^iSummer 7. Donderdag 24 Januari 1907. 30e Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Eerste Blad. De V enoving, AHTOONTIELEN Dit nummer bestaat - [uit TWEE Maden. FEU1LLE OA. W E G O E L D. Het beste, mooiste en bil- lijkste I)ruk,verk bekomt men bij de VV aalwijksche Stoomdrukkerij .- 3 fs-i= C 9 kvre, r - - -Tp*gya^r ÏS3& ::"!5SEC :-r2JSK235S5SW mssssKamsaaBSSOFSMSSS' tcm- - towwbi" Hiuiumi jiintia Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond A bonuomentsprijs per 3 maanden f0."5. Franco per poat door het geheele rijk fü.90. Brieveningezonden stukken gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever I T G E V K it W AAL 7 T.T K. Telefoonnummer 38. Advertentiën 1 7 regels f U.GO daarboven 8 cent per regel, grootc letters naar plaatsruimte. Advertentiën 3maal ter plaatsing opgegeven, worden ilmaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciele zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel f#* E n Advocaten-kluifje Gewis mag wel als zoodanig betiteld worden 't nieuwe gezichtspunt, dat de Eerste Kamer op 't arbeids-contract geworpen heeft, n.l. dat er vergeten is, :e bepalen, dat de bezoldigde dienaren der Kerken niet onder het Arbetdscon- :ract vallen. De Standaard strekt deze •ubriek zelfs uit tot alle kerkelijke be- imbton, dus ook kosters, carillonbespe- ers, stoelenzetters- en zetsters, suisse's ;nz. enz. In hoeverre deze menschen nu niet beschermd behoeven te worden legen willekeur (aan die gewone kerke lijke bedieningen kleeft vaak ook een jjewoon wereldlijken kant) willen wij in t midden laten, doch wat betreft de geestelijkheid is werkelijk hier een lapsus. Hoe het mogelijk is, dat die vele juristen in de Kamer dit niet gezien hebben, is bijna onverklaarbaar, doch nu zullen de heeren er zich wel opwerpen als een mooie, vette, juristische kluif. Het is dan gemakkelijk, als het ei eenmaal op z'n éénen kant staat. Welnu, als het nu maar spoedig weer op zijn goeden kant staat, dan zijn we tevreden. In elk geval tal aan dezen nieuwen jas wel een goe den mouw gepast worden. Da Oppositie in de knel. Het Handelsblad ziet dit aanlokkelijk beeld. En wel, omdat het De Standaard eene crisis om der wille van de defensie plannen hoort ontraden, nu de 2e Haagsche Vredesconferentie voor de deur staat en een afstemmen van het Arbeidscontract gevaarlijk acht, omdat daaruit wel eens »verlies van de meerderheid der Staten van Zuid-Holland, gevolgd door een verlies van de meer derheid Rechts in de Eerste Kamer" kan voortvloeien. Wij houden er van, het »honni soit qui mal y pense" in toepassing te bren gen, doch hier is de tendenz toch al te doorzichtig, n.l. eigen zwakheid te ver bergen met ongemotiveerd af te geven op de vermeende zwakheid van den De zon stond hoog aan den hemel, toen Arkad Petrowitsch de oogen opsloeg. Toen hij goed wakker was, rek e h:j zich eens uit g apte eens goed en knipoogde als een kat in de zon. Sombere herinneringen a»n iets vieeselijks schemerden in hem op: maar wat het was, dat kon hij zich niet meer voor den gee9t brengen. Zijn hersenen werkten nog niet, de veel geledigde flrs- schen van gisterenavond veroorzaakten hoofd- jcijn. Jan, een glas cognac, riep hij. Nadat hij h-d gedronken en flink geniesd, weken de nevelen eenigszins van zijn geheugen en hij gevoelde zich weer vrijer Wat heb ik den vorigen nacht toch uiigehaald begon hij. Waar was ik toch ■Stil, ik oen er... bij Switschoffs. Maar wat geschiedde daar. Plotseling, alsof een bliksemstraal hem in zijn duister geheugen lichtte, wist hij 't en met beide handen streek hij zich door zijn verwarde haren en kreunde in vertwijL- ling VVel drommel, wat zal daarvan komen JWat is mij toch ingevallen Alles wat den vorigen a*ond was ge schied stond klaar en duidelijk voor hem. Hij had de Switshoffs op hun landgoed bezocht. Het was in den manenschijn ge weest en in het bosch, dicht bij het land huis, zong een nachtegaal. De lucht was vol ine.t welriekende geuren geweest... een gevoel, dat bij voor dien nooit had gektnd deed hem hart en ziel beven. Hij had wil len lachen en weenen en voelde eeu over- tegenstandcr. Juist de rechterzijde (Lobman) heeft in hoofdzaak den minister van Oorlog gered, en wat het arbeidscontract be treft, och, hoe scherp ook het voorloopig verslag is, de Eerste Kamer zal het niet verwerpen. Als men de tegenwoordige polit eke constellatie beschouwt, waarbij de zwak heid èn van de tegeering èn van de re- geeringspartijen voor iederen onbevoor oordeelde toch zoo duidelijk mogelijk is, dan staat men eenvoudig verbaasd over den toon, die de regeeringsbladen nog tegen de tegenpartij durft aanslaan. Het moet gezegd Men durft aan die zijde wel I De commissie uit de Prov. Staten tot onderzoek van het voorstel tot heffing van een weggeld, door Ged. Staten in gediend, heeft haar rapport uitgebracht, liet begint met te zeggen: «Openbaarden zich in den boezem dezer commissie, zooals reeds uit hare samenstelling te verwachten viel, meer malen meeningsverschillen van meer of minder ernstjgen aard, hierover in ieder geval was de commissie geheel eenstem mig. dat in de huishouding van onze provincie een belangrijke bron van in komsten voor zooveel mogelijk behoort gevonden te worden uit een heffing op het gebruik van de wegen, wil men een billijke en eerlijke verdeeling van lasten blijven handhaven en de werkzaamheid van de Staten, die zich tot nu toe zoo krachtig heeft kunnen doen gelden, niet grootelijks belemmeren.* Dat een eerlijke en billijke verdeeling van lasten vordert, dat voor Noord- Brabant behouden blijve een bijdrage van de direct belanghebbenden in het onderhoud der wegen, wordt door de commissie afgeleid uit gegevens in na volgend staatje opgenomen. Naam der Provincie. wcldigende behoefte om iemand te omarmen of te kussen. Ja, Arkad Petrowitsch K»ukaut?choff kon zich thans alles herinneren. Hij was met Lidotchka de vijf en twintig-jarige dochter der Switschoff*, een kleine senlimenteele blondine gaan wandelen. Onder de betoo- veri' g van de magische schemering ont dooide Kaukautschoff, hij drukte innig de hand van liet mei»j-, fluisterde h ar zoem t( ere woordjes in het oor, deklameeide ge dichten en muriede liedjes van liefde en geluk. Gedurende het souper waren mama en papa Switschoff buitengewoon vriendelijk tegen liem geweest. Voortdurend drong Lidotchka er op aan zijn glas te vullen. De maai-i vergulde de hoornen van het park, en de nachtegaal sloeg in de verte.... Werkrlijkhrid en fan tasie schenen haar rollen ie hebben ver wisseld. Meer en meer wendde hij zijn hoofd naar Lidotchka en haar bleek geLat en levlijke oogen veranderden zich voor hem in eeu wonder van schoonheid Na het eten bevond hij zich plotseling alleen niet haar in 't paviljoen aan 't einde van den tuin. Hij voor haar op de knieën vertelde haar van zijn geluk en vroeg huar om hare hand. Juist op dat oogenblik verscheen mama en papa Switschoff op het. tooneel, omarm den hem en brachten beiden hun geluk- wenschen. Om 's hemels wil, wat moet ik nu beginnen mompelt A'kad, nadat hij het geheele voorval nog eens goed had over dacht. Lidotchka trouwen, die m;j totaal onverschillig is Dat zou waanzin zijn. En mijn woord terHgiiemen Aan zoo'n schan daal is niet eens te denken... Wat voor den N -Brabant. Groningen Friesland Drente Overijsel Gelderland. Utrecht N.-Holland Z.-Holland Zeeland Limburg. 3 O u W to I. a IT. !§§P o O.® "3 S 3 tos* ITT. 2i o I - CS 3 fe 3 .2 ■- ti -a o O-* IV «®-£ 2*3 3 e .2.5 fc V. f 744.642 f 120.000 f 624.642 f 248.281 30.- pCt. 1313,139 235.000 1078,139 8i >8.0*27 100.000 -708.027 197,533' nihil 197,538 481.235 115.000 866.235 476,913 nihil 476 913 252,076 nihil 252.>>76 2204.599 350.000 1854.599 3472.512 2563.517 918.995: 355.634 50.000 506.334| 622,750 11,200 241,550 92.443 6,110 3.500 20.286 7.490 15.162 2.158 0.1 nihil I 27,674! 5,4 40,763 16,8 8.- 0*8 1.7 5.5 1,5 Hieronder zijn dus niet begrepen: kosten van toe zicht, subsidies aan gemeenten, rente of amortisaties. Bij twee leden der commissie bestaan echter zeer ernstige bedenkingen tegen het toestemmend beantwoorden der vraag of het ontwerp er in is geslaagd het vraagstuk van de invoering van een weggeld op bevredigende wijze op te lossen. Deze zijn van oordeel»dat c!e voor gestelde belasting niet is een w e g g e 1 d zooals zij in het ontwerp genoemd wordt, zoodat, om de Koninklijke goedkeuring erop te kunnen erlangen, de wetgevende macht vooraf hare toestemming tot het heffen van die belasting zal hebben te verleenen Huns inziens valt de voor gestelde belasting daar om niet onder het begrip van w e g g e 1 d, waarvan in de provinciale wet de rede is, omdat dit weggeld is een retributie voor het ge bruik van prov. Wegen of andere werken en deze niet kan geacht worden geheven te worden, waar zij, blijkens het ontwerp niet zal geheven worden in verhouding tot het gebruik, dat van< de prov. wegen wordt gemaakt, maar enkel en alleen wegens het houden van een rij- of trek dier, motorrijtuig of rijwiel, waarmede van een prov. weg gebruik gemaakt wordt onverschillig of dat gebruik van den meest Korten of langst mogelijken duur zij. Volgens deze leden dus ontbreekt iedere evenredigheid tusschen het ge bruik en de retributie, welke onder den n :am van weggeld voor dat gebruik zou geheven worden. Wat in het ont werp een weggeld genoemd wordt, is alzoo volgens de leden, hier aan het woord, niet een weggeld, maar eene bijzondere, het meest met de paarden belasting overeenkomst hebbende, be lasting, behoudens dat, terwijl voor de belastingplichtigheid aan de paardenbe lasting alleen vereischt wordt het hou den van een rij- of trekdier enz., voor dat zoogenaamde weggeld ook nog ver eischt wordt, dat met het rij- of trek dier enz., al is het ook maar voor een ondeelbaar klein oogenblik, van een provincialen weg gebruik wordt gemaak.* Hunne tweede bedenking is »dat het niet billijk is om, zooals voorgesteld wordt, van elk, die van een provincialen weg gebruik maakt, evenveel te vorderen zoodat het ten eenenmale onverschillig is, of dat gebruik lang of kort zij.» De opvattingen van deze leden worden door de meerderheid der commissie be streden, terwijl het ontwerp door die meerderheid wordt verdedigd, al werden ook bedenkingen geopperd, zoo van redactioneelen aard, als wat betreft de wijze van heffing en de verdeeling van lasten, door het ontwerp aan de gebrui kers der provinciale wegen opgelegd, waarvan blijk wordt gegeven door het stellen van een aantal amendementen op de verschillende artikelen van hel ontwerp en het voorstellen van enkele nieuwe artikelen. Het rapport, dat 50 pagina's druks beslaat, geeft blijken van zeer nauwge zette overweging. Wij laten hier nog volgen de verde- digi g van het voorgestelde weggeld door de meerderheid der commissie uit de Prov. Staten »Art. 126bis sub e der Provincial wet stelt voor een weggeld als eenige eisch, dat het betaald worde »voor het gebruik of genot van provinciale werken.» »Niet dus in het heffen in evenredig heid van het gebruik van den weg zocht de wetgever het criterium voor weg geld» alleen in het gebruik zelf. »Aan deze woorwaarden nu voldoet de voorgestelde belasting ten volle. De Memorie van Toelichting op het ontwerp zegt het met zoovele woorden «Paarden, waarmede van den provincialen weg geen gebruik wordt gemaakt, vallen niet onder deze belasting.» »Uit de provinciale wet blijkt niet, dat alleen dan van weggeld sprake is, als de belasting geheven wordt »in verhouding tot het gebruik, dat van den provincialen weg wordt gemaakt »Door dezen eisch te stellen gaat men verder dan de wetgever zelf wil. Immers, drommel moei ik beginnen om uit dezen poel van ellende te komen Maar hoe hij zijne arme hersenen in spande, het wilde hem niet invallen. Doch jwist toen hij vol moedloosheid de gedachte aan redding wilde opgeven, kreeg hij een denkbeeld, dat misschien de Kwestie zou oplossen. Ik heb het Ja... Dat is de eenige redding 'IVn Kaukautschoff zich om twee uren naar de villa der Switschoff.* begaf, werd li ij met groote warmte ontvangen. Papa en rn-ma zwommen in geluk over de goede partij die hun dochter deed, want zij hiel den den jongen man voor zeer rijk. Na een voorirrffeiijken lunch vergezelde Arkad zijn gastheer en toekomstigen schoon vader naar diens bijzonder vertrek. Zij rookten sigaren en zaten naast elkaar op de sof». AfanHtej Grigorewitsch aldus begon K»uk ut-ch( ff, ik zou u wel 0111 eenen kleinen dienst willen verzoeken. Het is hm een eenigszins kiesche zaak en maar da»r wij toch werkelijk familie worden ik de zaak zit zoo ik heb een paar duizend roebel noodig Het is iminers maar een kleinigheid, doch Inderdaad Ik had het anders niet gewaagd u lastig te vallen.. Ik zit echter op het oogenblik eenigszins in de klein.... Bijna mijn geheele inkomen is naar de Bink verhuisd. Be.teekeut dat, üat uw eigendommen belast zijn Niet noemenswaardig, antwoordde de andere. Hoe zal ik dat uitdrukken D» moeielijkheden liggen in de hooge procen ten, die het kapitaal bijna niet kan dekken Ook heb ik eenige schulden niet dc moeite waard speelschulden u be grijpt me reeds. Ik wist niet, dat u speeldet. Dat is onvermijdelijk in een omge ving als die waarin mijn huis ligt. Er is anders geen afwisseling. Drinken, wedden en sptjen anders heeft men er niets. M aar Zoo staan de zaken. Afanatci Grigore- witch. Kan ik dus op het geld rekenen Ik zal er eens over nadenken, ant woordje Switschoff droogjes. De studrrrkamer verlatende, liep Kau- k iutschoff Lidotchka's moeder bijna onderst- Doven. Hij kuste haar galant de hand noemde haar ridderlijk „mama" en (repte m^t opzet op Bizoelka's s'aart, haar lieve lingshond. Lrelijk" a»p, bromde hij, waar ik ook den voet pl »ats, steeds loopt dat onuitstaan bare dier mij in den weg. U houdt niet van honden vroeg de oude dame met tranen in de oogen. Kleine, zooals deze hier, vind ik af schuwelijk. Met grnotc is de zaak anders Op het land heb ik een heel menagerie» herdershonden, wolfshonden, bullebijters, bloedhonden, vele zoo groot als jonge kalve ren. Wee hun, die hun in den weg komen. Ontzettend. Waarom houdt u ze toch bij u Dat is bij ons een noodzakelijkheid ik vorm geen uitzondering. We leven zeer eenzaam, tien mijlen in het rond woont geen mensch De geheele streek wemelt v»n roovers en elke week woiden menschen afgezet Vree9elijk Ja, dat is san de. orde van den dag. Elke m«and drie of vier rooverijen ot moorden had hem een dergelijk beperkt begrip van »weggeld> voor oogen gestaan, dan zoude hij dit uitdrukkelijk hebben uitge sproken, evenzeer als hij in art. 126 sexies met zoovele woorden voorschrijft, dat het weggeld tot geen hooger bedrag mag worden geheven dan vereiseht wordt tot dekking van de ten laste der provincie komende kosten van de wegen. »YVaar de wetgever op het gebied der belastingheffing eene evenredigheid ge wild heeft, verzuimt hij niet zich duidelijk uit te spreken, zooals in art. 247, tweede lid, der Gemeentewet. »Maar bovendien, al vordert men, dat er bij het weggeld als zijnde een retri butie, een verband zij tusschen heffing en gebruik, dan is dit reeds hierin aan wezig, dat de heffing juist het gebruik belast. »Ook al eischt men, zooals de min derheid, méér dan een bloot verband, al zou men met haar een verhouding tot het gebruik als voorwaarde stellen, dan valt niet te ontkennen, dat ook deze, in de verschillende tarieven en reducties van dit onderwerp aanwezig is. »Men kan ontkennen, dat deze vol doende zijn zou men kan beweren, dat de tarieven dus uitbreiding of verbetering zouden hebben te ondergaan doch dit is een vraag van minder of meer, een vraag van appreciatie omtrent de mate der verhouding, doch kan nooit tot het ontkennen van het bestaan dier verhou ding leiden. »Er bestaat dus in dit ontwerp een verhouding, en ook om die reden is het bezwaar der minderheid, zelfs in haar stelsel, ongegrond en waar nu, zelfs bij de retributie par exellence, de tolheffing, evenmin een volledig verband aanwezig was of kon zijn, daar kan de geringere mate, waarin dit verband hier be staat, het karakter dezer heffing niet veranderen, en blijft dit evenzeer een retributie in den vorm van een verplicht tol-abonnement, dat zijne bijzondere en grootere voordcelen naast zijne onloo chenbare nadeelen had. »]uist hierin is het weggeld van het tolgeld te onderscheiden, dat, ofschoon beide hiffingen het gebruik van den weg betreffen en zulks in tegenstelling met het straatgeld, dat de gemeentewet kent, het tolgeld een vorm en een En u vreest niet daar te wonen Wat zal ik anders? Ik moet toch. Ik ga steeds geheel gekleed te bed, het geladen geweer naast mij. De hemel moge zich over ons ont fermen. En de toekomstige schoonmoeder liep handenwringend uit de kamer. Op het terras zat Lidotchka. Ze wees Arkad eeu stoel aan haar voeten. Neem plaats, geliefde. Kaukaut-choff gehoorzaamde. Ik heb geen oog gedurende den nacht gesloten, begon hij. Was u ziek Neen, ik dacht aan u Vleier 1 Het is geen vleierij. In gedachten schildeide ik mij het geluk af, dat ons samen wacht. Den dag na ons huwelijk gaan wij naar het land en daar, aan den boezem der natuur, willen wij in onze liefde gelukkig zijn. Des morgens willen we vroeg opstaan ik sta altijd bij. het aanbreken vau den dag op. Lidotschka zette een zuur gezicht. Dan rijd ik direct het veld in om toezicht te houden op de arbeiders. Gij zult om onze huishouding denken, de stallen nazien, hoenders en varkens voedrren, eet waren afwegen en de boeken bijhouden. Lidotchka's trekken werden langer en langer. Later rijd ik, moe en met stof of modder bedekt, maar gelukkig naar huis terug We sten zeer vroeg Na het middag eten strek ik mij in de schuur op een hoop hooi uit om uit te rusten. Om te slapen Natuurlijk, Veldarbeid is vreeselijk vermoeiend, 's Avonds bezoeken wij ouie

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1907 | | pagina 1