Nummer 60.
Donderdag 29 Juli 190i*.
32 daaigaeg.
Toegewijd aan HandeS, Industrie en GemeentebeBangen.
Eerste Blad.
'liifDElrlm
P A L J A S
AITOON TIELEN,
Dit nummer bestaat
uit TWEE Bladen.
f
Uitgever:
FEUILLETON
WAALWIJ K. Telefoonnummer 38.
De wasch, U ziet Ssct, is groot,
doch is door de zuivere zeep
het werk gemakkelijk.
Suolightzeep scbaafjes om zachte
zeep te maken.
Gratis te bekomen bij uwen
winkelier in ruil voor oslagenom
Wek ettliomv aau Den X mvcfijlujl'a t«<).
De Echo van het Zuiden,
Waalwpsclic en Laifstraalsrht Courant,
Dit. Blad verse! ijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maanden f0."5.
Franco per post door het geheele rijk f0.90.
Brieveningezonden stukkengelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
Advertbntiën 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, grootr
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciple zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
Ecr> Qfsoto Vv
fn t
vjoir.i-j Vvor'-t.
Zuivero
Zoou
Het «Dagbl. van Noordbr.» bevat het
volgende interessante artikel
In de Statenvergadering is 't Donder-
dag erg levendig toegegaan. Van tien
tot vijven heeft men vergaderd en boe
Al maal debatteeren over de honderd
en een kwesties, welke op zoo'n dag aan
de orde komen.
Wel gaat 't tegenwoordig anders dan
vroeger
Toen we voor 't eerst op de Staten
vergadering kwamen, jaren geleden,
in de oude zaal, welke, volgens 'n des
kundig onderzoek, op invallen stond,
kwam 'n geroutineerd Statenlid ons
tegemoet.
Wat komt gij hier doen
Verslag maken.
Maar hier is weinig werk voor 'n
verslaggever. De aanhangige zaken wor
den alle in de zes afdeelingen behandeld,
dan volgt het schriftelijk debat en hier,
in openbare vergadering, werken we
meestal zonder stemming of rliskussie
de agenda af.
Inderdaad, zoo ging het in dien tijd.
Maar allengs is het anders geworden.
De menschen beginnen belang te stellen
in alles en nog wat, ook in hetgeen
wordt verhandeld in de Staten hunner
provincie en de Statenleden merken dat
natuurlijk wel. Zij beraadslagen nu meer
in 't openbaar en halen de diskussies
uit de afdeelingen dikwijls nog eens op.
Vechten onder de oogen van het publiek
nog om 'n zaak, die in de afdeelingen
reeds verloren scheen.
En daar doen ze wel aan.
Over het algemeen mag het bestuur
onzer provincie worden gezien door heel
de wereld. Hoe meer ervan aan den dag
komt hoe beter. Men scheldt ons in het
Noorden geregeld voor donkere Zuider
lingen, maar de Staten van ons gewest
kunnen aan vele kollegaas uit het Noor
den een voorbeeld geven. Hier waren
de tollen reeds afgeschaft, toen men
elders nog niet eraan dacht. Wij bezitten
een wegennet, dat in geen der provin
cies haar wedergade vindt. We besteed
den tonnen gouds aan de verbetering
onzer waterwegen, aan het aanleggen
van nieuwe. En nog is de staat onzer
financiën zoo, dat er altijd overschotten
zijn en de heer Mr. A. Smits Donderdag
nog eraan kon herinneren, dat het mil-
lioen voor de Maasmond uit de gewone
uitgaven is betaald.
En nu is Noord-Brabant de eerste,
waar een grondig onderzoek wordt in
gesteld naar de mogelijkheid tot op
richting eener electrische Centrale voor
de geheele provincie.
Als het zóóver eens komen kon 1
Eerlijk gezegd kunnen wij ons niet
precies voorstellen, wat zoo'n Centrale
zou kunnen leveren. Overal licht en drijf
kracht In alle steden en overal op het
Van „DE ECIIO VAN I1ET ZUIDEN."
OF
2)
Alles duidde bij haar de bloeiendste
gezondheid aan. Zij was eeue dier sterk
gebouwde vrouwen die zonder veel moeite,
don last van het awervendo leven met do
plichten van het moederschap weten te paren.
Wat het jongsken betreft, dit geloek tevens
op vader en moeder het had groote blauwe
kijkers, gelijk deze laatste, do bruine huid
en de welige zwarte haarlokken van don vader.
Hij droeg den naam van zijnen vader
Willem, en zou later misschien wel Willem II
betten, want die zwerversfamiliën vormen
reeksen of dynastieën, juist gelijk do vorsten
huizen.
In afwachting had Willam I, die nog niet
van ziu was zijn koninkrijk af te staan, den
kleinen met den bijnaam van Belphégor ver
eerd.
Hij hield veel van het duivelsche uitzicht
van dim naam „Dames en Heeren, heden
i zult gij getuigen zijn der buitengewone kuust-
grepen van don jongen Belphégor 1... Treed
nader, Belphégor, en toon aan liet edele ge
zeischap hoezeer uwe talenten reeds ontwik
keld zijn 1" Die weinige woorden brachten
altijd enn gewerschten uitslag op de aanwe
zigen voort.
Die kleine achtjarige snaak was ook een
ware duivel slim en rap gelyk een aapje,
verstandig en schalksch gelijk meestal de
kinders van kunstemakers. Hij was de roem
en de hoogmoed van den „meester,, die hem
met gansch vaderlijke zorg opkweekte, minder
|Om den kleine tot eene broodwinning temaken,
don wel uit liefde voor de kunsten en om
platte land Zóóveel stroom, dat weldra
sierlijke electrische trams de zwartbe-
rookte stoomtrams zullen vervangen
Dat het grootbedrijf in de steden en de
klein-Industrie op het platteland erdoor
zal kunnen bediend worden Dat de
boer zijn dorsch-machine, de schoen
maker zijn zoolen-pinner, de polderbe
sturen hun watermolens electrisch zullen
kunnen laten draaien
Wat zouden we in één slag een eind
vooruit springen op allerlei gebied 1
Maar 't is zoover nog niet. Natuurlijk
niet zulke enorme ondernemingen stampt
men maar niet een twee-drie uit den
grond.
Gedeputeerde Staten echter, en in
't bizonder de Voorzitter, hebben
blijk gegeven van energieke voornemens.
En dus hopen wij, dat het onderzoek,
waarvoor een krediet van f 5000 is uit
getrokken, spoedig zal worden begonnen,
want 't is waar, wat verschillende spre
kers hebben betoogd de tijd dringt.
In Breda hangen plannen, in Tilburg,
in Den Bosch. Heel de Peel verheugt
zich in het vooruitzicht van een electrische
Cehtrale. Al deze plannen zullen natuur
lijk rekening houden met de voornemens
der provincie. En dus mag de provincie
niet op zich laten wachten.
Vreemd is het gegaan in de Staten
met deze krediet-aanvrage.
Er is een Rapport van een Amster-
damschen ingenieur Verhoeckx omtrent
een groote electrische Centrale. Gede
puteerden vonden het stuk dadelijk 't
aankijken waard, en legden het ter visie.
Pientere statenleden bestudeerden het,
stelden voor een deskundig onderzoek
te laten verrichten voor f 2000.—
Kan niets van komen, zei de Kom
missie van Rapporteurs.
Nu moet men goed weten, wat dat
voor 'n lichaam is, zoo'n kommissie van
Rapporteurs. Zij bestaat uit de Rappor
teurs der zes afdeelingen zij wordt ge
acht de meening te verkondigen, die in de
afdeelingen heeft geheerscht. In vele
gevallen is haar advies beslissend. En
toen de heer van Loon, ondanks het
afwijzend advies der Kommissie van
Rapporteurs toch zijn voorstel aan 't
verdedigen ging, voelde hij wel, dat hij
tegen een stevige oppositie moest op
tornen.
in hem een waardigeu opvolger te vinden
wanneer hij zelf dit vak zou moeten vaarwel
zeggen.
En die goochelaars reisden van stad tot
stad, vau dorp tot dorp, terwijl zij zooveel
vertooningeu mogelijk gavon. Nu eens sliepen
zij in de eene of andere schuur, of op dan
zolder der uitspanningen dan weer brachten
zij den nacht onder den blooten hemel door
of betaalden met hunne kunstjes de gastvrij
heid welke men hun aanbood.
Zoo leefden zij jaar in, jaar uit, zonder den
voorbijgevlogen dag te betreuren of zich om
den volgenden te bekommeren gansch on
verschillig van welken kant de wind kwam,
of naar welke zijde de politieke gebeurtenissen
overhelden smakelijk eten en smullen, als
de opbrengst der vertooningeu het toeliet en
deemoedig vastend, als de rekening 0 beliep.
Vrij als de vogeltjes in de lncht, leefden
die liodeu gelukkig in hun lot, altijd tevreden
hun brood met het vermaak der anderen te
kunnen koopen, fier over hun ambacht en
zoo innig aau elkander verkleefd, alsof zij
een eigen haard en een familiedak bezuteu.
Juist wareu de ontvangsten redelijk goed
geweest te Iionfieur.
Den voorgaanden dag was het markt geweest
en de loeren, even als de matrozen der haven
hadden, zooals men gewoonlijk zegt, moedig
den geldbeugel aangesproken.
Ook was Willem nooit beter geluimd geweest.
Hij stond de eerste van de tafel op, tuimelde
drie, viermaal rond en riep
Drommels moederken, wat was de
kookpot lekker vandaag. Ik wenschte van
harte dat de koniug er zulk eenen had. Een
waar festijn van Balthazar
Maar wij moeteu niet al te zelfzuchtig wezen.
Wij hebben twee personen vergeten Belphé
gor, wie hebben wij niet gediend 'i zeg me dat
eens.
Het knaapje, alhoewel eenigzins gewoon aan
die onvoorziene vragen van zijnen vader,
raakte soms ook wel eens van zijn stuk.
Hij legde zijne vork neer, keek eens rond
en antwoordde met zijnen mond vol eten
De beestjes, vader.
De beestjes, vader, herhaalde Willem,
het klein stemmeken van het jongsken na—
Intusschen ging dat werk hem goed
af. En bleek de Kommissie van Rap
porteurs toen het aankwam op 't afweren,
van des heeren Van Loon's klemmend
betoog, niet veel op mars te hebben. De
een na den ander kwam den heer van
Loon bijspringen, Mr Smits en de heer
Rombouts drongen zelfs aan op ver
hooging der krediet-aanvrage. Zoodat,
toen de Voorzitter de pauze aankondigde
vrij algemeen aan het voorstel-Van Loon
succes werd voorspeld.
Men ging koffiedrinken. De heer Mr.
Loeff schijnt erg zwarte te hebben ge
nomen. Tenminste, het was al somber
heid, wat hij over het voorstel-Van Loon
henengoot. En de Kommissie van Rap
porteurs greep aanstonds moed en sloot
zich aan bij den heer Loeft.
De heer Van Loon, onder den indruk
wijzigde zijn voorstel-
Mannen van meer parlementaire erva
ring echter zagen dadelijk, dat de heer
Van Loon al te snel was teruggetreden
men trachtte hem op te monteren, zag
eindelijk in, dat hij niet een tweeden
keer zijn voorstel wijzigen kon en nam
het over.
Nu gebeurde er iets wonderbaarlijk».
Het eerste lid dat stemmen moest, riep
tegen. Hij bleef de eerste en de eenigste
tegenstemmer. Heel de kommissie van
Rapporteurs en ook de heer Loeit stemde
voor. De heer Loeff had tenminste nog
een poging geéaan om zijn stem te
verklaren; de heer Van Schendel, die
namens de commissie van Rapporteurs
het woord had gevoerd, liet ons voor
het raadsel staan, hoe men tegen een
voorstel spreken en er voor stemmen
kan.
Intusschen is er een krediet van f 50C0
geopend voor een electrische kommissie.
Of deze het oprichten eener electrische
Centrale zal bevorderderen ol de kwestie
doofpotten, is een vraag voor de toe
komst. Laten we ons voorloopig ver
heugen, dat de zaak wordt aangepakt
en vooral dat de heer van Loon scherp
heeft doen uitkomen, hoe zoo'n Centrale
als ze mogelijk is, voor heel de provincie
zal moeten dienen en niet voor een deel-
Dat is wel de taak van bestuurslicha
men, om te trachten het algemeen belang
ie paren aan het bizondere.
Hier kan dit uitkomen, door te beletten,
bootsend. Flink geantwoord, kereltje.
DaB riep hij den hond
Hier, Spits 1 bedank uw jongen meeBter
voor zijne goedhartigheid.
De poedelhond stond recht op zijne achterste
pooteu en bewoog den kop als wilde hij
Belphégor groeten.
Toen hij terug op zijne pooten viel, hapte
hij smakelijk eon kleine hutspot dien Katrien
zelf hem in haren schotel hnd voorbereid, met
hetgeen er in den ketel gebleven was.
En gij, mijn arme Cadour, zei Willem,
terwijl hij den ezel over den rug streek,
krijgt gij dan geene soep Maar wacht eens
even, ik heb nan u gedacht ik zal u ook
wat lekkers geven.
Hij haalde uit do koets eenen zak met
zemelen gevuld, eu goot er een deel van in
eeu houten schotel die hem gewoonlijk diende
om kunstgrepen van evenwicht uit te oefenen.
Da ezel 8nuifde deu reuk eens op, en be
tuigde zijue dankbaarheid door den goeden
blik dien hij zijnen moester toewierp.
Nu is iedereen gediend, riep Willem
Maai ik zou haast nog iets vergeten, 't Is
niet voor den weerlicht dat wij in Normandiö
dat luilekkerland zijn! En ons nagerecht dan
Van uit het diepste der koets, welke waar
achtig eene echte stapelplaats was, haalde hij
nu eenige frissche, blozende appelen voor.
Pak aan, kleine, en geef den diksteu
aan moeder, riep hij, terwijl hij twee appelen
toewierp aan Belphégor, die ze heel handig
wist te vangen.
En nu, wat haastig, en 1 waut er blijven
ons nog al eenige uurtjes af te loopen, voor
aleer wij te Pont-l'Evèque zijn. Het is weldra
middag en wij moeten vóór den avond aan
komen. Ik ga alles inpakken...
Daar klonk nu een kindergeschreeuw.
Zoo l ons kleintje wordt wakker en
vraagt ook haar nagerecht.
Katrien stond op om het kind te gaan
nomen, maar Willem was haar vóór geweest
en op zijne forsche armen schommelde hij het
wichtje, of deed Jhet boven zijn hoofd dansen
om zijn schreeuwen te beletten.
Pas op, Willem, gij zult het kindje pijn
doen, zei de moeder.
Vrees niet, ik ken dat werkje.
dat een onderneming de voordeeligste
gedeelte onzer provincie uitzoekt en de
andere verstoken laat.
Links en rechts moet worden geholpen
of wil men 't meer verstaanbaar ooste
lijk en westelijk Noord Brabant.
Onze provincie is nu eenmaal langer
dan ze breed is en het gevoig daarvan
is misschien, dat ze aan beide einden
wat doorzakt. Niet zoo erg, dat er ge
vaar is voor afknappen van het middel
punt maar toch wel zoo, dat men in
het midden de beide uiteinden van tijd
tot tijd zoo'n beetje moet optrekken.
De Staten hebben deze taak goed
begrepen in zake het stichten eener
electrische Centrale en ook bij de vraag,
of de twee zuivelconsulenten in Eind
hoven moeten blijven wonen.
Dat is ook eigenlijk al te gek, dat de
beide consulenten in één hoek der pro
vincie samen hokken. Gevolg ervan is
natuurlijk dat de boeren in het Oosten
het meest van de heeren profitceren.
En toen daar vroeger jaren al eens over
geklaagd is, was 't antwoord steeds, dat
het Westen de consulenten even druk zou
kunnen ontbieden als het Oosten-
Alles goed en wel, zei de heer Spit
zen maar wat kan, gebeurt daarom altijd
niet. Aanzien doet gedenken. Als eeu
der twee consulenten zich in het Westen
vestigde zou hij drukker worden ontbo
den door de boeren van Baronie.
De hee^ van den Heuvel deed nog
een poging om de consulenten beiden
in Eindhoven te houden. En daarbij zei
hij natuurlijk niet, dat het Oosten zich
zoo wel bevond met de beide consulen
ten in zijn midden maar hij verschool
zich achter de Regeering, die ook sub
sidie geeft.
Alsof de Regeering, als ze gewezen
wordt op de malligheid, dat de beide
zuivelconsulenten van Noord-Brabant in
één uithoek der provincie zijn verstopt,
zich niet haasten zou een der twee uit
het Oosten weg te halen.
Wij vertrouwen, dat de heer Spitzen
het volgend jaar niet opnieuw op dezen
wantoestand zal behoeven te wijzen.
De voorzitter zal zorgen, dat men in
den Haag wordt ingelicht.
En aan het Departement van Land
bouw is men gewoon door te tasten.
Gij gaat toch zeker met haar geene
kunsten verrichten
Wel neen vries niet, zeg ik u Go ziet
wel dat het spel de kleine aaustaat. Ze is
toch zoo lief Hot evenbeeld van hare
moeder... Hot zal later eene flinke meid
zijn
Waarlijk, het kind hield op met schreien
en lachte zoo hartelijk, gelijk de kinderen
van dien ouderdom dit alleen kunnen doen.
En de vader, opgetogen, schommelde maar
altijd voort.
Maar het duurde niet lang of de water
landers waren daar terug.
Dan gaf Willem haar eindelijk aan Katrien
over.
Middelerwijl hield Willem, geholpen door
Belphégor, zich onledig met de voorbereid
sels der afreis, na het vuur nog eens opge
stookt te hebben met het droge hout dat er
was overgebleven.
Ondanks baar uiterste armoede, leverde
dezo zwervensfamilie op dit oogenblik het
schoonste tafereeltjo van huiselijk geluk op,
dat ooit een schilder kon droomrn.
Te midden van het woud, in die grijze
lucht, zachtjes door de bleeke winterzon
bestraald; iu die doodsche eenzaamheid, waar
van de stilte slechts nu en dan onderbroken
werd door het gekras eener raaf, die moeder
die haren zuigeling tegen het hart drukte
die sterkgebouwde mau die alles voorzichtig
opvouwde en inpakte, ouder het zingen van
een lustig lied die Bchalksche kleine, die met
idle tanden iu ziju appel beet,die hond welke
roud hem huppelde, die ezel welke heel pro
zaïsch zijne maat zemelen opkauwde in af
wachting dat hem het garreel over den nok
werd gelegd, dit alles leverde een dier prach
tige tafereelen op, zooals de meesters der
Vlaamsche school ze he6l dichterlijk uit bet
werkelijk leven weten te grijpen...
Eensklaps bleef Spits voor zijnen jorgen
meester staan hij stak de ooren op, kwispelde
met den staart, Bnoof de lucht in en verdween,
gelijk een pijl uit den boog in het dichte
kreupelhout.
Daarna hoorde men hem in de verte blaften.
Wat mag dat zijn, riep Katrien, die zich
zoo gemakkelijk verontrustte.
Bah zei Willem, hij zal het een of
ander wild opgespoord hebben, misschien eenen
haas of een konijn. Zoo ik niet vreesde
van sDcht te staan mat de heeren der politie,
de gendarmen zooals men nu zegt, dan zou
ik wel halsstroppen gespannen hebben en,
had ik een haasje kunnen vangen, wij
zouden er eens leki eer aan gesmuld hebben.
Maar, zou ik betrapt worden, het zou mij te
duur kosten, zonder te rekenen dat het beestje
mij zou ontnomen worden, vooraleer de pan
te zien...
De hond blafte immer voort.
Eenige oogenblikken daarna kwam Spits
in volle vaart aangeloopon, sprong van den
eene naar den andere en^trachtte, door zijne
gebaren en zijn gebrom te doen verstaan wat
het beest, och arme, niet zeggen kou, te
weten dat er in het bosch iets buitengewoons
gebeurde.
Dan hoorde men het gekraak van droge
takken en het gewrlemebder bladeren onder
het drukken van een zwaren manstap.
Een man kwam uit het kreupelhout te
voorschijn.
Op eenige stappen van de legering der
goochelaars, bleef hij staan en bezag onrustig
de menschen die vóór hem stonden, dan keek
hij angstig achter zich, alsof hij vervolgd
ware geweekt.
Spits sprong blaffend voor hem rond.
Eerst was het gezin van Willem onaange
naam verrast.
Het uiterlijk van dien vreemdeling was niet
aantrekkelijk.
Zijn gelaat was krampachtig getrokken en
zijne oogen verwilderd.
Hij had een groven vilten hoed op het
hoofd en was in een wijden mantel gehuld,
waaronder hy iets scheen te verbergen.
Was het een dier stroopers die iu de velden
en eenzame plaatsen rondzwerven om de on
gelukkige reizigers aan te vallen en hun de
beurs of het leven to vragen
Op de beurs vau den goochelaar zou hij,
om goede redenen geene aanspraak maken.
(Wordt vervolgd.)