Toegewijd een Hendel, Industrie en^Cemeentebelengen*
Eerste Blad.
De Oorzaken.
DE MONOCULTUUR.
irr Hoorn umii
Abonneert U op dit blad,
ANTOON TIELEN,
Dit nummer bestaat
uit DRIE Bladen
feuilleton.
im i ii li mmv»mv - r?
tllTOEVEK:
WAALWIJK. Telefoonnummer 38.
Waalw
,ti£slrulsrkf Courant
«r - Advertbntien 1—7 l-egels f 0.60 daarboven 8 cent per
Dit Blad verse ijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Abonnementsprijs per 3 maanden f0."o.
Franco per vo't door het geheele njk f0.90.
Brieven, ingezonden «tukken, gelden em., franco te zenden aan den
Uitgever.
Vdvkrtbntibn 1—7 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 'Zmaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
■f.VWWi-- -
De vrijzinnigen zijn nog niet bekomen
van den geweldigen opstopper, dien hun
bij de Provinciale stembus is toegediend.
Zii kunnen zich maar kwalijk in hun
verdriet zetten. Door de kiezers achter
volgd, marcheerde het liberalisme met
geforceerden pas af. Maar in hun bin
nenkamers en op hun redactie-kantoren
zitten de leiders der liberale politiek en
de leden van het vrijzinnig schrijvers
gilde te mopperen en hun gemoed in
allerlei venijnigheden te ontboezemen.
In de pas-verschenen aflevering van
het vrijzinnig-democratisch maandschiift
Vragen des Tij^sc drukt mr. Van
Gilse onverholen zijn ergernis en teleur
stelling uit over de zegepraal der chris
telijke" partijen, «die zich voor lange
jaren genesteld hebben in het staats
rechtelijke monstrum, Eerste Earner gc-
heeten."
Ons kan al dit nijdig napleiten koud
laten, want de overwinning, die pas bij
de stembus voor de Provinciale Staten
werd beslist, zal een gelukkigen invloed
op de politiek van ons land uitoefenen
Men weet, hoe weinig er terecht is
gekomen van de tallooze stembusbelof
ten der liberalen in het voorjaar van
1905. Trouwens meer dan eenmaal is
na de overwinning der liberalen en
socialisten in dat jaar erkend, dat cic
kiezers vóór de stemming in menig
opzicht waren misleid.
Er werd getierd tegen het Kabinet-
Kuyper dat zoo weinig tot stand zou
hebben gebracht, maar laat men nu
eens aanwijzen, wat in de afgeloopen
twee jaren door het Ministerie-De Mees
ter is verricht. Geen enkele wet van
beteekenis bereikte het Staatsblad."
Onlangs verscheen zelfs in een vrijzinnig
blad een teekening, waarop stond afge
beeld een domino-steen met dubbel-blank
en daaronder het bijschrift>Ziehier
het leven, de daden en lotgevallen van
het Ministerie-De Meester, door onzen
tegenstander in beeld gebracht.4
Door de eigen geesverwanten wordt
minachtend geoordeeld over het Minis
terie- De onbarmhartige Troelstra noemde
het «kraakporcelein,4 mr. Van Karne-
beek een «Amsterdamsche beurs vol
scheuren,4 mr. Limburg «kraakporcelein4
En nog in April j.l. spotte «het Volk4
met een «Kabinet, dat van zijn eigen
onbeduidendheid en machteloosheid vol
komen overtuigd is.4
Als zulke taal gevoerd wordt door
degenen, die deel uitmaken van de re
geeringspartijen, dan begrijpt immers
iedereen, dat de parlementaire arbeid
van 't Kabinet-De Meester bar moet
zijn van onbeduidendheid.
Veronderstel eens, dat het Kabinet-
Kuyper zich zoo zwak en stumperig
gedragen had, wat zouden dan de libe
rale vergaderzalen gedaverd hebben van
verontwaardiging.
Nu het geestverwanten geldt is de
verontwaardiging verre, maar toch dorst
de liberale «Amsterdammer" den 14en
April j. 1., na afloop der Staal-crisis
schrijven: «Dat de kerkdijken na dezen
afloop van de crisis alle recht hebben,
een ministerie te veroordcelen dat acht
a negen weken crisis heeft noodig ge
oordeeld, om te volvoeren wat zij het
dadelijk hadden aanbevolen een
ministerie dat zulk een herrie in den
lande heeft veroorzaakt, zonder door
één groot denkbeeld te worden gedre
ven een ministerie dat ten slotte als
een politieke zwakkeling neder zitten
gaat, wij erkennen het voorwaar 1
Men kan er zich dan ook verzekerd
van houden, dat eene kritiek, als hier
door de Amsterdammer" werd gevoerd
en die ook tallooze liberalen bij zich-zelt
hebben gemaakt, ontzaglijk veel er toe
bijgedragen heeft om bij de jongste
stembus aan de christelijke partijen de
zege te bezorgen.
Een tweede voorname oorzaak, welke
tot die zege heeft geleid, is het anti
christelijk beginsel, dat door de vrijzin
nigen wordt voorgestaan. Mr. Tydeman
had naar Frankrijk gewezen als naar een
voorbeeld. Maar het voorbeeld kan in
werkelijkheid niets anders dan afschrik
ken. Minister Viviani verklaarde van de
regeeringsbank, dat de hemel leeg was
gehaald en de lichten aan den hemel
waren uitgedoofd, en de ICerkvervolger
Clemenceau dorst met duivelschen hoog
moed schrijven. «Ik tart God mij te
antwoorden, of ik anders had kunnen
zijn dan ik ben. Naar het voorbeeld van
den grooten afvallige, vader Adam, lust
mij de onderwerping niet,1'
Is dit niet dezelfde geest, die mr. Van
Houten bezielt, de man die met God
voorgoed meent te hebben afgerekend,
die het eigendomsrecht heeft ondergra
ven en de familie, met name het huwe
lijk, heeft ontwricht? Is dit met dezelfde
«Geist der stets verneint" van de Ne-
derlandsche Dageraadsmannen, wier strijd
immers volgens het programma van dr.
Frowein moet gaan «tegen het geloof
aan God en de onsterfelijkheid." en die
verklaren, dat niet langer moet gezon
gen worden «Hoofd en hart omhoog,
maar«Hier beneden is het wel."
Het christelijke en zelfs het vrijzinnige,
maar vjxn godsdiensthaat afkeerige volk
heeft deze teekenen verstaan en daarom
heeft het een onbelemmerde bewindvoe
ring der liberalen onmogelijk gemaakt 1
G.
(Het bij den landbouw zich bepalen tot
één artikel zan voortbr engst).
De in dit opstel gelegen wenken gel
den niet alleen den landbouw maar ook
de nijverheid in het algemeen en meer
bepaald die der Langstraat waar dit blad
zoo bij herhaling het invoeren van nieuwe
takken van nijverheid aanbeval, om daar
door de welvaart der streek niet alleen
te bevorderen maar deze ook mindei
afhankelijk te maken van eene als het
ware mononijverheid.
De crisis, welke thans de wijndepar-
tementan van het Zuiden van Frankrijk
beleven en die de Republikeinsche re
geering zulke ernstige moeielijkheden
baart, is het gevolg eener economische
fout, waarvan andere volken niet vrij
gebleven zijn. Eene fout is echter eigent-
lijk niet het ware woord, want goed be
schouwd aanschouwt men slechts een
toestand, die het logisch gevolg is der
omstandigheden en buiten het bereik
der menschelijke voorzichtigheid. Van
af het oogenblik, dat de wijnbouwers
van het Zuiden hunne zaken voorspoedig
zagen gaan en men weet, dat zij ver
wonderlijk goed marcheerden totdat in
1875 de phyloxéra en het Oidium (twee
wijngaardziekten) er stoornis in brachten
was het natuurlijk, dat zij bedacht
waren op uitbreiding hunner cultuur
diensvolgens gingen behalve de groote
bekende wijnstreken van Bourgogne en
Bordelais de vier thans oproerige dépar
tementen zich uitsluitend op den wijn
bouw toeleggen en alle andere nijverheid,
die niet met den wijnbouw in betrekking
stond werd losgelaten.
Niet anders handelde Italië toen de
crisis, gevolg van bovengenoemde wijn
gaardziekten de Fransche wijnbouwers
gedeeltelijk schatplichtig of afhankelijk
maakten van het buitenland. De Fran-
schen hadden het kwaad energiek aan
gepakt door namelijk de aangetaste
wijnstokken te vernietigen en deze door
nieuwe planten te vervangen', maar de
wijnstok ontstaat niet opeens als bij
improvisatie; er zijn eenigejaren noodig
vcor hij groot en vruchtbaar is en lievei
dan intusschen de fabricatie te staken
en hun handel te zien verloopen, wend
den de Fransche landbouwers zich tot
de Italianen.
Spoedig sloegen de zware wijnen van
Zuid-Italië den weg in naar Frankrijk
en duizenden hectoliters kwamen dage
lijks binnen.
Italië beleefde toen een tijd van onge-
kenden voorspoed tot de politiek van
Crispi alles kwam bederven. Deze had
in 1886 Italië in de armen van Duitsch-
land geworpen en daardoor Frankrijk s
wraak uitgelokt. De Fransche wijngaar
den waren intusschen weder opgegroeid
en het oogenblik was niet ver meer, dat
de Fransche wijnbouwer den buiten-
landschen leverancier kon missen. Toen
verbrak Frankrijk de handelsverdragen,
die het met zijne Latijnsche zusternatie
verbond en tweederde van Italië zag
zich geruïneerd.
In koortsachtigen ijver hadden de
eigenaars en de boeren van zijne zuide
lijke provinciën, van Sicilië, van Toscane
en van Piemont alle cultuur uitgerukt en
overal den wijnstok geplant, die voor
hen inderdaad de hen met de gouden
Roman naar 't Engelsch.
Al)
En uw verlangen naar de vriendin, werd
in de eenzaamheid dubbel sterk, dat kan ik
me denken, zoo hielp haar de dame dei hui
zes met betooverende lieftalligheid. Wat zij
werkelijk dacht, was Zij is achter den rug
barer moeder gekomen, of ik dat niet zou
merken. Wat zijn ze toch weinig verstand
gewoon, deze dochters van voornamen huize,
en wat zien ze er toch simpel uit, bah, zoo
minder dan gewoon. Kate hief ondertusschen
het hoofd omhoog en bekeek met bewondering
het prachtig plafond. Wat is het hier Bchoon
zeide zy."
«Het is als had de erfgename van Eymp-
stonenog nooit zulk een rijkdom gezien, spot
te mrs Eagles by zichzelf.
Doch het was niet zoozeer den rykdom,
maar meer met het vreemde, sprookjesachtige.
„Gij woont in een feeënpaleis uit duizend
en een nacht, voegde zij erbij.
Marie knikte vreugdevol, maar mrs. Ragles
voelde zich gedwongen tot een gemaakt lachje.
Haar woorden hadden voor Kate een valschen
klank, haar blik deed haar boud worden. Zij
had zich gaarne van haar afgewend, maar zy
herinnerde zich, dat zij gekomen was, om iets
van die koude oogen te vragen, en de vriendin
bij de hand nemend zeide zij Zoudt u wel
zoo goed willen zijn mrs. Eagles, my Marie
een dag tot van avond moen ik te
willen afstaan. Ik ben met den ponywagen
gekomen, en ik zou haar gaarne direct mee
nemen als gij het toestaat.
„Natuurlijk." hernam de aangesprokene met
baar vreemd lachje, natunrlijk sta ik dat toe.
Ik ben zoo blij, als ik mijne Mane een plezier
kan doen. Gy doet het toch zeker gaarne
lieveling?"
O, zeer gaarne 1" riep Mane verheugd.
„Nu, ga dan vlug je hoed op zetten, dan
zal ik ondertusschen miss Armitage, van uit
het venster ons prachtig vergezicht toonen.
•Is zij niet goed?" was de eerste vraag die
zij hare vriendin stelde, toen ze eenige minuten
later naast deze in het rijtuig zat.
■Zij schijnt het tenminste te zijd antwoordde
Kate aarzelend, terwijl zij de teugels en zweep
nam, om do paarden in draf te zetten.
„Zij schijnt het niet alleen, maar zii is het
ook," verzekerdo Marie en toen nam ze v<ug
den zakdoek uit den zak om daarmede in de
richting der toiletkamer te zwaaien, aan welker
venster de aangesprokene lachend en knikkend
8t°Ook Kate zag zich hierdoor verplicht ook
nog een afscheidsgroet te brengen, die echter
wel tamelijk koel uitgevallen scheen, want
Marie merkte op ondeugendon toon op Gij
schijnt u niet gauw warm te maken Kate.
„Neem mij niet kwalijk", vroeg Kate, maar
ik heb van de menscheu al zoovele bittere
ontgoochelingen ondervonden. n
Van mrs. Eagles zult ge er geen beleven,
verklaarde Marie en wendde haar blik nog
eens naar de toiletkamer.
Daar stond echter geene mrs. Eagles, daar
stond ditmaal was 't werkelijkheid miss
Fortescne.
Marie werd van den eersten schrik zoo wit
als den doek, dien zij in de hand hield. Wat
haar door den geest ging was„Als zij nu
aan 't venster staat, waarom zon ze er toen
ook niet binnen gegaan zijn?"
„Zij is er weer voor de eerBte maal de
allereerste maal." zeide zij bij zich zelf. Dat
zij om mijnentwil eenwig weg zou blijven, was
toch ook niet aan te nemen
eieren geworden was. G&lijk hierboven
gezegd doodde haar de politiek en hier
was het kwaad onherstelbaar, want het
kapitaal verzwolgen in de nieuwe culuur
en in de gereedschappen en machines
voor den uitvoer benoodigd, voortaan
nutteloos, was onherstelbaar verloren.
Ziedaar de ernstige gevolgen, die een
overdreven monopolie met zich brengt.
Ook Brazilië is het slachtoffer gewor
den van eene dergelijke verblinding,
waaraan naar het schijnt vooral de land
bouw in tijden van voorspoed bijzonder
blootstaat; de maatstaf van vraag en
aanbod wordt dan te veel uit het oog
verloren. De gevolgen van de buiten
sporige opdrijving van de koffiecultuur
in Brazilië zijn bekendMillioenen zakken
koffie liggen renteloos in de voornaamste
havenplaatsen in Europa, waar men geen
ruimte heeft om ze geschikt te bergen.
Men zou geneigd zijn te denken, dat
wegens de algemeene behoefte aan koren
de korenbouw eene uitzondering zou
maken? Maar zijn eenige rampspoe
dige jaren, zijn eenige reusachtige com
binatiën gelijk wij tegenwoordig zien
verrijzen door opkoopers van allen aard,
niet in staat om de markten te doen
schudden, faillissementen in het leven
te roepen en geheele volken te verarmen
Om op Frankrijk terug te komen
men kan daar niet spreken van over
productie in wijnen. De te groote
voorraad wijnen is het gevolg van on
eerlijke concurrentie door bedrog en
vervalsching.
De regeering moet dus den wijnbouwer
te hulp komen, allereerst door de strengste
maatregelen tegen vervalsching en zulks
zonder aanzien van stembus of andere
politieke belangen.
Vervolgens moeten de voortbrenger»
zelf zoo verstandig zijn hunne wijnen te
verbeteren want de kwaliteit laat somtijds
veel te wenschen over.
Werken regeering en wijnbouwer saam
dan is het honderd tegen een, dat de
Fransche wijnbouwers erin slagen zullen
hun oude markt in Frankrijk en daar
buiten te heroveren. X.
XXI.
Juist op hetzelfde oogenblik keerde boven
iu de toiletkamer mrs. Eagles die ziob voor
de spiegel een kunstig roze tinje op de wangen
had getooverd, miss Fortescue eon verdrietig
gezicht toe.
„Wat valt u eigenlijk in, u daar zoo voor
't venster op te stellen, vroeg zij scherp. Als
het kleine ding zich maar omdraait, moet ik
later weer met leugen» voor den dag komen
Ik meende dat ge me bij het toiletmaken be
hulpzaam zondt zijn. De berispte verzweeg
natuurlijk, dat het kleine ding haar lang ge
zien had en schoot toe als een pijl uit den boog.
„Ja, zeker Natuurlijk Dat wil ik ook.
Wat zal ik doen?" Wat mag ik doen?
„Om te beginnen niet rondspringen of ge
den Vitusdans hebt, luidde het strenge ant
woord. Ga zitten."
In plaats van te gaan zitten, knielde miss
Fortescue neer, vouwde de dorre vingers en
wendde de klein# beerenoogen in bewondering
naar boven.
„Ach 1 Dat is geen kunst meer, dat is
natuur," verklaarde zij met betrekking op
het fri6ch bloeiende rose barer wangen.
En Kletst ge me maar wat voor,' vroeg mrs.
Eagles „of zijn uwe woorden ernstig op te
*3"
nemen r
„Ernstig natuurlijk, verzekerde de gryze
jonge dame, de hand op de borst
„H:t werk is meesterlijk gelukt!
„Nu dan neem het nieuwe witte kleed uit
de doos
„Zoo, u wilt dus afscheid nemen van dat
triestige zwart
„Ja, als gij er mets tegen hebt. n
„Maar, het verheugt mij uitbundig.
„Zij hoopt, dat het, als ik het afleg, zijn
weg naar haar vindt," dacht mrs. Eagles by
zich zelf, en spottend lachend keek zij naar
de andere, terwijl zij het witte kleed te voor
schijn haalde eu met bewondering bekeek.
Eindelijk was haar geduld ten einde, en met
haar voet op den grond stampend, zeide zij
„Het is bijna een uur 1"
„Ach 1 Dat is waar Excuseer me vleide
miss Fortescue, en met een ietwat onrustigen
ijver begon zij de knoopen en haken van den
japon harer gunstelinge los te maken.
„Als gij mij een plezier wilt doen, merkte
zii na een oogenblik op drogen toon op, dan
«««f mifkrmdicrAn liver.
„Zii begon weer onder het aankleeden door
met deze tamelijk onnoozele vraag Wat zegt
gij dan over het bezoek der kleine Armitage
't Zal niet veel nut hebben, liefste mrs.
Eagles" luidde het twijfelend antwoord.
„Nu, op 't oogenblik misschien niet, maar
in de foekomst toch hoogstwaarschijnlijk wel,
zeide zij het voorhoofd fronsend. Dat kind
wordt eens meesteres van Lympstone.
„Ja juist, als haar vader sterft, maar hoe
lang leven die gekken gewoonlijk niet? En
zoolang lady Armitage de baas ie, valt Met»
te hopen. Een hoogmoedige persoon is er in
heel 't graafschap niet, de oude van Courtena\
Hollow natunrlijk uitgezonderd.
Nu houdt muar op met die domme praatjes,
ge hebt geen idee er vaD om met mij om te
Jat was de beleediging wel wat ver gedreven,
zoodat miss Fortescue de tranen in de oogen
kreeg. Nu nog spotte mrs. Eagles met haar.
Tranen, en geen doek om ze te drogen.
Maar daarvan kreeg ze spijt e i weesi op
den mooien zwarten iapon, die haar wachtte
,.n voegde erbijU moet my des morgens
niet zoo kwalijk nemen, na die vervelende
V°!wTrom laat ge u deze marteling dan
iederen morgen welgevallen
„Het domme ding is op geen andere wijze
te honden.
„Dan zou ik ze laten loopen.
„En mij zelf er schade mee doen
«Alsof ze n ooit voordeel zal aanbrengen.
„Oho 1 Zoo juist is miss Armitage hier ge
weest en sedert acht dagen komt mr. Vernon
in Huis - wien d&uk ik ciftt r
1 ,w.t mr. Vernon betreft," h.n»m ml..
Forte,cue met een beteekemsvol Uchj», »d.e
ton ook zonder haar den weg naa.r Clyra coort
gevonden hebben. Iemand uit ^are eigen
8 iu«„«e»ir to Viewftffen is haar nog
„Ik verlang dat ge spreekt 1"
„De schoon© vrouw beval stampvoetend, en
op weenenden toon begon d# andere:
„Ik heb er my al zoo dikwijls over ge
ërgerd, liefste mrs. Eagles, en tranen ven
woedde heb ik geweend, als
Terzake, de inleiding schenk ik U.
„Een bloot gerucht is t niet, stotterde
Fortescue, de knookvingers zenuwachtig m
elkaar strengelend, »ach neen ik heb het van
een goede bekende, die het weer van eene
vriendin heeft, die tegenwoordig was by t
comité van de fancy-fair, ik spreek van het
speciaal comité, dat gevormd wordt door de
adelijke dames uit het graafschap!
„Ja ik weet het 1 Verder 1
„Nu dau dit adelijke comité ontdekte gisteren
tot zijn schrik, dat het een tent te veel en
eene verkoopster te weinig had. Hoe de zaak
op te lossen daarover werd lang getwist. Laat
men de tent weg, dan bederft men het beeld
der straat, geeft men het aan een gewone dame
dat gaat beslist niet. In deze radeloosheid
komt plotseling mr. Sinclair toegesneld. Die
laat zich de brandende kwestie uitleggen en
meent dat men zich toch niet zoo uitsluitend
tot den adel moet beperken. Het komt er m
hoofdzaak op aan voor de weduwen en wezen
der verongelukte berglieden veel geld byeen
te krijgen. Die dit 't best verstaat, dat U
de ware. En toen noemde bij uw uaam.
Zll na oen uujjDuun» -or—
temper een beetje uw uitbundigen yver.
Miss Fortescue werd rustig op dezen wenic.
In den grond was mrs Eagles toch liever
van haar dan mrs. Harris bediend. Mat deze
durfde zij alles niet bespreken en ook kon zij
niet tegen deze laatste zoo optreden. Maar
met miss Fortescue kon ze juist dat behandelen
wat haar eerzucht 't liefst besprak.
(Wordt vervolgd.)
familie tot een bezoek te bewegen is haar nog
niet gelukt - «d h..r -n«r hetgeen ik
heden gehoord heb, ook nooit gdakkm-
„En wat hebt gij heden g.hoord troeg
mrs. Eagles, de wenkbrauwen fronsend.
„Gij zult weer boos wordenmeende de
andere angstig opkijkend.
„Mogelijk! Spreek!
■Ja maar