'Nummer 13
Zondag 13 Februari 1910
33e Jaargang
Tweede Blad.
Gemeenteiaadsvefgadefing.
Ingezonden stukken.
LEZING TE MEEUWEN.
Voor eene stampvolle zaal trad Don-
agavond te Meeuwen in het lokaal
pan dhr Smits als spreker op, dhr. A.
Geluk, Directeur van het Bijkantoor
!i<*rgen-op-Zoom vau de eerste Nationale
Arbeidscontract- Ziekte-Verzekerings*
Maatschappij »Het Roode Kruis", ge
vestigd te 's Gravenhage, ter bespreking
van >De Wet op het Arbeidscontract
en hare finantieele gevolgen voor den
>Werkgever'\
Spreker begon met te zeggen, dat het
geenszins in zijne bedoeling lag om de
Wet op het Arbeidscontract in zijn ge
heel te behandelen, dat toch zou teveel
tijd vergen niet alleen, maar bovendien
geen doel treffen, omdat tal van artikels
a die Wet weinig of geen beteekenis
oor den landbouw hebben. Hij zou zich
laarom bepalen tot de voor den land-
30uwer en landarbeider meest ingrijpen
de artikels en daarom achtereenvolgens
jehandelen de art. 1638c, 1938ij en
[638x om daarna te eindigen met eenige
algemeene wenken en beschouwingen.
In eene goed doorwrochte, telkens
net duidelijke voorbeelden uit de prac-
9ijk toegelichte rede, passeerden de b.g
Hrtikels der Wet achtereenvolgens de
revue, waarbij spreker naast de moreele
verplichtingen, welke de Wet den werk
gever daarin oplegt, telkens meer spe-
^«ciaal de aandacht vestigde op het finan
tieele risico, dat de werkgever bij deze
rtikels te dragen heeft.
Ter weerlegging van de meening van
le werkgevers, v.n.m. ten plattenlande,
lat voor hen die artikels of geen-, of
echts gedeeltelijke wettelijke plichten
et zich brengen, verklaarde spreker
ader dat de Wet op het Arbeidscon-
act tweëerlei artikels kent, n.m. artikels
•an aanvullend recht en artikels van z g.
1 wing end recht.
Art. 1638c is zoo'n artikel van aan-
ullend recht, omdat de slotbepaling van
dat artikel luidt
»Van de bepalingen van dit artikel
>mag alleen bij schriftelijk aangegane
liovereenkomst of bij reglement worden
ifgcweken".
Er zijn bedrijven, zeide spreker, waarin
et noodig zal blijken, dat enkele ver
dichtingen van dit artikel worden uit-
eschakeld, vandaar dit achterdeurtje.
*ïiet echter om steeds en meer speciaal
)ij de verplichting tot betaling van loon
)ij ongeval of ziekte, van die gelegen-
ïeid tot uitsluiting gebruik te maken, is
die gelegenheid opengesteld, dat toch
zou het artikel vrijwel waardeloos maken
en mag men als humane werkgever
daarvan geen gebruik maken, dat is een
zedelijke plicht tegenover zijn werkman.
Over de bepalingen »voor een be-
:rekkelijk korten tijd'' in dat artikel voor
komende werden reeds vele woorden
gewisseld en wordt dit door velen als
zeer kort voorgesteld. Spreker houdt zich
lierin liever aan de Memorie van Toe-
ichting op de Wet zelve, en dat dit
uist gezien is, bewijzen enkele vonnissen,
elke reeds over dit artikel werden uit-
esproken en waaroij steeds bleek, dat
H. Kantonrechters die betrekkelijk
orten tijd vrij ruim plegen te stellen,
atuurlijk tot finantieel nadeel van den
erkgever.
Met betrekking tot art 1538ij werd
oor spreker duidelijk uiteengezet, dat
men hier, evenals bij het volgende art-
1638x, had te doen met een artikel van
z.g. dwingend 7echt, waarvan geen af
stand geteekend kan worden, luidende
de slotbepaling dier artikels
»Elk beding, waardoor deze verplich
tingen des werkgevers zouden worden
uitgesloten of beperkt, is nietig'', en
waar dit artikel dus steeds voor den
werkgever finantieele verplichtingen met
zich brengt, welke, waar het hier over
het inwonend personeel gaat, waarvoor
men tot ten hoogste zes weken verplicht
is geneeskundige hulp, verpleging, even-
'tueel noodige operatiekosten enz. inbe-
grepen, te betalen, van beteekenis kunnen
z.jn daar acht spreker verzekering voor dit
risico, vooral waar dit door zijne Maat
schappij zeer billijk en geheel wordt
overgenomen, ten zeerste geraden.
Vervolgens overgaande tot art. 1638x,
egt spreker, dat hierover reeds heel
it stof werd opgejaagd, ja dat men de
fiandbouwers met dit artikel zocht bang
*e maken. Dit nu is overbodig, ofschoon
1e ernst van het artikel vooral indivi
dueel.niet valt te onderschatten.
Met voorbeelden uit de practijk maakt
spreker duidelijk in welke gevallen de
werkgever vermoedelijk aansprakelijk zal
worden gesteld en dan niet alleen voor
den verongelukten werkman zoolang die
leeft zorg moet dragen maar, bij over
lijden van dien hem ook de zorg voor
hen, wier kostwinner hij was, zal worden
opgelegd met dien verstande, dat hij
voor de weduwe levenslang, of tot ze
hertrouwt, denkelijk zal moeten betalen
30°/o van het dagloon van den overle
dene en voor de kinderen tot 16 jarigen
leeftijd elk 15%, maximum totaal ver
moedelijk 60%.
Is art. 1638x voor den landbouw een
artikel van beteekenis, volgens sprekers
meening is dat in nog meerdere mate
het geval met de art. 14011407 B W.
regelende de wettelijke aansprakelijkheid
tegenover derden, welke op denzelfden
grondslag zal worden behandeld en kun
nen dus deze artikels oorzaak zijn dat
de werkgever sommen krijgt te betalen
van f 6000,00 of f 8000,00 en hooger
en acht spreker het daarom ten zeerste
geraden zich voor dat risico te verzeke
ren, te meer waar dit zeer weinig kost
en zijne Maat'ij >Het Roode Kruis" in
zoo'n geval uitbetaalt voor een persoon
tot ten hoogste f 10000,00 en wanneer
meerdere personen bij hetzelfde ongeval
inbegrepen zijn tot ten hoogste t 25000,00
plus steeds alle daaruit voortvloeiende
proceskosten.
Hierna geeft spreker nog eenige al
gemeene wenken ten beste met betrek
king tot andere dan de hier genoemde
artikels van de Wet op het Arbeidscon
tract en waarbij ook de landbouw belang
heeft. O. a. omtrent de aanneming van
werk, waarbij hij met voorbeelden dui
delijk maakt, dat dit in de landbouw
niet vrijstelt van de verplichtingen voort
vloeiende uit de Wet op het Arbeids
contract. De indienstneming van minder
jarigen, de uitbetaling van het loon, de
opzeggingstermijn en diverse dringende
redenen tot ontslag op staanden voet.
Speciaal dringt spreker er op aan om
het aangaan of eindigen van huur con
tracten steeds onder getuigen of nog
liever schriftelijk te doen plaatsvinden,
zulks met het oog op verlangd getuigen-
bewijs wanneer uit een of ander onver
hoopt eene behandeling voor den Heer
Kantonrechter mocht voortvloeien, hetzij
dan dat de patroon, dan wel, dat de
werkman zich verongelijkt acht.
En thans, zegt spreker, wil ik eindigen
om de aanwezigen gelegenheid te geven
mij, in verband met het gesprokene,
vragen te stellen of op- of aanmerkingen
te maken, welke ik gaarne zal beant
woorden en weerleggen.
Nadat zich hiervoor niemand aanmeldt,
wordt gelegenheid tot debat gevraagd
door de Heer Mr. van Meerwijk, advo
caat en Directeur van de Centrale Risi-
cobank, Bijkantoor 's Gravenhage.
Dit wordt gaarne verleend door spre
ker, doch hij verzoekt Mr. van Meerwijk
zich dan ook te bepalen tot een debat
op het door spreker behandelde onder
werp, waarop debater zegt hieraan zoo
veel mogelijk te willen voldoen.
Al ras blijkt dat de debater echter een
heel ander onderwerp ter sprake brengt,
n.m. de Vrijwillige Landbouw-Ongeval-
lenverzekering opgezet door de Centrale
Landbouw Onderlinge te Amsterdam
onder mededirectie der Risicobank,
waarbij debater tracht te bewijzen, dat
verzekering voor het Arbeidscontract
overbodig te achten is, zijnde .niet van
zoo erg ingrijpenden aard, doch het, om
te voorkomen dat eene wettelijke Rijks-
landbouwongevallenwet tot stand komt,
noodig is de Regeering in deze voor te
zijn met een eigen ontwerp, waarin men
aldus eenige bezwaren van het Rijks
wetsontwerp voorkomt, maar deze ver
zekering vooral goedkooper zal kunnen
exploiteeren.
Na hierover een groot halt uur te
hebben gesproken krijgt de eerste spre
ker het woord weer, welke de door de
bater aangevoerde hoofdpunten aan
critiek onderwerpt en aantoont, dat de
C. L. O. niet dat geeft wat men mede
in verband met de Wet op het Arbeids
contract als werkgever noodig heeft,
omdat zij ongevallen, welke korter dan
10 dag duren, (volgens sprekers meening
ongeveer 33% van het totaal) niet ver
goedt en dit dus door den werkgever
zelve bekostigd moet worden (art. 1638c),
evenals de vergoeding van loon bij ziek
te met diens verplegingskosten enz.
(art. 1638c en 1638ij). Wel wil men de
ziekteverzekering in het vervolg ook bij
de C. L. O. gaan exploiteeren, maar de
vraag is nog hoe en bovendien zal
men dan daarvoor ook weer geheel af
zonderlijk moeten betalen.
Waar echter in afzienbaren tijd een
landbouwongevallenwet nog niet komen
zal en kan, zegt spreker deze opzet voor-
loopig overbodig te achten, doch wekt
de aanwezigen op zich te dekken voor
een risico van thans reeds bestaande
wettenwat z. i. zeer gewenscht is en
zich geen verplichtingen op den hals te
laden, waarmede men nog tijd heeft als
eenmaal die verplichting wettelijk ge
regeld wordt.
De debater, Mr. van Meerwijk, komt
nogmaals aan het woord om zijn stand
punt uitvoerig uiteen te zetten en ver
dedigen, doch opent geen nieuwe ge
zichtspunten meer en zegt na nogmaals
circa 40 minuten gesproken te hebben
het er thans bij te zullen laten.
De spreker weerlegt in een kort slot
woord nog een paar beweringen van
debater omtrent verdiensteregeling enz.
en eindigt, na den debater dank te heb
ben gezegd yoor de nette wijze, waarop
deze debatteerde, daarbij de hoop uit
sprekende, dat hij (spreker), als hij in 't
vervolg zelf op eene lezing van de C.L O.
uitgaande, als debater optreedt, dan
eveneens tweemaal een behoorlijk onbe
perkte tijd zal krijgen om zijn standpunt
verder uiteen te zetten en dan de
sprekers van de C. L. O. zich voor 't
vervolg zullen weten te onthouden van
hatelijkheden, zooals die door eenigen
hunner tot heden helaas, meermalen te-
berde werden gebracht, met een woord
van dank voor de groote opkomst en
het aandachtig gehoor te ruim half tien
zijne lezing, de hoop uitspekende, dat
het gehoorde moge leiden tot aansluiting
bij zijne Maatschappij»De Eerste Na
tionale Arbeidscontract- Ziekte-Ver-
»zekerings-Maatschappij- Het Roode
Kruis", zijnde de eenige Maatschappij
in ons land, welke het geheele risico van
de Wet op het Arbeidscontract tot bil
lijken prijs overneemt.
(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)
Geachte Redacteur.
Verzoeke beleefd een klein plaatsje
in uw veelgelezen blad, bij voorbaat
mijn dank.
Onlangs reeds werd er een verzoek
ingediend aan den gemeentenraad van
Drunen, om vanaf de keiweg tot aan
wachtpost Kuiksche heide een kunstweg
aan te leggen, of zoo noodig eenige ver
betering aan te brengen. Op de laatst
gehouden vergadering werd dat verzoek
in behandeling gebracht. En wat was
het gevaldat er een nieuwe weg komt
zult ge misschien denken. Och neen, het
werd aangehouden tot de volgende ver
gadering, om eerst eens een onderzoek
naar den toestand in te stellen. Maar tot
heden is er nog geen mensch een onder
zoek naar in komen stellen. De heeren
willen zeker wachten tot dat het zomer
is, om er eens na gaan te kijken Nu
dan behoeven ze ook niet bang te zijn
dat ze dan natte voeten zullen halen.
Maar als zij nu eens gingen kijken dan
gelooi ik wel dat zij er zonder natte
voeten niet zouden afkomen. Het is ook
meer dan treurig in welk een toestand
de menschen zich daar bevinden, zij
zijn verplicht indien zij droge voeten
willen houden bij een ander over het
land te loopen.
Waarom moet het nu eerst weer zomer
zijn geworden eer er eenige verbetering
in den bestaanden toestand wordt ge
bracht Op die zeilde vergadering werd
besloten om vanaf het station tot aan
wachtpost Elshout een voetpad aan te
leggen. Waarom van de keiweg tot de
wachtpost ook niet een voetpad aange
bracht, terwijl die daar noodzakelijker
was dan van het Station naar den Elshout,
omrede de menschen uit de Wolfshoek
een harden weg naar Drunen bezitten,
terwijl die uit de bosschen niets dan
modder en slijk voor hun oogen zien.
Maar neen de menschen zitten daar te
ver achteraf, die komen in Drunen niet
in aanmerking. Maar als er belasting
betaald moet worden, dan zijn zij ook
van de genoodigden.
Maar indien zij wel de centen willen,
waarom dan de menschen daar niet uit
dien modderpoel gehaald
Mocht de gemeente geen kunstweg
kunnen geven, waarom dan niet een
hard voetpad aangelegd en de grootste
waterkuilen opgehoogd, er is toch zand
genoeg te krijgen. Want zoo de toestand
nu is kan hij onmogelijk blij ven, want
het is meer dan treurig zooals het daar
uitziet.
En zooals ik boven zei, het besluit is
wel genomen om een voetpad aan te
leggen vanaf het station tot aan de
wachtpost, maar och hij is er nog niet.
En mocht hij er komen dan zullen de
heeren hem nog langs de sloot brengen.
Dat wordt dan zeker gedaan om de
ongelukken te voorkomen
In de hoop dat er in den bestaanden
toestand toch spoedig eenige verbetering
mocht worden aangebracht, daar de
menschen zoo toch niet langer kunnen
blijven zitten, teeken ik met hoogachting,
Drunen 112-10. BENJAMIN.
o
Raamsdonk io Febr. iqio.
Geachte Redactie.
Beleefd verzoeken wij u voor't onder
staande eenige ruimte in Uw blad.
In het nummer van 2 Febr. van het
»Nieuwsblad voor het Land van Heusden
en Altena4 lezen wij in een verslag over
de opening der Bijz. school van de N.
H. Kerk alhier onder meer't volgende
>Nu betrad de heer P. de Haas, hoofd
der Bijz. school te R.veer, het podium
en hekelde in een korte, doch krachtige
rede de openbare school.
Ons Vaderland, aldus de geachte
spreker, staat in een strijd van geloof
en ongeloof en helaas vele onderwijzers
zijn tot het ongeloof overgegaan, willen
God niet mter dienen, doch bespotten
en verguizen Hem. En ongeloof en be
spotting zijn geen neutraliteit. Toen ge
heel j Nederland zich verblijdde met de
geboorte der Koninklijke prinses en God
dank zegde voor den zegen, ons in 't
Oranjehuis geschonken, toen waren er
openbare onderwijzers, die niet wilden
deelnemen aan de feesten ter eere van
de Koninklijke spruit. Want wat zouden
zij, die God niet meer als het hoogste
gezag erkennen, nog de onder God ge
stelde autoriteiten waardeeren.4
Wij begrijpen niet recht, waarom de
heer De Haas bij bovengenoemde gele
genheid die woorden heeft gesproken.
Hij weet toch wel, dat er aan de open
bare scholen van Raamsdonk evenals
bijna overal elders ten plattelande, niet
zulke onderwijzers werkzaam zijn. En
dat er worden aangetroffen, op wie de
strafpredikatie van den heer De Haas
toepasselijk is, is dus voor Raamsdonk
van te gering belang om daar bij de
opening der Bijzondere School in het
Dorp zoo met nadruk over te spreken.
Immers ook bij de Bijz. scholen zullen
er wel eens onderwijzers aangetroffen
worden, op wie wat valt aan te merken,
doch wij zullen de laatsten wezen om
door hen den staf te breken over de
Bijz. school.
Het meest typische echter in deze
onverkwikkelijke geschiedenis is, dat die
zelfde collega De Haas, die zulk een
afschuw schijnt te hebben van de open
bare school en hare onderwijzers, onlangs
zeer zijn best heeft gedaan om aan de
Rijksnormaalschool te Geertruidenberg
.een plaats machtig te worden als onder
wijzer en zoodoende mede te werken
tot het kweeken van die verfoeide open
bare onderwijzers. Moest een geloovig
man, die zoo boud durft spreken, niet
te hoog staan om ter wille van een luttel
gewin het ongeloof te helpen voort
planten. Wij beschouwen een dergelijke
bijverdienste in dit geval als een Judas
loon en wij verheugen ons, dat een
man als de heer De Haas niettot
de Openbare school behoort.
LJ mijnheer de Redacteur, dank zeg
gende voor de plaatsing,
De Hoofden en Onderwijzers der
Openbare Scholen in de Gemeente
Raamsdonk.
HEUSDEN.
Openbare vergadering van den ge
meenteraad op Donderdag 10 Februari
des avonds ten half acht uur.
Voorzitter de Edelachtbare heer Hon-
coop.
Ongeveer kwart voor acht uur opent
de Voorzitter de vergaderingaanwezig
zijn de heeren van Everdingen, Mol,
Prins, Veerman, van Andel en de Jong;
afwezig het lid Vos.
De Voorzitter verzoekt den secretaris
de notulen van de vorige vergadering
te willen voorlezen, welke onveranderd
worden goedgekeurd en vastgesteld.
Aan de orde
2. Mededeeling ingekomen stukken.
a. Schrijven van den heer Vos dat
hij verhinderd is de vergadering bij te
wonen.
b. Schrijven van den Commissaris
der Koningin, houdende mededeeling
dat de heer Honcoop wederom is her
benoemd tot burgemeester dezer ge
meente.
Van Everdingen. Mijnheer de Voor
zitter, U en de gemeente feliciteer ik
met deze herbenoeming Ik hoop dat
dit 6-jarig tijdperk weer moge zijn vol
van geluk en voorspoed.
De overige leden sluiten zich hierbij
aan.
Voorzitter. Dank u wel.
c. Schrijven van Ged. Staten houdende
goedkeuring omtrent genomen regeling
met andere gemeenten in zake de vee-
kring.
d. Idem goedkeuring suppl. kohier
Hoofd Omslag.
e. Idem goedkeuring wijziging be
grooting 1910.
f. Idem goedkeuring van het raads
besluit om de art. 10 en 12 van het
Regel, voor de Godshuizen te wijzigen.
g. Schrijven van den heer Recleben
dat hij zijne benoeming als lid van het
college voor de Godshuizen aanneemt.
h. Schrijven van de heeren van
Laarhoven, Verhoeven, v. d. Ven en
Wijnen, houdende mededeeling dat zij
hunne benoeming als lid voor de com
missie tot wering van schoolverzuim
aannemen.
i. Mededeeling dat op 30 Dec! bij
den gemeente ontvanger procesverbaal
van kas opneming is gedaan.
Voor kennisgeving aangenomen.
k. Wordt voorlezing gedaan van een
adres van Wijnen, waarom hij bij de
verpachting van 28 Dec, geen inschrij
vingsbiljet heeft ingeleverd.
Adressant wijst er op, dat hij zulks
heeft gedaan, omdat in de voorwaarden
staat dat de pachter onder politietoezicht
staat ofwel stipt de verplichtingen worden
nagekomen. Dat de loods van 's morgens
6 tot 's avonds 8 uur geopend moet
blijven, ook des Zondags, hoewel dan
geen passagiersbooten aankomen en
geen goederen mogen worden gelost.
Deze overtreding zal worden beboet
met f5. Ook wanneer aan de goederen
in de loods aanwezig schade wordt toe
gebracht of deze worden vermist zal de
pachter eene boete moeten betalen van
f5 Adressant wijst er op, dat dit on
billijk is en ook de reden is dat geen
enkele pachter heeft ingeschreven.
Voorzitter. Ik stel voor dit adres
voor kennisgeving aan te nemen.
Van Andel. Ik ken de bepalingen
niet, zijn die zoo bezwaarlijk.
Voorzitter. De loods is hoofdzakelijk
voor de passagiers om bij slecht weer te
schuilen, Voor een ander doeleinde
zou ze er niet zijn gekomen.
Van Andel. Is het noodzakelijk dat
er van 's morgens 6 tot 's avonds 8 uur
iemand aanwezig moet zijn.
Voorzitter. Dat is opdnt menschen
die met de boot zijn meegekomen en
hun goederen daarin bergen die ten
allen tijde kunnen komen halen. Voor
menschen buiten de gemeente als van
Nieuwkuijk e. a. is dat heel gemakkelijk
die komen 's avonds nogal eens een
vrachtje halen-
Van Andel. Voor den pachter is het
wel wat bezwarend als hij daar een ge-
heelen dag moet aanwezig zijn.
Voorzitter. Ik had over deze zaak
liever niet gesproken, want 't is een te
groote dwaasheid om een maand na de
dag van verpachting daarmede voor den
dag te komen. Van te voren kende
hij de conditiën toch reeds.
Van Andel. Wie is er nu.
Voorzitter. Een zoon van v. Kuijk.
Prins. Och kom, dat meen je toch
zeker niet, die jongen is nog geen 18
jaar, niet meerderjarig.
Van Andel- Dus dan moet zijn vader
toezicht houden of die jongen er wel
altijd is.
Voorzitter. Hij is er nu een paar jaar
en er is nog nooit iets gehoord, dat 't
zaakje niet in orde is.
Van Andel. Hij zal zich toch ook niet
stipt aan de bepalingen houden en er
ook altijd niet wezen.
Voorzitter. Er is genoeg over gepraat
en bovendien 't hoort niet bij de raad
thuis.
1. Wordt voorgelezen een adres van
K A. van Rijswijk.
van bet Zuiden
o