(Summer 56. Zondag 11 Juli 1909. 32 Jaargang. Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Eerste Blad. asss 1J1PH Gemeenteraadsvefgadeiing. A TOON TIELEN, Dit nummer bestaat uit DRIE Bladen. >on. ÏK HET GEHEIM VODDENRAPER w Uitgever: FEUILLETON Rz, rood, e r. )rtret- it glas cent. elglas. AALWIJK. Telefoonnummer 38. opers. Door uitsluitend Sunlight Zeep te gebruiken blijft het linnen en tafelgoed zoo wit als sneeuw. elijk- len. Suulightzeep scliaafje3 om zachte zeep te maken. Gratis te bekomen bij uwen winkelier in ruil voor 5 omslagen. Da Zaak. RAOÏÏL DE HAVERY. ierkocht aarbovon RS KL, e is ge. eid. Nq pnfcliekj ndcrge-j 'g iog van in ahonie-, lijsten :e soort. IVaalivpsclie «n l.aifslrailsrkr Courant, Dit Blad verse' ijnt Woensdag- en Zaterdagavond, abonnementsprijs per 3 maanden f0.w5. Kram o per post door het geheele rijk f 0.90. Brieven, ingezonden stut ken, gelden enz., franco te zenden Aan den Uitgever. Advkrtsntlkn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cetft per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel. i Va en bes enz. ;hte ijs- room- 0 cent rtikelen GEBRUIKS AANWIJZING ROND IEDER STUK. t over- it con - fram* ent per rokken, hoofd is een raakt, cr zijn d hoo- en dui- i geeft illend 50. en zeer m zijn keuze uzick- >chten, Wat met dit algemeen woord bedoeld wordt, zal de lezer wel begrijpen de onthullingen omtrent Dr. Kuyper- Als een bliksemstraal zijn deze gevallen in de hooge zedelijkheids atmospheer, die dezen staatsman omgaf. En te ont kennen valt niet, dat de z.g. verdediging van den aangeklaagde een nog pijnlijkeren indruk gemaakt heeft dan de beschuldi ging zelve. De man, die als minister zoo uitblonk in 't ontzenuwen van tegen standersbetogen die in één rede de aanvallen van een twintigtal bestrijders zóó wist samen te vatten, dat hij ze in Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN". VAN DEN NAAR HBT FrANSCH VAN 113. t soor Door Nerval ouderricht omtrent den ver— moedelijken duur van den slaap van Camour- das, l.-gde Charengou hem op de stellingen en UMxib, bond hem mot het gelaat naar de zoldering, ïooger. Het nauwe luchtgat, dat slechts een spaar zaam licht doorliet, wierp ternauwernood een vaal schijnsel op het bleeke voorhoofd van den rampzalige. Ilij scheen eerder een lijk, dan een levend mensch en voor de eerste maal van zijn leven gevoelde Charengon eene gewaarwording van vrees. Als hij eens dood warevroeg hij bij zich zeiven. Hij boog zich over het rotrloozo lichaam, m beschouwde het oplettend, zonder 't minste teeken van leven te bespeuren. Och sprak hij, wij zullen wel zien 1 en als Nerval h9m bij vergissing vergiftigd had plaats van hem te bedwelmen, zou ik er niet slechter bij varen. Rustig verwijderde hij zie sloot zorgvuldig 9 deur on ging, daar hij doodmoede was, at in den tuin in het gras liggen slapen. Het was reeds laat in den namiddag, als hij wakkei|v werd, en hij giüg toen in den naasten wink 1 eenige levensmiddelen en tuiu gereedschap fcoopen, waarmee hij naar zijne nieuwe woning terugkeerde. Eerst den volgenden morgen begaf hij zich weer naar den kelder. Hij vond Oamourdas nog goed gebonden, op de stelling zitten, TDe ongelukkige had van lieverlede de ver- 'n kort, doch breed betoog allen beant woordde, weet op deze zware beschul digingen niets anders te zeggen, dan de gewraakte feiten in hoofdzaak toe te geven. Is Dr. Kuyper ergens zwak ge bleken, dan is het wel in deze verdedi ging. Het wil ons voorkomen, dat de aangevallene als »politicus» onmoge lijk gemaakt is, indien hij zich niet van allen blaam kan zuiveren- Reeds werd medegedeeld, dat Dr. Kuyper zich niet heeft aangeboden noch beschikbaar ge steld voor een ruim onderzoek. Zoo dit een feit is, kunnen hieruit de verste gevolgtrekkingen gemaakt worden. De eerste echter die dan voor de hand ligt is wel deze, dat hij zich uit het politieke leven wil terugtrekken ofbehoort terug te trekken. Nochtans, wij gelooven niet aan deze bewering. Het komt ons eerder voor, dat Dr. Kuyper alles zal aanwenden zich van den blaam, die op hem geworpen is, te zuiveren. Dat is hij niet alleen voor zich zeiven verplicht, maar nog meer aan de partij, wier erkend hoofd hij is. De anti revolution- naire partij toch staat daar, alsde incarnatie der meest puriteinsche zede lijkheidsbegrippen. En nu wordt haar hoofd, in wien haar zedelijkheidsbegrippen culmineeren, in elk geval, dienen te culmineeren van niet minder beschuldigd dan van nu laat het ons maar ronduit zeggen van iets dat verre van zedelijk is Het lust ons niet in onze kolommen af te drukken wat een buitenlandsch blad durft schrij ven. Wij gelooven daarvan niets. Nochtans, waar zóó iets van een leider eener ultra-christelijke partij openlijk wordt geschreven dient er een schitte rende rehabilitatie plaats te hebben. Of deze komen zal door een of ander stuk of brochure Wij hopen het van ganscher harte. Brengt deze echter nog niet genoeg licht, dan moest o i. Dr. Kuyper en met hem de geheele rechter zijde er op staan, dat ten aanhoore van het geheele volk, dus in het Parlement, deze pijnlijke geschiedenis behandeld en uitgemaakt werd. Want, hoe men de zaak ook keert of draait, hoe men ook de manier waarop deze onthullingen in de wereld zijn gekomen, afkeurt, klaarheid moet er komen, wil niet de geheele rechterzijde haar thans verworven dooveude uitwerkseleu van den opium voelen verdwijnen, die zijne hersens benevelden en zijno ledematen verlamden Het denkvermogen keerde terug en met het denkvermogen het gevoel van een machtelooze woede. Hij was door Nerval misleid gewordon, misleid als kind. Hoe verwoed hij echter ook was, troostte zich Oamourdas, gewaarwordende dat men hem niet van zijne vest had beroofd, met de gedachte dat alles misschien nog niet verloren was. Hij was als een gevangene, gebonden, in een vunzig hol geworpen, maar hij droeg het bewijs der eerloosheid van Nerval bij zich. Hij was evenwel beducht dat men hem zou laten doodhongeren. Zijne gekluisterde boenen beletten hem te staan, zijne gebonden armen veroorloofden hem niet ze op te heffen. Hij was voornemens om hulp te roepen, maar hij bedacht zich, misschien zou hij zich daardoor aan eene onmiddellijke dood blootstellen. Hij wachtte. Met ougeloollijk veel inspanning gelakte het hom op de stelling overeind te gaan zitten, en luisterde met gespannen aan dacht oi niet het gerucht van eenig mensche- lijk wezen zich liet hooren. Alles bleef dood stil. Op die wijze verliep de nacht. Het was reeds lang dag, toen hij het geluid van schreden op de trap hoorde. Er kwam iemand tot hem Charengon trad bioneu. Hij had een paar bussels stroo onder den arm, in de hand droeg hij eene groote waterkruik eu een houten schotel. Hij zette de kruik en de schotel neer, spreidde het stroo op den grond, haalde een stuk brood uit den zak, en zegde spottend tot Oamourdas Hier is uw eten, ik volbreng mijnen last slaap, eet en drink... Mijne armen zegde Comourdas, maak mijne armen los. Charengon zag hem met boosaardigen spot aan. Gij zijt sterker dan ik, kameraad, ant woordde hij, en gy zoudt mij, vrees ik, doen boeten voor hetgeeD u overkomen is. Maar ik kan hier toch niet als een wild dier vastgebonden blijven liggen Dat zult gij toch wel moeten, tot op de» dag dat de meester mij zal bevelen u de vrijheid to hergeveD. Uwe beenen wil ik echter positie er bij in boeten. Men moge hierop wel willen antwoorden dat Dr. Kuyper niet de geheele rechterzijde per sonifieert, dat dus deze niet met hem staat of valt, zeker is het, dat thans geheel Nederland het oog gericht heeft op de rechterzijde, hoe deze n.l.dezaak zal afwimpelen. En wee haar, als zij slechts eenige blijken van lichtschuwheid zou geven. Gelukkig valt te constateeren dat onze katholieke bladen 't geheele geval objec tief beoordeelen en vooral zijn wij het eens met Het Centrumwaar dit zegt »Men kan er wel zeker van zijn, dat in deze zaak het laatste woord nog niet geschreven en gesproken is. En wanneer met volkomen kennis van zaken, kan wordeD geoordeeld, dan zal >heel de coalitie,» die nog andere »hoofd- mannen» heeft dan Dr. Kuyper, zeker niet aarzelen haar opinie te bepalen en, naar welke zijde dan ook, af te keuren, wat afgekeuid moet worden. Er kan en er mag voor ons geen enkele reden bestaan, om anders te handelen.» Wij hebben onzerzijds aan deze duide lijke woorden niets meer toe te voegen. DONGEN. Openbare vergadering van den Ge meenteraad op Donderdag 8 Juli des voormiddags ten 1OV3 uur. Voorzitter de Edelachtbare heer Van Gastel. Te ongeveer 10,40 uur opent de Voor zitter de vergadering; aanwezig de heeren Aug. Theune-, W- Riemslag, B. Snoeren, C. v. d. Hoek, W. Hoevenaars, G. A. Smits, Th. Maas en van Gastelafwezig de heeren C. v. Baal, Chr. v. Dijk en Chr. Bierwagen, de laatste met kennis geving. De Voorzitter verzoekt den secretaris voorlezing te geven van de notulen der vorige vergadering. Deze worden na voorlezing onveranderd goedgekeurd en vastgesteld. Aan de orde 1. Ingekomen stukken. a. Besluit van Ged. Staten, houdende goedkeuring van het primitief kohier wel wat losser binden, op-lat gij - kunt gaan. Maar ik kan immers zelfs niet eten? klaagde Oamourdas. wat dat betreft, hernam Charencon, de menschen zijn in de wereld om elkander te helpen. Hij brak het brood in kleine stukken legde hot op een der balken van de stelling en ging heen. Toen Oamourdas weer alleen was, over meesterde hem de wanhoop, en kwam het voornemen in hem op, zijne hersenpan tegen den muur te pletter te stooten, en zoodoende een einde aan zijn leven te maken. Neen, dat nietdacht hij eensklaps, ik zou niet gewroken zijn... Zijne woede met geweld onderdrukkende, knielde hij op den grond neer en vatte, daar hij zich niet van zijne banden kon bedienen, met zijne tanden hot schrale voedsel, dat men hem voorgebrokkeld had. Hij dronk nu eenige teugen water, en door dat ellendige maal gesterkt, kon hij met meer kalmte over zijnen toestand nadenken. Hij zag dien dui delijk in. Nerval had hem in den kelder doen opsluiten en de man, die zooeven bij hem geweeBt was, had ongetwijfeld voor last, hem voor altijd stom te maken. Oamourdas moest slechts op eén ding bedacht wezen ontvluchten. Maar gebonden als hij was, kon hij niets aan zijne bevrijding toebrengen. Hij strom pelde den kelder rond in de hoop eenig schorp voorwerp te ontdekken, waaraan hij zijne boeien zou kunnen doorschaven, maar hij vond niets, niets. Na zijn gemoed in eenen Btortvloed van verwenschingen en gesmoorde kreten lucht gegeven te hebben, ging hij zitten en begon allerlei plannen tot ontvluchting te beramen, welke hij achtervolgens als onuitvoerbaar weder vei wierp. De slotsom ^an zyne over peinzingen was, dat hem voor 't oogenblik geen enkel middel ten dienste stond en hij eene gunstige gelegenheid moest afwachten. En hij wachtte. Hij wachtte in dien akeligen dompigen kelder, afwisselend mef wanhoop, haat, wraak zucht eu hoop vervuld. Indien tusschentijd verwezenlijkte Charengon van den hoofdelijken omslag over het dienstjaar 1909 en tot betaling uit den post van onvoorziene uitgaven der be grooting voor 1909- b. Schrijven vai den Minister van Binnenlandsche Zaken, houdende mede deeling, dat hij, alvorens subsidie aan de teekenschool te geven, eerst meer dere inlichtingen moet hebben, o.a- wan neer de school in werking wordt gesteld, of de Provincie subsidie geeft en toe zending van een leerplan. De heer Riemslag. Dat is beter als zoo heel veel gevraagd. De Voorzitter. Wij zullen den Minister hierop antwoorden. De Voorzitter. De nieuwe teekening van de onderwijzeiswoning is ingekomen, 't Gebouw zal in denzelfden trant worden opgetrokken als op de vorige teekening was aangegeven, doch volgens deze tee kening zullen de kosten niet hooger be- loopen dan f 5000. Door de wijziging die in de teekening van de school is aangebracht zullen de kosten daarvan iets hooger worden. Om zijn bestek in orde te brengen vraagt de architect of er voor de ramen van de onderwijzerswo ning rolluiken of blinden aangebracht moeten worden. Uit het schrijven van den architect, dat door den secretaris wordt voorge lezen, blijkt dat rolluiken ver boven blinden zijn te verkiezen en dat de kos ten van deze niet veel hooger zijn dan van blinden. De heer Snoeren. Hoeveel scheelt 't nu met de kosten. De Voorzitter. 3000 gulden en nu is 't toch een degelijk gebouw. Wel is 't lichter van bouw, doch dat zal weinig aan de degelijkheid afdoen. Ze hebben in den Haag wel gelijk gehad toen ze hierop een aanmerking hebben gemaakt. De heer Maas. Als 't een degelijk systeem is dan zijn rolluiken ver boven blinden te verkiezen. Ze worden tegen woordig vrij algemeen gebruikt. De heer Teunen. Ze zijn ook buiten gewoon gemakkelijk. Besloten wordt rolluiken aan de woning te laten aanbrengen. 2. Onderzoek geloofsbrieven der be noemde raadsleden- De Voorzitter. Tot leden van onder zij u ideaal de tuin had onder zijne handen een goheel ander aanzien gekregen hij be werkte dien met de zorgvuldigheid van eenen eigenaar, want hij twijfelde er niet aan, of Nerval, zou hem de hoeve met't erf schenken, wanneer Oamourdas er deu dood gevonden had. Iu den omtrek stond Cbarocgou bekend als een menschenhater. Hij hield met niemand omgang en al de pogingen, die de nieuws gierige boeren hadden aangewend om nader mot hem in kennis te komen, waren op zijne stuurschhoid afgestuit. Maar menschenschnw heid is geene ondeugd, de omzichtigheid is zelfs eene dor deugden van de plattelands bewoners. Charengon betaalde al zijne ba noodigheden kontant en genoot zoodoende de achting van allen, wien hij met zijne klandisie begunstigde. Op-die wijze verstreken verscheidene maan den. Oamourdas zag zijnen bewaker regelmatig verschijnen, ontving zyu ellendig maal en herviel in zijue eenzaamheid en zijne stilte. Charengon was noch gezelliger noch spraak zamer geworden do gevangene bemerkte, dat zijn rantsoen van brood en water van lieverlede kleiner werd, cn verkreeg hierdoor de ver pletterende zekerheid, dat. alhoewel de ellendige, die met zijne bewaking was gelast, voor een rechtstreekscheu moord terugdeinsde, hij nochtans voornemens waB, hem van gebrek te doen sterven. Op zekeren nacht barstte er een verschrik kelijk onweer los, Eene hevige windvlaag joeg eene wolk van stof, steontjes, kiezel en eene schelp door het luchtgat der gevaDgönis van Oamourdas. Toen Oamourdas des morgens de schelp zag liggen, was hij buiten zich zeiven van blijdschap. Dat nietige voorwerp z.u het middel worden tot zijne redding. De schelp tnsschen de tanden vattende, gebruikte hy die bij wijze van mes om het touw door te schaven, dat zijne boido handen kluisterde. Maar dat werk vorderde met wanhopige traagzaamheid, en het verplichtte Oamourdas tot eene buiging van den hals, welke hem ten laatste zeer pijnlijk begon te worden. Na eenen arbeid van vier uren had hij einde lijk een zyner handen bevrijd, die aan eene zoek benoem ik de heeren Teunen en Hoevenaars. Nadat de commissie van onderzoek de stukken en bescheiden heeft onder zocht adviseert zij tot toelating waartoe zonder hoofdelijk stemming wordt be sloten. 3. Subsidie aan verschillende vereeni- gingen voor feestelijkheden bij gelegen heid van Prinses Juliana. De Voorzitter. Van de feestcommissie van het Vaartje is een schrijven inge komen, waarin zij verzoekt om een kleine bijdragen in de kosten die de commissie heeft gehad bij de feestelijkheden van 10 Mei. De heer v. d- Hoek. Hier hebben ze gekregen De Voorzitter. 160 gulden. De heer Teunen. Ik meen dat in een vorige vergadering was besloten om f 25 te verleenen. De heer Riemslag. Snoeren zal wel weten wat er te doen is geweest. De heer Snoeren. Er is nogal heel wat te doen geweest en ze hebben veel kosten gemaakt. Besloten wordt 25 gulden subsidie te geven als tegemoetkoming in de kosten. De Voorzitter. Dat wordt dus een totaal bedrag van f 185 dat voor de festiviteiten is uitgetrokken. 4. Wijziging der gemeente begrooting dienstjaar 1909. De Voorzitter. Dit is noodig geworden voor de f 185, die wij aan de feestcom- missiën hebben toegekend. Wordt besloten at- en over te schrijven. 5. Besprekingen regeling der aan hangige financieële aangelegenheden. De Voorzitter. Zooals den heeren wel licht bekend is, heeft de wachtmeester van Gilze-Rijen op bevel van den officier van Justitie een onderzoek ingesteld naar de verduistering die hier heeft plaats gehad en ik geloof wel dat eerdaags de zaak in behandeling zal komen. De secretaris is intusschen met zijn verder onderzoek gereed gekomen en heeft een concept klaar gemaakt. Alvorens een besluit te nemen zou ik in geheime vergadering nog 't een en ander willen bespreken, daarom schors ik de openbare vergadering. Na heropening der vergadering wordt door den secretaris een schrijven touw rond zijD middel vastgebonden waren. Juist hoorde hij Charengon aankomen, hij wierp zich ijlings op zijn strooleger en veinsde te slapen- j Maar nauwelijks was zijn bewaker heen gegaan en had hy den sleutel iu het slot omgedraaid, of Gamonrdas had in een oogwenk zijne andere hand en zijne beenen van de h?m knellende banden bevryd. Met eenen kreet van blydschap sprong hij op het uur zyner ontvluchting zou weldra slaan. Camourdas kon den kerker niet verlaten zonder zich van Charengon te ontdoen. Zijn plan was derhalve spoedig gemaakt. Wanneer zijn bewaker den kelder binnen kwam, was hij gewoon het eten voor den gevangene naast de waterkruik neer te leggen, en dan heen te gaan, zonder verder naar hem om te zien. Camourdas, die hem aanvankelijk nog wel eens had toegesproken, beproefde in don laatsten tijd niet eens meer, hem een woord te ontlokken en bleef gewoonlijk met het aan gezicht naar don muar gekeerd op zijn strooi- leger liggen en op deze omstandigheid bouwde hy nu zijn plan tot ontvluchting. Hij brak een dik dwarshout van de stelling af, ontdeed zich van een gedeelte zijner bovenkleederen, en legde die zoodauig op het stroo dat zij den vorm van een lichaam hadden, en door de heerschende halve duister nis geholpen, kon hij zich verzekerd houden, dat zijn list niet dadelijk ontdekt zou worden. Toen de gewone tijd der komst van Charengon naderde, plaatste hij zich met zijn eind hout in de hand achter de deur, zoodat zij, open gaande hem voor den binnentredende verborg, en wachtte. Weldra hoorde hy de zware schoenen van Charengon op de trap klinken en nu begon zijn hart zoo geweldig te kloppen dat zijn adem bijna in zijne keel stikte. Hij vreesde te zwak geworden te zijn om zijnen bewaker een doodelijken slag toe te brengen. Vonken vlogen voorbij zijne oogen, zijne ooren suisden. Op bet oogenblik dat de sleutel in het slot omdraaide, meende hij te zullen bezwymen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1909 | | pagina 1