Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. t Uver het Noorsche stelsei en nog wat. PALJAS Gemeenteraadsvergadering. T Nummer uari ANTOON HELEN, i>on Uitgever: FEUILLETON BUITENLAND. België. Frankrijk. Rusland. WAALWIJK. Telefoonnummer 38. He Echo van het Zuiden, Waalwljkselie en Ijaigstriitsehc Courant, Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 3 maanden f0."5. Franto per post door het geheele rijk f 0.90. 3rieveningezonden stukkengelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Adveetentiën 17 regels f 0.60daarboven 8 cent per regel, groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven, worden 2maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels eD advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeelige contracten gesloten. Reclames 15 cent per regel. F®"Tgchreven reeds, dat velen het als «J^heid beschouwen, dat volgens het ut. 3R§ stelsel alleen vakver- eenigiogsledengeholpen worden. Van daar, dat men in den Haag het andere bekende stelsel, het Noorsche, heeft gekozen. In hoofdzaak komt dit hierop neerDe Noorsche verzekeringswet tegen werkloosheid, in werking getreden den 12en Juni 1906, waarborgt, evenals het Gentsche stelsel, steun aan de vakver eenigingen, welke een eigen werkloos heidverzekering hebben, doch verlangt daarnaast van deze vakvereenigingen, dat zij, zij het tegen een ietwat hoogere contributie dan de overige leden (10 a 15% hooger) ook tot hunne werkloozen- uitkeering toelaten personen, die alleen daarvoor lid worden. Hoewel Noorwegen met deze Rijkswet op de werkloosheid verzekering de meeste landen vóór is, heelt deze overigens sympathieke poging met bedoelde bepaling geen succes Im mers, tot October 1908, dus twee jaren na invoering der wet, was er nog geen enkele vakvereeniging op deze voor waarden, waarop Rijkssteun kan worden verkregen, ingegaan. Thans zijn er een drietal vereenigingen met 12000 leden toegetreden. Tegenover dit slechte resultaat in Noorwegen staat het succes in Dene marken met een dergelijke regeling. En toch, goed beschouwd, kon men voor een bepaling, die den vakvereenigingen halve ot kwartleden toevoert, niet veel voelen. De besturen der vereenigingen weten maar al te goed, wat het zeggen wil een grooten achterban, d.w.z. slappe leden te hebben. Ze besmetten ëe ver- eeniging met hare onverschilligheid en doen ze zoodoende aan de welbekende vereenigings tuberculose lijden. Neen, wil men ook de ongeorganiseer den bereiken dan verdient nog eerder aanbeveling het oprichten van algemeene werkloozenkassen, zcoals er een te Leiden bestaat. Men dwingt dan tenminste de vakvereenigingen niet tot het opnemen van ongewenschte elementen. Van „DE ECHO VAN HET ZUIDEN." OF i^Ut'fóeultoiivv aan t)eti J'övuvefuliólxuiD, 47.) >- Doch zij vreesde altijd eene voorbarige uitlegging uit te lokken en zweeg. Broeder, sprak zij eindelijk, zoo ik u ten laste ben, zoo het u stoort mij overal jjqet u mee te voeren, dan zal ik werk zoeken ^iij anderen, in dienst gaan En ik zal zor- gen Mij verlaten Bij anderen werken Gij zoudt dus verre van mij kunnen leven Gij bemint mij dus niet meer riep hy wan hopig. Ik? antwoordde zij, ik zou wel oudank- baar wezen Gij zijt voor mij altijd zoo goed geweest 1 Zoo verre het mij heugt, toen wij nog twee kinderen waren, liefkoosdet gii reeds uwe zuster en ontzegdet gij u zeiven menig genoegen om het mij te kunnen vorschaffen. Toen het vreeselyk noodlot ons boiden tot weezen maakte, toen hebt gij aan mijne zijde de plaats onzer goede ouders ingenomen... Onlangs nog hebt gij uw leven in gevaar gesteld om het mijne te redden... Gedurende miine ziekte, hebt gij mij met weergalooze zelfopoffering opgepast en verzorgd Zou ik dit alles ooit kunnen vergeten Laat ons daarover zwijgen, zei Paljas, diep bewogen vrouw Grandjean heeft daar aan zooveel verdiensten gehad, als ik. Zy vervolgde Oh neen, ik ben geene ondankbare Ik weet welken last ik u veroorzaakt heb, ik ken alle ontberingen, welke gy u voor my getroost hebt, alle beleedigingen welke gij om mijnentwille van wege den herbergier moest En hiermede zouden we kunnen over gaan tot het ontwikkelen van een stelsel, dat zooveel mogelijk de voordeelen der verschillende bestaande stelsels in zich sluit, terwijl het tot zijn geringste pro- portie's de nadeelen terugbrengt, als we nog niet hadden te vermelden een be langrijke vergadering, den 11 December 11. te Amsterdam gehouden. Toen kwam n.l bijeen de Nationale Vereeniging tegen de werkloosheid en behandelde dit vraag stuk aan de hand van verschillende stel lingen door verscheidene inleiders be sproken en verdedigd. Hoewel deze vergadering tot geen practisch resultaat leidde, is het m. i. voor deze artikelenreeks gewenscht, dat ook hier bedoelde stellingen een plaatsje vinden, zoo noodig van een korte toe lichting of kantteekingen o. z. voorzien. Besproken werden deze twee hoofd onderwerpen 1. De praktijk der werkloozen-onder- steuning en 2. De praktijk der werkloozen ver zekering. De heer Jurrelma, lid der Amster- damsche ondersteuningscommissie, ver dedigde, in verband met 'tle hoofdonder werp de volgende stellingen 1. Bij langdurige en omvangrijke ge dwongen werkloosheid verwijze men de werkloozen niet naar burgerlijke, kerke lijke of bijzondere instellingen van wel dad'gheid, maar roepe men een tijdelijke commissie in het leven om hunnen nood te leenigen. 2. Voor steun komen alleen in aan merking behoeftige werkloozen (ook de losse atbeiders), die in normale omstan digheden door arbeid in hun onderhoud voorzien en zich, behoudens ingeval van ziekte, buiten de hulp eener instelling van weldadigheid hebben kunnen redden. 3 Allereerst behooren mannelijke kost winners, daarna alleenstaande mannen en slechts in bijzondere gevallen vrou welijke kostwinners en alleenstaande vrouwen te worden geholpen. 4. De te verleenen hulp zal in hoofd zaak in geldelijke ondersteuning, voor een klein deel in werk bestaan. 5 Alvorens steun te verleenen, is nauwkeurig onderzoek dringend nood zakelijk. Dat onderzoek drage men op, evenals een deel der controle op het verduren... Meermalen, als gij dacht dat ik sliep, heb ik gehoord hoe die vreeselijke dronkaard u bedreigde -. om mij. Eu gij beklaagdet u niet... en gij lachtet mij toe... Ah I Bel, het viel mij wel pijnlijk mijne ziekte zoolang te zien duren. Er waren zelfs soms oogen blikken dat ik van harte wenschte te sterven om u van den zwaren last to verlos sen, die op uwe schouders drukte... Sterven herhaalde do goochelaar, wien het genoegen deed bij het meisje dezelf de gevoelens van zelfopoffering te ontmoeten, als bij zich zeiven. En om zijne diepe ontroering te verbergen giDg hij gekscherend voort Kloine dwaashoofd Waarom zulke zwarte gedachten op zestienjarigen ouderdom Wie drommels heeft u ooit zoo iets in 't oer ge blazen Wat heelt u kunnen doen veronder stellen dat ge mij ten laste waart Wel l gij kijkt mij tegenwoordig zoo stuurs aan, gij spreekt bijna nooit met mij meer en men zou waarlijk zeggen dat gij booB tegen uwe zuster geworden zijt. Boos tegen u?.. Hoegenaamd niet! Het is immers uwe schuld niet.... Hij zweeg. Indien gij bekommerd zijt, waarom deelt gij mij uw leed niet mede Ik ben nu reeds eene vrouw en zou met u alle moeilijkheid, alle droefheid deelen en dragen misschien zou ik al die sombere deukbeelden kunnen verdrijven. Maar ik heb geene kommernissen... Zoek mij niet te bedriegen, ik zie wel dat er iets Bcheelt. Zij vatte zijn beide banden en haar gelaat dicht bij het zijne naderend, trachtte zij in zijne oogen te le?en wat er in zyn binnenste omging. Hij keerde het hoofd om, gansch verfegen en stamelde Och... laat mij los... er scheelt mij niets, volstrekt niets... En ten slotte van rekening, nam zij hare toevlucht tot de gebiedende wijze die bij alle verliefden gewoonlijk lukt. Ik wil riep zij. Paljas wist niet meer wat hij zou antwoorden. Waartoe zou het dienen u leed aan te werkloos blijven, aan geroutineerde be zoekers. Noch voor het onderzoek, noch voor het nemen van beslissingen op de aanvragen vrage raen de medewerking der werklieden. 6. De uitbetalingen geschieden in het algemeen aan bepaalde bureaux, onder toezicht van een der leden van de com missie. De uitbetaling aan leden van vereenigingen met werkloozenkassen late men over aan het bestuur hunner ver eeniging. 7. De medewerking van patroons is gewenscht om te kunnen beoordeelen of de werklooze voor steun in de termen valt. De medewerking van de besturen der vakvereenigingen wordt gevraagd alleen in het belang hunner werklooze leden, en wel voor de inschrijving, de controle en de uitbetaling. Men ziet, dat het systeem in deze 7 stellingen ontwikkelt, een nood of ge legenheidsstelsel is, niet rustende op een algemeene wettelijke basis. Ook vernemen wij er niet uit, hoe de ondersteuningscommissie's, welke naar bovenaangegeven regelen moeten wer ken, aan de noodige contanten moeten komen- Bedoeld zal wel zijn door lijsten en de andere bekende middelen, ge woonlijk in dergelijke noodtoestanden, als perioden van langdurige en omvang rijke gedwongen werkloosheid zijn, aan gewend worden. Men voelt echter, dat dif niet het ware, het afdoende voor deze materie is. Indien er nog twijfel bestoud omtrent de juistheid der berichten, waarin gemeld is, dat koning Leopold II vaD België inderdaad kerkelijk gehuwd is geweest met haar, die algemeen barones Vaoghan genoemd wordt, dan kan deze twijfel thans weggenomen worden. De kardinaal-aartsbisschop van Mechelen, mgr, Mercier, die in de laatste dagen van het leven des Komngs herhaalde malen in het paleis te Laeken ontvangen is, heeft Zondag in alle kerken van België een bisschoppelijken brief voor laten lezen, waarin deze zin voorkomtHet kerkelijk huwelijk des Konings en zijn christelijk einde geven ons de vaste hoop, dat God doen l vroeg hij. Ah ziet ge wel, dat er u een geheim op het hart ligt Welnu, ja... maar ondervraag mij niet verder. Als gij voortgaat met mij alles te ver bergen, zal ik moeten besluiten dat gij mij niet meer liefhebt.. en dat zal me meer leed doen. Er volgde nu een oogenblik van stilte, geduroade hetwelk beiden, met de oogen ten gronde gevestigd bLven staan, in afwachting dat een beslissend antwoord den eenen of anderen zou ontsnappen. Eindelijk sprak Paljas Gij hebt gelijk, ik moet spreken, dat zal beter zijn. Ik lyd en ondanks mij, doe ik n ook lijden... Gij bemint mij niet waar?... Oh ja, Bel... zondt gij daaraan twijfelen? Beloof my dan dat uwe liefde voor mij nooit zal verkoelen wat er ook moge gebeuren. Dat beloof ik u... antwoordde zij, maar waarom vraagt gij mij zulks De jongeling geleidde baar bevend, tot ouder de schadnw van een grooten benkenboom en deed haar nevens hem op een mossig heuveltje neerzitten. Luister, zegde bij- Hadden mijne ouders nog geleofd, dan zouden zij voorzeker de eersten geweest zijn, om u de waarheid te verklaren, zoodra pij den ouderdom zoudt bereikt hebben om te begrijpen wat er gebeurd is... Voor omtrent zeBtien jnar, ik was nog bitter jong maar herinner mij alles alsof het slechts gisteren gebeurde, op eenen winter morgen, waren zij te midden van een bosch gelegerd, gelijk dit nu voor ons het geval is. Eensklaps kwam er uit het kreupelhout een man voor die zeer ongelukkig scheen..., hij droeg onder zijnen mantel een kindje dat half dood was van honger en koude en riep de hulp onzer ouders in. Te dien tijde zoogde myne moeder de kleine Sylvie... Zij had me delijden met den ongelukkigr en mijn vader, die altijd een brave ziel geweeBt is, zegde haar „Als er eten is voor een, dan zal er ook wel voor twee zijn." De man vertrok en kwam niet weer... Hij had het kleine meisje verlaten... Myne moeder voedde het... Zij werd hem genade betoond heeft en slechts op de hooge verdiensten van zijn loopbaan als Koning zal zien." De Fransche bladen staan in hun nieuw- jaarsbeschouwingen voor twee feiten het tekort van 200 millioen en de achteruitgang der bevolking met 23.00. Dat tekort is nog het ergste niet. Twee honderd millioen baalt men wei uit een of andere belastingdesnoods kan de accijns op gedistilleerd weer worden verhoogd en de tabaksbelasting. Maar de achteruitgang der bevolking Dat is in 1909 voor't eerst voorgekomen. Vele jaren geleden klaagde men nog er over, dat de Fransche natie zoo langzaam vooruitging. Men kwam maar niet tot de veertig millioen. En Duitschluid rende in- tusschen vooruit 40, 50, GO millioen. Men h^eft al lang verleerd te verlangen nacr vooruitgang. Elk jaar verminderde de vermeerdering der bevolking. Alleen vreesde men nog, dat. bet sterfte cijfer dat der geboorte zou overtreffen, want dat zou liet begin van het einde zijn, het begin vau het uitsterven der Fransche natie. Dat begin is in 1909 gemaakt: in de eerste zes maanden is het Fransche volk met 23.000 zielen verminderd. Nu zoekt men weer heil in allerlei lap middeltjes. Maar het eeuigRte redmiddel: het herstel van den godsdienst, wordt verwaarloosd. Een komplot in Finland. De correspondent van de „Daily News" te St. Petersburg seint aan zijn blad, dat de Russische regeering, naar hij uit Hcl- singfors verneemt, een wijdvertakt komplot van Finnen ontdekt heeft, met een voorraad geweren en munitie, die binnengesmokkeld is in kisten, welke meubelen beetien te be vatten. Drie duizend jachtgeweren en nage noeg een millioen patronen zouden in beslag genomen zijn. De correspondent zegt, dat er geen vermoeden bestaat dat de Russische politie het komplot gemeed heeft. Meu ver onderstelt eerder, dat het het werk is van Fin che ievolulionnairen, die de Finnen zelf voor de ergste vijanden van het land houden. bemind alsof zij tot bet huisgezin behoorde... Ik had baar li«f van dan eersten dag en noem de haar „mijne zuster" later zelfs kou ik er niet toe besluiten haar aDders te noemen. Paljas bleef steken, hij wist niet of het raadzaam was zijn verhaal voort te zetten en hij aarzelde... Madeleine luisterde altijd toe en wachtte op e t vervolg. Do geschiedenis van dat arme kindje, hetwelk zoo grootmoedig opgenomen werd door de brave lieden die zij hare ouders waande, bad haar belang ingeboezemd. Maar langzamerhand begreep zij dat er van haar zelve sprake was. Verder? vroeg zij, de oogen op den jongeling gevestigd. Belphégor was zoo diep ontroerd, dat de stem in zijne keel verkropte. Bij nam de handen van Madeleine in de zijne, als wilde hij door een vnrigen handdruk het gewicht zijner verklaring verzachten. Dit kind dat... waart gij Maar., riep Madeleine verschrikt. dan... dan,., ben ik... uwe zuster niet? Neen 1 fluisterde bij. Het meisje rukte plotseling hare handen uit die van den jongeling los en stond op. Zij was bleek, gelijk eene doode. Niet alleen was zij in bet diepste haars harten getroffen, maar eene andere wonde werd haar in het innigste harer ziel toege bracht. Zij bloosde over de gemeenschap die sedert ■j-iren tnsschen baar en Belpfégor beerschte en, eila&9 1 in hare oogen, niet meer gewet tigd was door de innige banden des bloeds. Voorzeker was zij nog veel te cnnoozel en te onschuldig om zich een juist denkbeeld over den warm toestand te vormen maar de verborgen liefde van haar zestienjarig hart, ontwaakte ondanks haar, gereed om bij den eersten zonnestraal te ontlniken en deed haar het ontstaan van andere gevoelens raden die haar met angst en verlegenheid vervulden.... Zij dekte haar aangezicht met haren voor schoot leunde met het hoofd tegen den stam van den beukenboom en begon te weenen Paljas stelde alles in 't werk om hare aandoening te bedaren. Zustertje, sprak bij, gelijk vroeger, Een paar nachteu geleden is er beproefd op de lijn Helsingfors-Petersburg een trein te laten ontsporen, waarom de lijn door een sterke soldatenmacht bewaakt wordt. In—1 DRÜNEN. Openbare vergadering van den ge meenteraad op Woensdag 29 Dec. des avonds ten 6 uur. Voorzitter de Edelachtbare heer G. van Huiten. Ongeveer kwart over zes uur opent de Voorzitter de vergaderingaanwezig alle leden. De notulen der vorige vergadering worden op verzoek van den Voorzitter door den Secretaris voorgelezen en on veranderd goedgekeurd en vastgesteld. Aan de orde 1. Ingekomen stukken. a. Schrijven ven Ged. Staten, houden de goedkeuring van het besluit tot het aangaan van een geldleening groot f 5000 b. Idem van af- en overschrijving. c. Idem van begrooting 1910. d. Procesverbaal van kasopneming. In kas was f 1142,44V8 aanwezig wat in orde is. Voor kennisgeving aangenomen. Voorzitter. Dan zijn een aantal adressen ingekomen- Zooals de heeren op het convocatie biljet zien. Ik zal ze eerst allen laten voorlezen. a. Een adres van een 7 tal inwoners, verzoekende om 215 meter klinkerweg op 't Semke Adressanten wijzen er op dat bij slecht weer de weg onbegaanbaar is en het onmogelijk is om 's avonds van de eene in de andere woning te komen. Door met zand de weg te verhoogen niets te verbeteren, derhalve verzoeken adressanten den weg vanaf de woning van J. v. d. Lee tot C. Klerks met klinkers te bestraten. b- Idem van 9 inwoners om plaatsing van 3 lantaarns in de Hooge Papesteer Adressanten wijzen er op dat zij gehev verstoken zijn van licht wat vooral voor de café houders een groot ongerief is te noemen, wijl daardoor het bezoek tot hun café's minder wordt. Verder wijzei zonder acht te elaan dat dit. wo >rd sedert oogenblik gansch misstond, zustertje, redelijk Ik had wel voorzien dat dit nieuws u veel zon doen lijden.... Mnar gij hebt het gewild... ik moest spreken.... Waarom bebt ge mij dat niet vroeger gezegd snikte Madeleine. 't Is waar, antwoordde hij ik had zulks moeten doen. Maar ik stelde het altijd uit omdat ik zelf gewooa was u als mijne echte zuster te beschouwen... omdat ik n bij mij wilde bewaren en dat ik-het oogenblik vreesde waarop gij naar den vader zoudt gezccht hebben, die u vroeger verlaten heeft en dan misschien zondt verlaten.... omdaL zelfzuchtig was. Maar gy znlt mij dit alles vergeven, i iet waar, Madeleine gij znlt mij alles vergeven Hebt gy geene inlichting die mijne familie kan aanduiden vi oeg zij. Geen enkele. Dan had ik verkozen nooit de waarheid te kennen Ik was zoo gelukkig in mijne onwetendheid 1,... Waarom hebt ge mij dit geheim verklaard Nn ben ik tweemaa^ weezeer blijft niemand op aarde meei over Mijn God mijn God En ik vroeg Paljas, tel ik dan voc niets meer Zij dekte zich nogmaals het aangezicht begon nog heviger te snikken Hij legde hare handelwijze verkeerd Ach riep hij met droefheid uit, i wel dat ge mij niet meer zondt beminnet eens dat gij met de waarheid zoudt bekent zijn. Neen, Bel, antwoordde zij, gij hebt mij het bart vermorzeld, maar mijne liefde hebt gij niet kannen vernietigen zij is zelfs nog grooter, nu dat ik nadenk wat gij voor mij gedaan hebt, terwijl gy wist dat ik n vreeïr^d was. Waarom zoudt gij voortgaan n voor*"fc eene vreemdelinge op te offeren Ben ik niet oud genoeg om mijn brood te verdienen Wees gerust, ik ben niet boos tegen u. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1910 | | pagina 1