Nummer 42
Donderdag 23 Mei 1912
35e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Waalwijksche Stoomdrukken] Antoon Tielen.
Eerste Blad.
Dit nummer bestaat
uit TWEE bladen
Verslag
FEUILLETON.
Telefoonnummer 38. Telegram-AdresECHO.
OOGENBLIKKIN OM UIT
te blazen zijn alleen mogelijk
wanneer Sunlight Zeep wordt
gebruikt. Zij bespaart tijd
want
de zuiverste zeep doet het werk
der Kamer vaD Koop
handel en Fabrieken te
Waalwijk, betreffende den toestand
van den handel, de nijverheid, de
scheepvaart en van den land- en
tuinbouw over het jaar 1911.
Het woord „export" klinkt thans als
parool in schier alle landen en in dien
onderlingen kamp hebben de best ten
strijde toegeruste fabrikanten de meeste
kans van slagen.
Geen middel, dat tot vermeerdering
van kennis, als tot volmaking van het
vak, strekken kan, mag worden nagelaten
en daarom wordt ook met klimmend
verlangen uitgezien naar de stichting der
Vakschool voor het schoen- en lederbe-
drijf, die de aangewezen inrichting is
om de noodige of gewenschte kennis
aan te brengen bij allen, die op eenige
wijze met de schoenindustrie in betrek
king staan. Over den strijd tusschen het
handwerk en het machinale zullen wij
hier thans niet verder uitweiden, daar
een ieder nu onderhand wel weten zal,
hoe die beslist isevenmin over den
moeielijken strijd, die de vele eerst in
den jongsten tijd opgerichte kleinere
machinale fabrieken voeren moeten om
het hoofd boven te houdenook niet
over de snelle wisselingen der mode,
liever geven wij thans hier het woord
aan enkele onzer groot-industrieele* in
alphabetische volgorde Zoo zegt o. m
de firma F. W. Klijberg-Pernot (Stoom-
schoenfabriek Hollandia)
„Het jaar 1911, dat door den slechten
zomer en het najaar van 1910, onder
gedrukte omstandigheden begon, was
toch, wat de drukte betreft, beter dan
verwacht werd. De langdurige droge
zomer was voor ons vak gunstig, d.w.z.
voor de fijne schoenmakerij, voor mid
delmatig en grof werk echter nadeelig.
Betalingen, zoowel als de prijzen van
het artikel, lieten evenwel te wenschen
over. Over betalingen, zelfs van groote
verliezen, werd niet alleen in het binnen-
maar ook in het buitenland ernstig ge
klaagd.
De eischen aan het fabrikaat gesteld,
worden met den dag grooter De huidige
mode echter in onze industrie, is vooral
wat de fijne soorten betreft, beslist be
vorderlijk, al kan niet ontkend worden,
dat het telkens wisselen van modellen
groote uitgaven voor leesten en stanz-
messen veroorzaakt en men door de
groote verscheidenheid van artikelen als
door de aanhoudend veranderde mode
niet zoo vlot kan doorwerken.
De export, vooral die in het fijne
artikel, nam ook weer in 1911 toeeen
voortdurend accres is daarvan wel te
verwachten, zoo men zich steeds op het
beste en nieuwste onverminderd blijft
toeleggen. De vakschool, zoo met on
geduld tegemoet gezien, zou daartoe
veel kunnen bijdragen.
Import van buitenlandsch schoeisel,
nam da laatste jaren eenigssinds toe. In
verscheidene hoofdsteden toch zagen
wij groote magazijnen, aangelegd door
buitenlandsche fabrieken, welke èn win-
keiiers èn fabrikanten in Nederland veel
concurrentie aandoen.
Omtrent het ontwerp-tarief van invoer
rechten zijn de gevoelens der fabrikanten
verdeeld. Aanvankelijk duchtte men al
gemeen, dat het nieuwe tarief de schoen
industrie nadeelig zou wezen en den
export belemmeren zou. Na gevoerde
onderhandelingen en besprekingen echter
heeft men wijzigingen in het ontwerp
kunnen bekomen, die werkelijk in het
belang der Schoenindustrie zijn, zonder
de lederindustrie te hinderen.
De vooruitzichten voor 1912 zijn, wat
de werkzaamheden betreft, over het al
gemeen gunstig, doch de aanhoudende
prijsstijging der grondstoffen doet met
reden vreezen dat de winsten voor de
schoenfabrikanten nog beneden normaal
peil zullen blijven."
Van de Koninklijke Stoomschoenen-
fabriek A. H. van Schijndel alhier ont
ving de Kamer de navolgende mede
deeling
De toestand der schoenindustrie was
in 1911 over het algemeen verre van
rooskleurig.
Werd door de fabrikanten reeds sedert
jaren eene doodende concurrentie hier
te lande gevoerd, 1911 bracht hierin
niet veel verbetering.
De oorzaak is hoofdzakelijk gelegen
in de omstandigheid, dat er nog altijd
veel te veel fabrikanten in ons land
worden gevonden, die zich, of te weinig
of in 't geheel niet op export toeleggen
waardoor de concurrentie op de binnen-
landsche markt steeds grooter wordt.
Als een verblijdend feit mogen wij
echter constateeren, dat het getal expor-
teerende fabrikanten van jaar tot jaar
toeneemt.
't Is vooral hier aan te danken, dat
trots de algemeene malaise in de schoen
nijverheid, juist die firma's, waaronder
ook de onze behoort, nog met volle
capaciteit konden werken. De mogelijk
heid en het succes van den uitvoerhandel,
zoo gaat de firma voort, bestaat alleen
door den vrijen invoer van grondstoffen,
welke voor de schoenindustriebenoodigd
zijn, en waardoor wij op de Wereld
markt nog eenigen voorsprong hebben
op andere landen.
Nogmaals herhaal ik met bijzondere
nadruk hetgeen ik reeds in vorige jaren
mededeelde, dat ieder invoerrecht op
leder, zoowel zool- als overleder, doo-
delijk zal werken. Ik wijs daarom op
het gevaar der aanhangige tariefwet voor
de nijverheid in 't algemeen en meer
bijzonder voor de schoenindustrie.
De firma Timmermans vanTurenhout
deelt ons mede
„Het afgeloopen jaar was voor ons
niet ongunstig. Gedurende de eerste helft
van 1911 kwamen de orders in zoo ruime
mate af, dat wij onze productie moesten
vergrooten. Daarop volgde een korte
seizoenslapte, doch die herstelde zich
spoedig. In de laatste maanden kwamen
wederom flinke directe en voorjaarsor
ders in, die ons in staat stelden den
geheelen winter vlot te kunnen door
werken.
Niettegenstaande de hooge en nog
steeds stijgende grondstofprijzen, stij
gende arbeidsloonen en staatslasten waren
de resultaten bevredigend.
Deze gunstige resultaten zijn onzes
inziens toe te schrijven aan het feit dat
wij ons meer en meer toeleggen op de
fabricatie van fijne artikelen en mode
zaken. De fabricage van deze artikelen
brengt wel is waar, meerdere zorgen,
grootere uitgaven voor nieuwe machines,
nieuwe leesten enz. met zich, doch de
betere qualiteiten vinden ook meer en
meer ingang bij het goede publiek en
worden beter betaald, zoodat het fabri-
ceeren meer loonend is.
Einde 1911 hebben wij aan onze zaak
een nieuwe uitbreiding gegeven door
daaraan toe te voegen een complete af-
deeling voor de vervaardiging van fijnere
schoenen volgens het „OriginalGoodyear
Welt Systeem".
De export blijft geregeld gaan en leggen
wij ons daar meer en meer op toe.
Groote voorzichtigheid is bij het uit
voeren van buitenlandsche orders echter
ten zeerste gewenscht, daar de betalingen
zoo nu en dan, in een bepaald land,
nog al eens te wenschen overlaten.
Zeer zoude het te betreuren zijn indien
het voorgestelde tarief op buitenlandsch
leder en fournituren tot stand kwam
de schoenfabrikanten zouden onzes in
ziens c e dupe daarvan worden en hunne
winst tot een minimum zien beperkt.
De export, dien wij zoo hoog noodig
hebben, zou enorm belemmerd, in vele
gevallen geheel onmogelijk gemaakt
worden en daardoor de onderlinge con
currentie hier te lande van dien aard
worden, dat vele slachtoffers onder de
schoenfabrikanten zouden vallen.
Wij hopen dan ook dat men geen
middel onbeproefd zal laten om dit drei
gend gevaar voor onze industrie af te
wenden.
(Zie „Werkzaamheden der Kamer van
dit verslag.")
Afgaande op de mededeelingen ons
door bovengenoemde fabrikanten ver
strekt, alsmede op die, welke ons door
anderen mondeling gedaan werden, moge
wij besluiten, dat voor de schoenmake
rijen in onze streek weldra eene betere
periode zal aanbreken. 1912 belooft
gunstiger dan het vorige te zullen worden.
Alle fabrikanten, ook de niet machinaal
werkende, hebben thans volop commis-
siën, terwijl, onvoorziene omstandighe
den buiten rekening gelaten, aangenomen
mag worden, dat de huidige gunstige
toestand zich nog geruimen tijd besten
digen zal. Onnoodig te zeggen, dat wij
ons hierover zoo in het belang der voor
uitstrevende industrieelen, als in dat der
honderden arbeiders en arbeidsters, die
in de schoenmakerij werk en brood vin
den, ten zeerste verheugen zouden.
Handel in Oost-Indische Runder
en buffelhuiden.
Veel van hetgeen wij schreven in ons
overzicht van den handel in West-Indi
sche hulden is eveneens van toepassing
op den handel in bovengenoemde soort.
De markt in Oost-Indische ondervond
den invloed van tal van omstandigheden
als droogte gedurende de zomermaan
den, de schier in geheel Europa epide
mische veeziekte mond- en klauwzeer,
de builenpest op Java, de opstand en
hongersnood ln China, de gespannen
toestand in Europa enz. enz.
Door al deze dingen zette 1911 kalm
in en wikkelden de verkoopen in Januari
en Februari zich slechts langzaam af.
Daar vele contracten onderhands afge
sloten werden, bestond voor de veilingen
te Amsterdam en Rotterdam niet voluit
de belangstelling van vorige jaren. Dit
De Écho van net Zuiden,
Wnalwyküche en Langstraatsclie Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdag vond.
Abonnementsprijs per 8 maanden fü."5.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieven, ingezonden «tukken, gelden eca., frcnco te zenden aan den
Uitgever.
UITGAVE:
Advertbntiïn 1—7 regel» f 0.60daarboven 8 cent per regel., groote
letters naar plaatsruimte. Advertentiën 8 maal ter plaatsing opgegeven
worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordeeHge contracten
gesloten. Reclame» 15 cent per regel.
Van „1)E ECHO VAN HET ZUIDEN."
Waarom spreekt gij nog niet van ean
anderen doktor, mijnheer Douglas vroeg
Jarvie. Misschien kent die eerste zijn vak niet.
Als het geval zoo moeilijk is, dan moet gij
naar al de beste doktors van Londen gaan,
tot gij dengene vindt, die u kan genezen. Een
schooo, flink jongman als gij, moet toch niet
veel mankeeren. Ik zie niet in dat het zoo
ernstig kan zijn.
Dat weet ik niet, Jarvis, maar in elk
geval heb ik besloton, iets voor n te doen.
Voor my, mijnheer? De Hemel zegenen
voor uwe goedheid maar ik heb niets noodig
in de wereld.
Doch dat kan komen, Jarvis, antwoordde
Douglas. U is reeds kennis gegeven dat bij
mijn overlijden voor u gezorgd is.
Ja, mijnheer, gij waart zoo goed, te
zeggen dat gij mij eene lijfrente naliethet
was zeer vriendelijk van u om aan zoo iets te
denken, en ik dank er n voor. Maar, mijnheer,
daar kan ik slechtB als eene grap aan denken
want het is niet waarschijnlijk dat een grijsaard
zooals ik, een sterk, jongmensch als gij zal
overleven, en do Hemel verhoede dat zoo iets
gebeure.
Wij knnnen nooit weten wat gebeuren kan,
Jarvis. In elk geval heb ik in het ergste
voorzien. Maar daar gij oud wordt en uw
gansch leven hard gewerkt hebt meen ik dat
gij rast noodig hebt, en das in plaats van n
na mijnen dood af te schepen, zal ik u terstond
uwe lijfrente geven en gij kant in een lief
huisje, dat nw eigendom zal zijn, u terugtrek
ken en verder uw leven als een onden heer,
in rast en vrede eindigen, zoodra gij verkiest.
Tot de verwondering van Donglas Dale gaf
het uiterlijk van den onden man slechts smart
en teleurstelling te kennen, toen hij eene
mededeeling vernam, die ziju meester veron
derstelde dat hem met vreugde zou vervallen.
Vergeef mij, mijnheer stamelde hij maar
hebt gij erna jongeren bediende op het oog,
die n beter aanslaat dan de oude Jarvis?
Noen, zeker niet. antwoordde Donglas.
Ik geloof niet dat iemand in de wereld mij
zoo goed zon dienen als gij.
Waarom wilt gij dan veranderen mijn
heer
Ik wensch niet te veranderenik wilde
Blechts uw geluk verzekeren, Jarvis.
Maak mij dan gelukkig door mij bij n te
laten blijven, smeekte de onde bediende. Laat
mij blijven, mijnheer, en praat my vangeene
lijfrente. Ik verlang niets van u dan het ge
noegen, den zoon van mijnen onden meester
te kannen bedienen. Thans is het my even
aangenaam n te bedienen, als twintig jaren
geleden om n op mijne schonders Daar de
dorpskermis te dragen. Toen hadden wij heer
lijke dagen, weet gij nog wel, mijnheer Laat
my blijven en als ik sterf, geel my dan een
graf, dicht bij de plaats waar gij woont, en
als gij dan zoo soms myn graf voorbygaande
mij een zucht wydt, zeggendeArme, onde
Jarvis. Dat zal mijne belooning zijn voor
mijne liefde sedert uwe jeugd.
Was dat comediespel Was dit het volmaakte
masker van een schijnheilige Neen, neen, dat
kon Douglas niet gelooven.
De tranen sprongen hem in de oogenhij
stak de hand uit od greep die van zyn onden
vriend.
Gij zult by my blyven, Jarvis, zeide hy.
En ik zal n met myn ganscbe hart vertrouwen.
Donglas Dale verliet kort daarop zyne ka
mers en ging terstond naar dokter Westbrook,
wien hy volledig verslag van zijn onderhond
gaf.
Ik heb den man geheel op de proef ge
steld, zeide hy eindelyk, en ik kond hem
voor de getrouwheid in eigen persoon.
Gij hebt hem op de proef gesteld Onzin
riep de praktische geneesheer uit. Dat senti-
menteele gesprek noemt gij toch geene proef
Als de man in staat is oen langzaam vergift
toe te dienen, dan is hij ook in staat om zyne
rol te spelen en krokodillentranen te weenen,
tot staving van zyne gehechtheid aan zyn
meester, wiens gansch gestel hy in de war
brengt door het toedienen van spiesglas bd
wolfswortle. Wilt gy den man op de proef
stellen, doe het dan op myne mannier. Tracht
gedurende een paar weken ergens anders te
ontbijten, gebruik niets zelfs geen glas
water op nwe kamers, bd zoo na het einde
daarvan de verschijnselen hebben opgehouden,
dan weet ge waar ge u aan te houden hebt
ten opzichte van dat voorbeeld van trouw.
Douglas beloofde den raad des doktors te
volgen. Hy was overtuigd van de onschuld
van zijn bediendedoch dat wilde hy bniten
twijfel hebben.
Maar zoo Jarvis onschuldig was, waar was
dan de schuldige?
Douglas at dien middag op Hilton-bnis,
zooals hy reeds gedurende verscheidene weken
had gedaan. Hij vond Panline als gewoonlijk
hartelijk en teeder, zooals zy was geweest
sedert hare achting en ontzag voor de goedheid
en edele hoedanigheden van haren beminde,
in een warmer gevoel waren veranderd.
Toen zij na het eten een paar minuten alleeD
waren, zeide zy
Donglas, uwe gezondheid is niet terug
gekomen, zooals ik hoopte onder de behandeling
van uwen doktor. Ik had gaarne dat gy ie
mand anders raadpleegdet.
Zy sprak op lncbtigen toon, want zy vreesde
angst by den patiëot op te wekken. Zy wist
hoezeer lichamelijk lijden door moreele aan
doening kan verergerd worden. Haar toon gaf
das schijnbaar kalmte te kenneD.
Jnist dien avond was Donglas Dale zeer
prikkelbaar. Er was iets iD dien toon dat hem
vreemd in de ooren blonk. Voor het eerst bad
de stem der vrouw die hy beminde, een vnl-
schen klank in hare heldere volle tonen.
Daar greep een ijskoude schrik hem plotse
ling aan.
Hoe? - Als die vrouw, welke hy met
onbegrensde liefde beminde, eens iets anders
was dan zy scheen Hoe Als haar hart
hem nooit had toebehoord, ais hare liefde zich
nooit van den ellendeling bad losgescheurd,
die er eens in bet volle bezit van was
Hoe? Als hare teedere blikken, hare har
telijke woorden, hare lieve vleiende maniereD,
eens comedie-spel waren, waarvan hij de speel
bal was. Hoe? indien
Ik ben het slachtoffer van verraad, dacht
hij by zichzelven maar het verraad ban hier
niet scbnilen O neen, laat my het verraad
overal, behalve hier vinden.
Panline sloeg haren minnaar gade, toen hij
in gepeins verzonken, den treurigen blik naar
den grond richtte.
Hij zag plotseliog op en sprak haar aan J
Ik ga voor zaken op reis, Pauline, zeide
hy, zaken die ik zelf slechts kan behandelen.
Ik zal dus genoodzaakt zijn eene week weg te
blijven misschien langer. Wellicht zullen
wy elkaar nimmermeer ontmoeten. Zal dat n
erg hinderen
Donglas nep zy uit, wat zyt gij heden
avond zonderling jegens my. Zoo gy slechts
schertst, dan is die scherts zeer wreed.
Ik scherts niet, Panline, zeide baar
minnaar. Het leven is zeer onzeker, en sedert
eene week heb ik geleerd, mij in dreigend
gevaar te beschouwen.
Gy zyt ziek, Douglas, en nwe ziekte
heeft u ontzenuwd. Geef u niet aan zulke nare
gedachten over. Raadpleeg een anderen doctor
dan die n tot heden hielp.
Ja, dat zal ik doen, antwoordde Douglas
met eene geheele andere stem. Gij hebt gelijk,
Panline. Ik moet niet zoo zwak zyn, om my
aan die onaangename gedachte over te geven
Wat heb ik te vreezen? De dood is geen
kwaad. Het is onB aller lot. Dat lot kan ik
tegemoet gaan zooals een braaf man past. Maar
bedrog, verraad, valscbheid van wie mij lief
hebben, zyn rampen, erger dan de dood. O,
Pauline, zeg my dat ik zoo iets niet te vreezen
heb.
Van wien zoudt gy dat te vreezen hebben
Douglas V
Ja, van wie, dat is de vraag 1 Niet van
n, Panline?
Van my I herhaalde zy. Zijt gy krank
zinnig?
Zweer.' Zweer dat er geene valscbheid
in uw hart is, Panline. Dat gy mij evenzeer
liefhebt, als gy my hebt doen gelooven
dat gy mij Diet met valsche woorden om den
tuin hebt geleid, even valsoh als zij zoetvloeiend
waren 1 riep de jonge man in wilde opgewon-
denheid uit.
Mijne dierbare Donglas, dat is waanzin!
sprak mevrouw Dnrski, waanzin, te woeBtom
op te antwoorden. Deze hartstocht is z<'ker
een gevolg van nwe koorts. Wet kan ik anders
zeggen, dan dat ik u trouw en eerlijk liefheb,
dat myn hart gelouterd, myn g est verheven
is door nwen invloeddat ik thans geene
gedachte heb, die n onbekend is, geene hoop,
die niet haren oorsprong beeft in mijne liefde
voor u. Dat moet gij wel gelooven. Donglas,
want elk mijner woorden, elk myner blikken
moet het bewys leveren dat ik de waarheid
spreek, die ik niet gaarne in cnlke betuigingen
als tbaDS herhaal. Het is my te pynlijk, door
u gewantrouwd te worden.
En indien ik n verongelijkt heb, dan
ben ik oen ellendeling, zeide Donglas op doffen
tOOD.
Den volgenden morgen bezocht hij doktor
Westbrook.
Ik wil n van ochtend uwen tyd niet ont
stelen, zeide hy, na den doctor de hand te
hebben gedrukt. Ik kom u slechts ééne vraag
doen? Zoo het vergift gedurende eene week
niet werd toegediend, zouden dan de verscbyD-
selen ophouden?
Ongetwijfeld; de natnnr herstelt zich
spoedig, verzekerde de doktor. Doch als gy
nwen knecht op de proef wilt stellen, dan moet
gy langer daD eene week wegblijven zeker
wel veertien dagen.
Het was echter niet om zynen ouden dienaar
op de proef te stellen, dat Dopglas Londen
verliet, hoewel by zyn doktor in dien waan
had gelaten. Hij vertrok dien avond naar
Parijs; doch nam JarviB mede.
Zijne gezondheid herstelde met den dag,
met bet nnr, sedert hij Pauline Dnrski had
verlaten. Vóór hy tien dagen te Parijs was,
bad de koorts hem vaarwel gezegd, evenals
die eenwigdnrende dorst en die vermoeidheid.
Dij begon zich weer als van onds te gevoelen.
Dit herstel was evenwel treffender voor hem,
dan de ongeneeBlijkste kwaal zon geweest zijn
want het leerde hem dat de verborgen vijand,
die bem van gezondheid en kracht beroofde,
in Hilton-hnis schuilde.
(Wordt vervolgd).