]V timmer 15
Donderdag 19 Februari 1914
37e Jaargang
Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
Waalwl|ksche Stoomdrukkerij Antoonïielen,
SUNU6HT]
k
DE RECHTMATIGE ERFGENAAM.
Dit nummer bestaat
uit TWEE bladen
FEUILLETON.
LANDBOUW.
SUNLIGHT
WaalwQksche en Ungstrutscke Courant,
Dit Blad verschijnt Woensdag- en Zaterdagavond.
Abonnementsprijs per 8 maanden f0."6.
Franco per post door het geheele rijk f 0.90.
Brieveningezonden stukkengelden ens., franco te zenden aan
Uitgever.
den
UITGAVE:
Telefoonnummer 38. Telegram-AdresECHO.
Advektbntikn 1-—7 regels f 0.60 daarboven 8 cent per regel,groo ST
letters naar plaatsruimte. Advertentiën 8 maal ter plaatsing opgegeven
worden 2 maal" berekend. Voor plaatsing van een groot aantal regels en
advertenties bij abonnement worden speciale zeer ontrac
gesloten. Reclames 15 cent per regel.
De Sunlightzeep is
absoluut zuiver en
vrij van schadelijke
bestanddeelen. Zij
is goedkoop, overal
verkrijgbaar en hare
ongeëvenaarde uit
muntende kwaliteit
beantwoordt ten
volle aan de strengste
eischen van hygiene
en zuiverheid. Daar
om is zij onmisbaar
in ieder wel geordend
huishouden.
EWMRBORGD
NVERVALSCHT
ZONDER
CHAOEIIJKE
tiTANDDEElEH
iGedïponeerd!
L 281
HEDIKHUIJZEN.
Openbare vergadering van den raad
dezer gemeente op Vrijdag 13 Febr.
des voormiddags ten 10 uur.
Voorzitter Edelachtb. heer J. v. Bok
hoven.
Ongeveer 10.20 uur opent de Voor-
Voa „DE ECHO VAN HET ZUIDEN."
zitter de vergadering. Aanwezig zijn alle
leden.
AAN DE ORDE:
1. Beëediging van het nieuwgekozen
raadslid Th. v. d. Aa, als zoodanig toe
gelaten bij raadsbesluit van 2 Jan.
De heer v. d. Aa legt in handen van
den Voorzitter de bij de wet voorge
schreven eeden af.
Voorzitter. Ik vvensch u geluk met het
vertrouwen dat de kiezers in u hebben
gesteld en ik hoop dat u nog lange ja
ren de belangen der gemeente zal be
hartigen.
Thi v. d. Aa. Ik dank u voor de tot
mij gerichte woorden. Vanaf deze plaats
wil ik de kiezers die op mij hun stem
hebben uitgebracht, dankzeggen. Ik zal
mijn best doen dat zij er nooit eenigen
spijt van hebben. En zij, die mij niet
hebben, zwart willen maken, ik hoop
dat zij, na mijne eedsaflegging en na
mijne verklaring ook tevreden zullen zijn.
Hierna worden de notulen der vorige
vergadering voorgelezen en onveranderd
goedgekeurd en vastgesteld.
2. Benoeming leden van het stembu
reau.
Worden na stemming en herstemming
benoemd tot leden, de heeren v. d.
Wiel en Luyben, tot plaatsvervangende
leden van Oudheusden en A. de Kort,
tot vierde lid P. Vuchts en tot plaats
vervangend vierde lid van den Brand.
3. Vborstel van B. en W. om hen te
machtigen tot de verpachting in 1914
van de wei- en hooilanden, den verkoop
van hout en straatslijk.
Voorzitter. Het ligt in de bedoeling
om, vóór dat de verpachtingen van het
bouwland plaats hebben, eerst nog een
vergadering te houden.
Van Oudheusden. Ik zou het bouw
land niet te laat verpachten, dan is er
wat tr.eer liefhebberij voor.
Voorzitter. Dat gaat moeilijk, dan
klopt de acte weer niet en om dat te
doen kloppen heb je veel te veel werk
omdat Ged. Staten te onderrichten.
Van den Brand. Die er zin in hebben
komen toch. Wat echter gewenscht is,
is dat men een meer vaste prijs moest
houden. Kijk een vorig jaar eens met
van Engelen, wat hebben ze die toch
opgejaagd. Verpacht de landen voor
vier jaar, dan wordt het land veel be
ter bemest ook.
Van Oudheusden. Dat bemesten doen
ze toch niet. Ze beloven of zeggen het
wel, maar in den regel komt er toch
niets van. Ik zie dat wel.
Van der Aa. Ik zou in overweging
durven geven de kavels van den te.ver-
koopen grond niet te groot te maken,
dan kan iedereen eens wat koopen en
die meer noodig heeft, kan \an zelfs
meer koopen nemen.
Voorzitter. Dat is ook mijn gevoelen.
Van den Bi and. Hoe beter het land
wordt onderhouden door de pachters,
hoe beter het kapitaal van de gemeente
blijft bewaard.
Luijben. Dat valt.tegen. Wij hebben
het al eens gedaan.
Van der Aa. Het is wel niet af te
keuren het voorstel van Van den Brand
want het is beslist waar dat het voor
het land het beste is, doch het gaat
meestal over de personen wie het land
pachten.
Hierna wordt het voorstel van B. en
W. met algemeene stemmen aangeno
men.
4. Voorstel van B. en W. tot ver
bouwing der school te Haarsteeg en te
Hedikhuijzen.
Voorzitter. In de scholen te Haarsteeg
en Hedikhuijzen zijn de lichtramen en
de privaten niet overeenkomstig de ge
stelde eischen.
Te Haarsteeg zijn .,e gangen tusschen
de banken niet breed genoeg van wege
den stand der kachels, bovendien zijn
in een lokaal nog banken ingericht voor
drie schoolkinderen en dat mag in geen
geval meer.
B. en W. hebben den bouwkundige
J. van Vlijmen teekening en bestek doen
opmaken om die scholen aan de gestelde
eischen te laten voldoen. Het voor
naamste werk zal bestaan in het aan
brengen van nieuwe lichtramen, het ver
plaatsen der scboorsteenen met bijzon
dere werken en het verbouwen der
privaten. De teekeningen moeten eerst
aan den districtsschoolopziener ter goed
keuring worden opgezonden.
De begrooting bedraagt zoo wat f1000.
Van der Aa. De privaten moeten
vooral ruim worden gebouwd.
Voorzitter. Ja. B. en W. stellen voor
te besluiten tot verbouw der scholen
34)
Geenszins, dokter Carwe. Hij zette het
zijne, zonder zich een oogenblik te bedenken,
op bet «pel voor. iemand, die hem volkomen
vreemd was ik heb, door hem te verplegen, mij
niet aan bet minste gevaar blootgesttld en mijD
schuld der dankbaarheid j'gens hem is zoo
groot, dat ik dis nooit geheel zal kunnen af
doen.
De dokter wendde zich oenigszins ongeduldig
af.
Uwe edelmoedigheid en uw goedheid be
schouwen de zaak slechts van dit standpunt,
Benora. Vindt ge niet dat, aoodra onze patiënt
voldoende hersteld is om onze vragen te kunnen
beantwoorden wij z'yn familie van het ge
beurde moeten kennis geven, opdat zij
verder omtrent hem beslisse.
Zeker zullen wij dat doen, antwoordde
zij, maar dan zal hij ons moeten verlaten.
Nu, dat zal vroeg of bat toch moeten
gebeuren, was het stroeve antwoord.
Zij zuchtte.
Nu, wanneer by weg moet, dan mag dat
toch in geen geval gebeuren, voordat hy geheel
hersteld is, zeide zij.
Hubert hoorde het geheele gesprek maar het
was hem alsof het ver van hem gevoerd werd,
want de stemmen klonken hem in het oor,
alsof bij ze in een droom hoorde. Kort daarop
verwijderde zich de dokter en toen hield Do
lores zich bezig eenige vazen, die in de kamer
stonden, van friseche bloemen te voorzien,
een werk, dat baar veel genoegen deed ver
schaffen.
De genezing van Hubert vorderde uiterst
langzaam, maar Ooioies en baar dienstbode
deden voor bem wat zij konden en wanneer de
gedachte aan Arline bem niet dagelijks meer
en meer had bezig gehouden en met angst
vervuld dan zou Hubert zich in den toestand
long niet ODgelukkig gevoeld hebbeD.
Da dokter heeft gezegd, dat wij u thans
wat voorlezen mogen, zeide Dolores op zekeren
morgen tegen hem en haar stem klonk vroolijk
en zagevierend, als was zij er trotsch op dat
hy zoover hersteld was.
Met altijd nog zeer zachte stem antwoordde
hy
Dat doet mij genoegen. Zalt gij mij
voorlezen?
Esn droevige schaduw gleed over baar gelaat
eu haar armen vielen slap langs haar lichaam.
Ik kan niet, aotwoorde zij, ik beu blind.
Hubert maakte er zich een bitter verwijt
van, dat bij haar deze vraag gedaan had en
het kwatn hem bijna onvergeeflijk voor, dit
niet vroeger opgemerkt te hebban, want nu
was alles opgehelderd, wat hem eerst zoo zon-
derling toegeschenen bad.
Dat doet mij van harte leed, Btamelde hij,
ik heb niet geweten, dat gij....
Ik ben er nu al zoo aangewend, dat ik mij
met evenveel zekerheid beweeg, alsof ik zien
kon, maar in den beginne was het verschrik
kelijk, verschrikkelijk
Maar al kan ik u niet voorlezen, dan
ban ik u tcch alles wat ik vroeger gelezen
heb, vertellen en dat zal u ook verstrooiing
gaven.
Zij had een verwonderlijk scherp geheugen
en herhaalde hem bijna woordelijk den inbond
van verscheidene werkeD.
Op die wijze sleet Hubert menig aangenaam
uur.
Zoo zat zij op zekeren middag weder aan
zijn bed te vertellen en uit gewoonte streek
zy bem van tijd tot tijd met de vingers zacht
over de hand, toen zij eensklaps ophield en
zeide
Gij luistert byna niet naar my, gij denkt
aan heel iets anderB.
Hoe weet gy dat.
Dat kan ik u niet vertellen, maar ik weet
het. Erkent ge dat ik gelijk heb?
Ja, ge hebt gelyk, antwoordde hij met
zucht, maar gij moet mij daarom niet voor
ondankbaar houden, ondanks mijzelven zijn
overeenkomstig het bestek en teekening j
en tot het aanschaffen van nieuwe
schoolbanken.
Van den Brand. Wordt het aanbesteed.
Voorzitter. Ja.
Hierna wordt het voorstel van B. en
W. met algemeene stemmen aangenomen
5. Voorstel van B. en W. tot het
aanbrengen van een schoorsteen tn de
raadzaal.
Voorzitter. Zooals de heeren weten
is er in de raadzaal geen schoorsteen
waardoor er geen kachel kan geplaatst
worden. Bij plechtige gelegenheden,
zooals b.v. het bezoek van den Com
missaris is dat zeer lastig. Bovendien
alles wordt vochtig en klam als er nooit
kan worden gestookt.
Het spreekt van zelf dat wij van een
klein postje als dit geen begrootiag
hebben doen opmaken- Ik schat dt
kosten zoowat.op een f90 of f 100.
Met algemeene stemmen wordt het
voorstel van B. en W. aangenomen.
6. Voorstel tot wijziging der begroo
ting 19L3.
Conform het voorstel van B. en W.
wordt besloten.
7. Ingekomen stukken.
a. Besluit van Ged. Staten van 3 Jan.
tot verdaging der beslissing aangaande
de gemeente begrooting.
b. Idem een besluit van 19 Jan. lot
goedkeuring der begrooting.
Van Oudheusden, Ik heb vroeger
eens gesoroken over het slaan van eeuige
palen bij de aanlegplaats. Naar ik heb
vernomen zullen te Amnierzoden aaD de
aanlegplaats eenige verbeteringswerken
geschieden door een zekeren vanVenrooij
uit den Bosch. Zou het niet goed zijn
dat B. en W. zich met dien aannemer
in verbinding stellen om nu hier ook die
palen er in te slaan.
Voorzitter. Ik zal mij met den aan
nemer eens in verbinding stellen, dan
kunnen wij eens zieD.
Niets meer aan de orde zijnde en
niemand meer het woord verlangende,
sluit de Voorzitter de vergadering.
Hoe men de weide behandelen moet.
Bijna overal is het doorgedrongen,
dat ook de weiden bijzondere zorg ver-
eischen, zoowel wat aangaat de bemes
ting, als haar vochtigheidstoestand. In
vroegere jareo liet men de weiden liggen,
zooals ze na den aanleg waren. Een
beter inzicht in de eigenschappen van
den bodem en de voeding heeft gemaakt,
dat ook ten opzichte van den grasbouw
de toestanden veranderd zijn. In 't al
gemeen kan men zeggeD, dat alleen die
gronden, welke uit hun aard eenigszins
vochtig zijn, zich bijzonder leenen, tot
het voortbrengen van overvloedig en
goed gras. Het regenwater alleen is
vaak onvoldoende voor een rijken gras-
bouw. Eenigszins droge weiden moeten
dus zooveel mogelijk bevloeid worden.
Het tegenovergestelde heeft in ons land
veel vaker plaats, n.l. dat al te vochtige
weiden van het overtollige water bevrijd
moeten worden. Wanneer het bodem
water in te groote hoeveelheid voorhan
den is, stikken de planten. Zij kunnen
niet meer ademen. Het gevolg Is, dat
de zoogenaamde zoete grassen verdwij
nen en daarvoor in de plaats treden zure
grassen en moerasplanten. Zulke weiden
moeten ontwaterd worden. Wanneer een
welde op een humusachtigen grond is
aangelegd, dus bijv. op veengronden en
de bodem door zijn ligging en zijn niet
te hoog watergehalte voor de lucht toe
gankelijk is, kan men aannemen, dat er
een voortdurende bron van stikstof is
en het dus niet. in de eerste plaats deze
voedingstof is, die de pianten behoeven.
Het is de taak van den landbouwer deze
stikstofbron zoo rijk mogelijk te doen
vloeien. Daartoe moet hij, behalve voor
bodem-ventilatie ook zorgen voor de
aanwezigheid van al die andere elemen
ten, welke de aanwezige stikstof bruikbaar
maken. Dus in de eer3te plaats worde
kalk, phosphorzuur en kali op de wel
den gebracht. Voor kalibemesting is
kalkmergel zeer geschikt. Wanneer men
de kalk in anderen vorm voorradig heeft,
kan men die gebruiken, mits men zorge
dat de kalk in drogen toestand op de
weide wordt gebracht. De goede wei-
degrassen zijn alle zeer kalirijk. Daaren
boven hebben zeer veel weiden, vooral
die op veenachtige bodems gebrek aan
kali. Geen wonder dus, dat kali op de
weide noodzakelijk is. De beste vorm,
waarin deze kan worden gegeven, is
mijn gedachten afgedwaald.
Waarheen?
Naar hnis
Naar uw buis? vroeg ay na een kort
stilzwijgen, ik dacht dat ge u in het bijzonder
met een persoon bezighield.
Ojk daarin hebt gij gelyk.
En die persoon is een vrouw vroeg zij
verder.
Ja.
Een vrouw, die gij bemint?
Ja, een vrouw die ik bemin, herhaalde
bij. Wil ik u over haar spreken Ik zon bet
gaarne doen, want waaneer gij haar kendet,
dan zoudt gij haar zeker ook liefhebbea.
Dolores antwoordde niet dadelijk. Deze me-
dedeeling scbren baar eenigszins m verwarring
te hebben gebracht, doch een oogenblik later
kwam er weder een onbeschrijfelijk zachte uit
drukking op haar gelaat en zij zeide
Ja, vertel mij veel van haar, zeer veel.
Hubert begon daarop van Arlioe te vertel
len, haar goedheid, haar schoonheid en zijn
liefde tot haar te beschrijven.
Ik verkeer omtrent haar in de grootste
ongerustheid, zeide by ten slotte. Zij heeft
Gliffe Court verlaten op den morgen van der-
zelfden dag, dat ik naar Londen vertrok en
ongelukkigerwijze heb ik de kaart verloren,
waarop baar adres stond, ik weet daarom niet
waarheen ik haar Bchryven moet, want dokter
Fletcher maakt een groote reis op het vaste j
land en bij is de eenigste die mij 't adres zon j
kunnen geveD.
Wil ik voor n aan haar schrijven stelde
Dolores voor. Dat ban ik zeer goed, hoewel
ik niets zie en men zal haar dan den brief
misBcbien nazenden.
Dat is waar zeide- Hubert na eenig be
denken.
Dolores baalde toen een kleine schrijfcassette,
die zij voor zich op de tafel neerzette, want
Hubert waB nog veel te zwak om zelf te knnneu
schryven.
Het tafeltje, waarop ay de schrijfcassette
neergezet had, stond voor het ledikant en toen
zy het opende om er postpapier uit te nemen,
viel er een klein opgevouwen vel papier op bet
bed.
Hubert raapte het op om het haar terug te
geveD, maar tegelijk viel zijn blik op een op
schrift, dat op de buitenzijde stond.
Het waren sleohts twee woorden, maar van
zeer veel beteekenis, want zij lniddon
nMijo trouwakte."
Wat is er nit gevallen? riep Dolores
haastig uit.
Zij nam hem bet papier uit de hand, be
tastte het en een gloeiend rood bedekte haar
gelaat^ebt Rezien wftt het was? vroeg zy.
Het spijt mij zeer, maar onwillekeurig
zag ik het, antwoordde by, zeer verbaasd over
het voorval dat haar. zooals hij opmerkte,
hevig deed ontstellen. Ik hoop dat Rij het mij
niet kwalijk zolt nemen, wanneer ik n er op
wijs. dat een gewichtig document wel op een
veiliger plaats bewaard mocht wordeD.
Hel n kwalijk nemen O neen, antwoordde
zij verstrooid, terwijl zij het papier in de band
hield en met de vingers betastte. Mr. Cliile,
hebt gij geraden wiens trouwakte het is t
Hy aar elde, want hij wist niet wat hy
antwoorden zon.
Ik merk het al, gij hebt het geraden,
riep zij nit, ja juist sedert tien jaren ben ik
thans gehuwd. Destijds was ik nauwelyks
zestien jaar oud. Dat verwondertu, metwaar?
Ja, bet verwondert mij, hoewel ik eigenlijk
niet weet, waarom, erkende hij.
Ik heb mijn meisjesnaam weer aange
nomen, omdat ik den naam van mijn echtgenoot
haat. giDg zij voort met een zekere onder
drukte heftigheid in haar stem, die Unbert
nog niet by haar had opgemerkt, en daar ik
geen familie in Engeland heb en ook niemand
anders die belaDg in mij stelt, kan ook nie
mand mij er een verwijt vbd maken, dat ik
het deed.
Ik geloof ook niet dat men n verwijten
zal iets gedaan te hebben, wat gy voor recht
hield, zeide Hubert, zeer verrast door hetgeen
zij hem vertelde.
Dolores zweeg, als scheen zy ergens op te
wachten, maar toen Hubert bleef zwygeD,
hernam 'zij eenigszins spytig
Gij vraagt mij in het geheel niet naar
byzoDderheden, stelt ge dan zoo weinig belaDg
in hetgeen my betreft mr. CMw
Integendeel, ik stel zelfs heel veel belang
in alles wat op u betrekking heoft, antwoordde
Hubert op hartelijkeu toon, maar ik wil u
niet met onbescheiden vragen lastig vallen.
Zy glimlachte, dit aDtwoord schoen haar
zeer verheugd te maken, want ondanks haar
zes en twintig jaren bad zij nog iets kinderlijks
eenvoudigs over zich.
Ik bon zoo blij dut n dat zegt, want
oik heb zoo gaarne dat men belang in my
stelt en van u houd ik alsof ge mijn broeder
waart, zeide zij op ongokucstelden toon.
Ik zon ook niets liever wenscben dan dat
gij mij als zoodanig bi schouwde,hernam Ilnbert
terwijl bij de witte, fijne zachte hand der
blinde aan zijn lippen drukte bet maakt my
onuitsprekelijk gelukkig, dat gij my als een
broeder beschouwt, misschien ban ik na
verloop van tijd nog eens al uw goedheid
vergelden.
Stil, zeide zij met een afwerende hand
beweging, duur moogt ge niet van spreken.
Bedenk toch welk een eenzaam leven ik leid,
ik heb peen bloedverwanten, geen vrienden
behalve Jnstine en zy en ik leven steeds op
dezelfde eentonige wijze voort, van da? tot
dag, van week tot week, van jaar tot jaar
zonder eenige afwisseling Soms gevoel ik mij
dan ook zoo verlaten en troosteloos, dat het
leven mij bijna een last wordt. Het is werke
lijk een weldaad voor mij geweest, dat gij
hier kwaamt en dat ik u kon verplegen, dat
gaf mijn voor 't minst een levensdoel, ik vond
my bPBtaan niet nnttelooB meer.
Hubert keek baar eenigszins verlegen aan
en vroeg toen
Wilt ge mij tbans uw levensgeschiedenis
verhalen Waoneer ik nw broeder ben, dan
heb ik ook het recht die te vernemeD.
Ja, antwoordde zij, ik zal n alles ver
tellen en dan kunt ge salt oordeelen of ik al
dan niet gefaald heb. Ik ben in M< x co gebo
ren, mjjn vader was een Spanjaard en mya
moeder een Engeleche.
(Wordt vervolgd.)