I
IN uminer 36
Zondag 5 Mei 1907.
30 Jaargang
t
Tweede Blad.
rraiFir IN TEHERAN,
MENGELWERK.
Het IJselijk drama van
een Slachtersnek.
BUITENLAND.
België.
Frankrijk.
in.
Wel zeker niet, kind Die booze ka
pitein heeft dat maar gezegd om u bang
te maken.
Dan zullen ze u geen kwaad doen.
Wel neen, mijn zoete lievert
Ik ben zoo bang vaderke dat ze u
kwaad zullen doen.
De koning van Engeland wil niet, dat
wij langer gevangen blijven. Binnen ee-
nige dagen keeren wij naar onze hoeve
terug.
O, dan ben ik gelukkig Dan gaat gij
met moeke en broertje terug, vaderke-
zoet
En met u Geertje.
Met mij niet wedervoer het droomende
kind. Dan zal ik niet meer leven vaderke.
Zwijg Geertje, zwijg.
Prinsloo kuste het veege mondje dicht.
Zult uw nooit meer zoo'n-leelijke din
gen zeggen, Geertje dan heeft vader
zooveel verdriet.
Wees niet droevig om mij vaderke
ik ben gelukkig als ikweet, dat niemand
u kwaad zal doen. Kus mij nog eeas
vader.
Prinsloo drukte zijn lippen op het
bleeke gelaat en kon moeielijk zijn aan
doening verbergen.
Laat mij nu moeke en broertje nog
eens kussen.
Als een witte lelie viel het hoofd op
moeders borst.
Dood 1 gilde de moeder.
Niemand heeft gehoord, dat voetstap
pen genaderd zijn.... Niemand heeft ge
zien, dat de ingang der tent werd weg
geschoven... En nogthans is daar een
andere man binnen, die van het droevig
schouwspel getuige is. Prinsloo herkent
in den vreemdeling den Engelschen
luitenant Clarke.
Verloren! Nu wordt hij van het doods
bed van zijn kind weggerukt, van de
zijde zijner zieke en zielsbedroefde gade
weggesleurd.
Doch de Engelsche officier, zonder
een woord te zeggen, legt den vinger
op den mond en vertrekt.
Clarke richt zich tot de soldaten, die
hem buiten wachten.
Hier is hij niet. Was hij in de kar,
sergeant
Neen luitenant.
Wat hebt gij ons dan wijsgemaakt
zegt hij streng tot een kaffer, die de
gids is geweest van de soldaten.
Dan zit hij in den koffer, meester.
Leugens ik heb in den koffer gezien,
antwoordt Clarke. Gij hebt den bloed-
prijs willen verdienen omdat gij meendet
dat leugens daartoe voldoende waren.
Maar, meester 1
Hop I.. Brengt dien kaffer in de boeien
en houdt hem een maand op water en
brood. Dat zal hem leeren het Engelsche
leger voor den aap te houden.
Prinsloo is alleen gebleven. Hij heeft
den luitenant altijd gekend als een vijand.
Wat beteekent dit?
Waarom is hij weggegaan Wil hij
hero redden
't Is avond geworden voor de tweede
maal sinds Greta aan den hals harer
moeder stierf.
Vader heeft met eigen hand een kistje
getimmerd, en bij het sterrenlicht graaft
hij de groeve.
Dan keert hij terug... Moeder., wees
moedig 1
Greta, Gretaweldra zal ik bij u
wezen 1 kermt de vrouw.
Vaarwel, Greta Vaarwel 1-..
De arme vader neemt de kist op en
gaat er mee buiten.
En als het kistje in de groeve ligt
murmelde hij, den blik ten hemelDaar
Daar
Heintje helpt hem. Het knaapje heeft
de oogjes rood geweend maar naast de
droefheid is een ander gevoel in zijn
hart ontsprotenGreta lief, mijn zoet
zusje, ik zal u wreken! zegt hij.
Een hoog gevoel daalt in de manne
lijke ziel des vaders.
Heintje, zegt hij, waarom spreekt ge
van wraak
Ik zal haar wreken, vader.
Waarom
Plet is kapitein Andrews, die Greta
gedood heeft.
Gods wil was het, Heintje I
Neen, vader, zegt de jongen, het hoofd
schuddend.
Neen, kapitein Andrews heeft haar
gedood den dag, dat wij naar hem zijn
gegaan om uwe invrijheidsstelling te
vragen, hij heeft Greta gedood als hij
zei: dat hij u zou doen ophangen. Ik
heb het genoeg gezien, vader.
Prinsloo buigt het hoofd.
Heintje heeft gelijk-
Maar nu, in aanwezigheid der reine
Greta, die daar vóór hem in den moe
derschoot sluimert, voelt hij zich heele-
maal anders. Geen wrok, geen haat huist
in zijn -ziel.
Heintje
Vader 1
Ziet ge dat kruis
Ja vader.
Die daaraan gestorven is, De Zalig
maker gebiedt u te vergeven.. Maar de
menschelijke natuur neemt weer dadelijk
zijne rechten.
Toch, Heintje, wil ik u geen belofte
afdwingen. De wegen van God zijn on
feilbaar. Misschien heeft Hij ons Greta
ontrukt opdat gij niet zoudt vergeten,
dat gij niet zoudt vergeten. Dat zijn
heilige wil geschiede. Volg de uitspraak
van uw geweten... Doe, wat gij denkt
goed te zijn... want dat is goed
En na eene poosKom, laat ons
terug naar moeder gaan. Deze ligt, ver-
most onder de droefheid, ten gronde.
Prinsloo neemt zijn bijbel en leest een
ver.'je, datJ vroeger zijn eigen vader er
in heeft geschreven, toen ook hem een
kind werd ontrukt
God gaf het ons
God nam het ons
Gods name zij geprezen
't Was wel bij ons
't Ging weg van ons,
't Zal nu nog beter wezen
Daar blijft het ons,
Daar wacht het ons
Daar zien wij 't weer na dezen.
De kelk der smarten was voor Prinsloo
nog niet geledigd. Twee dagen na de
begrafenis van zijn kind werd de vrouw
door eene bloedspuwing overvallen zij
kon nog intijds haar man roepen en hem
zeggen Vaarwel, man, vaarwelIk
ga naar Greetje, wees gij gelukkig met
Heintje.
En ze sloot de oogen voor eeuwig.
Prinsloo bleef alleen met zijn zoontje.
En nadat hij de geliefde echtgenoote
naast zijn dochtertje had begraven, be-
sefde hij dat Heintje weldra niemand
meer ter wereld zou hebben-
Arm kind 1 zuchte hij onwillekeurig
half luid.
Greetje is gelukkig, vader, antwoordde
het jongetje.
Greetje is bij moeder.
Ik heb medelijden met u mijn brave
jongen.
Ik ben ook gelukkig, vader ik ben
nog bij u.
Prinsloo drukte den knaap zwijgend
aan zijne borst.
Voor hoelang nog? dacht hij. Het
was nu einde Februari.
Op zekeren dag hoorde Prinsloo veel
rumoer in het Boerenlager.
Wat is er gaande Heintje vroeg
de man.
Ga eens zien, beste jongen.
De knaap was spoedig terug.
De vierschaar wordt vandaag geopend,
vader, luidde zijn antwoord, en onze
menschen moeten ervoor verschijnen.
Een priem vlijmde door zijn hart tot
hiertoe had hij er maar aan gedacht zoo
lang mogelijk bij zijn zoontje te blijven.
Hij had zich gepaaid met de ijdele hoop,
dat het nog lang duren zou vooral en
de huidige toestand voltrokken zou wor
den. Soms zelfs durfde hij nog stouter
droomen koesteren.
Zou alles weer niet terecht komen
Zou eene algemeene genade niet vol
gen Het werd meer en meer waar
schijnlijk.
Het gedrag van luitenant Clarke scheen
ook te toonen dat men vergevings ge
zind was.
Den ganschen dag was het kamp ioo
stil alsof het veidaten was.
Maar tegen den avond kwam een dof
gedruisch aanrollen, Prinsloo luisterde..
Angstig klopte zijn hart-... Zijne hand
rustte op den schouder van Heintje....
Zijn lot ging beslist worden, zou hij dat
geliefd kind moeten verlaten
En gelijk het rumoer naderde werden
de verwarde stemmen duidelijker, Prinsloo
verbleekte-....
Hij hoorde gejammer en gesnik. Welk
zou het vreeselijk nieuws wezen
En toen hij eenige woorden kon be
grijpen en daarbij het akelige »terdood
verwezen* aarzelde hij niet langer.
Heintje, sprak hij, uw vader moet
terugkeeren naar zijn broeders, die on
gelukkig zijn Hij heeft het hun beloofd.
Wat er ook gebeurd, wees braaf Moeder
en zusje zullen uit den hemel voor u
zorgen. Misschien keert vader gauw
terug, anders.-... wees moedig en dat
God u behoede
Vader, vader kermde het kind, blijf
bij mij.
Ik mag niet, mijn zoon. Vad'r wil u
een vlekkenloozen naam laten en dien
zoudt gij niet meer hebben indien ik
mijn woord verbrak.
Vaderkelief, laat me toch niet alleen....
Zoet kind I
Waar zal ik heengaan, als gij mij ver
laat
Er is geen tent in gansch het lager
Heintje, die niet voor u zal openstaan.
Neen, vaderke, neen, ik wil bij u blij
ven....
De man, gebroken door de smart,
leit moedeloos zijne armen vallen. Zijn
droevig oog rustte op het weenend kind
Kon hij zijn lieveling, zijn schat, zijn
hartebloed, het eenigst, dat hem over
bleef verlaten
Daar rees weer zijn plicht voor zijn
blik.
Het moet Heintje, het moetLaat
vader gaan, zijn broeders mogen hem
niet verachten.
Laat mij dan met u gaan, vader.
Waarheen
Naar de gevangenis.
Neen, Heintje. Gij moet hier blijven.
Hier kunt gij vader misschien nog ge
dienstig wezen. Aan u ben ik te dan
ken, dat ik moeder en zusje de oogen
kon sluiten.
Ik zal brj u terugkeeren indien het Gods
wil is. Zijn wil moet toch geschieden.
Heintje snikte en besproeide de hand
van Prinsloo met zijn tranen.
De nieuwe sjah van Perzië streeft er
naar de wenschen van zijn volk, ook
zonder tusschenkomst van zijn hofbe
ambten, te leeren kennen. Tot dat doel
heeft hij eenvoudig van een van de
openbare pleinen van zijn hoofdstad
Teheran naar zijn paleis een telefoon
laten aanleggen, ledereen, die hem wat
te vragen heeft, kan hem zoodoende
opbellen.
Hier volgen eenige gesprekken, die
hij gevoerd heeft
In het paleis Rrrrrrr ring 1
Een visierU spreekt met Abdoel
Radsch Ben Soliman.
Een man op het openbare plein Zeg,
maak dat nou je grootmoeder wijs Ik
wil den sjah zelf spreken.
De visierZijne majesteit ligt nog in
bed.
De man op het plein Nou nog al
Om kwart voor achten Dan zou ik hem
er maar even uithalen.
De visier Ja, maar.
De man op het plein Ach wat 1 Men
schen, die zich een telefoon aanschaffen,
hebben geen recht op rust.
Haal dus den sjah even. Ik heb haast.
(Korte pauze
De sjah Hallo. Is u daar nog
De man op het plein Ja, majesteit 1
Allah's zegen zij met u, groote sjah. Hij
geve u vierhonderd jaren te leven
De sjah Dank je, dank je Ik sta in
mijn nachthemd aan de telefoon en bib
ber als een juffershondje. Zoo zou ik
geen honderd jaar willen staan
De man op het pleinDraagt u dan
geen flanellen hemden, grootmachtige
sjah
De sjah Ja, voor den duivel 1 Maar
daarvoor heb je me toch niet aan de
telefoon geroepen
De manNeen zeker niet. Maar wan
neer. u flanellen hemden draagt
De sjah Wanneer je nog één woord
over flanellen hemden zegt, hang ik de
telefoon aan den haak. Wat wil je
eigenlijk.
De man Gerechtigheid.
De sjahIk versta het niet goed. Er
is zoo'n geruisch in het toestel. Wat
wilt ge?
De man Gerechtigheid.
De sjah: Ik versta telkens gerechtig
heid".
De man Ja, grootmachtige sjah. Dat
wil ik ook.
De sjah: Maar neem me niet kwalijk,
is daar zoo'n haast bij Had je niet een
uurtje later kunnen komen
De man op het plein Allah zegene
uw wijsheid 1 Over een uurtje zal ik nog
eens opbellen 1
De sjah Ik bid je, ik sta al tien
minuten hierIk ben toch opgebeld
Wat is dat toch Ik versta maar aldoor
grrrrrrrrrr.
Een andere man op het pleinGr....
grrrrrrrr. grrrootmachtige sjah, neem
me niet kwalijk. ik stotter een beetje
van m'n ggggggg gggeboorte af. Die
vervloekte letter g wil er nooit goed uit.
De sjah Zoo, zoo Nu, ik luister.
De manGr-gr-gr-grrrrr-ootmachtige
sjah.
De sjahKan je niet een titel ver
zinnen, die wat minder tijdroovend is
Ik heb vandaag nog wat aan de grond
wet te doen.
De man Gggggrrrrr aag 1 Ggggg-
gg gèècèè
De sjah Loopen er varkens, waar je
staat te spreken
De man Neen. Ik zeide alleen Ge...
ge geheel, zooals ggggge'.wilt 1
De sjah: Waarmee kan ik je dus van
dienst zijn
De man G-g-g g-genadige
De sjah: Kan je dan heelemaal niets
vragen, dat niet met een g aanvangt
Waar komt de zaak op neer?
De man Het is een oud proces
Toen mijn g-g-gggrrr ootvader mijn
ggggrrrrootmoeder
De sjah krijgt een flauwte en wordt
door zijn lakeien naar een rustbed ge
dragen.
In de telefoon gorgelt het nog altijd
G-g-g-g-grrrr
(De sjah belt)Is daar iemand Ik wil
mijn volk spreken. Is daar iemand
Een stem U spreekt met den portier
van het Russische gezantschap.
De sjah De portier van het Russisch
gezantschap Bel af, als 't u blieftVer
keerd verbonden.
Hij wacht vijf minuten dan belt hij
weer.
Holais daar iemand Wie Ik
wil mijn volk spreken 1 Wat blief Met
wien ben ik verbonden.
Een stem Met den portier van het
Engelsche gezantschap
De sjahKrijg de... Bel af, als 't u
blieftVerkeerd verbonden
Hij wacht vijf minuten dan belt hij
opnieuw.
Hallo 1 Is daar iemand Wie
De juffrouw van de telefoon U spreekt
met het telefoonbureau.
De sjah.' Voor den d... juffrouw, waar
om word ik toch telkens met verkeerde
menschen aangesloten- Ik wil mijn volk
spreken I
De juffrouw Het spijt mijop het
oogenblik in gesprek. U moet nog maar
eens bellen 1
De sjah Juffrouw 1 Juf... U wil toch...
Hij wacht vijf minuten. Dan schelt hij
weder.
U spreekt met den sjah van Perzië
Wie is daar
De Juffrouw van de telefoon 't Kan
me niets schelen, Hier is het telefoon
kantoor.
De sjah Ik wil dadelijk de directie
spreken. Verstaat u me De di...
Een beambte Directie van de telefoon.
De sjah De sjah van Perzie. De juf
frouw, die me nu al drie uur lang tel
kens verkeerd verbonden heeft, moet
onthoofd worden...
De beambte Heel goed 't Zal gebeu
ren.
De sjah Dank je 1
De beambte Dat wil zeggen.. Pardon
majesteit. Maar dat zal toch niet gaan.
De sjah Wat zal niet gaan Zal ik
ten slotte iemand, die mij niet bevalt,
niet eens een kopje kleiner kunnen maken.
De beambte Zeker, majesteit. Maar
juist deze juffrouw Het zal internatio
nale verwikkelingen geven-.Zij is een
Duitsche-..
De sjah (zuchtend)Een Duitsche 1
Ook dat nog Nu goed 1 De juffrouw
moet terstond met een van mijn visiers
trouwen. Op het telefoonkantoor wil ik
alleen maar menschen hebben, die zich
willen laten onthoofden, zonder interna
tionale verwikkelingen. Want dat weet
ikeen telefoon in huis hebben zonder
de mogelijkheid bloedige wraak te ne
men, dat mag in de beschaafde
Westersche staten
een sjah van Perzië
Koning Leopold is Donderdagnach uit
Parijs te Brussel aangekomen. Hij heeft
zich Vrijdag raet de vorming van een
nieuw kabinet bezig gehouden. Volgens
een bericht heeft men nog 't meeste
moeite met een minister van buitenland-
sche zaken te vinden.
Te Parijs heeft de koning bezoeken
gewissseld met president Fallières en aan
zienlijke Franschen gesproken. Volgens
het eene blad heeft hij de Fransche re
geering, en dan vergeefs, trachten te
winnen om België te steunen tegen de
aanvallen, die er uit Engeland tegen den
Kongostaat worden gericht; volgens een
ander blad, heeft hij Fransche financiers
geraadpleegd over de conversie van een
Kongoleesche leening.
Het nieuwe ministerie is als volgt
tot stand gekomenMinister-president
en binnenlandsche zaken De Trooz
financiën Liebaertjustitie Renkin;
spoorwegen Helleputtenijverheid en
arbeid Hubert; kunsten en wetenschappen
Descamps David oorlog generaal Helle
bout buitenlandsche zaken d'Avignon
openbare werken Delbeke. De nieuwe
ministers zullen vanmiddag om halfdrie
kabinetsraad houden in het ministerie
van binnenlandsche zaken.
Het Handelsblad van Antwerpen bevat
een langen brief van zijn Amsterdamschen
correspondent over de Nederlandsch-
Belgische commissie. Hij geeft daarin
een gesprek weer, dat hij gehad heeft
«met een Hollandschcn staatsman van
zeer grooten invloed, die aan de jongste
bespreking over een gewenschte toe
nadering tusschen Holland en België
niet vreemd is geweest." Den naam mag
hij niet noemen, maar hij zegt toch, dat
zijn zegsman bij militaire aangelegen
heden betrokken is. Wij knippen uit
den brief, die niet heel veel nieuws
bevat, het volgende
«Van belang is het ten slotte nog
mede te deelen, dat in de bijeenkomsten
der gemengde commissie zoowel de
Fransche als de Neder andsche taal zal
gebezigd worden. Mijn zegsman, wiens
mededeelingen ik in dezen brief zooveel
mogelijk verwerkt heb, was echter van
meening, dat de Hollandsche taal in de
mondelingen beraadslagingen en ook in
de te wisselen stukken wel de heerschende
zou zijn
«Dat intusschen naast den thans aan
gevangen arbeid der Hollandsch-Belgische
commissie, het onderling verkeer onzer
beide volken op hun bestaan en toekomst
een gelukkigen invloed kan oefenen,
spreekt vanzelf. En ik voor mij denk
daarbij vooral aan een inniger uitwisseling
van gedachten en gevoelens tusschen
Noord- en Zuid-Nederland.
«De tijd moet voorbij zijn, waarin
Vlaanderen de toenadering van Holland
duchtte als een toenadering van en tot
het Calvinisme. Het Calvinisme is in
ons openbaar leven geen troef meer.
maar een nauwere aaneensluiting van
Hollandsche en Vlaamsche katholieken
zou zoowel voor het taal- als het gods
dienstig en zedelijk maatschappelijk leven
der beiden volken van onrekenbaar
gunstige gevolgen zijn."
mogelijk zijn, maar
houdt het niet uit
Zaterdag heeft de commissaris-generaal
in tegenwoordigheid van de burgemeester,
de consuls en burgelijke en militaire
autoriteiten, de internationale maritieme-
tentoonstelling te Bordeaux geopend. De
«Piet Hein», de Nederlandsche kruiser,
was juist 's morgens aangekomen en de
officieren waren ook bij de plechtigheid
aanwezig.
De minister van koloniën en zijn
gevolg zijn ontvangen aan boord van den
Ned. kruiser Piet Hein. De honneurs
werden waargenomen door den comman
dant, van Voss, die een glas dronk op
de gezondheid van president P'allièJes.
De Fransche minister toostte op ko
ningin Wilhelmina en op het Nederland
sche volk.
Met verbazing zal zeker ook hier ver
nomen worden wat de Gaulois uit Orle
ans te vertellen weet. Daar is nu na
lang onderhandelen de zaak zoover ge
komen wij melden het reeds dat
een feest ter eere van de weldra Zalig-
verklaarde Maagd van Orleans wordt ge
vierd met medewerking der Loge en
zonder de Kerk.
De gemeenteraad besloot, al was he