Nummer 15.
Zondag 19 Februari 1911
Tweede Blad
LEZING.
r,
34° Jaaig
LANDBOUW
INDUSTMEELEN.
Duitsuhland.
Sport,
ritll i'ENLAND.
België.
De Kamer van Koophandel en Fa
brieken te Waalwijk houdt zich onledig
met 't opmaken van het verslag over 1910
Heeren Industriëelen worden verzocht
hunne opgaven voor het verslag, zoo
spoedig mogelijk in te zenden.
De Kamet van Koophandel en
Fabrieken voornoemd.
van
SPRANG. Woensdagavond had in het
Gereformeerde Kerkgebouw alhier eene
algemeene openbare vergadering plaats
van de Christelijke Werkliedenvereeui-
ging Patrimonium.
Deze vergadering waarin als spreker
zou optreden Mr. de Wilde uit Den Haag,
werd bijgewoond, door zeer vele werk
lieden uit Kaatsheuvel, Besoijen, Waal
wijk en Vrijh-Cappel, zoodat het Kerk
gebouw te klein bleek om alle bezoekers
te bevatten.
Ds. Van Toorn, Eere-Voorzitter van
Patrimonium, opende deze vergadering
met gebed, heette allen in deze derde
openbare vergadering welkom en gaf
het woord aan den spreker.
Deze begon met te zeggen dat hij
heden zou spreken over >De roeping
der Christelijke Arbeiders
Wat is een roeping?
Roeping is iets wat van buiten af tot
ons komt. God, die voorzienig is.iheeft
alle menscheH een roeping opgelegd dus
ook de arbeiders.
En nu komt het er niet op aan wat
men is. maar wel of men zijn vak goed
verstaat. Spreker kan dan ook goed
begrijpen dat een patroon eerder kijkt
of men goed vakman is of wel, of men
al of niet Christen is.
Wat is menschelijke arbeid?
Menschelijke arbeid is werken met
overleg. Dieren werken ook, doch ar
beiden niet, omdat zij de rede missen
waarvan God alleen de menschen heeft
voorzien.
Dat men kan arbeiden is niet voldoen
de, want om te produceeren heeft men
nog noodig de natuur, arbeid, kapitaal
Natuur, arbeid en kapitaal zijn drie
factoren die onafscheidelijk zijn.
Of een arbeider Christen of geen
Christen is, altijd heeft hij om te ar
beiden noodig de natuur en kapitaal
Spreker zet eerst uiteen wat de natuur
is, welke krachten in de natuur schuilen,
krachten die God het menschdom heeft
kenbaar gemaakt, krachten, die suc
cessief aan den arbeid zijn gepast, krach
ten waarmede men den arbeid heeft
kunnen opvoeren.
Gaat men den natuur een weinig be
studeeren dan voelen wij hoe zwak we
zijn, dan zien wij ook dat zonder de
natuur niet te arbeiden, niet te pro
duceeren zou zijn.
De natuur heeft ook invloed op den
arbeid. Waar wij geboren worden staat
buiten onze beslissing. Of wij in een
matige luchtstreek of in de koude Noord
pool ofwel in het gloeiend heete Afrika
zijn geboren, het is buiten onzen wil om
en toch oefent dit de allergrootste in
vloed uit op ons bestaan, op onzen
arbeid.
Kracht en arbeid kunnen niet op een
lijn worden gesteld. B.v- een paard is
7 maal zoo sterk dan een man en toch
is een paard voor veel werk goedkooper.
Met wat hooi is men er van af. Wind
is een kracht die ook voor den arbeid
te gebruiken is. Niet altijd is die te
gebruiken, want men heeft berekend dat
er orkanen zijn die in een minuut kracht
genoeg leveren om alle fabrieken der
geheele wereld een uur te laten werken,
doch men heeft het middel nog niet
gevonden om die krachten aan te wenden.
De stroom van het water levert kracht
aan molens. De gassen zijn ook krach
ten die ons in onzen arbeid helpen, Wel
waren er vroeger even zoo goed als thans
deze gassen doch men kende de waarde
niet, men wist ze niet aan te passen aan
den arbeid. God laat alles komen op tijd.
Op aangename, zeer duidelijke wijze,
zet spr. uiteen hoe de techniek zich
langzaam ontwikkeld heeft en hoe deze
ontwikkeling in den arbeid eene groote
ommekeer heeft gebracht. Om deze
ommekeer goed in het licht te stellen,
haalde spreker eenige voorbeelden aan,
waarvan wij deze twee laten volgen
Het Engelsche oorlogschip >Drednought
wordt in beweging gebracht door een
machine van 15000 p. kr. Daarvoor
zouden 300,000 roeiers noodig zijn en
oin zoo'n schio een geheele dag in be
weging te houden is het noodig dat de
roeiers 3 maal per dag worden afge
wisseld, waardoor er dus 900.000 men
schen noodig zijn om zoo'n schip, wat
nu één machine doet, in beweging te
brengen en te houden.
»De Times,de grootste Engelsche
courant wordt In 6 uur gereed gemaakt.
Moest dat alles worden geschreven, dat
nu in 6 uur wordt afgewerkt, dan hadden
2 millioen klerken druk te schrijven.
Vervolgens behandelde spreker den
arbeid van den mensch zelf Hij wees
er op dat de arbeid den mensch niet
ontadelt maar integendeel dat een eer
zaam beroep den mensch verheft.
Wat menschen-arbeid is
Handen-arbeid bestaat in 't verplaatsen
stof. Of een groote Rembrandt
een Nachtwacht op het doek brengt of
wel een steenhouwer de steenen houwt
uit een rots het is beide arbeiden, beide
het verplaatsen van stof.
Men heeft ook geestelijke arbeid of
denkarbeid. Wij zijn van stof en geest
en onze geest werkt mee aan onzen ar
beid, dat valt niet te scheiden- Voor
het verrichten van arbeid is natuurlijk
oefening noodig, maar hoe meer men
zijn geest met zijn arbeid laat meewerken,
des te beter vakman is men. Vandaar
dat men van een goed vakman zegt
»Daar zit geest in dien man
Er zijn ook menschen die alleen denk
arbeid verrichten. Het kan dikwijls
voorkomen dat iemand aan een hoofd
van een zaak staande en nooit ergens
zijn vingers aan uitsteekt, dikwijls 16 17
uur per dag denkarbeid verricht. In een
zaak is een leidende geest noodig en of
dat een patroon of chef is komt er niet
op aan. Zulke menschen arbeiden dan
veelal langer en harder.
Deze twee soorten van arbeid nu
mogen niet vijandig tegenover elkaar
staan, Integendeel, moeten harmonieeren
opdat de arbeid wordt wat God wenscht
Alsdan wijst spr. op de productiviteit
van den arbeid.
Niet alleen de boeren zijn productief
maar alle menschen die arbeid verrichten
zijn dit, alle arbeiders die op een fabriek
werkzaam zijn produceeren, wat spr. heel
aardig door een goed voorbeeld illus
treerde. Ook wees hij daarbij op Rusland.
Rusland wat niet ten onrechte wel
eens de korenschuur van Europa wordt
genoemd heeft streken waar de bevolking
dikwijls in hongersnood verkeert. En er
groeit zooveel koren l De oorzaak is
alweer dat niet alleen de boer aan het
productieproces van het koren kan ar
beiden, want het koren moet vervoerd
worden en dat kan men in die streken
van Rusland, waar dikwijls hongersnood
is, niet, om dat ér geen spoorwegen zijn
Zoo ziet men dat alle ambachten, alle
arbeid productief is. Zoo ziet men dat
God alles tot een groot organisme heeft
geschapen waarvan nog niet het kleinste
kamraadjegemist kan worden.
Men heeft nu gezien dat de natuur
groote krachten aan ons leven, aan onzen
arbeid geeft.
We komen nu aan den derden factor
het kapitaal en hieromtrent loopen de
meeningen nogal eens uiteen.
Spreker begint met er op te wijzen
dat omtrent het kapitaal nog veel ver
keerde begiippen heerschen. Ge\d is
dan eerst kapitaal wanneer dat de ar
beid in staat stelt het voortbrengen van
stoffelijke goederen. Geld wat dus niet
dienstbaar wordt gemaakt aan de pro
ductiviteit is geen kapitaal. En het
niet dienstbaar maken aan de producti
viteit is wanneer iemand zijn geld opeen
hoopt en in een kast of oude kous
verstopt.
Fabrieken, machine's enz. vertegen
woordigen kapitaal. Wil men tegenwoor
dig dus patroon zijn, dan dient men
voor de meeste vakken kapitaal te heb
ben.
Vroeger in de gilde-tijden, men noemt
deze tijden nog dikwijls de heerlijke tijd
zegt spr. doch of het waar is weet hij
niet, er zal toen ook wel het een of
ander niet in orde zijn geweest, behoefde
men niet zoo kapitaalkrachtig te zijn.
Als men dan goed vakman was, meester
in zijn vak en daarbij wat spaarzaam,
dan kon men patroon worden. De ont
wikkeling van het machine-wezen heeft
daarin verandering gebracht. De machi
nes brachten een wereldverkeer en door j de vraag wat hij in het belang der ar- lende meisjes uit de ziekenhuizen op
dat wereldverkeer werd niet meer alleen
voor zijn eigen dorp of naaste stad ge
produceerd, want dat verkeer bezorgde
voor de groote fabrieken eene ruimer afzet
gebied en de groote fabrieken brachten
de verdeeling van den arbeid.
Spreker wees er op hoe in Engeland
het plaatsen van machines oproer onder
het volk bracht. Een machine, bediend
door 3 menschen volbrengt het werk
waar er vroeger 70 voor noodig waren,
de liberale economie zeide dat dit niet
zoo erg is want met dat geld wat men
daardoor spaart kan weer iets anders
worden gedaan dit is niet geheel juist
De uitvinding van machine's heeft
dan o»k geen achteruitgang gebracht
integendeel. Wel komt men bij den
overgang van handwerk tot machinale
arbeid voor een crisis te staan, doch
op den duur blijkt dat deze meer wel
vaart brengt.
Alleen de tijd van oveigang brengt moei
lijkheden.
Voor een bedrijf heeft men dus noodig
groot kapitaal. En nu is er een schei
ding gekomen tusschen de menschen
van het groot kapitaal en de menschen
van den arbeid. Deze twee categoriën
mogen niet strijdend tegenover elkander
staan maar moeten de onderscheidene
belangen als Christenen behartigen en
nooit daarin een klassenstrijd zien.
Door de scheiding is een organisatie
gekomen van arbeiders. Ze is heel lang
zaam gekomen. Ze is een vrucht van
het leven. Er is niets aan te doen en
er is ook niets tegen, want zoo natuurlijk
het is dat de boomen in 't voorjaar
bloeien, zoo natuurlijk is het dat arbei
ders en patroons zich organiseeren.
Maar dan komen we aan de vraag
welke roeping hebben de Christelijke
arbeiders.
Neutrale vereenigingen Onloochen
baar is het dat daar de meeste kracht
van uit iou kunnen gaan, maar gezien er
velen een andere levens of wereldbeschou
wing op nahouden is het niet doenlijk dat
allen zich in een vereeniging organiseeren.
Als wij Christenen ons organiseeren
stellen wij ons verantwoordelijk en omdat
men autonomen heeft, dit zijn zij die het
recht om zich zeiven wetten te geven,
huldigen, en heteronomen, dat zijn zij
die de hoogste wet in God vinden, is
het niet mogelijk, allen bijeen
Een compacte massa die één wil
heeft is een kracht van belang, daarom
is het voor een arbeider noodzakelijk
dat hij zich organiseert. Blijft hij alleen
dan staat hij hoopeloos zwak en is in
alles afhankelijk van zijn patroon.
Maar men denke aan de verantwoor
delijkheid, die elk christen arbeider heeft.
Men beseffe de verantwoordelijkheid van
z'n daden. Ik ken zeer onrechtvaardige
stakingen b. v. en eveneens andersom
Men berekene steeds de gevolgen welke
z'n daad heeft voor zichzelf, voor an
deren, voor de maatschappij.
Zaak blijft het echter voor hem waar
hij zich aansluit, want het ongeloof heeft
zich geworpen op de organisatie en op
het kapitaal. Het ongeloof werkt niet
voor onze rechten doch alleen om macht
te ontplooien. Dat hebben wij gezien bij
de spoorwegstaking. Een Christen
arbeider moet zich derhalve organiseeren
in een Chr Vakver. naast Patrimonium.
Een vakvereeniging mag het gezag, dat
van God gekomen is, niet wegnemen
niet omverwerpen. Kapitaal en arbeid,
zoo nauwaan elkander verbonden, moeten
samen gaan.
Op de 2e plaats vraagt spreker of het
wenschelijk ls dat Protestanten en Kath.
in een vereeniging samen gaan. Over
het algemeen genomen zou spr. daar
voor te vinden zijn, doch men heeft te
veel met plaatselijke toestanden rekening
te houden. Deze kunnen nu echter fe
deratief samenwerken.
Spr. hoopt door deze lezing mee te
helpen aan den bloei van Patrimonium
te Sprang.
Langdurig en uitbundig applaus be
wees hoe de spreker allen had weten te
boelen.
Voor debat gaven zich op de heeren
C, Roestenberg, Voorzitter van de Ned.
R. K. Lederbewerkers arbeidersbond en
de heer Hutten, propagandist van
Unitas te Tilburg.
De heer Roestenberg dankte den
spreker voor zijn heerlijk betoog en hoop
te dat zijne woorden vele vruchten zullen
dragen. Hij spoort de aanwezigen aan
alien toe te treden en zegt de steun
toe van den Leerbewerkersbond.
De heer Hütten stelde den spreker
beiders acht confessioneele of intercon- haar kosten naar de villa's te sturen van
fessioneele vereenigingen daarbij er op Het werk der gezonde lucht", een ver
wijzend dat buiten Nederland er als 't
ware geen afzonderlijke R. K. Vakver-
eenigingen bestaan.
De heer De Wilde het woord nemend
dankte den heer Roestenberg voor
zijne woorden en wees den heer Hütten
er op dat hij reeds in zijne rede had
aangehaald dat men aan plaatselijke toe
standen is gebonden en hij in deze hier
als niet genoeg bekend, geen uitspraak
kan doen, doch dat hij princiep het
beginsel van zijn leermeester mr. Dlemer
is toegedaan, die wenschte alle christelijke
arbeiders in één bond.
Verder waarschuwde hij de aanwezigen
niet te teekenen op een lijst der socialisten
voor algemeen kiesrecht
De Eerw. heer Ds. van Toorn dankte
den spreker voor zijne heerlijke lezing en
riep hem een hartelijk tot weerziens toe
Daarna sloot hij met gebed de verga
dering.
eeniging, waarvan de koningin bescherm
vrouw is.
Hav*r moet een volledige bemesting hebben
Het is in de meeste streken reeds
lang gedaan met de ouderwetsche ma
nier, om haver stiefmoederlijk te behan
delen en nuchter te zaaien. Dat za
tegenwoordig niemand meer durven pro
beèrea- Ook aan de haver wordt hede
ten dage de grootst mogelijke zorg besteed
Toch is en blijft de havei een gemakkelijk
gewas. Op alle gronden groeit zij, ten
minste als zij niet te droog of te taai
zijn, op omgescheurd grasland, op ont
gonnen veen- of broeklanden, op bosch-
grond, die in cultuur wordt genomen,
op luitgelicht* land, op land, waar door
dieper ploegen nieuwe grond naar boven
komt; op alle deze gronden groeit de
haver uitstekend. Als men haver als
ondervrucht gebruikt, is een diepe grond
bewerking noodzakelijk. Een goede ha
veroogst onttrekt aan den grond per
hectare 25 a 30 kg kalk, 40 a 50 kg.
phosphorzuur, 90 a 100 kg. kali en 93
kilo stikstof. Door een goede haveroogst
versta ik een oogst van ongeveer 3800
k 3900 kg. zaad, dus ongeveer 80 hecto
liter van 48 kg. en 5000 kg. stroo.
Hieruit alleen volgt reeds de noodzake
lijkheid eener volledige bemesting, dus
van kali- phosphozuur- en stikstofbemes
ting.' Dat kan ons echter nog op een
wijze duidelijk worden. Welke boer heeft
niet ondervonden, dat klaver of klaver-
ros (alhoewel men de klaverstoppels voor
iets beter bestemd dan voor haver) op
gescheurde oude weide zoo uitstekend
groeit Dit kan alleen daarom zijn, om
dat haver behoefte heeft aan stikstof
en zij juist op genoemde gronden in
die behoefte kan voorzien. Daar verder
de groeiperiode van haver bijzonder kort
is, is chilisalpeter de geëigende vorm
om den stikstofhonger der haver te ver
zadigen. Bij half stalmest geve men
daarom bij het zaaien 100 kg. en 14 dagen
na het opkomen weer 100 kg. Zonder
stalmest geve men 100 kg. bij het zaaien
en 200 kg. 14 dagen na het opkomen
der haver. En welken invloed heeft een
dergelijke chilsalpeter bemesting? Dat
weet ik niet. Ik zal ze u dan ook niet
aanraden, als gij niet van plan zijt, om te
vens kali en phosphorzuur te geven. Velen
uwer zullen dezen herfst het haverland
reeds bemest hebben, bijv. bij half stal
mest met 500 kg. kainlet en zonder stal
mest met 800 kg. kainiet- Doch hebt
gij dezen winter op het haverland geen
kalk gebracht, dan moet er die nu in het
voorjaar op- Gij kunt nu volstaan met
400 kg. patentkali op de hectare te geven.
De slakken zijn dezen herfst reeds op het
land gebracht, zoo niet, dan raad ik u
aan, in het voorjaar super te nemen
Maar ah gij, behalve het genoemde chili
salpeter, ook de aangegeven kalibemes-
Üng en phosphorzuurbemesting, geeft,
dan kan ik wel zeggen wat het gevolg
is van de kali, chili en superbemesting.
Dan zult gij prachtig zwaar stioo hebben,
dat niet legert, met veel mudden en veel
kilo's. Zonder uitgaven wint men niets.
En nm een oogst van 5000 kg. haver-
stroo en 80 hectl. haver van 48 kg. den
heet te krijgen, mag men wel een ze
ventig gulden aan bemesting uitgeven
De Rijkscommissie voor de grondwet
van Elzas-Lotharingen, die, zooals be
kend is, reeds besloot, dat Elzas-Lotha
ringen een zelfstandige Bondsstaat zou
moeten worden, nam gisteren een voor
stel aan volgens hetwelk aan het hoofd
dezen Bondsstaat een stadhouder
zou staan, die op voordracht van den
Bondsraad door den keizer voor het leven
moeten worden benoemd en die
alleen door een besluit van den Bonds
raad van zijn ambt ontheven zou moeten
kunnen worden.
Tevoren legde de regeering de ver
klaring af, dat het voorstel politieke en
staatsrechtelijke onmogelijkheden bevat
te. De macht des keizers zou zich vol
gens het voorstel beperken tot de be
noeming van een stadhouder, waarop de
keizer overigens geen invloed zou kunnen
oefenen; de stadhouder zou verder te
genover den keizer geen verantwoorde'
lijkheid meer dragen. Er'zijn, zoo ver
klaarde de regeering, slechts twee mo
gelijkheden, öf men stlchte een van kei
zer en rijk onafhankelijke souvereiniteit
en make zoo Elzas Lotharingen tot zelf
standigen Bondsstaat, óf Elzas-Lotharin
gen blijve Rijksland- In dit laatste geval
zijn andere betrekkingen tusschen stad
houderschap en keizer als thans bestaan,
onmogelijk.
De regeering houdt daarom vast aan
de grondslagen van het door haar in
gediende voorstel
Alvorens Brussel te verlaten, heeft
koningin Elisabeth besloten 70 herstel-
V/iegen te Rijen.
Ten overstaan van den sportcommls-
saris jhr- G. Bosch van Drakesteln maakte
de leerling-vlieger A. Mulder dinsdag
middag twee brevetvluchten. Hij heeft
daarmede zijn brevet verworven, en Mul
der lis dus de eerste, die dat in Neder
land behaalde. De hoogte waarop hij
vloog was bij zijn eerste vlucht ongeveer
20 M., bij de tweede vlucht ongeveer
4o meter.
Na hem maakte de leerling Bussèl
op i ongeveer 40 meter hoogte een uit
stekende brevetvlucht. Deze heeft daar
mee a/3 van het examen achter den rug.
Ten slotte maakte de leerling H. Bak
ker, die reeds aan a/s voldaan had,
een voortreffelijke vlucht op ongeveer
40 M. Deze heeft daardoor eveneens
zijn'brevet gehaald. Elke vlucht werd op
ongeveer 6 minuten gemaakt.
Wegens de ingevallen duistenis kon
Bussel zijn laatste vlucht niet meer
maken, doch hij zou trachten die Woens
dag te volbrengen-
De aviateurs hadden veel last van ver-
radelijke rukwinden, en hebben zich da
nig moeten inspannen om die te over
winnen. De E. N. V. kan dus het feit
constateeren, dat op baar terrein de eer
ste brevetten voor Nederland behaald
zijn. Als toestel werd gebruikt de ge
wijzigde Blériot, onder toezicht van den
Nederlander F. Bahle in de werkplaats
op de Molenheide vervaardigd.
Onder talrijke gelukwenschen, die
de kranige Bredasche aviateur Mulder
ontving bij het behalen van het eerste
brevet dat in Nederland uitgereikt werd,
was er een van Z. K. H. Prins Hendrik.
Gisteravond, 10 minuten voor 6 deed
de vlieger Bussel op de Molenheide zijn
derde en laatste brevetvlucht, welke
door de reeds ingevallen duisternis tot
een levensgevaarlijken, doch goed vol
brachten tocht werd.
Reeds drie leerlingen van de vlieg-
school op de Molenheide zijn nu dus
gebreveteerd, n.l. Mulder, Bakker en
Bussel.
Vliegtuig en sneltrein. Dezer dagen
wilde de chef van de >Goupy school te
Vedines van luvisy naar Parijs gaan, om
zich daar op te geven voor den iPrix
des Amendes*. Toen hij op het station
te Juvisy kwam reed de D-trein juist
het station uit. Kort en bondig snelde
Vedines naar zijn loods, eenige minuten
van het station verwijderd Hij stapt in
een der monoplans en .weldra snorde
hij door de lucht achter den sneltrein
dan. Hij kwam 10 minuten eerder te
Parijs aan en ken zich nog bijtijds op
geven voor den prijs.
Eene nieuwe bevestiging van het reeds
Echo van het