fijne havana sigaar veel goedkooper als
hier. Hij vertelde ook nog, dat het hotel
Des lodes te 's Hage het duurste hotel
is in Europa en dat onlangs een buiten
landsche tooneelspeelster hier in ons land
haar contract moest verbreken wijl zij
met f 720 per maand niet kon rond
komen.
Wat zullen die arbeiders zijn overtuigd
Dat de klompen duurder gaan worden
de paarden voor de slachtbank, de pruim
tabak dat alles vertelde hij maar niet
Er kwam een sociaal-democraat in
debat welke eenige vragen stelde doch
die onbeantwoord bleven, waarna de
sociaal-democraat een heele boom op
zette over Marx en zoo progaganda voor
het socialisme maakte.
Er wordt gezegd dat de tarief wet een
tweeledig doel heeftlo. Geld in de
schatkist brengen en 2o. De nijverheid
oeschermen.
Doch de tariefwet schaadt de nijver
held. Daardoor toch worden alle levens
middelen veel duurder en dat kan door
niemand worden betwist.
Dit alles moet men eens rustig nagaan.
In ons land heeft men de nijverheid, de
landbouw, de veeteelt en den handel.
In de nijverheid, dus in de fabrieken
werkt 15% va° <^e bevolking. Van de
100 menschen werken er dus 15 in de
fabrieken. Bij den landbouw 35 en de
rest zijn over de andere takken van wel
vaart verdeeld. Stel nu dat de tariefwet
de nijverheid zou beschermen, dan nog
zou het niet billijk zijn dat die 85 men
schen moeten betalen voor die 15. Doch
nu wordt de nijverheid nog niet eens
beschermd.
Heeft onze nijverheid, dat zijn onze
fabrieken, nu bescherming noodig?
Om dit na te gaan, moet men zien
hoe het met de nijverheid gesteld is.
Door het Departement van Nijverheid
en Handel is in Oianjeboekjes op de
Brusselscbe tentoonstelling een beeld
gegeven van de nijverheid van Gronin
gen, Noord-brabant en Limburg. Wie
die boekjes nu met een onbevangen oog
leest, zal zien dat het met onze Nijver
heid niet zoo slecht is gesteld, integen
deel dat de industrie overal in bloei
toeneemt. De Voor-tariefwetmannen
zeggen nu wel dat dit is gedaan om wat
reclame te maken, doch van Minister
Talma mogen wij niet verwachten, dat
hij het met de samenstelling van die
boekjes niet zoo nauw heeft genomen.
Reclame maken klinkt heel aardig,
doch dan moet men ook aantoonen dat
het niet waar is.
In 1911 is ook in Londen op de ten
toonstelling gewezen op den voortduren-
den groOten vooruitgang in de nijverheid
en gestadigen bloei.
En een man van onverdachte ge
tuigenis, Dr. Kuyper, verklaarde 18
October 1911 dat de toestand van ons
land zoewel wat betreft landbouw, vee
teelt als nijverheid, dermate gunstig is,
dat alle naburige rijken zeer jaloers
op ons landje zijn. Zelfs Minister Kolk
man en Talma hebben erkend dat de
industrie vooruitgaande is.
En nu doet men alsof alles in staat
van inzinking is.
Men wil ons nu bescherming opdringen
terwijl men die niet verlangt, zelfs niet
wenscht, omdat we weten dat bescher
ming alles, alles duurder zal maken.
Dat de afnemers vooral met bescher
ming niet zijn gebaat, toont spreker
door eeoige voorbeelden aan.
Vervolgens geeft hij eene opsomming
van alle artikelen die zullen worden be
last en zegt dan dat het juist allemaal
zaken zijn die de arbeider in zijn dage-
lijksch gebruik noodig heeft.
Ik heb het voorrecht gehad Dr. }an
van Best dikwijls te hooren spreken en
die weet u te vertellen op de halve cent
af hoeveel u de tariefwet zal kosten,
f 2.66 precies.
Nu vraag ik u af kan iemand nu be
rekenen hoeveel u, uw vrouw en kinderen
juist noodig hebben, hoeveel gij gemid
deld per jaar noodig hebt.
Het systeem van Dr. J. van Best is
alleen posten te nemen die hem het best
lijken, doch al die dingen van huis-
houdelijken aard laat hij weg. Als Dr.
J. van Best u in een vergadering zegt
dat het u op f 2.66 komt te staan, vraagt
hem dan eens af daar ook bij zijn onder
en bovenkleederen. Dit is een eenvou
dige vraag, doch ik wed om alles dat
hij dat er niet heeft bij gerekend.
Daarom is dat bedrag niets waard.
Honig, dat is merkwaardig-, was
vroeger belast net f 2.50 per 100 K.G.
en wordt nu belast met f 8.per 100
K.G. Nu zou men zeggen, honig, dat
kan mij niets schelen, die gebruik ik
toch niet, die potjes met "honig. Men
moet hierbij echter in aanmerking nemen
dat de koekfabrikanten ook en veel
honig noodig hebben. 58 Koekfabri
kanten, allen die in ons land zijn, hebben
zich dan ook met een request tot het
ministerie gewend en er op gewezen
dat het hun onmogelijk is om dan nog
tegen dezelfde prijzen te blijven levereD.
De minister antwoordde echter, dat
meenen julli niet. Dat is toch droevig.
Verbeeld je dat, indien de fabrikanten
hier om een beteren treinenloop komen
vragen er op wijzend dat zulks voor hun
bedrijf van zoo'n groot gewicht is en
men antwoordt hun dan, dat meenen
I
jullie niet.
Wat is dat nu Dan ben je uitgepraat
en kan naar huis gaan.
Dat alles duurder wordt, wordt niet
tegengesproken. En dan kan men de
vraag stellen of het hooger loon zal
opwegen tegen het duurder worden.
Ziet men naar Duitschland, naar Sak
sen, vooral Dresden waar vele fabrieken
zijn, dan kan men uit de statistiek alleen
van het abbattoir zien dat het de ar
beiders nu niet voor den wind gaat.
Van 19031908 wordt de statistiek
genomen. In 1903 werden 43000 run
deren geslacht en in 1908 3800 minder
Het aantal geslachte paarden nam met
2200 stuks toe en dat der honden met
een nog grooter aantal.
Het voor-tariefwet comité zegt dat het
vleeschverbruik is toegenomen. Ja, dat
zien we, hondenvleesch en paarden-
vleesch.
Dat de Duitsche arbeiders niet tevre
den zijn bewijzen overigens de verkiezin
gen voor den Rijksdag waar niet mioder
dan 110 sociaal-democraten zijn gekozen.
En nu ligt het voor de hand dat deze
menschen niet allen zijn geko en
door over'uigde socialisten, doch dat een
groot aantal ontevredenen ook op hen
hun stem hebben uitgebracht.
Het leven wordt dus duurder dn slechts
15°/o van de bevolking krijgt er ver
hooging van loon door. En daarvoor
moet 85% der bevolking werkzaam in
den landbouw, veeteelt, zuivelbereiding
en handel alles duurder gaan betalen.
En juist de landbouw, veeteelt en
zuivelbereiding is niet beperkt tot ons
eigen land. De opbrengst is te groot
om alles op onze markten te slijten. Zij
moeten daarom exporteeren.
Laten wij daarom voorzichtig zijn.
Spreker haalt als voorbeeld aan het
artikel kaas. Deze worden met groote
hoeveelheden hier gemaakt en moeten
voor een groot deel naar het buitenland
worden uitgevoerd.
Voor de uit Frankrijk hier ingevoerde
kaas moet f 5,— per 100 K.G. invoer
recht worden geheven. Voor onze kaas
die wij in Frankrijk invoeren betalen wij
12 franc per 10 K.Q. dat is ongeveer
het zelfde. Wat zal nu gebeuren als wij
op de kaas die hier ingevoerd wordt
hooger invoerrecht gaan treften Dat
ook Frankrijk dat zal gaan doen en dan
ligt er onze kaasexport.
Het zijn dan ook de kaashandelaars
zelf die zich met een adres tot het
ministerie hebben gewend om hun toch
als je blieft niet te beschermen. Die
kaashandelaars zien in dat hun export
daardoor wordt bedreigd.
Ook hier de Schoenfabrikanten in de
Langstraat zien hun export bedreigd. In
het verslag van de Kamer van Koop
handel van Waalwijk wordt dan ook
gezegd dat export de eenige bestaans
mogelijkheid is. Door de zeer scherpe
concurrentie op de binnenlandsche markt
en ook omdat het afzetgebied te klein
is moet worden geexporteerd, dat is het
eenige wat redding kon brengen.
Het Voor-Tariefwet-Comité zegt wel
dat door bescherming meer werk komt,
doch indien niet meer geexporteerd kan
worden zullen in de schoenindustrie heel
wat minder werkkrachten noodig zijn.
Er wordt ook wel eens gezegd kijk
eens in Denemarken, daar gaat alle land
bouw vooruit en daar is ook bescherming.
Zeker de landbouw heeft in Dene-
markeu een hooge vlucht genomen, doch
wordt de landbouw en veeteelt daar
beschermd. Neen, daar komt alles voor
landbouw en veeteelt vrij binnen. Echter
niet voor de industrie.
Wat zien wu nu
In Denemarken kwijnt de industrie en
bloeit de landbouw en veeteelt.
En hier zullen op de artikelen die
landbouwers noodig hebben ook invoer
rechten worden geheven van 5 tot 12%.
Men kan de anti-tariefwet mannen dan
ook nooit grooteren dienst bewijzen dan
met zich op Denemarken te beroepen.
Er is nog iets. Minister Sprenger van
Eijck, een liberaal, heeft in 1895 ook
Invoerrechten voorgesteld, wat ongeveer
2 millioen in de schatkist heeft gebracht
En nu vragen ze ons heeft dat dan alles
duurder gemaakt.
Net zoo min als toen, zal het ook nu
zijn, zeggen ze dan.
Maar, dan vergeten ze om er iets bij
te zeggen. Ze vergeten dan u te ver
tellen, dat die wet niet was om te be
schermen doch om te waken, dat aan
de grenzen niet zoo veel werd gestolen
als voorheen, door fraude te plegen bij
aangifte van goederen.
Aan het slot wenscht spreker nog Iets
te zeggen over de keuze waar de kiezers
voor worden gesteld.
Beide candidaten, de socialist laat spr.
maar buiten beschouwing, zijn katholie
ken die steeds het katholicisme zullen
hoog houden, die steeds die vaan zullen
verheffen.
Van Mr. Loeff kan ik zeggen dat hij
een bekwaam rechtsgeleerde is die ik
hoogacht en ik wil er bijvoegen, dat
toen ik nog jong advocaat was en ik
een heel moeielijke procedure had ik
naar Mr. Loeff om inlichtingen ging.
Dat was een oud advocaat die veel er
varing had.
Met meerj recht dan de meeste der
kiezers mag ik dus zeggen dat het een
knap man is. Maar als candidaat kan
ik hem niet aanbevelen omdat de bloei
het land bij mij gaat boven de
van
hoogachting voor Mr. Loeff.
Het welzijn van de fabrikanten,'^de
landbouwers en werklieden gaat bij mij
boven de hoogachting van Mr. Loeff,
daarom beveel ik u met volle overtuiging
aan den heer H. Prinsen.
(Bravo's en geroep.)
De heer E. Klijberg het woord vragend
verkrijgt zulks en zegt ongeveer het
volgende
Ik dank de heeren voor de gelegen
heid die zij mij geven om hier eenige
woorden te spreken over onze industrie.
Alvorens daartoe over te gaan wil ik
met een enkel woord terug komen op
hetgeen door den heer Prinsen is gezegd.
i&De keer Prinsen dan heeft Mr. Loeff
genoemd als een man waarvoor zelfs
zijn tegenstanders respect hebben, heeft
hem genoemd een *groot man. Die woor
den onderschrijf ik ten volle. Maar dan
stel ik de vraagDe heer Prinsen zegt
dat door aanneming van de tarief een
groote ramp ons land zal bedreigen
Kunt gij een groot man als Loeff ver
denken dat hij over ons land een ramp
zal doen neerdalen Hij zal na rijpe
overweging werken in het waarachtig
welzijn van ons land.
Mr Becker heeft gezegd, dat Mr
Loeff een knap rechtsgeleerde is. Ik
voeg daaraan toe en een sieraad onzer
Kamer.
-Vergun mij verder ook nog een enkele
opmerking te maken. U hebt gesproken
over het Pro-tariefwet comité en daarin
voor laten komen dat men zoo gemak
kelijk daarvan lid kan worden dat een
nicht vao iemand die er wat voordeel
bij denkt te hebben, ook lid kan worden.
Dat is op minder waardige manier spre
ken- Men moet ieders meening respec-
teereo.
Mr. Dr. Tan van Best van Eindhoven
hebt u een hoogstaand man genoemd.
En ook hebt u gezegd, dat deze reken
sommetjes opgeeft die absoluut bezijden
de waarheid zijn, althans ik heb de
indruk gekregen, dat u wil zeggen, dat
Dr. T. v. Best ons maar wat op de mouw
wil spellen
Daar acht ik dien man ook al weer te
hoog voor. Het is voor u een klein kunstje
om dat te weerleggen. Donderdag komt
Dr. v. Best hier spreken en dan hoop
ik èn Mr Becker èn den heer Prinsen
daar te zien.
De heer Dr. van Best zal dan in den
breede het voor van de tariefwet be
spreken, ik wil het hier thans kor'doen.
Mijne Heeren,
Als man van de practijk wenschte ik
slechts enkele opmerkingen te maken.
Ik zal mij uitsluitend bepalen tot onze
Industrie en even nagaan welke gevolgen
de Tariefwet naar mijne meening voor
de Schoenindustrie hebben zal. Ik wil
het graag aan meer bevoegden overlaten
om het algemeen theoretisch betoog der
Heeren Mr. Bekker en Prinsen te beant
woorden, ik zou de Heeren echter wel
in overweging willen geven om Donder
dag tegenwoordig te zijn als door Dr.
Mr. Jan van Best het voor in het alge
meen van de Tariefwet in den breede
zal besproken worden.
En nu ter zake M. H. dan beginnen
wij ons op de eerste plaats af te vragen
welke grondstoffen zullen belast worden
en wat zal daarvan de belemmering voor
de Schoenindustrie zijn.
Een der voornaamste grondstoffen is
het overleer. Dat toch moet zoo goed
als geheel uit het buitenland betrokken
worden. Het overleer blijft echter op
een kleine uitzondering na de aan
gebrachte wijzigingen in het ontwerp
geheel vrij. Die uitzondering betreft het
zoogenaamde Box-runds en Java-Box.
Er zal vrij blijven alle verlakt leer, zwart
of gekleurd gechagrineerd geitenleer,
alle chroomgelooide geiten en schapen
vellen, vache chroomgelooide kalfsvellen
minder dan V/2 K.G. per vel wegende,
Alzoo Box-Runds en Java-Box zal belast
worden met 6 der waarde, doch dit
kan niet in zoo hooge mate belemmerend
zijn omdat dit artikel in voldoende qua-
liteit in Holland bereid wordt, en ook
bereid kan werden zelfs in voldoende
mate.
Nu kom ik tot het zoolleer.
Het zoolleer zal belast worden met
uitzondering echter van de zoogenaamde
weltings dat zijn randen, die in Holland
niet gefabriceerd worden en waarvoor
dan ook daarvoor vrijdom van rechten
verkregen is. Doch M. H.ik wensch
U te vragen is het geen bekend feit,
dat zoolleer in voldoende qualiteit en
quantiteil in Nederland vervaardigd wordt?
In deze zijn wij niet afhankelijk van het
buitenland en daarom is in de Schoen
industrie nooit dat groote verzet tegen
rechten op zoolleer geweest. De strijd
liep hoofdzakelijk tegen rechten op over
leer en dien strijd hebben wij overwonnen
het nieuwe tarief zal ons daarin niet be
lemmeren en wat het zoolleer aanbetreft,
ik heb zooeven reeds gezegd dat, dat
het in voldoende qualiteit en qtiantiteit
in Nederland vervaardigd wordt en dat
blijkt mij trouwens ook uit het feit, dat
uit een door den Bond van Schoenfa
brikanten ingesteld onderzoek is bewe
zen dat voor een betrekkelijk gering
cijfer buitenlandsch zoolleer door Schoen
fabrikanten werd verwerkt. Uit de 130
antwoorden van Schoenfabrikanten waar
onder de grootste bleek dat voor nog
geen 600000 gulden buitenlandsch zool
leer werd verbruikt. Ik herhaal de strijd
om vrijdom van buitenlandsch zoolleer
is daarom nooit zoo groot geweest.
Ik kom nu tot de fournituren die hoo
ger zullen belast worden. Ik merk hierbij
al dadelijk op dat een der voornaamste
n. 1. voerings, reeds in ruime mate in
Holland vervaardigd worden, daarin kan
het nieuwe tarief dus ook niet zoo boven
matig hinderen. Ook veters en stroppen-
band wordt alhoewel weinig, toch ook
iu reeds in Holland gefabriceerd, en is
het wel te verwachten dat die industrie
eenmaal beschermd zich verder zal uit
breiden. Ringen, knoopen en andere
kleine artikelen spelen nu waarachtig
toch zoo'n groote rol niet, dat om eenig
invoerrecht daarop men moord en brand
moet schreeuwen en het heele land op
stelten moet zetten.
Dan volgt nog een artikel dat in fijne
schoenfabrieken veel gebruikt wordt n.l.
canvas, dat dient voor omtrek van bin
nenzolen Van Goodyear arbeid.
Voor zoover mij bekend wordt dat
artikel nog niet in het binnenland ver
vaardigd. Daar zal voor zoover ik heb
kunnen nagaan 10 rechten op geheven
Worden. Nu is het 5 Doch het is
wel vreemd, dat toen de wet nog in voor
bereiding was en toen de heer Sloten
maker aan het bestuur van den Bond
van Schoenfabrikanten door bespreking
gelegenheid gaf om hunne bezwaren
tegen het tarief kenbaar te maken, dat
toen door den meest belanghebbende
het artikel canvas absoluut niet is ge
noemd, dan toch was het niet onmogelijk
geweest, dat evenals voor de weltings
ook vrijdom van rechten voor dat artikel
in aanmerking had kunnen komen. Mis
schien was daarvoor thans nog iets te
doen.
Van verdere fournituren moeten we
nu nog spijkers en nagels en uitpoets-
artikelen de revue laten passeeren Deze
artikelen worden voor het grootste ge
deelte nog uit het buitenland betrokken
doch ik vraag U M. H. 1 zou bij een
beschermend tarief de industrieën die
reeds deze artikelen maken zich hier
niet verder uitbreiden
Wij zien hier reeds in Waalwijk een
fabriek van uitpoetsartikelen zich gaan
vergroolen om meer en meer tegen het
buitenland te kunnen, optreden.
Met recht mag dus verwacht worden
dat we ook daarin Diet van het buiten
land afhankelijk zullen blijven. Wij heb
ben nu in hoofdzaak de nadeelen nage
gaan die de tariefwet de schoenindustrie
brengen kanzien wij ook thans of zij
ons ook geen voordeelen zal geven.
De schoenen die thans met 5 der
waarde belast zijn worden in het nienwe
tarief op 12% gebracht. Voorwaar geen
gering verschil. Er zijn Schoenfabrikanten
die beweren, dat geeft mij niets, ik heb
geen last van buitenlandsche concurren
ten, doch M. H. met alle respect voor
hunne meening durf ik de mijne daar
tegenover stellen en te beweren dat
ieder schoenfabrikant de een meer
de ander minder, last heeft van bui
tenlandsche concurrentie. Er komen nog
altijd meer schoenen in dan men wel
zoo oppervlakkig zou oordeelen.
Is het verschijnsel ook niet duidelijk
waarneembaar, door het groote aantal
grootsch ingerichte schoenmagazijnen,
winkelpaleiztnvan buitenlandscheschoen-
fabrieken, die wij in onze hoofdsteden
zien verrijzen Daarvan ondervindt de
schoenwinkelier, dat is de middenstand
de concurrentie, daarvan heeft de bin
nenlandsche schoenfabrikant nadeel en
zelf dus ook zijne arbeiders. Drie
van
standen dus M. H. die door dat euvel
schade lijden. En dat weggenomen kan
en zal worden door de Nieuwe Tarief
wet. Anderen beweren, het buitenland
sche schoeisel zal door verhoogde in
voerrechten toch niet wegblijven. Goed
M. H. I doch dan zal men er zooveel
meer voor moeten betalen en dat meer
dere zal dan toch de schatkist ten goede
komen. Doch ik ben de meening toe
gedaan dat de invoer van buitenlandsch
schoeisel door het nieuwe tarief iD hooge
mate verminderen zal en dat moet ons
natuurlijk ten goede komen. Ik bouw
die meening op het feit dat wij gezien
hebben omtrent 1895. Toen werden de
rechten niet verhoogd maar eenvoudig
scherper toegepast.
Het was onder Minister Sprenger van
Eijk dat paal en perk werd gesteld aan
de fraude die de schatkist in hooge mate
benadeelde en de industrie in niet min
dere mate belemmerde.
Immers voor dien tijd werden schoe-
neo inclusief alle vracht en rechten van
2 zegge 2 geimporteerd ofschoon
het tarief evenals thans 5 was. Toen
werd ons laod als 't ware met buiten
landsch schoeisel overstroomd en die
stroom werd voor een groot gedeelte
door dien eenvoudigen maatregel gekeerd.
Sinds dien mogen we zeggen dat de
schoenindustrie kon opleven en tot
eenige beteekenis komen.
Van toen af kon zij het hoofd bieden
aan buitenlandsche concurrentie, en een
maal zóóver, kon zij hare vleugels bree-
den uilslaan en zich op export g3.
oelcggen. Ziedaar M. H. wat wij
danken hebben aan een verhoogingv.
pl.m. 3%. Mogen wij dan daarop
de stellige verwachting bouwen dat
verhooging van 5 tot 12 alzoo en yc
mindering van 7% ons niet een bet
toekomst zal brengen voor onzen bi
nenlandschen afzet dat voor de groc
fabrikanten veel waard zal wezen
doch voor de kleinen het al of oi
blijven bestaan zal beteekenen, wi
men moge nog zoo hard roepen oy
export, die ik ook gaarne hoog aanjl
toch zal onze binnenlandsche marl
steeds het voornaamste zijn en blijvj
dat is en blijft de grondslag waarop v
verder onze zaken kuonen ontplooien,
Ik heb M. H. de voor- en nadeelt
van het nieuwe tarief eerlijk nagegaa
en mij geheel buiten politiek gehoude
doch meen ik dat nog even te moett
aanroeren. Er wordt wel eens beweer
dat we uitsluitend van een rechts min.
sterie verhooging van invoerrechte
kunneD verwachten, doch mag ik di
even opmerken dat ook onder het linkse
Ministerie de Meester, herzienning va
het tarief aan de orde is geweest 11 Hi
zou toen zijn een herziening uit zuivi
fiscaal oogpunt. Een commissie van voor
bereiding was reeds benoemd. Ik bt
toen met nog een paar andere heert
naar Amsterdam en Rotterdam geweer
om de belangen der schoenfabrikaDte
te gaan bespreken. Toen was het oo
overleer waar speciaal opgewezen wer
en wat werd ons toen door een dt
Heeren ten antwoord gegeven Het vo;
gende veel beteekenende werd oi
gezegd
Vergeet niet Heeren dat de Regeerin
uit fiscaal oogpunt de tarieven wil her
zien en waar U nu zegt dat overleer voot
zulke beduidende sommen uit het buiten
land moet betrokken worden, lijkt he
mij zoo dat dit dan juist een object is
dat het eerste voor belasting in aanmer
king moet komen.
Ik wil dus alleen maar opmerken, d;
het nog lang niet zoo zeker is, datoo
onder een links Ministerie vroeg of laa
niet een herziening der tarieven tot stam
zou moeten komen om het benoodigd
geld voor de sociale wetten te ontvange:
en ik deel dit ook mede om te doe:
uitkomen, dat wij van den Ontwerper dt:
nieuwe tariefwet meer welwillendheid
mochten genieten. De Heer Slotenmakei
kwam toch expres naar Waalwijk om
met een uitgebreide commissie uit ons
midden niet alleen het Tarief uit een
fiscaal oogpunt te beschouwen maa:
werd wel degelijk met eventueele be
Iemmering ter andere zijde rekening
gehouden.
Resumeerende, kom ik tot deze cod
clusies ten eerste dat de nieuwe Tarief
wet na de aangebrachte wijzigingen dt
schoenindustrie niet ia die mate zal hio-
deren als vaak beweerd wordt. Tei
tweede dat het voordeel dat zij ons za
aanbrengen, vrijwel opweegt tegeDOvei
de nadeelen die eventueel uit verhooging
van enkele artikelen mochten voort
spruiteD. Ten derde dat onder een linksch
ministerie, zij het dan uit fiscaal oogpunt
evengoed een verhooging van tarieven
te wachten is, waarbij te vreezen valt,
dat juist om het fiskale niet zooveel met
onze belangen rekening zal gehouden
worden als thans het geval is en daarom
mijne heeren, als gevolg van de con
clusies durf ik u met volle overtuiging
toeroepen >Steunt deze regeering, steunt
haar door als één man te stemmen op
onzen eminenteo, thans aftredenden af
gevaardigde, op het sieraad der Tweedt
Kamer, stemt allen op Mr. Jan Loeff.'
(Applaus.)
Onder groot tumult neemt de heer
Becker het woord, zoodat voor ons niet
veel verstaanbaar is.
Wat wij hooren is, dat hij opmerkt
dat in de circulaire van het Voor-tarief-
wet-comité wel degelijk staat dat een
ieder die voor de tariefwet is lid kan
worden.
Verder zegt u dat Mr. van Best Don
derdag hier zal komen spreken. Het spijt
mij hier dan niet tegenwoordig te kun
nen zijn aangezien ik Woensdag en
Donderdagavond elders eene leziDg moet
houden en Vrijdag zelfs 2. Ik zal er echter
alles voor doen om van de vrijhandelaars
een debater te laten komen.
Verder wijst hij er op dat het anti-
tarlefwet-comité beslist neutraal is en dat
er mannen als Jurgens e a.zitting in heb
ben mannen van wie men wel kan zeggen,
dat zij Mr. Loeff niet vijandig gezind zijn,
Mr. Becker wijst er verder ook nog
op, dat het anti-tariefwetcomité niet
kijkt welk ministerie er zit,, als het een
libeiaal ministerie is die met bescher
ming komt, dan zullen wij dat even
krachtig, nog krachtiger bestrijden.
Ook wijst hij er nog op, dat debater
gezegd heeft dat de schoenindustrie in
bloei is gaan toenemen na het aanne
men der wet Sprenger van Eijk in 1895.
Dit is echter geenszins waar. De
schoenindustrie heeft een grootere bloei
gekregen door de invoering van de
machines.
Spreker wijst er ook nog op, dat de
heerKlijberg zijn stelling niet heeft aan
gevochten, dat hij heeft gehouden een
van te voren gereed gemaakte lezing.