VA» BMW'S STBBOPKBFFIE,
De [eiste Ondeilimge Landbouw Verzekering-Mij
Uw voorbeeld voor oogen.
De Abdijsiroop Klooster Sancta Paulo
Advertentiën.
J. VAN DAMME,
GROOTE VERDIENSTE voor iedereen.
Distillateurs en Likeurstokers
BUITENI AND.
Frankrijk.
Uuitschland.
Rusland.
Zuid- frik a
J
ARIE-BOELE
Prijs f 1.- f 2.- en f3.50 per flacon
Ond rgeteekende bevrelt zich
beleeld aan voor de levering dei-
door hem vervaardigde, van ouds bekende
OPGERICHT 1820.
ONOVERTROFFEN IN SMAAK.
Verkrijgbaar in busjes k 10 en
25 Cent.'
Firma kl.MIEREN VAN DAMME.
Vertegenwoordigers gevraagd met relatiën onder wergevess in
bovenbedoelde bedrijven. Zich te wenden tot de Directie te Zwolle.
L. I. AKKER, Van Alkemadestraat 11, Rotterdam.
niQ.ed in^ftsprpicwi e.n telkens we,er was
het om niet....
Toen kwam de dag, de nieuwe dag,
met storm, maar toch met zonlicht. Zij
hebben geschreeuwd, gegild om hulp,
de hulp bleef uit...
Drie mannen heeft men aan boord
gezien, zij wuifden met doeken, schreeuw
den, men heeft hen niet kunnen berei
ken. Alle moedige pogingen tot redding
bleven vruchteloos.
De menschen aan strand spreken er
van, met tranen in de oogen En de
kranige bemanning van de »President
Van Heel» en van de dappere sleep
boot »Wodan» komen met gezichten
van stomme vertwijfeling telkenmale
terug van den gevaarvollen tocht- On
vergetelijk van deze zwarte dagen zal
hun moed en hun volharding wezen.
Dc redding.
De actualiteit van de nadere bijzon
derheden verdwijnen voor het allesover-
heerschende feitde redding. En om u
daarvan bericht te doen, vertel ik u het
onderhoud na, dat ik onmiddellijk na
aankomst had met den stoeren kapitein
van de stoomloodsboot Hellevoetsluis,
den onverschrokken J Berkhout, die
met Jansen van de Reddingboot samen
het werk der helden heeft geleid.
»Ik was uit zee binnengekomen
vertelde mij deze schipper in zijn hut,
terwijl de dankbaarheid om het dappere
doen van zijn jongens hem uit de
oogen glom omdat ik een signaal
van het loodswezen had gekregen. Toen
ik in de Berghaven aanlag, kwam daar
niemand minder dan Prins Hendrik aan
boord en aanstonds op de brug staan,
waar hij niet afging, al zetten de sneeuw
vlagen ook nog zoo fel op en al was
het buiten ook nog zoo brujn, een on
verschrokkenheid voor een' vorst, die
daar niet aan gewend is, waarvoor wij
allen den grootsten eerbied hebben
Dapper bleef hij tot het einde toestaan
en goed in orde, want Z. K- H. rookte
nog smakelijk een sigaar
»De bedoeling was, dat de Prins bij
ons de stoomreddingboot zou volgen,
die gelijktijdig uitging, om eene nieuwe
poging te wagen En zoo gebeurde het.
Jansen had een jol achter zich, bemand
met vier man van het loodswezen. En
waarachtig, die jongens hebben er het
begin mee gemaakt, al was de zee ook
nog zoo moeilijk en spaarden de kwade
buien hen allerminst. Die jol kreeg
verbinding met het Noorderhoofd waar
het wrak zit- Werd tegen de pier ge
smeten, zoodat wij dachten dat zij te
pletter zou slaan Maar in plaats daar
van gaf Klaas Ree zichzelf een gooi en
joempte op de stcenen, waar dc bran
ding overheen liep. Half loopende, half
zwemmende, tot den hals in de golven
en het water is koud sell rrelde
hij voort naar den kop. Ieder oogen-
blik vreesden wij hem te zien wegslaan
Maar hij bereikte een paal, kroop erop
en bleef er wel een halt uur op zitten
Met een lijn zat hij aan de reddingboot
vast.
»Inmiddels volgden zijn drie kamera
den uit de jol zijn dapper voorbeeld,
joempte ook op de keien, waarover
heen de branding raasde De redding
boot was intusschen voor anker gegaan
»Toen grepen de vier jongens elkan
der vast, om steun te hebben tegen
het geweld van de zee, en zwemmende
loopende gingen zij af verder naar bui
ten, totdat zij allen het hoofd bereikten,
op een 50 meter van waar het wrak
zat En het geschreeuw en gewuif van de
schipbreukelingen misschien ook wel
de Prins die hen gadesloeg maakten
de jongens zoo dapper als leeuwen
»Nu wilde het geluk dat er van de
Berlin nog een tros afhing in zee, op
gewaaid door de storm naar hen toe
Telkens werden de jongens door de
sneeuwvlagen en de bruiskoppen aan
onze oogen onttrokken En toen ik zag
zei de kapitein van de loodsboot
shoe die vier arme jongens daar tobben
met de zee, dacht ik Ze moeten en ze
zullen hulp hebbeD En ik vroeg aan de
mannetjes aan boord: »Kom jongelui
wie wil er Meteen kreeg ik er veel te
veel. En daar zaten er alweer vier
anderen van mijn loodsboot in de tweede
jol, de leerlingen C de Gorter, Harm
van der Meulen, L- Braam enj de Geus
Hun hulp is het geluk geweest- Want
op dezelfde wijs kwamen zij aan de
Noorderpier, sprongen op de overspoelde
keien, ploeterden arm in arm door de
branding naar de keien, tot er daar
acht jongens samen waren aan het hoofd
vaak tot de halzen in het koude bad.«
>Het wrak lag 5 meter boven ons
uit, de tros in de schuinte naar de pier
zal een 20 meter lang zijn geweest- Op
het wrak was een steward, die begreep
ons. En hij maakte het zijn verkleumde
gezellen duidelijk. Toen eerst kwamen
er twee stokers naar voren zij bonden
zich een lijn om het middel en lieten
zich glijden dan kwam de steward zelf,
dan twee vrouwen en de anderen, tot
tien in het tal, allemaal met de handen
glijdende langs het eind. Wij met ons
achten, arm in arm, kwamen zoo ver
mogelijk in de branding vooruit, grepen
de stumpers bij armen en beenen om
hen vast te vatten, want ze waren zoo
slap door al die ellende. Een enkele
sio.eig te water, kwam wjeer op, en we
grepen hem. Twee aan twee zwemmende
brachten we ze stuk voor stuk eerst
naar een droogte op de pier. Die arme
bliksems van vrouwen, alle fut was er uit.
Over onze ruggen sjorden we haar...»
»Ja« zei de kaptein »en toen
op een moment kwam er weer een stuk
water dat de jongens met vrouwen en
al omsmeet. Wij zijn voor geen klein
geruchtje vervaard, maar we stonden te
trillen aan boord, om de kerels.
De «jongen1 die mee had gered, ver
volgde
»Die vrouwen hebben we eerst op een
baken gelicht, en door een Rotterdamsche
jol, die ik nog niet ken, kregen we toen
waarachtig weer verbinding met de red
dingboot. Zoo haalden we van daar een
dikkere lijn naar de baken en daaraan
trokken ze hen stuk voor stuk naar de
schuit van Jansen.
>Je hield je hart vast. Ze waren van
al die kou, zoo doorwaternat, onbeschut
onder het sloependek van het wrak, tot
in hun merg uitgeput Toen we kwamen,
lagen ze als lam over de verschansing,
maar nog wuifden de stakkers, terwijl
zij al niet meer op hun beenen konden
staan. En vierkant hadden ze zich laten
zakken-
»Toch kregen we er zoo tien op de
reddingboot Twee vrouwen eronder en
een kind zal ik maar zeggen, want het
scheen met die plakkende kleeren en
druipende hare nog wel een heel jong
deerntje.
»Maar waarachtig, drie dames bleven
er achter, en een meiske, behalve de
lijken, die er van gebrek al gestorven
lagen. En dat was niet om aan te kij
ken, want die stumpers durfden niet,
waren versuft. Toch, waarempel,
toen ze allemaal op de reddingboot zijn,
zien we een van die dames den laatsten
moed samenvatten, en in Godsnaam ook
aan de lijn gaan hangen Maar of haar
bewustzijn haar ontzonk, ze kon niet
naar beneden komen, en bleef zitten op
het berghout.
«Dat was niet langer om te zien.
Want het duurde zoo misschi n wel een
uur. Wij er weer heen, weer op de pier,
haar toegeschreeuwd om toch te volgen,
en ineens. liet ze de handen los en
sloeg neer. Maar nog grepen we haar
en voerde haar zwemmende mee.»
«Nooit» zei de kapitein «al zijn
wc nu ook niet van was, maar nooit
zal ik het gehuil vergeten van de drie
rampzalige vrouwen, die niet durfden en
die we dus achter moesten laten in de
branding', op dat ontredderde wrak. Ja,
de tranen rolden me uit de oogen. Ik
kreeg het zóó te kwaad, dat ik God
dankte, toen we uit dat gejammer mochten
gaan. De jongelui hadden hun leven
gewaagd, niets was er nu meer te doen
aan die innige stumpers. En de vloed
kwam weer op, 't was er zoo schrikke-
ijk bruin. Een van de jongens, de Ree,
de eerste die 't waagde was de kluts al
een beetje kwijt.
«Maar die doorwaternatte, veikluemde
schipbreukelingen, door het ijzige sneeuw
water gehaald, waren op die kleine
reddingboot, zonder eenig gerief in de
onstuimige buien immers niet best. En
de Frins gelastte, dat ze bij ons aan
boord moesten worden gehaald, om ze
te warmen en goed te doen. Dus de
jollen gingen weer uit en brachten ze
hier op de loodsboot
«Och, schipper» zei de redder
ontroerd «en hoe slap ze ook waren
ze wisten niet hoe ze ons onder het
zwemmen hun dankbaarheid moesten
betuigen, de zielen. Die laatste vrouw
aaide ons met haar verkleumde handen
in het gezicht, en kon niets meer uit
brengen dan „tak-tak-tak!'" Krampachtig
knepen de anderen onze handen 1"
„Wat een heerlijkheid" vervolgde
glimlachend van welbehagen de kapiteio
toen we ze daar allemaal in hun natte
plunje aan boord hadden en ze dadelijk
in de warme logies konden stoppen, de
druipende pluinje uit doen, onder dikke
dekens, gloeiende kruiken. De hulp van
Prins Hendik daarbij, die 't alles aange
zien had, is niet om na te vertellen, zoo
hartelijk geweest voor de menschen.
Handig hielp hij mee om hen de ijskoude
bullen uit te trekken en in het droge
goed te steken van de bemanning ging
hij kleeren en handschoenen halen om
ze hun aan te trekken, en zelf voerde
hij hun thee en brood, en sprak met ze
als een doodgewoon mensch zoo harte
lijk, Prins Hendrik heeft het\hart ge
stolen van ieder die hem bezig zag in
dat eenvoudige, innige doen, om het den
bibberenden stakkers maar behagelijk
te maken. En u had zijn gezicht eens
moeten zien. Daar straalde de genegen
heid uit, cn net zoo sprak hij ook met ze.
hun ieder d.e hand toe te steken. Tegen
mij zei Zijne Hoogheid: «Kapitein, die
22ste Februari zal mij lang heugen."
«Maar aan dat huilen van die achter
geblevenen moet ik niet terugdenken....
ontzettend was het, meneer En nu
moet u van boord, want we gaan weer
naar zee...
De Prins komt van boord. Dan meteen
breekt door de ontroering de geestdrift
En nooit heb ik Prins Hendrik zóó warm
door het volk toe hooren juichen. Glim
lachend dankt Z. K, H. vriendelijk voor
deze ovatie, verbleekt even, stapt gauw
in zijn automobiel, en rijd terug naar
het Paleis om Hare Majesteit de Koningin
de prachtige tijding te brengenals
ooggetuige °P de brug in buien en
branding.
Op 't oogenblik zijn 40 lijken aange
spoeld en een dertigtal erkend, meest
Engelsche en Duitschers, leden van het
opera-gezelschap, een eenige Hollanders
De namen te noemen heeft weinig zin
en onze plaatsruimte laat dit ook niet
meer toe.
Men kan de ontvangst aan den wal
zich voorstellen, die was enthusiast en
toch waardig bij het zien van zooveel
blijdschap naast ellende. Direct werden
ze in een hotel onder gebracht.
„Een mooi monument was het, toen
de Prins, zelf heelemaal onder den sneeuw
de acht matrozen van het loodwezen,
die de redding hadden verricht, liet aan
treden om ze rondweg te bedanken en
Nu we uitvoeriger verslagen ontvangen
van wat Briand heeft gezegd, wordt'dan
ook zeer sterk de indruk, dat de minister
van Eeredienst duidelijk te verstaan heeft
gegeven, op het sluiten van contracten
aan te sturen, waarna de Kamer in groote
meerderheid hem ruime volmachten
gegeven heeft; alleen ordegeestelijken
zullen niet mogen worden benoemd.
«Vraag ons gouvernement geen wetten
om de burgers te verplichten den aard
van hunne Kerk te wijzigen dat ware
dwingelandij", zei Briand, en veroordeelde
daarmee zijn eigen uitvinding der eere
dienst-vereenigingen
Denkt gij dat, wanneer gij millioenen
burgers, die niet denken als gij, zult
hebben doen bukken onder een gods-
dienstigen regel die de uwe is en niet
de hunne, een edel daad zult hebben
gedaan en het gezag de republiek ver
hoogd P
Inderdaad, het bloc is wel naar een
anderen kant gedreven.
En de Kamer was het terstond met
de zachtaardige bui van de regeering
eens.
Briand heeft er gisteren nog eens den
nadruk op gelegd, dat de model-con
tracten, die hij aan de burgemeesters
had doen toekomen, louter als voor
beelden bedoeld zijn, en meer niet. De
burgemeesters sluiten de contracten over
de gemeenteliike kerken. De burge
meesters moeten met de geestelijken tot
overeenstemming komen over een con
tract dat wettelijk bestaanbaar is, niet
de regeering.
Dat is ook al een zwenking van be-
lang voor een paar weken was het de
regeering die den maires het sluiten van
contracten verbood 't is wel een merk
waardige ommedraai en de goede gang
van den eeredienst schijnt thans ook zoo
goed als verztkerd.
Maar of daarmee waarlijk betere tiiden
voor de Kerk, voor het geloof in Frank
rijk zullen beginnen
Iemand uit de omgeving van kardi
naal Richard heeft gezegd tot een ver
tegenwoordiger van de Echo de Paris,
dat de laatste verklaringen van Briand
in de kamer onjuistheden bevatten. Zoo
weigerde onder andere de aartsbisschop
hoegenaamd niet aan de pastoors den
last der herstellingen van de kerken te
laten opleggen, maar hij wil niet, dat de
pastoors met hun persoonlijk fortuin
kunnen verantwoordelijk gesteld worden
voor dien last. Van den andeien kant
wil de aartsbisschop de bepaling niet
aannemen, die jonge kloosterlingen van
de uitoefening van den eeredienst zou
uitsluiten en hij beschouwt zelfs als be-
leedigend voor het episcopaat, dat men
schijnt te veronderstellen, dat het vreem
de pastoors zou benoemen. Wat er van
zij, de onderhandelingen duren voort.
De aartsbisschop heeft zijn voorstellen
doen kennen en hij wacht op het ant
woord van den prefect.
De Rijksdag heeft gisteren met de
traditie dat de president uit de sterktste
partij gekozen wordt, gebroken en een
conservatief, graaf Udo Stolberg,
tot voorzitter benoemd.
Het was in zekeren zin een verrassing,
daar men er reeds in vele kringen vast
op rekende dat óf V o n II e r 11 i n g
óf dr. Spahn voorzitter worden zou.
Maar de Köln. Volksz. vermoedde gis
teren reeds dat er iets broeidevooral
de Rijkskanselier had zijn listigste diplo
matie in 't werk gesteld om liberalen
en conservatieven te bewegen den vijand
toch te weerstaan.
En 't is gelukt.
Nu is althans nog een brokje van den
schijn gered, alsof het Centrum verslagen
zou zijn
De vrijzinnige Berliner Morgenpos t
bevatte juist gisteren een artikel ten
bewijze, dat sociale wètgeving zonder
het Centrum onmogelijk zal ztjn.
Maar voor een oogenblik zullen onze
politieke vrienden zeker aan de Kanselier
het kinderachtig genoegen gunnen, dat
hij doet alsof hij niet weet welke partij
in den Rijksdag de meeste mandaten
bezit, welke partij bij de laatste verkie-
zingen voomitging met 400,000 stemmen.
Volgens geruchten, te St. Petersburg
in omloop, zouden er in de buurt van
Odessa ware slachtingen hebben plaats
gehad. Maar het is onmogelijk inlichtin
gen hierover te krijgen daar de telegra
fische gemeenschap tengevolge van 'den
storm onderbroken is.
Uit Bakoe wordt gemeld
Dinsdagavond zijn bij een botsing
tusschen anarchisten en politie meer dan
500 schoten gelost. Een agent werd
gedood en een ander gekwetst. Drie
anarchisten werden gedood en talrijke
voorbijgangers gekwetst. Vele aanhou
dingen hadden plaats.
Sewastopol is gisteren een
commissaris van politie door een bom
zwaar gewond.
Uit Transvaal goed nieuws.
De Johannesburgsche correspondent
van Daily Chronicle en Tribune voor
spelde eergisterenavond al de zegepraal
van het Volk en de nationalisten, en de
nederlaag der progressieven. Deze zullen
vermoedelijk slechts twintig zetels kri
gen. Het Volk en de nationalisten krijge
samen waarschijnlijk een meerderhei
van twaalf stemmen. De arbeiderspart
heeft de Randlordpartij reeds drie zetel
afgewonnen, waarover de corresponden
zich zeer verheugt.
Men verwacht dat Botha uitgenoodig
zal worden een kabinet te vormen.
Ferreira en zijn volgelingen zijn
ter dood veroordeeld. Voor Potgieter
en Retief werd clementie ingeroepen.
BESOIJEN.
zekert uitsluitend personen, werkzaam in den Landbouw of aanverwante bedrijven
'■•ven dr geldelijke gevolgen van Ongevallen.
z rader werk ifnaiue.
Personen run eikenstand en van beiderlei geslacht.
onverschillig waar woonachtig kunnen werk vinden op onze
snel-breimncliine „Mi ra mar" Gemakkelijk en eenvoudig
liiuswerk het gchcelc jaar door Voorafgaande kennis on—
noodig. Hirekt loon V\ ij koopeD bet werk.
Rreimaehine Maatschappij tot bevordering van huisarbeid.
THOS. H. WHITTICK Co. Amsterdum, Keizersgracht 263.
Niet te. verwarren met minderwaardige aanbiedingen met
nlich'ingen verstrekt de hr, Ny98en-Fynaut, Molenboschstr. 1594 Tilburg.
volgens portret..
IVij vermelden hieronder een gebeurtenis die niet
lang geleden te Bergambachteen plaatsje in Zuid-
Holland, heeft plaats gevond n. Cnze lezers kunnen
een voorbeeld nemen aan den Heer ARIE BOELE,
wien het navolgende is overkomen.
De Heer ARIE BOKLE, die zoo.ils onze lezers
wel begrepen zullen hebben, te Bergambacht woonachtig
is, heeft de ouderdom van 61 jaar.
Gedurende 5 jaar leed ik aan Asthma, zoo deelde
hij ons mede. Ik had voortdurende benauwdheden,
terwijl mijn borst altijd piepte. Vooral de» nachts
kou ik het zeer benauwd hebben, ik moest dan h°t
bed verlaten om lucht te krijgen. Ik had pijn in
mijn borst en schouders en voortdurend last van
koude voeten. Wanneer ik een aanval had, was het
te veel dat iemand tot mij sprak. U kunt begrijpen
dat ik op die wijze een zeer onprettig leven had. Ik had reeds vele mid
delen geprobeerd, doch niets mocht mij baten. Toen las ik in de Schoon-
hovensche courant, dat de ABDIJSIROOP, Klooster Sancta Paulo zoovele
genezingen teweeg bracht en ik besloot dit raiddel aan te wenden. Ik kocht
een flacon bij K. \AN DAM te Bergambacht en kon al direct beterschap
bespeuren. Nadat ik enkele flacons Abdijsiroop gebruikt heb, k»ra ik U ver
klaren, dat ik totaal verlost ben ven mijn kwaal en mij totaai genezen gevoel.
Mijne werkzaamheden kan ik weer met pleizier verrichten en heb hoegenaamd
nergens geen last meer van.
TFT1 AP f Gij dezelfde soort Abdijsioop bekomt, die de heer ARIE
V X BOELE gebruikt heeft. Deze alleen geneest eu
is kenbaar aan den ROODEN band om de flesch, waarop de handteekecing
van den generaal-agent L I AKKER, Rotterdam voorkomt, alle andere
is namaak en geneest nooit.
is eebeel onschadelijk en general, onherroepelijk alle aandoeningen van borpt
en longen, asthma Zij g-nee-t de koppigs'e hoest en de veroudrrdste ver-
kuudhiid. De ABDIJSIROOP geneest daar waar alle andere middelen faalden
Centraal-Depöt
Verkrijgbaar; Waalwijk bij HERMAN ZEEGERS, Firma van Gils, Qeer-
truidenöerg bij J. van Bavel, Kaatsheuvel bij Jacob Escli, Loottopzand bij G.
Peters, Raamsdcnksveer bij Jos. van Aalst Zn.„ Sprang bij W. C. Geenen,
Waspik bij G. Dus>eldorp. Moerdijk bij J. Ansems, Capelle bij J. L. Cové,
Raamsdonk bij P. P. van Dongen, Baardwijk bij Gez. Klerx Vrijhoeven-Capelle
bij A A. Moonen.
POLLEN ZOON