Nummer 42.
Zon da# 23 Mei 190»?.
Jaargang
Toegewijd aan HandeS, Industrie en Cemeentebelansen.
Eerste Blad.
T
Bestrijding dei Onzedelijkheid,
AIT00I TIELEN,
Dit nummer bestaat
uit DRIE Bladen
HET GEHEIM
VODDENRAPER
LANDBOUW-
Uitgever:
FEUILLETON
W A A L W IJ K. Telefoonnummer 38.
RAOUL DE NAVERY.
Oók Stikstof.
In een onzer laatste artikelen meenen wij
duidelijk aangetoond te hebben, dat althaus
op onze arme zand- en veengronden, bij de
bemesting onzer hooilanden bij het phosphor-
zuur ook de kali niet mag ontbreken, vaak
zelfs nummer ééu moet zijn. Maar hoe staat
het met de stikstof? Deze wordt in vele,
misschien wel in de meeste gevallen, gehéél
vergeten. Er zijn streken in ons land, waar
houderden bunders hooiland aaneen liggen
en waar nog nooit een kruimel Chili is
uitgestrooid. Nu is het waar, dat vaak bij
een behoorlijke minerale bemesting een be
vredigende hooi-oogst wordt gewonnen, ten
minste bevredigend, vergeleken bij voorheen,
toen men de hooilanden aan totale verwaar
lozing prijs gaf. De vraag is echter of die
oogsten steeds voldoende mogen heelen, of
een bemesting van het hooiland zonder
stikstof aanbeveling verdunt. En hier op
antwoordt de ervaring Neen Door een'
flinken hooi-oogst van 6000 Kilo per H.
A. wordt aan een bunder grond ontrokken
95 h 190 Kilo stikstof
120 h 130 kali
30 60 phosphorzuur
60 h 100 kalk.
Waalwiiksclic
C'oiirani,
ggyN Wl""l ftgggwm III MIIL.IHIJ'"II" 1 11 I - j i i i [,.L iijXi.ilIf ui I ji I.*3
1 1 TXT 1 rw - .«VWV, nf g| m
Dit. Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond
Abonnementsprijs per 8 maanden f0."5.
Fran< o per post door liet geheele rijk f 0.90.
Brieveningezouden stukkengelden enz., franco te zenden
Uitgever.
aan
den
Advkrtbntiën 1—7 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, grootr
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groet aantal regels en
advertenties bij abonnement worden specisle zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
komt U halverwege tegemoet, li
doet al het werk in de helft
van den tijd en voor de helft
der kosten, die U aan groene
zeep zou uitgeven.
Sunlight maakt, dat Uw
goed niet lijdt, Uw handen
niet ruw worden en Uw leven
geen slavernij is.
De volstrektezui verheid van
Sunlight maakt haar alleen
geschikt voor het
wasschen f[^\.van kostbaar
linnen en //'A\ fijne kant.
Gelij c we fn onze driestar: »Hare
belofte vervuld» beloofden, komen we
heden uitvoeriger op het nieuwe wets
ontwerp van minister Nelissen terug.
Deze wetsvoorstellen bewegen zich in
hooldzaak, doch niet uitsluitend op het
gebied der z.g. »openbare zedeloosheid»
le. Eenige onderwerpen, de zedelijk
heid in engeren (geslachtelijken) zin,
betreffende, (hoofdstuk I van het ontwerp),
te wetende pornografie en enkele
Vnn „DE ECHO VAN HET ZUIDEN".
VAN DEN
NAAR HKT FkaNSCH VAN
99.
Ach, geloof mij, lang voor het uur geslagen,
waarop gij uw recht op herstel deedt gelden,
is de straf van den eerroover begonnen
De wraak des Hemels bleef ook niet uit 1
Zij trot mij in hetgeen mij het dierbaarste op
aarde was. Mijne vrouw begon te kwijnen,
werd bedlegerig en stierf na een langdurig
lijden. Nooit zal ik den laatsten blik vergoten,
dien zij mij kort voor haar afscheiden toewierp,
en waarin, ik eene vreeselijke beschuldiging
meende te lezen, terwijl zij nauw hoorbaar
fluisterde Doe boete
«Droeg zij kennis van de misdaad, die op
mijne ziel drukte Met zekerheid weet ik
het niet, maar ik verbeeld het mij ten minste,
en schrijf aan het hartzeer daarover hare
uitterende ziekte toe. Daags voor haar dood,
onderhield mijne vrouw zich lang alleen met
Angelieik ben overtuigd dat zij haar niets
openbaarde, dat den eerbied zou verzwakken,
dien dat kind mij verschuldigd was, maar dit
is zeker, dat zij die onschuldige ziel tegen
mij wapende en verstc-rkteIk bleef onder
den indruk, dat Angolie om zoo te zeggen bij
mij de rechten van hare moeder erfde, en ik
liet haar de volste vrijheid om hare gods
dienstplichten en liefdewerk te vervullen
«Bijwijleu zegde ik tot mijzelven de deug
den van het kind zullen misschien genade
voor den vader verwerven. Angelie betaalt
mijne schuld aan GodHare onschuld zal
een tegenwicht zijn voor mijne misdaden in
zeer nauw daaraan verwante vraag
stukken, tot de reinheid van hei. open
bare leven betrekkelijk (IA), verleiding
van minderjarigen (IB) alsmede de kop
pelarij (IC.)
2e. de abortus provocatus (hoofdstuk II)
3e. de speelzucht (hoofdstuk III)
4e. eenige, in verband met de vooraf
gaande voorstellen noodzakelijk gebleken
uitbreidingen van de bevoegdheden van
justitie en politie (hoofdstuk IV.)
Als »algemeene beschouwing» kunne
dienen, dat de minister nog veel ruimer
stelling had kunnen nemen, doch hij
verklaart, dat hij zich bij de keuze der
onderwepen heeft laten leiden door de
overweging, dat deze partieele wetsher
ziening in het algemeen niet verder
behoort te gaan dan op dit oogenblik
bepaald noodzakelijk is te achten.
Die noodzakelijkheid is ontstaan deels
buiten toedoen des wetgevers, tengevolge
van gewijzigde maatschappelijke en
andere omstandigheden, waarmede hij
bij tot standkoming van het Wetboek
van Strafrecht nog geen rekening kon
houden, deels als een uitvloeisel van
wetsuitlegging, of wel van een in oor-
sprong gebrekkige of inconsequent door
gevoerde wettelijke regeling.
Wat het eerste punt betreft wordt in
de Memorie van Toelichting o.a. ge
wezen op de moderne technische pro
cédé s, als een gevolg waarvan de por
nografie eene vroeger ongekende vlucht
heeft kunnen nemenvoorts op de
in den jongsten tijd zich meer
en meer ontwikkelende sport, in 't bij
zonder de beroepssport, welke de
ondervinding heeft het geleerd het
wedden ten zeerste in de hand werkt.
In dit verband is het den minister aan
genaam te kunnen verklaren, en strekt
t den sportbeoefenaars hier ten lande
tot eer, dat zij reeds uit eigen kracht
de strijd tegen de wedkantoren en andere
speelgelegenheden die de sport dreigen
te doen ontaarden hebben aangevangen.
Wat het tweede punt betreft, wordt
herinnerd aan de beperkte uitlegging,
door onze rechterlijke macht in
tegenstelling met Frankrijk op grond
der wordingsgeschiedenis van artikel 456
van het Wetboek van Strafrecht aan het
begrip hazardspel4 gegeven, en wordt
ook in t bijzonder de aandacht gevestigd
de weegschaal der goddelijke gerechtigheid
Hn gij had gelijk zulks tegelooven,
merkte Aurillac aan.
Zoudt gij u duB laten verbidden
Ik heb u gezegd dat ik u zou straften....
Gij hebt wroeging ondervonden, ik wil dit
aannemen, maar ik wil weten welke drijfveer
u bewoog tot de misdaad, waaraan gij u
schuldig maaktet.
De eerzucht. Uw toenemende voorspoed,
vooral de algemeene achting, welke gij genoot,
waren mij een doorn in het oog, ik kon niet
langer dulden dat men u den brave
noemde Ik wilde niet alleen uwen onder
Sang, maar ook uwe schande. Geene godB-
ienstige gevoelens bezittende, blindelings
overgegeven aan hartstochten, die mijne
zedelijke hoedanigheden verstikt hadden, streed
ik eeuigen tijd tegen eene geweldige beko
r'ü8Zij werd sterker en ik bezweek in
den geestSinds het oogenblik, waarop
uw ondergang besloten was, werd mijn eenig
doel het vinden van eenen medeplichtige
Camourdas.
Gelijk gij zegt, Camourdas.
Hoe durfdet gij aan dien man zulk een
voorstel doen
Camourdas was een lui en losbandig
werkmaD. Hij leed armoede, dewijl hij al
zijn geld aan deu drank besteedde van den
arbeid had hij eenen afkeer. Indien Camour
das behoord had tot die klas van brave werk
lieden, die de verbetering van hun lot zoeken
in noesten ijver voor den arbeid, in de uit
breiding hunner kundigheden, en de prijzens
waardige zucht om aan hunne kinderen eene
betere toekomst te verzekeren, zou ik een
voorzichtig stilzwijgen bewaard hebben. Maar
een half door de ondeugd verdierlijkt mensch,
moest dadelijk een voorstel aannemen, dat,
ofschoon eenig gevaar aanbiedende, hem daar
entegen ook, by welslagen, een Ini en onbe
zorgd leven verzekerde.
Hoeveel ontging Camourdas vroeg
Aurillac.
Twaalf honderd frank 's jaars.
Voor honderd frank per maand stak hij
een huis en eene fabriek in brand, en ver
oorzaakte hij den dood van twee brave lieden,
die den voortgang der vlammen poogde to
op de inconsequentie des wetgevers, die,
het uitbuiten van onzedelijke neigingen
in verschillende vormen strafbaar stellen
de, niettemin uit winstbejag teweeg
brengen of bevorderen van ontucht in
het algemeen straffeloos heeft gelaten.
Het gaat natuurlijk niet aan in dit
artikel alle details van het wetsontwerp
te bespreken. Trouwens, dat zou ook
niet, vooral wat hoofdstuk II betreft aan
te bevelen zijn.
Ie hoofdzaak wenschen wij duidelijk
aan te toonen, dat de minister getracht
heeft, de bestrijding der pornografie
zoodanig te regelen, dat degenen, die
hetzij dan welgemeend of voorgewend
den mond steeds vol hebben over
de vrije ontwikkeling van kunst en
wetenschap buiten gevecht worden ge
steld.
Het desbetreffende artikel luidt toch
aldus
Met gevangenisstraf van ten hoogste
een jaar of geldboete van ten hoogste
drieduizend gulden wordt gestraft
le. hij, die opzettelijk eenig geschrift,
eenige afbeelding of eenig voorwerp,
aanstootelijk voor de eerbaarheid, ver
spreidt, opeulijk ten toon stelt, aanbiedt
of als verkrijgbaar aankondigt, of ter
verspreidingvervaardigt, vermenig
vuldigt, inslaat, uitslaat of in voorraad
heeft, tenzij hij kennelijk hebbe gehandeld
in hel algemeen belang of in het belang
van wetenschap of kunst.(curs. v. ons,
Red. E. v. h. Z.)
2. Zij, die opzettelijk op of aan plaatsen,
voor openbaar verkeer bestemd, hetzij
eenig geschrift, waarbij de leesbaar ge
stelde titel, omslag of inhoud aanstootelijk
is voor de eerbaarheid, hetzij eenige
afbeelding of eenig voorwerp, voor de
eerbaarheid aanstootelijk, openlijk, ten
toon stelt, aanbiedt of als verkrijgbaar
aankondigt.
Uit de gecursiveerde zinssnede ziet de
aandachtige lezer dus, dat een strafbaar
feit niet aanwezig is, als de in het alge
meen verboden handeling in het alge
meen belang of het belang van weten
schap of kunst behoort te worden toe
gelaten.
De heeren van kunst en wetenschap
kunnen dus gerust zijn en met deze ook
de angstvalligen dat van deze bepaling
te ruim gebruik zal gemaakt worden
stuitenVoor honderd frank per maand
zond hij eenen man naar de galeien, gaf eene
vrouw en oen klein kind ten prooi aan het
nijpeudste gebrek Waarlijk dat is te
weinig betaald voor zulk een werk en Judas
had recht op meer
Aarillac had zich onwillekeurig door zijne
verontwaardiging laten meeslepen hij voegde
er op kalmeren toon bij
Ik verhaal het, ik-wil alles weten
Heeft Camourdas zich dus niet tevreden
gesteld met het jaargeld, dat hij verdiend
had
Neen hij werd lastig, zijne aanvragen
om geld werden menigvuldiger en ik voorzag
dat er een tijd zou komen, waarop zij een
ongehoord cijfer zouden bereiken.
Toen hebt gij toch zeker wel beproefd
om hem het bewijs af te koopen, waarvan hij
dreigde gebruik te maken
Ja, maar hij wees mijn aanbod van de
hand.
Dat begrijp ikdat bewijs was uw
gnn8ch vermogen waard.
Nerval ontroerde, doch gaf geen antwoord.
Op welke wijze hebt gij u van Camour
das ontslagen hernam Aurillac, den fabrikant
uitvorschend aanziende,
Nadat Charengon, een andere schurk,
hem op mijn bevel met opium bedwelmd had
heeft hij hem naar eene alleenstaande hoeve
van mij in de nabijheid van Melun gebracht,
en houdt ham daar onder zijne bewaking.
Dus zit Camourdas eigenlijk gevangen
Opgesloten op de wijze der krankzin
nigen.
Aurillac dacht een weinig na.
Die kerel is een monster, sprak hij,
misschien zullen de afzondering en de stilte
hem tot inkeer brengen. De straf, die hij
ondergaat, kan heilzaam worden... Dat Ca-
menrdas dus daar blijve, waar gij hem opge
sloten hebt tot...
Aurillac voleindigde niet.
Nerval voltooide den zin
Tot ik zelf gestraft ben?
En ongetwijfeld zal de boetedoening aan
de misdaad geëvenredigd zijn?
Juist.
Die straf moet wel vreeselijk zijn, dat
om de wet te ontduiken Immers,
hiervoor maakt de 2e. clausule, volgens
welke zonder eenige uitzonderingsbepa
ling elke aanranding van de reinheid van
het openbaar leven strafbaar wordt
gesteld. In dit artikel ligt o.i. de kern
van het wetsvoorstel en is hiermede
minister Nelissen zeer gelukkig geweest
in het ondervangen van het bezwaar,
dat werkelijk kunst of wetenschap door
deze wet in verdrukking zou komen.
Voor zoover ons bekend bestaat deze
uitzonderingsbepaling in nog geen enkele
Europeesche wet, deze materie regelende.
Belangrijk is ook, dat bovenstaande
strafbepaling zich ook uitstrekt tot den
vervaardiger, drukker, fabrikant, enz der
gemaakte geschriften, afbeeldingen of
voorwerpen ten onrechte blijven deze,
hoezeer vaak veel strafwaardiger dan
de onmiddelijke verspreider, bij de
tegenwoordige redactie buiten schot.
En nu zouden wij nog lang kunnen
blijven stilstaan bij het hoofdstuk dat
de speelzucht tracht te breidelen doch
dit zou ons niet alleen te ver voeren
maar ons ook in allerlei finessen doen
vervallen die den lezer eenvoudig zouden
vervelen. Laten wij er alleen dit van
zeggen dat de minister meent, dat met
zijn voorgestelde bepalingen wel »gok-
ken4 wordt getroffen doch niet zoozeer
het beursspel. Wèl wordt dit in het
desbetreffende artikel genoemd maar de
minister maakt zich hieromtrent aller
minst illusie's. Hij verklaart ronduit,
dat het den listigen commissionair veelal
zal gelukken door de mazen der strafwet
heen te kruipen. Z.Exc. stelt zich ech
ter voor, te eenigen tijd in overleg met
deskundigen uit fiuanciëele kringen een
wetsvoordracht ook op dit stuk (dus de
beursspeculatie) te doen samenstellen.
Wij hopen natuurlijk van ganscher
harte- dat de minister deze belofte zal
kunnen invullen- Ten slotte heeft de
minister een zeer hinderlijke leemte, die
zich bij de tenuitvoerlegging der huidige
wetsbepaling tot beteugeling der speel
zucht heeft doen gevoelen, trachten aan
te vullen. De hier bedoelde leemte is
deze, dat de politie thans de bevoegdheid
mist, huizen waar zedelijkerwijze vermoed
kan worden dat gespeeld wordt, binnen
te brengen. Deze bevoegdheid wordt
thans aan de politie toegekend en dit
niet alleen voor zoover betreft de mis
drijven op het gebied der speelzucht
doch eveneens wat aangaat de verdert
misdrijven, waarop deze wetsvoordracht
betrekking heeft.
Ziedaar dan, waarde lezer in »groszcn
und ganszen4 de nieuwe wetsvoordracht
op de zedeloosheid. Met indienen van
deze belangrijke voorstellen heeft mini
ster Nelissen getoond, een man te zijn
van groote werkkracht. Immers, thans
heeft hij in één jaar tijds juist die twee
zaken op de werktafel der Tweede
Kamer neergelegd, welke den minister
Van Raalte herhaaldelijk, doch vruch
teloos door dezelfde kamer zijn gevraagd,
n.l. I. bestrijding van den achterstand
bij de rechtspraak, 2e. bekamping der
pornografie. Maandag neemt de Tweede
Kamer ten tweede male minister Nelissens
Achterstands-ontwerpen onderhanden.
Eere aan dezen stoeren werker 1 Den
katholieken minister Nelissen.
gij mij die nog niet geopenbaard hebt.
Zij zal bovenal rechtvaardig zijn.
Ik ben bereid mijn vonnis te aanhooren
sprak Nerval somber.
Aurillac scheen op dit gezegde geen acht
te geVen, maar richtte tot Nerval de vraag
Waarom hebt gij aan Maximiliaan de
hand uwer dochter geschonken
Dewijl die jongeman, zonder u te kennen
zich met uw eerherstel bezig hield.
Zoohernam Aurillac opgewonden
zulf gij nog de leiding der Voorzienigheid
loochenen, als gij verneemt dat Maximiliaan
de zoon is, dien ik verloren heb geacht, het
kind van Anita I en dat de inspraak van zijn
hart hem aandreef de onschuld van zijnen
vader aan het licht te brengen?
Dus bemint Angelie uwen zoon, stot
terde Nerval, door die meedeeling vernietigd.
Zij bemint hem christelijk, oprecht, ge-
lyk zij kan en moet beminnen
Arm meisje mompelde Nerval, zij zal
hot gewicht der misdaden vau haren vader
moeten dragen en ik, haar vader, ben degene,
die haar hart verbrijzel 1
Aurillac schudde het hoofd.
Maximiliaan zou het misschien besterven,
iadien hij Angelie niet huwde, sprak bij en
ik wil niet, verstaat ge? ik wil niet, dat
mijn zoon starve...
Neen! gij wilt niet, dat nw zoon ster ve..
Ik begrijp n... ge hebtgelyk... Ook ik wensch
mijne dochter niet tot vertwijfeling te bren
gen... En nochtans wordt dat huwelijk on
mogelijk... Gij komt noor uwe rechten op...
met de bewijzen in de hand, verkondigt gij
luide uwe onschuld... de zoon van het slacht
offer verwijdert zich van den beul... Wat te
doen wat te doen
Nerval leunde met do ellebogen op de tafel
en liet zijn hoofd in zijne handen rasten.
Een paar minuten bleef hij, in gepeinzen
verzoeken, zitten.
Toen hij het hoofd ophief, was hij bloek
maar kalm.
Ik begrijp wat gij van mij vordert, zeide
hij tot Aurillac, en ik ben het volkomen met
u eens... Er bestaat een enkele hinderpaal
voor het geluk van twee reine wezens, die
hinderpaal zal verdwijnen... Do schuldige moet
\éél stikstof dus! Waar moet het gewas
zijne straf ondergaan hij is bereid...
Zoo sprekende, nam hy een vel papier en
scgreeft er eenige regels op, die hij aan
Aurillac ter lezing overreikte.
Zij bevatten deze woorden
Ik verklaar dat ik mij heden vrijwillig
van het leven beroofd heb.
Dit vordert gij van mij, niet waar?
vroeg hij.
Een zelfmoord riep Aurillac met af
grijzen uit, eene nieuwe misdaad, gevoegd bij
de vroegere 1
En de boete, waarvan gy spreekt?
Zal ik zelf u opleggen.
I)us wilt gij niet dat ik sterve
Onboetvaardig sterven sterven in vollen
opstand tegen de zedelijke wet, die den zelf
moord brandmerkt, tegen da goddelijke wet,
die uit zijnen heiligen tempel het lichaam
waart van hem, die den moed niet gehad
heeft het door den Hemel vastgesteld uur af
te wachten, en zelfs geen gebed op zijn graf
voor hem over heeft... Neen, neen, zulk eene
dood begeer ik met voor n... Wanneer het
God behagen zal u voor zijnen rechterstoel
te dagen, dan zult gij er verschijnentot
zoolang moet gij blijven leven, ik beveel'het,
ik wil het
Nerval boog bet hoofd.
Spreek, hernam hy, spreek
Gy zult leven, hernam Aurillac, en aan
bidden hetgeen gij verbrandt, verbranden het
geoD gij aanbeden hebt... Ik veroerdeel u niet
tot het verduren van eenen korststondigen
geestelijken zielenangst, maar tot het uit
wisschen van het verledene, jaar voor jaar,
dag voor dag. Gij hebt de njpcht misbruikt,
die het geld geeft, om het fcwaad te onder
steunen, voortaan zult gij die macht gebruiken
tot het volbrengen van het goed. Gij hebt
eenen man in de galeien doen opsluiten, alleen
omdat hij uwe eerzucht hinderlijk was, welnu
voortaan zult gij, zooveel in nw vermogen is,
het lot der gevangenen, der galeislaven, der
bannelingen verzachten... Gij zult de wel
doener worden van die zoo talrijke klasmen-
schen, helaas! die de maatschappij nit haar
midden verwijdert gelyk de zee 't schuim
harer golven op het Btrand werpt.
(Wordt vervolgd.)