]V timmer 95 Donderdag 27 November 1913 36e Jaargang Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen. Waalwijksche Stoomdrukkerij AntoonTielen, Eerste Blad. SUNLIGHT Gemeenteraadsvergadering DE RECHTMATIGE ERFGENAAM Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. FEUILLETON. BINNENLAND. Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond. Abonnementsprijs per 8 maanden f0."5. Franco per post door het geheele ryk f 0.9U. Brieven, ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. UITGAVE: Telefoonnummer 38. Telegram-AdresECHO. Advertbntikn 17 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën Smaal ter plaatsing opgegeven worden 2 maal berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en advertenties bij abonnement worden speciale zeer voordee1i£e contrar gesloten. Reclames 15 cent per regel. De Sunli^htzeep is absoluut.'zuiver en vrij van schadelijke bèstanddeelen. Zij is goedkoop, overal verkrijgbaar en hare ongeëvenaarde uit muntende kwaliteit beantwoordt ten volle aim de strengste eischemvan hygiene en zuiverheid. Daar om is zij; onmisbaar in ieder wél geordend huishouden. UNLIGHT Baardwijk. Openbare Vergadering van den Raad der Gemeente Baardwijk op Woensdag 19 November 1913 des avonds ten 61/2 uur. Te ongeveer 7 uur opent de voorzitter de Ed. Achtb. Heer J. A. J. van Heijst de vergadering. Aanwezig de leden B. Schrijner, J Klerx J. v. d. Mee en H. G. Donkers, terwijl de heer H. Pullens afwezig is met kennisgeving, terwijl de heervan Beij- nen later ter vergadering komt. De voorzitter leest de notulen der vorige vergadering voor, welke ongewij zigd worden goedgekeurd. Ingekomen a. Schrijven van Ged. Staten van Noord-Brabant in zake electriciteitsvoor- ziening houdende verzoek om inlich tingen over eventueele aansluitingen, straatverlichting, krachtverbruik, enz. De Voorzitter deelt mede, dat van straatverlichting voorloopig wel niets zal komen, daar de gemeente een contract heeft loopen van nog ongeveer 30 jaar met de gemeente-gasfabriek te Waalwijk. Het aantal aansluitingen zal slechts Dij schatting kunnen worden opgegeven, daar de meeste aansluitingen eerst later tot stand komen. Tevens worden gevraagd 3 kaarten van de Gemeente Baardwijk, met aan wijzing der wegen, waarlangs de leiding zou moeten worden aangelegd. Voor de levering dezer kaarten zijn reeds aanbiedingen ingekomen en zal de voorzitter prijs aanvragen. V. d. MeeZijn die kosten voor re kening der gemeente Voorzitter. Ja. b. Schrijven van Ged. Staten, hou dende vaststelling der gemeente-rekening 1912 van wijlen den heer W. van Woen- sel gemeente-ontvanger. Naar aanleiding dezer vaststelling be sluit de Raad diens zakelijke zekerheid, bestaande in eene le hypothecaire in schrijving op zijne in deze gemeente gelegen onroerende goederen tot een bedrag van f3000op te heffen. Van dit besluit zal aan de betrokken familie kennis worden gegeven. c. Concept-Besluit van B. en W. in zake verhaal van pensioen bijdrage op Gemeente-Ambtenaren. De Voorzitter meeDt, daar zijne ge meente tot de noodlijdende gerekend kan worden, dat niet alles door de ge meente moet worden bijgedragen, doch een gedeelte op de ambtenaren zelf moet worden verhaald, zoodat hier de Van »DE ECHO VAN HET ZUIDEN." middenweg is bewandeld. Daar de gemeente noodlijdend is kan voor hare bijdrage echter uit Rijks schatkist subsidie worden aangevraagd, waartoe dan ook zal worden overgegaan. V. d. Mee. Als we echter geen sub sidie krijgen, zal het een zware last voor de gemeente worden. Klerx Is de gemeente verplicht, hier aan bij te dragen. Voorzitter: Ja. Resumeerende, wordt besloten Van de öp 1 October 1913 in dienst zijnde ambtenaren wordt 2°/0 van den pensioensgrondslag verhaald. Op de na 1 October 1913 aangetelde ambtenaren zal 3°/o worden verhaald. De inkoop bedoeld in art. 63 pen sioenwet komt geheel ten laste der ge meente. Het totaal dier bijdrage wordt betaald in 40 annuïteiten tegen een rentevoet van 3'/2 tea honderd. Van f 1000.zou dit dus f 46.83 per jaar bedragen. Op de mannelijke ambtenaren, die op 1 October 1913 in dienst waren, zal in gevolge de weduwe-wet der gemeente ambtenaren 1913, 3 ten honderd van den pensioensgrondslag worden verhaald. Van deze bijdrage verhaalt de gemeen te op de na 1 October 1913 aangestelde ambtenaren het volle bedrag. Indien de gemeente-financiën zulks toelieten, zou de R^ ld niet geaarzeld hebben, de pensioenwetten ten opzichte harer ambtenaren nog milder toe le passen. d. Nota van aanmerkingen van Ged. Staten op de Begrooting 1914. Na eenige wijziging wordt besloten deze opnieuw ter goedkeuring op te zenden. De voorzitter merkt hier op, dat door het te late betalen van den Hoofdelijken Omslag de gemeente reeds in October geen geld meer in kas heeft. Hij verzoekt daarom de heeren leden door een tijdige betaling de overige belastingbetalers het voorbeeld te geven. e. Benoeming van 2 leden voor de Commissie tot wering van schoolverzuim, in plaats van de heeren Jacobus Klerx, aftredend en H. H. Breuer. wegens ver trek. Door B en W. zijn op de aanbeveling geplaatst de heeren Jacobus Klerx. en C. Lcijtens, het nieuwe hoofd der school. Belden worden met algemeene stem men benoemd. Van deze benoeming zal aan betrok kenen kennis worden gegeven. f. Wegens vertrek naar Noord-Ame- rika wordt een schrijven voorgelezen van het vroegere hoofd der School, den heer H. H. Breuer, van den volgenden Inhoud Mijne heeren, Het nnr van beden heb ik met groote vreeze te gemoet gezieD. Immers, wanneer men na het beste deel van zyn leven in den dienBt eener gemeente te hebben gegeven om te mo gen werken aan de ontwikkeling barer jengd en men dien dienst gaat verloten onder niet gewone omstandigheden, dan woelen duizenden gedachten door den geest en velerlei aandoe ningen beroeren dezen. Zoo is bet, dat ik thans voor U sta. Naar beste weten heb ik mijn kannen en knDDen gege\ en en 't nageslacht zal oordeelen of mijn werk al ot niet vruchteloos is geweeBt Zeer zeker is mijn werk zeer vergemakkelijkt door den goeden wil en de belangstelling van zoo velen. Er rust dan ook op mij de plicht van dank te zeggen aan ieder Uwer, die mij waar en boe dan ook, ter wille zijt geweest daar rust echter ook de verplichting op mij, om verschooniDg te vragen voor mijne tekort komingen En na ga ik scheiden. Met den Dnitschen dichter zeg ik „Es iet bestimmt in Gottes Rat dasB wir müs8en scheiden." En scheiden doet zeer. Voor mij te pijnlijker omdat ik zooveel goeds hier heb mogen ervaren. Doch de omstandigheden, die den mensch ma ken, doen het ook hier. Gy voelt dit allen. Ver van U hoop ik met mijne Echtgenoote gelnk te vinden voor de dagen, die ous nog resten. Die hoop verzoet het scheiden. Hoe het echter zijn moge, ons beider harten zullen steeds bij U zyn en zeker znllen wij met be langstelling den loop der dingen in deze ge meente volgen. Mij rest nu nog mijn wensch uit te spreken, die, hoe kan het anders, luidt Weest allen, ieder voor zich gelnkkig met Uwe betrekkingen, weest voorspoedig in al Uwe ondernemingen en weest ieder voor zich ten heil van den kriDg, waarin Ge te arbeiden hebt. Moge ten slotte Baardwijk opbloeien tot een der beste gemeenten van ons aller zoo dier baar vaderland 1 Ik ga nu heen om te zoeken, wat de Eogelsche dichter noemt»Sweet ho me een zoet thuis. Bij bet gaan naar het verreland ginds is mijn Blotwoord Groeieen bloeie odb aller dierbaar Baardwijk Vaart allen wel Ik heb gezegd. g. Benoeming van een nieuw lid van Bestuur voor het Oud-Mannenhuis. Volgens het Reglement van genoemd huis moet door de Regenten in overleg met B. en W. eene voordracht worden opgemaakt. Daar dit nog niet is geschied, wordt besloten, deze aangelegenheid uit te stellen tot de volgende vergadering. h. Schrijven van het Hoofdbestuur der Hanze-Gilde te Geertruidenberg, hou dende verzoek om subsidie voor de op richting van cursussen voor ambachts- onderwijs. Voorzitter De subsidie welke van ons verlangd wordt zal plm. f 20.bedragen. Klerx Het heeft voor onze gemeente weinig nut en daarom ben ik tegen subsidie Van de Mee Ik vind die cursussen allemaal heel mooi doch ze willen altijd subsidie. Het voorstel van den heer J. Klerx, om op het verzoek atvvijzend te beschik ken, wordt met algemeene stemmen aan genomen. i. Besluit van Ged. Staten, houdende vaststelling der rekening over 1912 met eene ontvangst van f9880.16 en eene uitgaaf van f 9422,59'/2, alszoo met een saldo van f 457.56'/2 Voer kennisgeving aangenomen. Niets meer aan de orde zijnde, en niemand men het woord vragende, sluit de voorzitter de openbare vergadering, waarna de Raad overgaat in geheim co mité, fer behandeling der reclame's Hoof delijken Omslag. 10) Arline deed nog moeite den intendant over te halen, maar te vergeefs, de man bleef on verbiddelijk en ten slotte verliet zij ongerust en zonder te weten wat zy van dit alles den ken moest, het hnis harer vriendin. Zij wist dat Alice in het geheel geen familie had en in geval van ziekte aan de verpleging van loontrekkende dienaars was overgelaten, deze gedachte was het meisje onverdraaglijk en zij besloot aan lady Carlyon te Bchryven om zich ter harer verpleging aan te bieden, daar mr. Belton nu toch geheel hersteld was en men haar dus op Clift'o Court niet zoo strikt noodig meer had. Veel langzamer dan zy was gekomen, keerde zij terng en het was reeds schemerdonker toen zij het bosch bereikte waar zij door moest om op Cliffe Conrt te komen. Het was een stille, eenzame plek, die Arline nu nog stiller en eenzamer, ja, bijna angstwekkend ledig voor kwam. Zy versnelde een weinig haar Bchreden, tot dat zij plotseling een zacht gekerm boorde, dat zich telkens met korte tusschenpoozen her haalde. In het eerst wilde het meisje, door angst aangegrepen, de vlucht nemen, maar zij bezon zich terstond en keerde terug. Er is misschien een ongelnk gebeurd dacht zij en iemand kan mijn hulp noodig hebben. Zij keek zoekend om zich en haar oogen die langzamerhand aan de dnisternis onder de zware boomon gewend geworden waren, ont dekten aan den rand van den weg een donkere gestalte, die op den grond lag uitgestrekt. Het w&b eene vrouw. Zonder aarzeling naderde Arline en thans herkende zy de vreemdelinge, die haar 's middags aangesproken en naar den weg bad gevraagd. De vrouw lag met de beenen hoog opge trokken, zoodat haar knieën bijna aan haar kin raakten en keek met akelig woesten blik om zich heen, terwijl zy een zacht gekerm deed hooren. Arline knielde naast haar in het gras m raakte even haar echoader san. Zyt gij ziek vroeg zij. De vroaw antwoordde niet, sloeg zelfs geen acht op haar, doch ging voort met kermen eD znchten. Zijt gij ziek vroeg Arline nogmaals, maar er volgde geen antwoord. Het meisje keek om zich heen en wist niet wat te doen. Zij begreep wel, dat de vrouw zeer ziek was en niet in staat moest zijn haar weg te vervolgen, ook bewees zoowel haar kleeding als haar vraag van dien middag, hoe ver zy nog van Clifie Court waB, dat zij in den om trek geheel onbekend moest zijn. Arline zag geen anderen uitweg dan haar voorloopig daar te laten liggen en naar het slot te snellen ten einde hulp te halen en zy stond dan ook reeds op bet pnnt dit te doen, toen zy eensklaps kort in de nabijheid een geweerschot hoorde, waardoor zij begreep dat er iemand in de bnnrt was. Zij schreeuwde zoo luid zij maar kou en weldra werd haar hulpgeroep beantwoord en wel door niemand anders dan door Lord Cliffo. Hy naderde door het kreupelhout en vroeg Hebt gij om hnlp geroepen, miss Lester Ja, mylord. Wat is er Er ligt daar een arme vrouw, die door een plotselinge ongesteldheid schijnt over vallen te zyn en ik weet niet wat ik doen moet om haar te helpen. Lord Clifie boog zich over de vrouw heen en onderzocht haar met de bedrovenheid van een arts. Nadat hij haar den pols gevoeld en haar oplettend aangezien bad, zeide hy Zy heeft een hevige koorts en is bewus teloos. Waarschijnlijk heeft zy te ver geloopen en is door uitputting in dien toestand geraakt. Weet gy wie zy is Arline vertelde hem wat zij wist, namelyk dat zy de vreemde vrouw twee uren geleden had ontmoet en wat deze toen met haar ge sproken had. Zij wilde naar Clifie Court gaan om mij te spreken riep lord Cliffe zeer verwonderd uit. Ik heb in het minst geen vermoeden wie zy kan wezen, maar in elk geval kunnen wij haar niet hulpeloos hier laten liggen. Hy beschouwde de zieke nogmaals en voegde er vervolgens bij Er is geen openbaar ziekenhuis in den omtrek, en daar ik niet geloof, dat haar ziekte besmettelijk is, zal ik haar naar deziekeDzaal voor de bedienden op Cliffe Court laten brengeD. Zijt gij niet bevreesd met haar alleen te blyven.miss Lester, terwijl ik hulpgahalen? Wel neen, mylord. Arline bleef bij de vreemdelinge terwijl lord Cliffe wegsnelde en reeds tien minnten later terugkeerde met een boschwachter en een wa gentje, met een poney bespannen, dat bij groota jachtpartijen steeds werd medegenomen, om jachtgerei en mondvoorraad te vervoeren. In dit wagentje W6td de zieke voorzichtig neergelegd en lord Clifie beval Rijd na langzaam naar het slot, Mills, stel de zieke onder de hoede van mrs. Belton en ga dan terstond dokter Eletscher halen. NEGENDE HOOFDSTUK. 's Morgens van den dag, die op het tuin feest van sir Ascot Carlyon volgde, dns eenigen tyd voor de gebeurtenissen nit het voorgaande hoofdstuk, kwam de baronet in het boudoir van zyn vrouw die naaBt de sofa zat, waarop haar zoontje sliep. Op de tafel lag «en geopende brief, die terstond zijn aandacht trok. Aha, zeide hij, ik zie dat gij antwoord hebt van Baylist. Ja. Hy wilde den brief opnemen, maar zijn vrouw belette hem dit, Heeft hij maatregelen genomen voor de hypotheek Neeo. Niet Hoe komt dat Ik dacht toch dat gy hem had opgedragen bet te doen Zij antwoordde kalm Neen, dat heb ik niet gedaan, ik heb hem alleen om zijn raad in deze aangelegen heid gevraagd en hier is zijn antwoord. Sir Ascot fronsde het voorhoofd, toen hij haar den brief van den advocaat uit de hand nam en nadat bij hem gelezen had wierp hij bet papier met een onderdrukten vloek weer op de tafel. Die advocaat is een ingebeelde gek nep hy uit. Gij zult toch geen acht slaan op het geen bij u schrijft 4 Hij schrijft dat, wanneer het myn uit drukkelijke wenscb is, die hypotheek te nemen, bij het doen zal, maar waarschuwt mij dot ik wanneer ik het doe, elke aanspraak op het landgoed geheel zal prijs geven, en hij raadt mij daarom aan, mij er niet toe te laten over halen. Zy zweeg. Sir Ascot vroeg ongeduldig En Ik zal zijn raad opvolgen. Zij zeide dit zeer kalm maar op beslisten, vastberaden toon waaruit hij kon opmaken, dat haar besluit onwrikbaar was en onwille keurig balde by de Tuisten van woede en bit tere teleurstelling die hij slechts met veel in spanning kon vorbergen. Hij ging naar het venster en keek zoo lang naar buiten naar het door de zon helder be schenen landschap, tot hij een weinig tot kalmte was gekomen, daarna keerde bij naar zijn vronw terng en legde zijn hand vertrou welijk op haar Behouder. Alice, wat gij daar zegt, kunt gy niet meenen, of liever gij weet niet wat uwe woor den beteekenen, Bprak hij. Ik heb de middelen aangewend om mij geld te verschotten, maar te vergeefs en wonneer gij niet toestemt in die hypotheek, het eenige middel dat my nog aan het noodige geld kon helpen, dan ben ik een verloren man verloren niet alleen finan cieel, maar ook maatschappelijk, want als ik mijn eereschulden niet kan betalen, dan word ik van mijn club verjaagd, door myn vrienden geminacht, in een woord, dan ben ik eerloos. Zij werd doodsbleek, maar zij hield haar oogen onafgewend gericht op het kind, dat daar lag te slapen. Waaneer ik er in toestem wat moet er Collectief en individueel arbeidscontract Onlangs hebben wij bericht, dat de Alg. Ned. Typ-Bond bij de Arr. Recht bank in hooger beroep was gegaan van het vonnis van den kantonrechter mr. Höielt, waarbij was uitgemaakt, dat de opzegging van den collectief arbeidscon tract door werkliedenvereenigingen de leden dier vereenigingen niet ontslaat van de verplichtingen hunner individueel gesloten arbeidscontracten, zoolang zij dit niet hebben opgezegd en dan nog zoolang de opzeggingtermijn duurt. Dit vonnis was een uitvloeisel van de werkstaking der typografen in Januari j.l. De patroonsorganisatie had dat vonnis uitgelokt, om het belangwekkende van het geval, en wel, nadat de kantonrech ter mr. Hiltermann een tegenovergestel de uitspraak had gedaan. dan van mijn kind geworden vroeg zij. Dit landgoed ie zyn erfdeel, ik mag zijn toekomst niet vernietingen. Zijn oogen volgden de richting der haren en bij hernam Gij spreekt van ons kind en van zijn toekomst. Bedenk eens wat zijn toekomst zyn zou, wanneer de meDSchen hem met den vinger nawezen en vol veraehting zonden zeggen, dat zyn vader zyn schalden niet betaald had en als een eerlooze uit de gezelschappen was ge bannen, omdat hij zijn verplichtingen ais man van eer niet had nagekomen. Beter dat men zoo iets zou zeggen, dan dat hij een bedelaar zou zijn- Maar hij zal geen bedelaar zyn Het paard, dat ik thans voor de eerstvolgende wedrennen heb laten inschrijven, moet zeker winnen en don heb ik geld genoeg om al mijn schalden te betalen. De onde geschiedenis, antwoordde zij treurig. Hoe dikwijls hebt gy my dat niet reeds gezegd, Ascot, en telkens is het geheel anders uitgekomeD. Begrijp mij goed, ik be doel niet dat ge zelf geen geloof aan uw woorden hecht, maar het is onverantwoor delijk en lichtzinnig op znlke kansen te bouwen Tot dusverre heb ik steeds aan nw verlangen voldaan en u zelfs myn juweelen gegeven om ze te verpanden en alles is verdwenengeloof mij, onB landgoed zou deDzelfden weg opgaaD, wanneer ik er in toestemde. Maar ik vraag n niet, het landgoed te verkoopeD, drong hij aan, ik vraag alleen nw toestemming om het tot onderpand voor een leening te doen verstrekken. Dat komt in dit geval op hetzelfde neer, want wanneer de leening gesloten is en wy kunnen de rente en aflqsaiDg niet betalen, dan vervalt de hypotheek en het landgoed wordt verkocht. Neen Ascot, ik ben u steeds in alles bereidwillig van dienst geweest en dat wil ik nog zyn, zoolang slechts myn eigen belangen op het spel Btaan, maar die van mijn kind otter ik in geen geval op, het is mijn heilige plicht daarover te waken en dien plicht zal ik vervullen, wat er ook moge gebeuren. (Wordt vervolgd.) De Echo van het Zuiden, Waalwyksche en Laiigstraatsche Courant, EWMRB0RG0 cRVALSCHl ONDER Guieponeird: SCHADÊIIJKE lëaiANDOHUN J»

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1913 | | pagina 1