooals
me ge.vrr.agd is."
Gij zoudt dus denken, dat alle boe
ren omtrent het geb uih. en den aard van
kunstmest genoegzaam op de boogie zijn?
't Mocht wat. Oul-ngs sprak ik iemand,
die mij vertelde, dat de boeren bij hem in
den omtrek niet alle, maar toch vele
alle kunstmest „Viaan" noemen. Wal
dit voor een woord is, weet ik niet, ik denk
een vei bartering van Guano. Maar er blijkt
toch uit, dat ze geen verschil kennen tus
schen kunstmest en kunstmest tusschen
chilisulpeter en kaïniet,tusschen super en
ammoniak enz. En er blijkt tevens uit,
dat ze nog niet veel ervan gebruiken. En
üiet lang geleden werd me hier op onze
vergadering nog de vraag gedaan, of men,
als men kaïniet gebruikt, geen chilisalpeter
behoeft te gebruiken. Ziet ge, zulke vragen
getuigen nu toch al van zeer weinig door
zicht. Maar, komaan, laat ons geen kwaad
spreken. Ik wil je liever een» het een en
ander mededeelen van wat ik deze week
las over den uitslag van eenige proeven met
chilisalpeter. Juist, omdat chilisalpeter een
meststof is, «aarvan men den invloed spoe
dig waarneemt, maakt men er soms een ver
keerd gebruik van. Dat wii zeggen, men ge
bruikt het alleen, als men ziet, dat het
noodig wordt, als de planten b v. geel van
blad worden, als ze niet goed vooruit wil
len, met groeien, in 't voorjaar b.v., als du»
de planten reeds ziek zijn, als ze kwijnen.
Het chilisalpeter is dan het geneesmiddel
voor den zieke. Maar hel chilisalpeter dient
dan niet als voorbehoedmiddel. Het gaat
soms met het chilisalpeter als met het se
rum voor de vlekziekte der varkens. Mer
laat de varkeus pas inspuiten, als ze zie
zijn. Dat is nu verkeerd. Men moet al'
varkens laten inenten, om te waken, dal ze
de vlekziekte niet krijgen. Zoo ook moeten
we de gewassen alle met chilisalpeter be
mesten, om te waken, dat ze zóó gezond
mogelijk worden, m. a. w. zooveel mogelijk
opbrengen. Doch, daarover wilde ik het niet
hebben. Ge weet, dat er in den laatsten
tijd ook door vele boeren in den herfst
chilisalpeter op de wintergranen gebruikt
wordt. Welnu, ik las deze week den uilslag
van proeven, die gedaad waren, met het
doel te onderzoeken, wat beter wk»( het
chilisalpeter in den herfst, in de lente of
gedeeltelijke in heide te geven, du» een
deel in den herfst en een deel in de lente.
Alle uitkomsten spraken zeer duidelijk voor
de laatste methode, ik heb hier toevallig
erkele cijfers genoteerd. Deze cijfers zijn
de gemiddelden van die. welke verkregen
zijn op 6 A 7 verschillende plaatsen. Door
100 K.G. chilisalpeter in den herfst te ge-
zij, ga naar beneden en hang de lakens bij
het vuur, en Wacht dan totdat het water
kookt, om koffie te zetten. Ik zal wel voor
het bed zorgen.
Zoodra zij alleen was, sloot zij zich op in
de kamer van hare moeder en liet de gor
dijnen zorgvuldig naer. Toen ontsloot zij de
kast en liet een voor een de juweelen in een
zak glijden, dien zij in de kas vond. Daarna
sloot zij opnieuw de kast en zag met klop
pend hart in den gang. Alles was stil. God
dank, Clementina hield den gast beneden
bezig. Z'j ging dus met den zak de, gang
door naar hare eigen kamer. Toen zij echter
bij de deur was, zag zij licht op de trap
een hoofd kwam te voorschijn en mr. Selby
stond vóór haar met zijne tasch in de hand.
Marcia gilde bijna van achrik en hoopte
maar, dat haar uiterlijk kalmer was dan dat
Int er van binnen uitzag.
Gelukkig, dat ge daar zijt, zpide hij.
CLmentina zeide, dat ge wel zoo vriendelijk
zoudt willen zijn mij mijne kamer te wijzen
mijne voeten ziju kletsnat, ik wilde gaarne
droge sokken aantrekken.
Marcia hield haren zak zóó krampachtig
vast alsof haar leven er van afhing en zon
der uok maar eene beweging te maken, alsof
zij hem naar de kamer wilde brengen,
bracht zij er met de grootste moeite uit
De derde deur aan uw linkerhand.
Dank u antwoordde hij droogjes, als
voelde hij hare weinige hartelijkheid.
Hij ging h^ar voorbij zonder naar den
z<k te grijpen, wat zij zoo goed als zeker
verwacht had, toen ging zij hare kamer bin
nen en grendelde de deur achter zich, ter
wijl zij ovt-r haar geheele lichaam beefde.
Nu had hij alles gezien. Wanneer hij een
dief wai, dan wist hij nu waar zij den
schat verborgen h*d.
Opeens bedacht zij iet» anders. Zij duwde
den zak onder haar bed en wachtte totdat
zij hem uit zijne kamer hoorde komen toen
ging zij zelf in den gang en ging hem met
een knikje cn een glimlach voorbij.
Ik ga uw bed even opmaken, zeide
zij, dau kom ik ook beneden.
Toen hij haar niet meer zien kon, keerde
zij om, zag hem de trap afgaan, hoorde de
keukendeur open g*an en toen Clementina
tegen hem spreken. Toen vloot, zij naar hare
kamer, nam den zak van onder het bed,
klom naar een der zolderkamertjes, hing
den zak tusschen allerlei oude kleeren achter
een gordijn, en ging toen wc r naar beneden,
en nadat ze met Clementina het bed had
opgemaakt, ging zij weer naar de keuken
naar haren ga»t.
Toen zij binnenkwam, zat hij rustig bij
de stoof en had eene tevreden uitdrukking
op zijn gelaat, zooals iemand, die, nadat hij
de elementen heeft getrotseerd, heerlijk ver
warmd en gevoed is. Hij stond op om haar
een stoel te, geven en vroeg of zijn rooken
haar niet hinderde.
Zij zeido van niet en ging tegenover hem
zitten, terwijl haar blik onderzoekend op
hem rustte, alsof zij tot in zijne ziel wilde
lezen.
Ik begin nu pas te begrijpen, hoeveel
last ik u veroorzaak, zeide hij. Ik hoor na
pas van Clementina, dat gij slechts met
haar alleen thuis zijtik dacht eene groote
familie te vinden. Ik had vooruit bericht
moeten zenden, maar ik heb in het geheel
niet. aan de mogelijkheid gedacht, dat de
dominee afwezig zou kunnen zijn. Hoe lang
d«"nkt gij, dat hij van huis z l zijn?
O, niet Lny papa zal zeker morgen
thuis zijn.
Z'j wist zelve niet, waarom zij hel zeide
zelti'-'morgen zou veel te laat ziju om haar
te te^löJh
Hij keek verbaasd.
O, denkt ge dat? Clementina meende,
dat hij verscheidene dagen weg zou blijven.
Ik hoop echter, dat ge gelijk hebt, dan
zou mijne reis niet tevergeefs geweest zijn.
Ik moet uw* vaders handteekeuing hebben,
maar ik zal u niet met mijn verhaal ver
moeien, ge ziet er zoo doodelijk moe uit -
en zoo angstig.
Angstig riep Marcia, alles vergeten
de, behalve dat ze zoo goed mogelijk hare
rol moest spelen. Waarom zou ik angstig
zijn
Natuurlijk? Ja, ik ben erg dom va:
avond.
IIet. spijt mij, meer dan ik zegge:
kan, hier binnengedrongen te zijn, maar lie
is zulk een vreselijke avond, dat men ei
geen hond doorjagen zou. Bovendien kan
ik u misschien nog eenige bescherming
verleenen.
Bescherming, waarvoor vroeg Marcia.
Voor inbrekers, zeide hij bedaard.
Weet ge wel, dut, toen gij de deur open-
deedt, gij er uitzaagt, alsof ge dacht, dat
ik een inbreker was
Inbreker» zijn niet zoo dwaas te den
ken, dat ze in de pastorie van zulk etn
arm dorp iels zouden vinden, zeide Marcia,
terwijl ze zoo wit werd als een doek.
Nm er is een groote oude kast in de
kamer, waar ik slaap, en die ziet er wel
naar uit kostbaarheden te oevatteD, zeide
de bezoeker, en zag haar doordringend aan.
Maar hoe het ook zij, we zijn er nu oj:
voorbereid, zeide hij. Ik heb in Afrika we
voor heeter vuren gestaan, en dit zeggend
baalde hij een geladen revolver te voorschijn,
(Wordt vervolgd.)