ununer 61, Ilonderdag 4 Augustus 1910. 39 Jaaig Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Eerste Blad, Gemeenteraadsveigadefing. PALJAS AN TOON TIELEI, Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. SUNLIGHT Uitgever: FEUILLETON JO ***- OGGENBLIKKEN OM UIT te blazen zijn alleen mogelijk wanneer Sunlight Zeep wordt gebruikt. Zij bespaart tijd want de zuiverste zeep doet het werk.^ De Echo van het Zuiden] en Ungstmtscke Courant, I—...I ...I. in. -1I I I. - -r.» Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond A. b o n n e m e"n 18 p r ij s per 3 maanden f U. 5. Franco per post door het geheele rijk f 0.90. Brieveningezouden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. WAALWIJK. Telefoonnummer 38. Advertkntikn 17 regels f 0.60daarboven 8 cent per regel, grcvoie létters naar plaatsruimte. Advertentie» Smaal ter plaatsing opgegeven, worden Smaal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeei voordeeligc contr&ctrn gesloten. Reclames 15 cent per regel. BB»" 1 -LJ'-i-I'UJ-iJ-!U-'I.™-■ 'iL?.'. VLIJMEN. (Vervolg.) De Voorzitter merkt op dat niemand de schoollokalen zal willen hebben om te verbouwen, wijl juist daarachter de speelplaats is. Als schuur zou.het dienst kunnen doen en wat zou men daarvoor krijgen. Van Stokkum. Honnef is bezig op den dijk een paar woningen te bouwen. Het is een geschikt punt voor een veldwach ter om te wonen- Dat is ook een mooi punt en de huur zal f60 bedragen. De oude schoollokalen zou men aan een mandenmaker kunnen verhuren. Daarmede zouden de lokalen niets hebben te lijden. Wat betreft dat schoonhouden, men zou dat toch wel met f20 kunnen verminderen en laat er dan zoo nu en dan maar eens een ge meentearbeider langs vegen. Verhuurt men het aan een mandenmaker dan brengt dat voor de gemeente toch ook weer op. Voorzitter. Zou u het mooi vinden als voor de ruiten allemaal manden staan gepakt langs den openbaren weg. Van Stokkuin. Mooi wordt :t nu ook niet, 't blijft iets antieks. Er wordt ge zegd dat de gemeente er voordeel mee zal behalen maar ik voor mij geloof dat dat voordeel karig zal zijn. Voorzitter, 't Is toch door de com missie voorgecijferd. Van Stokkum. Maar men moet zoo niet berekenen. Men moet berekenen dat een huis in 20 jaar lijd vrij komt De eerste jaren zijn er geen onderhouds kosten maar lat:r worden die van jaar tot jaar grooter. Hij Honnef was een mooi huis voor een veldwachter. Voorzitter. Daar staan 4 woningen, nietwaar. Achter komt men op een plaats samen en dat is voor een veldwachter niet goed. Dan heeft hij met de buren te maken en dat is af te keuren. Zoo woont er nu een veldwachter in de hui zen van v. Buul. Dan loopen de kippen van hem weer in den *uin van den buurman en dan is het dit en dan dat Zoo'u buur zegt dan, als daar op wordt gewezen, hij befit me. 't Is veel beter dat een veldwachter daarom zelfstandig woont. Van der Ven. Nu verwoont de veld wachter f80 en..- Van Buul f67.50. Zooals van Stok kum hier spreekt, heb ik 'in de commis sie gesproken Van Stokkum. Wordt het voorstel van de commissie in omvraag gebracht dan stem ik voor, maar ik heb gemeendte moe ten zeggen wat mijn meening was. De plaats is er ook mooi. Voorzitter. De plaats is er nog beter als b'j Honnef en dan is 't een financi eel voordeel voor de gemeeute, er wordt een goede bestemming aan de lokalen gegeven en wij hebben voortaan ten allen tijde een woning. Moest er vroeger een veldwachter benoemd worden dan moest de burgemeester er op uit om een wo ning te gaan zoeken, wat dikwijls heel lastig was. Nu zouden w:j er altijd een disponibel hebben. Van der Ven. Ik acht 't voor 't pres tige van een veldwachter, ook beter dat hij zelfstandig woont. Van Buul. Als zoo'n woning leeg moet staan, verliezen wij toch de rente. Voorzitter. Dat zal hoogstens 2 maan den zijn en hoe dikwijls zal dat voor komen, niet elk jaar. Boom. De landerijen hebben voor de eerste maal al minder opgebracht en zullen dat de tweede maal wellicht ook doen. Ik zou daarom het verbouwen nog eens willen uitstellen. Voor een geld leening voel ik nu ook weer niet veel. Laat ons nog maar eens een paar jaar afzien- Voorzitter. Zooals de heeren willen, Mij blijft het om liet even al wacht men nog 3 jaar maar dan moet men daarbij wel bedenken, dat ons dat dan ieder jaar f50 zal kosten, dat wordt dan 3 tn f50 is f 150. Ik wil den iaad het voorstel in 't geheel niet opdringen de leden moeten zelf oordeelen, doch mij dunkt de leden zijn het verplicht omdat het voor de gemeente fïnantieel voordeelig is. Verder beoogen wij er mede een goed politie toezicht, er wordt een goede bestemming gegeven aan de lokalen wat beter is dan leeg laten staan, waardoor het in verval komt, er komt bijvoorbeeld eens een lek in 't dak, dan wordt dat door niemand gezien, wat^ tengevolge heeft dat het houtwerk verrot. Van Buul. Berekeningen met cijfers maken is heel gemakkelijk maar later blijkt dikwijls dat het veel tegenvalt. Men moet de centen eerst in zijn zak hebben' voor men kan zeggen ik heb ze, zeggen ze wel eens Voorzitter. Men moet gemeentzaken niet vergelijken bij particuliere zaken mijnheer van Buul. Particulieren kunnen wel eens zeggen dan en dan doen we dit en dan dat, en later valt dit soms tegen, maar dat gaat met. een gemeente niet zoo Een gemeente heeft altijd met een vast cijfer te doen. De cijfers die óe rapporteur van de commissie van onder zoek heeft gegeven zijn juist. Daar kan men zich niet mee vergissen- Je weet wat het verbouwen kost, daar vergist men zich niet mee, je weet welke rente van dat kapitaal men moet betalen, daar vergist men zich niet mee, je weet wat het van onderhoud zal kosten, daar ver gist men zich niet mee en zoo kan men doorgaan Ik verzeker u dat de cijfers goed zijn. Bovendien, 't wordt toch zwart op wit gegeven en iedereen kan ze toch controleeren. Van Buul- Later zou men toch spijt kunnen hebben, dat wij 't zoo veran derd hebben. Voorzitter. Geeft dan f 100 of f 50 meer, dan kan net front, door er andere ramen in te brengen, mooier gemaakt worden. Van Buul. Dan kan men het wel heelemoal opnieuw opbouwen Van Stokkum Neen, neen, dat gaat niet voor zoo'n bedrag. Mijnheer de Voorzitter mijne bedoeling is niet om het tegen te werken. Ik heb het daar straks al gezegd, dat ik er mijn stem wel aan kan ge ✓en, doch wat ik gezegd heb, 's mijn gevoelen cn dat meen ik te moeten uiten- Daar heb ik een eed voorgedaan om de belangen van de gemeente Vlijmen te behartigen. Voorzitter. Zeker, dat begrijp en apprecieer ik ook. Het is mijn doel ook niet om het voorstel er doorheen te krijgen want voor mij persooulijk heb ik er geen belang bij en daar mogen we toch niet naar kijken, maar wij handelen met dit als met alle andere zaken en stellen het voor omdat het itt het waar achtig belang der gemeente is. Er wordt hier altijd maar te veel gesteund op de landerijen. Dat is altijd al zoo geweest als er iets gedaan moet worden. Dan wordt er maar gezegd. We zullen wachten tot de landerijen meer opbren gen, en brachten ze het volgend jaar weer niet meer op dan liet men de boel maar liggen. Zoo is het ook met den toren gegaan, was die goed onderhouden dan zouden de balken en de mantels nu niet geheel verrot zijn. De raad moet zeggen als er iets noodig is of verbe terd moet worden en het is in het wer kelijk belang van de gemeente, wij four- neeren het geld, doch de heeren moeten het zelf weten mijn plicht als burge meester gebiedt me zoo te spreken en de belangen te behartigen en wilt u niet, laat dan het locaal maar leegstaan. Van Buul. Zoo gaat het nu ook wel met het brandspuithuisje op de Wolfs- put ook. Daar zijn al lang pannen af, het hout verrot nu geheel- Voorzitter. Wij hebben ze wel 3, 4 maal op laten leggen, maar de kinderen trekken ze eraf en gooien ze telkens stuk, bovendien is het te gek een toren bij een paar pannen van een brandspuit huisje te vergelijken. Van Buul. Ze zijn er nu toch wel een maand of 3 af. Dat weten wel meer raadsleden. Voorzitter. Dat is nu weer eens een complimentje aan mijn adres van mijn heer Van Buul. Dankje wel mijnheer Van Buul. Ik ben dat van u gewoon. Als u zulke mededeelingen te doen heb dan moet u die komen zeggen bij het Dag. Bestuur maar er hier niet over zitten te delibereeren, zulke zaken hooren in den raad niet thuis, dat heb ik u al meer gezegd. De heer v. d. Ven zegt dat de cijfers die hij heeft gegroepeerd beslist goed zijn en dan ook voor eenieder zijn te controleeren. Veel voelt hij niet voor geldleeningen, zoomin voor particulieren als voor de gemeente, maar als men door geld te leenen er beter van wordt dan gevoelt hij er wel wat voor en wil hij het iederen dag wel doen. Van Buul. Mij is ook welgezegd dat ik in mijn eigen belang spreek. Van der Ven. Dat is onder vier oogen gebeurd. Na nog eenige discussie, zegt de Voor zitter, dat hij de onkosten misschien nog wel op de begrooting van 1911 kan vinden, daar hij wel ziet dat de heeren allen schrik hebben van f 100 te leenen, terwijl de zaak toch op 't zelfde neer komt, het wordt toch uitgegeven. Verschillende leden verklaren daar voor te zijn, waarop bij acclamatie wordt besloten in 1911 de schoollokalen io een veldwachterswoning te veranderen en de onkosten uit de gewone middelen te vinden. De Voorzitter deelt hierna nog mede dat de Opzichter van de Provinciale wegen vergunning gevraagd heeft om zand van het land te mogen halen. Er zijn daar wat kuilen en die maakt hij nu onder toezicht gelijk. De gemeente wordt er dus beter van en het kost ons niets. Vaa „DE ECHO VAN HET ZUIDEN." OF aait Dei* 3^)uwc(ukóCaui). 105.) De ongelukkige goochelaar poogde nog te gekscheren, maar zijn hart bloedde pijnlijk. Werkelijk, het zou hem onmogelijk geweest zijn eene bete broods door te slikken. Afgemat, liet Belphégor zich op eenen stoel neerzakken en het hoofd tusschen de handen geleund, dacht hij na.,. Jacques strekte zich uit aan de voeten van zijnen vader en weldra, uitgeput door zijn aanhoudend weenen. Bliep hij in met het hoofd op vaders knieën. Deze verroerde niet meer, uit vrees den slaap van het arme kind te storen maar bij zelf sliep niet. Het verleden, het heden, de toekomst, alloB danste verward voor zijnen geest. Het verleden, dat waren dagen van vervlogen geluk die waarschijnlijk nooit meer zouden woerkeeren. Het heden was de vernietiging van al zijn geluk met eenen enkelen slag. De toekomst was het dreigend onbekende. Hij was bereid te strijden om weer met zijne vrouw vereenigd te wezen, maar hoe zou hij daartoe geraken Voorzeker had vrouw Trien gelijk 't zou tot niets gebaat hebben zoo maar blindelings in den duisteren nacht op zoek naar Madeleine te vertrokken, zonder te weten langs welken kant te keeren maar zou hij 's anderendaags beter weten welken weg hij moest inslaan Hij had niet de minste aanduiding. Hij kende noch den naam, noch de verblijf plaats van de familie zijner vrouw. Ah 1 zoo hij maar wist in welke streek het woud gelegen was waar zijne ouders eertijds gelegerd waren, toen zij het kleine meisje uit de armen van den banneling ontvingen. Hij zou er aaustouds naartoe zijn gegaan, de omstreken doorkruist en de lieden onder vraagd hebben om den naam te ontdekken van dien ouden hertog, den grootvader van Madeleine. De hertogen loopen er immers toch zoo dik niet Daarbij was deze geschiedenis heel buitengewoonzij moest minstens tien uren in het ronde gekend zijn en de wederkomst van zijne kleindochter, na eene meer dan twintig jarenlange afwezigheid, was eene al te belang rijke gebeurtenis om onopgemerkt voorbij te gaan. Ongelukkig ontbrak hem dit opsporings middel. Ten tijde van den aanvang van het drama dat wij in 'tbegin van ons verbaal hebben verteld, was hij nauwelijks acht jaar oud en bezat toen slechts heel onduidelijke kennis over da aardrijkskunde van Frankrijk; hij wist dus niet in welk bosch zijne ouders zich toenmaals bevonden, noch in welke provincie, Normandië, Bretanje, Hoog-Bourgondië. of Cas- conje. Èn heden vervloekte hij zijne onwetend heid. Wat zou hij aanvangen? waar naar toe gaan dat vroeg hij zich gedurig af, zor.der iets anders te kunnen vaststellen dan zijne volkomene onmacht. Indien er geen onverwacht toeval hem uit den slag kwam trekken, dan kon bij maanden, jaren lang zelfs ronddwalen zonder zijne vrouw weer te vinden. Hij bracht een akeligen nacht door en sliep slechts in tegeD den morgen. Toen hij, na een uur te hebben geslapen, wakker werd, begon het daglicht reeds door de ruiten te schemeren en langzamerhand werd het klaar licht in de arme zolderkamer. Weldra opende Jacques zijne vermoeide oog leden, liet zijnen blik heel verdwaasd in het ronde wijden en keek dan zijnen vader aan alsof hij scheen te vragen Is zij weergekomen Aan het droef gelaat van den goochelaar, aan zijne vurige omhelzingen, begreep het kind wel dat alle hoop vruchteloos was en het durfde over het voorgevallene van den vorigen dag niet spreken. Kleine zei Paljas kortaf zonder verdere^ uit leggingen te geven, wij gaan vertrekken. Steek mii een handje toe om alles te helpen inpakken. 'En beiden, stilzwijgend, begonnen zij alles op te vouwen en trippelden op de punten der voeten door de kamer om geen gerucht te maken alsof zij hadden gevreesd moeder en het kleine zusje in de naastgelegen kamer te wekken. Zoo vermijdt men ook iustinktmatig ge rucht te maken in het huis waar een doode rust. Zij hadden bijna gedaan, toen er opeens aan de deur werd geklopt. Binnen riep Paljas die dacht dat moeder Béjin hem zoo vroeg reeds een bezoek bracht. Hoe verwonderd was hij, toen hij op den drempel den ridder in persoon zag ver schijnen. Deze was dus met Madeleine niet vertrokken, gelijk bij eerst had verondersteld. Wat beduidde zijuo tegenwoordigheid te Angoulême Daaruit kon de goochelaar maar niet wijs worden en hij begon zelfs een oogenblik te hopen. Gij? riep hij schokschouderend, gij hier Ja, ik, antwoordde llollnc die vooruit trad na zorgvuldig de deur te hebbeD gesloten, gij verwachtet mij dus niet? Neen, dat beken ik. Wat verlangt gy Uw geluk. Paljas glimlachte ongeloovig. Luister hernam de ridder, een heel vriendelijk gezicht aannemend, ik kom tot u, als vrieDd... Zeg mij eerst waar mijne vrouw is onderbrak hem stoutmoedig de barakspeler. Uwe vrouw is in goede handen, wees gerustGij dacht dat ik haar opgelicht bad, nietwaar Daartoe zijt ge ook wel in 6taat. In alle geval gy zijt aan hare Tlucht niet- vreemd. Dat hebt gij mis, Madeleine heeft nit vrije beweging gehandeld. Zoo zoo Ik verzeker het uniemand heeft haar gedwongen. Dan is zij des te meer schuldig Gij ontneemt haar de eenige verschooDing. Werp baar den steen niet vooraleer de redenen te kennen die haar tot dit besluit hebben aargezet. Haar moederhart vreesde met reden... Oh! ja, dat weet ik... de ziekte der kleine Jeanne... Eene schoone uitvinding Moeder 'trien heeft mij dat reeds verteld... Zoo ge mij geeDe andere uitleggingen kunt geven Leg mij liever eens uit waarom gij ons gednrig achtervolgt, sedert wij elkander een eerste maal in het Noorden ontmoetten en wat gij sedert eenige dagen hier te Angoulême nu uitricht. Ik volbreng de zending waarmede de grootvader van Madeleine mij heeft gelast. Ik moest inlichtingen Deinen over de gezindheid van zijne kleindochter. Madeleine had u ginder reeds verklaard dat zij u niet wilde volgen. Gij wist dus wel... Maar, zij kon ookvaDgedachtoveranderen, na rijp te hebben overwogeD. Eu dat is ook gebeurd zij heeft alles nagedacht en beter haren plicht begrepen. Haren plicht? Ja en uw eigen belang- Ik zou wel eens willen weten hoe zoo? Zij heeft bij ha.irzelve gezegdnEr is hier ergens op de wereld een edele ouderling wiens edele afstammelinge ik ben en die, diep getroffen door het ongeluk niemand anders meer heeft dan mij, om hem te troosten. Sedert lange jaren treurt hij over mijne ver dwijning; sedert lange jaren doet hij ray overal opzoeken en nu dat bij mij beeft weer gevonden, nu dat hij zeker is dat ik nog leef, nu zou ik doof blijven voor zijne smeekingen, onverschillig aan de nagedachtenis van mijnen vader en mijne moeder door te weigeren mij aan hem toe te wijden. Wanneer hij mij de armen opent, zou ik het hoofd afkeoren wan neer hij van mij den troost zijner oude dagen verwacht zou ik hem antwoorden ik ken u niet, ik wil u niet kennen?... Neen dat iB onmogelijk indien ik zoo handelde, dan zon ik een wanschepsel, eene ontaarde dochter wezen Maar wij onderbrak hem I aljas, wij en onze familie?... ik baar echtgenoot... hij, haar zoon voegde by erbij, terwijl hij op den kleinen Jacques wees die met zijne groote zwarte kijkers den ridder gapend stond aan te staren. Laat my voleinden, hernam de ridder. Gij hebt uwe plaats in het hart van Madeleine niet verloren, alhoewel gij dezelfde plaats in haar leven niet meer kunt bekleeden. Zij weet wat zij u schuldig is, zij bemint haren zoon en onderwerpt zich slechts aan eene noodza kelijke scheiding omdat zij daardoor onmid delijk een einde stelt aan uw ellendig leven en uw geluk voor de toekomst verzekert... M'— Mijn geluk Voorzeker. Gij verdient eene belooning en eene vergoeding, en die zullen u gereedelijk toegestaan worden. Zoodat gij immer voortgaat met my eene verhandeling, eene soort van verkooping, voor te stellen vroeg Paljas bleek wordend. Eene verkooping 1 loei riep de ridder, wat leelijk woord is dat Ik Btel u eene overeenkomst voor... En die overeenkomst... die stelt ge mij zeker voor van wege Madeleine, niet waar Ja. Waarom heeft zij dat niet zelf voorge steld...? Waarom heeft zij den moed niet ge had...? Wij zouden melkander misschien beter hebben verstaan, antwoordde de goochelaar spottend. Het waB voor haar eene al te kiesche zaak daarover zelve met u te onderhandelen. Eu zij heeft verkozen u met die bood schap te belasten Ja dat begryip ik; Ik handel in haren naam on in dipn van den hertog haren grootvader. Zeer wel mijnheer de afgezant. Die hertog waarvan ik de eer heb de aangetrouwde kleinzoon te wezen, heet Dat doet weinig ter zake. Integendeel, dat doet heel veel ter zake bet zou mij aangenaam zijn dien grooten heer eens te kennen en met hem een weioig over onze zaken te spreken. Dat is ODEOodig, vermits ik zijn veite— genwoordiger ben. Maar gij vervangt hem niet. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1910 | | pagina 1