Nummer 85.
Zondag 24 October 1909.
32e Jaargang.
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Eerste Blad.
^SSSdEking.
PALJAS
Zoolang het dag is.
landbouw"""*
ANTOON TIELEN,
Dit nummer bestaat
uit DRIE Bladen
Uitgever:
FEUILLETON
WAALWIJK. Telefoonnummer 38.
Door uitsluitend Sunlight
Zeep te gebruiken blijft het
linnen en tafelgoed zoo wit
als sneeuw.
Suidightzeep schaafjes om zachte
zoop te maken.
Gratis te bekomen bij uwen
winkelier in ruil voor 5 omslagen
Groenblijvende Gewassen.
en Laügsiraütsclïf Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 3 maanden fü-^ö.
Franco per post door liet geheele rijk f 0.90. n.
Brieveningezonden stukken t gelden enz., franco te zenden aan den
Uitgever.
Advertentiën 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel, grootc
letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven,
worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
GEBRUIKS AANWIJZING ROND IEDER STUK.
Burgemeester en Wethouders van Waalwijk
maken bekend, datopDiusdng den 23en Novem
ber 1909, de verkiezing zal plaats hebben voor
DRIE leden der Kamer van Koophandel en Fa
brieken alhier ter varvulling der plaatsen van
hen, die op 1 Januari a.s. aan de beurt van af
treding zijn.
Op den dag der verkiezing kunneu de stem
briefjes ten Raadhuiz». worden ingeleverd van
's morgens 9— tot 12 uur des middags.
Waalwijk, 17 October 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
TH. DE SURMONT DE BAS SMEELE.
De Secretaris,
F. W. VAN E1EMPT.
Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN."
OF
JöefiWltcuiAV aan Den i li) luvefijkdbanD.
27)
XIII.
Na gedurende den heelen namiddag raot
den hertog den strijd tegen de omwenteling
beraamd en belegd te hebben, keerde Le Bihan
naar zijn eenvoudig hotel weer.
Hij had de milde gastvrijheid welke de
hertog de Montbazon hem aangeboden had,
geweigerd, omdat hij dacht eene gunstige
propaganda te kunnen maken onder de ge
wone bezoekers der herberg van Mistress
Davis, des te meer daar hij vernomen had
dat al de edellieden die met eigen handwerk
hunnen ko3t verdienden, daar dagelijks bijeen
kwamen.
Toen hij binnenkwam, maakte hij keuniB
met John Davis zelf, een echte Sakser van
het zuiverste ras. hoog van gestalte, breed
geschouderd met een dik rond aangezicht
waaruit mat twee kleine scherpe oogen met
dikke rosse wenkbrouwen bezet, u toekeken.
Overigens de zachtaardige man, ondanks
•.zijn ruw voorkom en. Nooit had hij misL rnik
gemaakt van jenever en steeds was hij onder
danig geweest aan zijne diklijvige wederhelft.
Pd hospes verschoonde zich bij den vreem
deling, dat hij 's morgens niet daar was om
hem te ontvangen.
Ik sliep nog, sprak hij in brabbel-fransch
onze avondgasten houden mij altijd zoo lang
wakker, omdat zij zelf niet vroeg te bed
gaan... Uwe hoogheid blijft zeker eeuige
dagen bij ohb
Daar wordt een huis gebouwd.
't Is in het vergevorderd jaargetijde
en straks laat regen of vorst geen voort-
werken meer toe.
Dus grijpt men met alle haast en allen
ijver het werk aan.
De grondwerker van eerste morgen
schemering tot dat de avond valt, gunt
zich tot eten, haast geen tijd.
Hij spaadt, hij spaadt maar altijd
voort doet opvliegen uit steeds dieper
en grooter kuil de zwarte aardklompen,
die plaats te maken hebben voor 't witte
zand, waarop de fundamenten straks te
liggen komen.
Zie hoe de man zich weert, hoe hij
zich inspant, dat het zweet hem langs
de leden loopt en slechts gedwongen
door de duisternis de spade rusten laat.
Hij werkt inderdaad zoolang het dag is.
Die eenvoudige maar ijverige, plicht
getrouwe werkman, een der nederigste
taken vervullend op zulke loffelijke manier
is ten voorbeeld ons, hoe wij allen te
werken hebben niet alleen één dag, maar
dag na dag, zoolang de groote dag
des levens duurt.
O, 't is wel een heerlijk iets als na
verkwikkende nachtrust de mensch in
schat van gezondheid den frisschen levens
lust zich door de leden varen voelt, als
energie en werkzin hem prikkelen tot
dadelijk aan den arbeid gaan, tot het
onverpoosd met ijver volvoeren van wat
hem te doen staat.
Dat is een woord van dank extra
waard wanneer geen ziekte ons weerhoudt
maar wij ook kunnen, wat wij willen.
Dat extra woord van dank voert ons
tegelijk in gedachte omhoog naar
Dengene, aan wiens almacht wij onze
zwakke krachten ontleenen.
Werken, zoolang het dag is, ook de
werken van liefdadigheid.
Straks nadert het gure wintertij met
zijn koude en gebrek, en velen onzer
medemenschen zullen ellende te lijden
hebben wanneer hun geen bijstand ver
leend worden zal.
Welnu, hoe gelukkig de gezegenden
met aardsche goederen, wien Hij van
zijn rijkdom immers hemel en aarde
Ik weet niet hoe lang ik hier zal ver
toaveu. antwoordde de handelaar. Dat hangt
af van den goeden keer mijner zending.
John begreep aan dit antwoord dat de mau
niet genegen was veel te praten en drong dan
ook niet verder aan. Hij keerde terug naar
de tafel, waar hij, in eenen hoek met dsn
kapitein van een handelsschip, eene goede pint
zat te drinken.
L9 Bihan, tevreden over den uitslag zijnor
eerste onderhandeling, begaf zich naar zijne
kamer om wat uit te rusten en kwam voor
'het avondmaal terug naar beneden.
Ue tafel was gedekt te midden der lang
werpige zaal, waarvan de muren zoo naakt
waren als die van een klooster en die slechts
door twee lampan verlicht was.
Ue voormalige barones de Saint—Pieux
bekleedde de eereplaats met dezelfde statig
heid waarmede zij dergelijke vergaderingen
voorzat, toen zij nog haar hotel der rue Du-
plessis te Versailles bswoonde.
Hare dochter, de bevallige Isabella diende op.
Wat John betreft, deze had de gewoonte
om tijdens de eetmalen achter da toon
bank te staan om de verbruikers te bedienen
dit was zijn bijzonder ambt en hij vervulde
het nauwgezet want hij kon de matrozen
flink het hoofd bieden en iedereen weet dat
die kerels geene kleine drinkers zijn.
Rondom de tafel waren een twaalftal
personen geschaard een paar reizigers en
de overigen alle Franschmannen, gewone be
zoekers der uitspanning.
Toen M Le Bihan binnen kwam, stond
een der gasten op en reikte hem de hand.
Dag, mijnheer, zeide hij, doet mij ge
noegen u weer te zien.
Hoe gaat het sedert dezen morgen
De handelaar herkende aanstonds die stem,
maar hij aarzelde eenigen tijd vooraleer te
gelooven dat de pakkendrager van dezen
morgen nu zoo fiink gekleed, met gepoederde
pruik en het bruin laken jas, naast hem
aan tafel zat.
Gij 1 riep onze man heel verwonderd.
Ik zelf, antwoordde graaf de Roziéres
glimlachend. Jack heeft zijn werk gedaan en
dan verandert hij van gedaante om by de
vrienden te gaan...
behooren Hem toe te leer. heeft ge
geven.
Mogen ze dankbaar dit »te leen* ge
denken, mogen ze niet vergeten, dat
onverwachts misschien de levensavond
voor hen valt, de slaap des doods hen
oogen sluiten zal, en dat ook hun ont
waken in de eeuwigheid slechts blij zal
zijn, wanneer zij de werken der liefdadig
heid beoefenen, zoolang het voor hen
dag was. K. O.
Plant in overeenstemming met de grootte
van uwen tuiu hier en daar kleinere of
grootere groepen groenblijvende gewassen,
opdat ook in den winter uw tuin eenige
aantrekkelijkheid b zit. Vooral in den winter
als alle andere gewassen kaal en naakt zijn,
zien we dat groen gaarne eu staren we er
met welgevallen op Een tuin, waarin geen
groenblijvende gewassen voorkomen, is in
den winter ijl en leeg, biedt geen aantrek
kelijkheid, geeft geen rnstpuuten aan het
zoekend oog. Het is alsof die groene gewassen
dan iets warms geven ze kleeden den tuin.
Maar ook afgezien van dit alles, ziju er
vooral in de steden zoovele plekjes in tuinen,
ja zelfs geheele tuintjes, waarin geen andere
heesters kannen tieren en zijn het juist
vele van die groenblijvende gewassen welke
door hun veelal sterkere geaardheid die mis
deelde plaatsen nog een levendig aanzien
kunnen geven. Hoeveel plekjes zijn er niet,
waar nooit of bijna nooit de lieflijke zon
haar levenwekkende stralen zbuden kan
tocht- en snuifgaten soms, waar geen heester
met afvallend blad het houden kan. Maar
ook, gelijk we reeds schreven, zijn er vele
van hen uitstekend om er onooglijka-plaatseD
mede te bedekken, daar zij het geheele jaar
aan dit doel kunnen beantwoorden.
Al dit voorgaande is reeds voldoende om
van hen een ruim gebruik ie maken ter
versiering onzer omgeving. En dat, wat zijn
bovendien de meeste bescheiden iu hun
eischen, wat zijn ze soms met weinig te
vreden en wat zijn hun onderhoudszorgen
weinige Vele, zooals de sterkere Hulsten
ec Aucaba's, Prunus Lauro-cerasus, Buxus
s&mpervivum, zoomede de weer harde Rho-
dodendrousoorten kunnen geheel in de
sehaduw groeien en zeer veel koude verdragen,
De graaf verzocht M. Le Bihan naast hem
neer te zitten en wekte den man gedarende
het avondmaal door zijn aanhoudend gezwets op.
Die vreemdeling werd door iederen Fransch-
man tot op den draad aangekeken en het
was onder elkander een gedurig fluisteren
Wie is die man
Van den anderen kant fluisterde de Ro
ziéres den vreemdeling al ,de namen in de
ooren van de gasten die zoo nieuwsgierig op
hem zelf zaten te kijken.
Die jonge mau, met fijne gelaatstrekken, is
de ridder Darblay—kantoorbediende bij eenen
handelaar der stad die kleine dikke, baron
des Tournelles, gast bij eenen pruikopsmuk-
ker die lange magere, markieB de Vieuville,
dansmeester...
Ik hoop, voegde de graaf erbij, dat gij
onze vergadering dezen avond zult bijwonen.
Uwe vergadering
Ja... wij komen hier alle avonden met
een aantal émigrés bijeen.
Wij hebben onder elkander eene soort van
bond gevormd tegen de vervelingwij
praten, wij spelen, wij dansen en zingen en
zelfs soms zweren wij samen tegen de
omwenteling...
En dat gebeurt hior, iu eene openbare
herberg Dat is wel onvoorzichtig. VreeBt
gij dan niet dat men u zal afluisteren
Geenszins de oningewijden worden in
ons gezelschap niet toegelaten. Mistres Davis,
een heel voorzichtig mensch, houdt iedereen
zorgvuldig uit deze plaats verwijderd, tenzij
men goed geboekt staat... Zoo zoudt gij
waarschijnlijk hier geen logies gevonden
hebban, had ik dezen morgen voor u niet
afgesproken...
Maar, bemerkte Le Bihan, gij hadt u
heel wel in mijne maening kunnen vergissen.
Zijt gij wel zeker 'dat ik u niet bedrogen
heb, dat ik geen geheim spion ben der Re
publiek en hier het doen en laten der konings-
gezinden komen afkijken
Oh wy hebben ook onze politie, en
zijt verzekerd dat zij opperbest is ingericht
gelijk gij dadelijk zult bemerken. Geheel
dezen dag zijt gij nagegaan en wil ik u eens
zeggen waaraan gij dezen dag uwen tijd
besteed hebt
om welker eigenschappen ze ons voor ver
schillende doeleinden uitnemend te paa komen
om ook min gunstige plaatsen nog wat op
te vroolijken. Laten we het ons daarom tot
een duren plicht stellen aan hun weinige
eischen zooveel mogelijk te voldoen.
Vooral op die ijiin gunstige plaatsen
moeten we zorgen, dat de grond los is en
passend voedsel bevat, vrij van het te vele
puin, wat in de nabijheid van huizen in
stadstuinen vaak al te veel wordt aange
troffen. Ook zijn er plaatsen, waar weinig
regen valt, waarom we dan ook in den
zomer het xoodige water moeten aanbrengen.
Nu komt het menigmaal voor, dat door
verschillende werkzaamheden de grond zeer
vast wordt geloopen, en zal het noodig zijn,
hem meer dan éénmaal per jaar wat los te
maken, opdat de lucht in den bodem heur
heilzamen invloed kan uitoefenen.
Kunnen vele van hen op ongunstige
standplaats nog bevredigende resultaten geven
zooveel te beter kunnen ze dit op open en
meer gunstig terrein. Maar ook dan Kunnen
we de meer edele soorten en verscheiden
heden aanwenden, zooals vele goud- en
zilverbonte Hulsten, de schoongevlekte An-
cuba'a, Rhododendron-hybriden, Kafmia'»,
Mahonia, Aquifolium, enz. Vesl van die
zachtere Hulsten, Aacuba's en Rhod.-hybriten
echter eischen des winters beschutting,
waarom we dan ook aanraden des winters
sparretakken ofwel lage rietmatten te huuner
beschutting *te plaatsen, ter afwering van
de zoo nadeelige scherpe Noorden- en Oos
tenwinden. Tevens is het noodig om bij
dergelijke gewassen, vooral als zij nog be
trekkelijk jong zijn, den grond mjt een
laagje droog blad af te dekken. Na Maart
nemen we deze beschutting weer weg, maken
den bodem, voor zoover noodig, wat I09 en
dienen ze tevens wat vloeibaren mest toe.
Zeer goed daartoe is beer en koegier in
gelijke hoeveelheid met elkaar vermengd.
De snoei bepaalt zich bij al dergelijke ge
wassen in hoofdzaak tot het bewaren van
de gewenschte (liefst losse) vormen en het
weghouden der z.g. wilde grondscheuten.
Na den bloei behooren vooral bij de Rho-
dodendious de uitgebloeide bloemen te wor
den weggenomen, zoowel om de netheid als
ter voorkoming van noodelooze krachtrer-
spilling van de planten door zaadvorming.
Het mag eenigszins opmerkelijk heeten,
dat behalve tot het inaskeeren van onmo
gelijke plaatsen en hun gebruik op meer
Volgaarne.
Welnu, toen gij dit huis verlaten hebt,
zijt gij rechtstreeks naar de woning van don
hertog de Montbazon gogaan-
Ik had u mijn inzicht te kennen gege
ven er naartoe te gaan mon moet dus geen
toovernaar zijn om zulks...
Goed Maar ziohier wat gij mij niet
gezegd hebt
Gij zijt er naartoe gereden in een geel
rijtuig waarvan de koetsier een groene jas
droeg... Do hertog heeft n verzocht met hem
te middagmalen... Don heelen namiddag
hebt gij bij hem doorgebracht. Hot is dus te
veronderstellen dat gij samen zeer gewich
tige zaken besproken hebt-
't Is alles, gelijk gij zegt. Wie heeft u
zoo goed ingelieht
Wel drommels een onzer vrienden de
markies de Presles.
Mijn koetsier?
Hy zelf,
De handelaar riop al glimlachend
Maar dit is eene echte speui'dienst.
Dit moet gij slechts aan mij wijten,
antwoordde de graaf. Ik heb niot kunnen
nalaten eenige vrienden over uwe aanwezig
heid in de stad te verwittigen.
Uwe aankomst is immers voor ons eene
zeer gewichtige zaak, en hoe meer gij uwe
zending geheim houdt, hoe meer belang men
aan uw verblijf zal hechten
Begrijp wel in welken toestand wij hier
leven.
Wij wachten allen met ongeduld het einde
onzer ballingschap at en verlangen zoo vurig
naar onze terugreis, dat alles met dit verlan
gen wordt in verband gebracht. Gedurig
zij onze blikken naar Frankrijk gekeerd en
het minste buitengewone voorval krijgt in onze
oogen de grootste verhoudingen.
Zoodra een landgenoot hier aankomt, vragen
wij ons af wat hij hier komt doen en of hij
goed of Biecht nieuws medebrengt.
Zijn handel en wandel wordt nog meer
nagegaan, zoodra wij kunnen veronderstellen
dat hij met eene geheime zending belast is en
vooral als wij vernemen dat hij een lang
onderhoud gehad heeft met een onzer
hoofdmannen. Neemt onze nieuwsgierigheid
ongunstig of beschaduwd terrein, de aan
wending dier gewassen tot heden zeer beperkt
is te noemen.
Toch, al moge 't waar zijn, dat hun
groen in den zomertijd een meer doffe
verschijning, hun aanblik een meer gedrukte
stemming, kan opwekken, toch is het ge-
wenscht, dat we onze tuinen en tuintjes wat
maer met dergelijke gewassen stoffeeren, op
dat, zooals reeds vroeger is opgemerkt, ook
in den winter de tuin of omgeving meer
aantrekkelijkheid biedt, Vele tuinen en
tuintjes, ja eommige stadsplantsoenen zijn
in dit opzicht te karig bedeeld, Enkele
dier gewassen, zooals Prunus Lauro-cerasus
Mahonia japonicum en Aquifolium, of wel
Rhododendros hier en daar groepsgewijze
geplant, zijn ook 's zomers een lieflijke ver
schijning.
We zagen ergens een bossigen 2 M.
hoogen en dito breeden Hedera Helix arborea
als 8olitairplant, geheel door en overgroeid
met een Rosa rubiginosa, hetgeen zoowel
's zomers als 's winters de aandacht vroeg.
Vooral 's winters, wanneer de honderden
roode bottels met het glimmend groene blad
van den Hedera, zoomede met diens vele
zwarte bessen zich door elkander mengelen,
is dit iets schoons te noemen. Men beproeve
het ook eens met een groepje van Mahonia
en Pelargonium Zonale, Paul Grampel. Niet
op een rond perk, maar los verspreid uit—
geplant.
Mocht een groep jonge Rhododendrons-
hybriten na den bloei in den zomer minder
schoon zijn te noemen, weluu, dit is te
verhelpen door er tijdelijk Lelie's luaschen
te planten ofwel er op ruime afstanden
eenige Dahlia's tuischeo te plaatsen, zooals
b.v. Capstan, Gloriosa, Cycle, Ruby, enz.
Aangezien Rhododendrons, Kalinia's en aD-
dere tot de familie der Ericaceeëo behoorende
gewassen zich bijna zonder stoornis herhaalde
malen laten verplanten, kan men ook voor
tijdelijk eenige dier gewassen planten, d. w. z.
men neme dezulke na den bloei op en brengt
hen tijdelijk op een andere plaats iu den
tuin op een bed met voor hen toebereiden
grond.
Na hun bloeitijd zet men dan op hun
plaats Crory of wel orchideebloemige Canna's
Met het vroege voorjaar brengt men er weer
de tijdelijk opgeborgen Rhododendrons of
Kalmia's. (Men kan dit ook doen met Aza
lea molles, en ponticum.) Zoodoende geniet
men van beide gewassen, te zijner tijd op
das niet kwalijk.
Zij is zeer natuurlijk, antwoordde Le
Bihan.
Overigens, hernam de graaf, most gij de
geheimhouding voor ons niet ten uiterste
drijven. Gij bevindt u hier te midden van
vrienden van wien gij niets te vreezen hebt.
Ik verhaal u dat wij hier allen vurige ko
ningsgezinden zijn en dat de trouw van ons
ieder beproefd iB.
Na het avondmaal, vertrokken de vreem
delingen en de Franschen bleven alleen in de
kamer.
Aanstonds veranderde alles van uitzicht.
Da tafel werd aan den eenen kant tegen
don muur geplaatst en de stoelen aan den
anderen kant.
De eetzaal was nu waarlijk een vrienden
kring.
Deze eenvoudige kamer, slechts burgerlijk
gemeubeld, laag van verdieping en door twee
olielampan verlicht, had zeker weinig over
eenkomst met die prachtige zalen, waarin de
uitstekendste mannen der XVIIIe eeuw ver
gaderden.
En nochtans was dit eiken avond de verga
derplaats van den hoog n adel uit Frankrijk.
Le Bihan waB hiervan weldra overtuigd.
Da graaf de Roziéres had hem eerst voor
gesteld aan de edellioden die met hen aan
tafel hadden gezeten.
De andere vrenden kwamen kort daarna
binnen.
Zij kwamen een voor een binnen langs een
bijzonderen gang die recht op de straat uitliep
en moosten dus door de herberg niet gaan.
Langzamerhand was de plaats gevuld door
émigrés van beide geslachten.
Onder hen herkende de koopm in eenigen
der edelen die 's morgens in de spreekkamer
den hertog de Montbazon afwachten, namelijk
den hertog de Rivaille en de markiezin de
Liverdun.
(Wordt vervolgd