Markode Bandiet
|„IT00R,D-BRABA1TD"I
WAALWIJK.
I
FEÜILLETOh
Gemeenteraad.
Maatschappij van Verzekering op het Leven.
nUMMER 21
WOENSDAG lg MAART 1921
U* 3TXXSSZK9.
Teïef. 38
WAALWIJKSCHE EN LANGSTRAATSCHE COURANT,
Uitgave: WaalwIJksche Stoomdrukkerij An toon Tlelera. Telegr.-AdresECHO-
20 cent per regel; minimum f 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
Met den kindertroin naar tV oenen.
II.
TWEEDE DEEL.
"T.fflBSH
DERDE DEEL.
DB GEZELLEN VAN HET DYNAMIET.
I. HET LAND DER ROZEN.
55)
DUSSEN.
(Vervolg).
Na heropening stelt de Voorzitter de
heer Roels, ingenieur bij de P. N. E. M.,
aan de vergadering voor.
Vervolgens wijst hij er op dat in 1914'
even voor het uitbreken van den oorlog,
reeds onderhandelingen zijn gevoerd en
besprekingen gehouden over het aan
sluiten bij de P. N. E. M. Een begrooting
van de kosten is toen reeds gegeven,
welke thans echter niet meer kan gelden
Later was nog eens gevraagd, maar de
hoofdopzichter van den Rijkswaterstaat
adviseerde toen dat er door de ontzet-
tende hooge prijzen van het materiaal
niet aan uitvoering van het werk viel
te denken.
Thans is echter de electrificatie van
Opgericht
1843.
Verzekerd Kapitaal
Reserve
25.586 757.—
3.1l3.7o7."
een deel van het Land van Altena door
de verschillende burgemeesters weer
aan de orde gesteld en hebben zelfs
met professor Van Swaay al een con
ferentie gehouden De prijzen van het
materiaal zijn thans zoo laag, dat nu
de tijd daar is om tot aansluiting over
te gaan. In Duitschland is de trust van
de kabelfabrikanten ontbonden en con-
curreeren de fabrieken, ook door de
heerschende malaise, weer ontzettend,
met het gevolg dat de kabelprijzen zeer
laag zijn.
De P. N. E. M. wil nu deze streek
onder stroom brengen, doch dan moeten
de gemeentebesturen voor een zeker
bedrag garant blijven. Voor deze ge
meente bedraagt dat f 2.50 per inwoner.
In het belang der gemeente zal het
dan zijn dat zoo veel mogelijk aan
sluitingen komen, Burg en Weth. stellen
voor garant te blijven tot een bedrag
van f9050 per jaar.
De heer Roels verkrijgt alsnu het
woord om uiteen te zet'en waf de
P. N. E. M. wenscht. Alvorens daaitue
over te gaan, feliciteert hij de gemeente
dat ze niet zit met een provisorium,
zooals dat met enkele gemeenten wel
het geval is en waardoor deze reuzen
stroppen hebben gekregen.
Hier is zulks niet het geval en be
hoeft het bedrijf dus niet te beginnen
met een te kort, doch kan met een
schoon boek beginnen, kan op een
gezonden grondslag worden begonnen.
Met het stelsel dat zooveel veront
waardiging heeft gewekt en waarover
door burgemeester Van der Ven in de
Statenzitting is gesproken, heeft de
P. N. E M. gebroken en nu neemt ze
de kosten van aanleg der kabels voor
eigen rekening, doch vraagt nu een
garantie van de gemeente. Is het verbruik
nu f 9050, dan heeft de gemeente niets
bij te betalen en blijft het verbruik
f 1000 onder het garantie-bedrag, dan
moet de gemeente dat bedrag bijbetalen.
Spr. toont aan de hand van cijfers
aan dat het garantiebedrag niet hoog is
en zeer gemakkelijk aan stroom zal
worden afgenomen. Wanneer er hier
500 aansluitingen zijn alleen van iicht,
is men er reeds, doch vaststaat dat
stroom voor krachtgebruik zal worden
afgenomen en dat slaat het meest door.
De boerderijen zullen ook aansluiten en
gebruik maken van de electriciteit om
hun machines te doen bewegen en dat
alles mag doen verwachten dat het bedrijf
zich heel spoedig zal redden.
Spr. geeft in overweging de prijs te
bepalen op, voor licht 55 en voor kracht
25 ct. per K. W. uur. De kosten zijn
dan ongeveer bij een lichtsterkte van
50 kaarsen 2 k 3 ct. per uur.
Vervolgens geeft spr. in overweging
om spoedig tot een besluit over te gaan
wijl het niet onmogelijk is dat de prijzen
van het materiaal zullen gaan stijgen.
Ook geeft hij in overweging dat men,
alvorens men zijn installatie laat aan
leggen, bij verschillende installateurs
prijsopgave vraagt.
Nadat verschillende leden eenige vra
gen hebben gesteld, welke allen door
den heer Roels worden beantwoord,
(Wordt vervolgd).
Dit blad verschijnt
WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND.
bonnementsprijs per 3 maanden f 1.25.
franco p. post door het geheele rijk f1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
IIK M INI VAV HET /IIIIEV.
Prijs der Advertentlön.
4»
WEENEN, 6 Maart 1921.
Wanneer men naar Weenen reist en men
heeft zich te voren reeds zoo'n schrikkelijk
beeld van ellende voor den geest gefanta
seerd, dan is men direct na aankomst al
daar ik zou haast zeggen teleurgesteld. Ook
ik had me zoo voorgesteld, dat mij bij aan
komst in Weenen de nood die er heerschl
van alle kanten zou tegengrijnzen, dat ik in
I straten zou komen waar een door de ellende
terneergedrukte bevolking met door gebrek
vermagerde gezichten zich zou voortbewe
gen. Doch dit is lang niet het geval. Voor
een vreemde is Weenen op het eerste ge
zicht een stad zooals andere groote steden.
Men moet eerst enkele dagen daar zijn om
een klein idee te krijgen van den nood die
er in de gansche stad heerscht. Dit is dan
ook de reden, dat zoovelen die slechts even
in Weenen geweest zijn bij hun terugkomst
weten te vertellen dat het niet zoo erg is
als men wel zegt. Wanneer men ook niet
I verder gaat dan de hotels, de theaters, bi
oscopen en het groote aantal andere verma
kelijkheden (niet vergeten de danshuizen)
en de beroemde „Prater" dan krijgt men
ook werkelijk dien indruk.
Wanneer men on. een opera bezoeken
wil, behoeft men met het nemen van kaar
ten niet te wachten tot den dag der voor
stelling, want 't is nutteloos wijl dan alles
uitverkocht is. Zoo heb ik Donderdags
reeds kaarten besproken voor Dinsdags der
volgende week, eerder ging het niet. In alle
zoo juist genoemde vermakelijkheden is het
overdruk en het gaat er zoo lustig toe, dat
men niet denken kan dat in zoo'n stad el
lende heerscht. Maar men moet niet verge-
i ten dat de overgroote meerderheid bestaat
uit vreemden, rijke joden of andere rijken,
velen die van den toestand profiteeren eu
met den sluikhandel veel geld verdienen.
Al zijn deze te zamen slechts een klein per
centage van de bevolking zoo zijn ze toch in
een millioenen stad als Weenen is, ai gauw
met eenige honderd duizenden en kunnen
dus in de hotels en schouwburgen heel wat
plaatsen bezetten. Zij zijn het dus in hoofd
zaak die de oogen van vreemden verblinden
en de overige bevolking die zoo onder het
gebrek gebukt gaat, hun ellende nog harder
doen voelen. Want gebrek wordt er geleden,
groot gebrek aan alles, in alle standen. Die
vroeger rijk waren, zijn thans arm doordat
de waarde van het geld zoo gering gewor
den is. Zij zijn gedwongen geworden het een
na het ander te verkoopen en per slot ook
liun huis dat voor hen te duur werd te ver
wisselen voor een kleine woning. Onder den
middenstand is de nood wel het hoogst ge
stegen. Daar heeft men die vroegere offi
cieren, dat groote getal staats- en gemeen
teambtenaren, enz. Aan alles hebben deze
menschen gebrek, daar hun salaris lang niet
in overeenstemming is met de duurte van
axle noodzakelijke levensbehoeften. Aan
kleeren kunnen ze heelemaal niet denken
en hetgeen ze aan hebben is dan ook ge
woonlijk van vóór 1914 ofwel men ziet ze
loopen met kleeren uit uniformen e.d. ge
sneden. Om eens een klein voorbeeld te ge
ven laat ik hieronder volgen een lijstje van
hetgeen een Weensche huismoeder uit den
middenstand mij zeide noodig te hebben om
een week te kunnen huishouden. Het is een
gezin bestaande uit man, vrouw en drie kin
deren wonende op de 2e verdieping met een
inkomen van 3000 kronen per maand, dus
een gezin van middelmatigen omvang, van
middelmatige behoeften met een middelma
tig inkomen.
Brood (v. 5 pers.) p. week 7 K. G. 55 Kr.
Meel 3| K. G108 Kr.
Vet en boter 300 Kr.
Aardappelen 10J K.G140 Kr.
1 Suiker 1 K. G125 Kr.
Vleesch 0.7 K.G100 Kr.
Ersatz koffie 1 pakje 60 Kr.
Zout 0.4 K.G44 Kr.
Steenkolen 7 K.G42 Kr.
Hout 30 K.G75 Kr.
Zeep (toilet en wasch) 2 stukken 44 Kr.
var „Be Echo van het Zuiden".
door
ImuIs Boussenard.
Huur, 1 kamertje m. keukentje p. w. 15 Kr.
De eerste dagen van den oogst, werd de
inhoud der korven zorgvuldig nagegaan
om hun oversten aan 't lachen te krijgen
hakten de soldaten lompweg de korven om,
zoodat de rozen twee voet hoog op den weg
lagen. De Turken trapten dan tot aan hun
knieën in de bloemen en schokten van ge
noegen wanneer de ezeldrijvers hun geuri-
gen last met de spade weer opschepten, werk
dat uren duurde. En tot overmaat van
smart was hun oogst dan vermengd met
gruis en uitwerpselen der ezels.
Natuurlijk, er werd niets verdachts ont
dekt Ten overvloede, alleen het gezicht dier
vettige, verstompte idioten, verdreef alle
vermoeden dat er smokkelarij in het spel
kon zijn.
Maar die brutale en nuttelooae nasporin
gen beschadigden danig de koopwaar en de
eigenaar der stokerij van Egri-Palanka,
ivoor wie de rozen bestemd waren, besloot
hMrhsillgw te vermijden.
te samen 1108 Kr.
Zooals ik zeg zou de Weener huisvrouw
dit noodig hebben om een week van te kun
nen opscheppen, maar daar alles samen 1108
Kronen uitmaakt en het gemiddelde loon
slechts 700 Kronen is kan van alles nog
geen» sprake zijn. En dan is alles nog voor
liet grootste deel tegen de z.g. distributie-
prijzen berekend, de sluikhandelprijzen zijn
tot 8 maal zoo hoog en is men dikwijls ge
dwongen die te betalen daar men van de
rantsoeneering niet leven kan. Voor de
juistheid der prijzen en van het inkomen
sta ik borg, of eenige artikelen soms over
bodig zijn of in te groote hoeveelheid wor
den ingekocht, dat laat ik aan de beoordee
ling der lezers en lezeressen, hoofdzakelijk
aan de huismoeders1 over. Men moet voorts
niet uit het oog verliezen dat er nog veel
grooter gezinnen zijn waar vanzelf de be-
i bhoefte grooter is en dat er verder nog niets
gerekend is voor kleeren, ziekte en werke
loosheid, welke laatste in Weenen vooral
aan de orde van den dag is. Ik kom echter
daarop in een volgend artikel terug.
Onder de arbeidende klasse is de nood al
niet veel minder, al verdienen velen al iets
meer dan een beambte. Is het wonder dat
de ziekenhuizen zoo vol liggen, als men ziet
dat een arbeider op een klein stuk droog,
slechtsmakend brood en 's middags een paar
aardappelen gewoonlijk zonder vet of
vleesch naar de fabriek moet of een vrouw
die zich den ganschen dag voor het gezin
moet uitsloven en gewoonlijk niet weet wat
op tafel te brengen, zichzelf ook niet be
hoorlijk voeden kan wijl ze"' alles nog spa
ren wil om toch haar kinderen maar niet
te veel gebrek te doen lijden. Is het te ge-
looven dat zoovele kinderen ondervoed zijn
wanneer ze slechts 'n stuk droog brood, wat
aardappelen een hoogst enkele maal vet of
vleesch en nimmer melk of eieren krijgen.
Melk is er in het geheel niet te krijgen dan
alleen voor kleine kinderen beneden het jaar
en tegen den prijs van 20 Kronen per liter.
Is 't kind ook maar een dag ouder, dan moet
't reeds zonder melk worden grootgebracht.
Eieren zijn voor de meesten ook een luxe
daar de minste prijs thans 15 Kronen is.
Moet ik nog meer aanhalen om U te over
tuigen dat er gebrek of liever gezegd „hon
ger" geleden wordt. Eerst wanneer men een
paar dagen in Weenen is en men verwijlt
niet uitsluitend in hotels en ontspannings
gelegenheden doch ook in de gezinnen van
alle standen, dan krijgt men eerst eenig
denkbeeld van den nood in deze stad. Schoon
is zij genoeg. Als is zij ook niet meer het
Weenen van vroeger, al zijn de straten
thans niet meer zoo goed onderhouden, al
zijn vele parken e.d. zeer geruineerd, al zijn
de meeste huizen verfloos, het is en blijft
een wouderschoone stad.
Ik noem hier slechts Schönbrunn met zijn
Neptun grotte en Gloriette wat op een berg
gelegen is en waar men van een heerlijk
panorama van Weenen genieten kan, met
zij prachtig Keizerlijk Lustslot, den Hof-
burg, het raadhuis, het parlement, de ver
schillende ministeries en museums en het
wereldberoemde reuzenrad waarin men
zoo'n onvergetelijk gezicht over de gansche
stad heeft.
Maar het ligt niet op mijn weg al het
schoons van de stad Weenen hier te gaan
beschrijvenkon het volk van schoonheden
leven dan had Weenen zeker nlemands hulp
noodig, maar waar dit niet is, kan de be
volking uitsluitend door hulp uit het buiten
land geholpen worden. Er is zeker ook door
Holland reeds veel gedaan ter leniging van
den nood, men inoet het zelf gezien hebben
om te weten wat vreugde een levensmidde
len-pakket uit Holland in een huisgezin
brengt. Tegen iedereen moet het verteld
worden en allen zijn dan even jaloers op dat
gezin. Want die Weenerlui zijn zeer pronk
zuchtig op hun manier vooral waar het eten
betreft.
Gaan ze 's avonds naar een theater of
balzaal dan nemen ze wat brood mee, zoo
het er is wat spek er tusschen en zoo ziet
Daar was maar één middel toehet
„bachchich" aan de kolonel-opperbevelheb
ber. De rozenoliefabrikant stopte hem een
eerbiedwaardige hoeveelheid Turksche pon
den in de hand en de opperofficier brak af
met alle plagerijen. Het nazien, echter, ging
voort, kalmerde soldaten onderzochten
den inhoud van hier en daar eenen korf.
Maar zelfs dat voldeed den stoker niet,
die gaarne zijne rozen van beste hoedanig
heid ongeschonden in de fabriek kreeg. Te
dien einde moest alle onderzoek vermeden.
De kapitein, op zijne beurt, ontving in het
geheim een „bachchich", en van af dit oogen-
blik zag hij alles door de vingers.
Maar ook de onderofficieren wilden hun
deel van de fooi, daarna de soldaten... Zoo
komt het dat de trein reeds twee dagen
doorgaat zonder hindernis.
Dus, niets buitengewoons bemerkende,
zegt de kapitein achteloos:
't is wel!... maakt dat ge voort komt!
Dan, uit speelzucht, kletst hij met zijne
karwats om de ooren der ezelin, welke aan
de spits van den trein gaat. Het dier, ver
rast en pijn gevoelende, snuift en blaast en
steigert. De kapitein hoort metaal verschui
ven. Daar, vlak voor hem, op den bodem
van de korf onder de rozen. Het schijnt dat
de oude vetzak verbleekt onder de vuilnis
die zijn gelaat met een dikke korst bedekt
Zijn oogen flikkeren onder zijn ongekamden
haardos en hij werpt zijnen gezel een dier
onvergetelijke blikken toe, waarin iemand
die in doodsgevaar verkeert, zijn gansche
ziel bloot legt.
Dit alles is zoo vlug gegaan als de gedach
te.
Wat is er in dien korf? vraagt de ka
pitein vinnig. Oorlogssmokkelwaar
Hij strekt zijn hand uit naar den korf
om het deksel op te lichten, dat vast wordt
gehouden door een hout. Met ongehoorde
koelbloedigheid hoewel z'n vuile vingers nat
zijn van 't zweet, neemt de oude het deksel
weg, en verzoekt den officier zijne hand te
steken in de lading rozen. Dit alles zonder
een woord te spreken, zonder overhaasting,
zonder eenig spoor van aandoening.
Werktuigelijk steekt de kapitein zijne
hand in de welgeurende bloemkelken. Zijne
vingers betasten een ijzeren kistje.
Hij haalt het te voorschijn opent het en
men dan ook vele Weener schoonen met be
vallige elegante manieren een droog stuk
brood verorberen met een smaak die zelfs
ons jaloers maakt. Maar dat doet eigenlijk
weinig ter zake. Ik hoop U eenigszins te
hebben overtuigd dat de nood in Weenen
werkelijk hoog gestegen is en er is voor
eerst nog weinig uitzicht op verbetering.
Wil men werkelijk een goed werk verrichten
helpen we dan deze behoeftige bevolking
zoowel door het zenden van giften of pak
ketten of het opnemen van Kinderen.
Het K. K. Huisvestingscomité is hiervoor
de beste weg, dit weet het best waar hulp
het meest noodig is en heeft reeds veel tot
leniging van den nood gedaan.
Na in dit hoofdstuk eenige algemeene bij
zonderheden te hebben weergegeven hoop ik
in het volgende, nadere beschouwingen over
enkele instellingen te geven die ik de vol
gende dagen hoop te bezoeken.
J. v. M.
HEUSDEN.
In de Raadsvergadering van Maan
dagavond waren met den Voorzitter alle
leden aanwezig, terwijl de notulen onver
anderd werden vastgesteld. De Voorzitter
meende niet te mogen' nalaten den eminen-
ten oud-burgemeester P. ïi Honcoop de
vorige week overledendie een kleine 40
jaren dezen raad voorzat te herdenken en
diens verdienste naar waarde te huldigen.
Zijn rede werd door alle leden staande aan
gehoord.
Ingekomen was een brief van den Min.
van Landbouw met betrekking tot schade
vergoeding voor de indertijd bedorven aard
appels. Overeenkomstig de verwachting is
de schade te dragen door de gemeente.
Voorts was ingekomen een verslag over
het correspondentschap van de arbeidsbe
middeling en een schrijven van Ged. Staten
met betrekking tot vaststelling der huur
waarde van de woning van het Hoofd der
Openb. school, naar aanleiding waarvan
deze door den Raad werd vastgesteld op
f 300.zooals bereids gedaan was door B.
en W.
Besloten werd tot het aangaan van een
kasgeldleening van ten hoogste f 6000 bij
de Godshuizen alhier.
Gezien de gunstige resultaten van het vo
rig jaar werd wederom besloten tot beper
king van drankverkoop gedurende de ker
mis, zoodat het verboden zal zijn sterken
drank te tappen vanaf 6 uur n.m. tot slui
tingsuur.
Hierna kwam aan de orde een voorstel
van de directie der Gasfabriek, om over Fe
bruari en Maart alsnog 20 ets. per M3 en
vanaf 1 April 18 ets te mogen in rekening
brengen. Na discussie tusschen het lid De
Haan en den Voorzitter, waarbij de eerste
betoogde, dat een strop voor de fabriek niet
behoeft te worden gedragei door de Gemeen
te werd toch met nigemt -<■ stemmen beslo
ten met het voorstel aecóord te gaan, ter
wijl tegen 1 Mei zoo noodig een nieuwe re
geling kan worden getroffen.
Hierna werd zeer uitvoerig gesproken over
de subsidieaanvrage voor het voortbestaan
van de exploitatie van de tram Drunen
Heusden. Het jongste tekort was f12997.34.
Het rijk wil tegemoetkomen met 50 pCt. en
de provincie met 25 pOt. mits de belangheb
bende gemeenten de rest suppleteeren. Daar
de omliggende gemeenten er niet voor te
vinden zijn een billijk aandeel te dragen
Veen wil f 25 geven, Drunen nam nog geen
besluit, doch doet misschien niets, terwijl
de overige niets voelen voor een bijdrage
zou Heusden alleen meer dan f 3200 moeten
geven, wat niet aangaat volgens B. en W.
De heer De Haan zegt, dat de Posterijen
thans f 1200, beslist veel te weinig, geven
en dat te probeeren was van deze wat meer
te halen en de stad dan 't overige te doen
bijdragen; immers moeten de Posterijen
zelf voor 't vervoer der brieven etc. zorgen,
zoo komt dat minstens op f 4000.
Ja, zegt de Voorzitter, gesteld de Poste
rijen geven een verhoogde tegemoetkoming,
zoo deelen Rijk en Provincie daaraan mede
met hun 50 en 25 pCt. en blijft de som voor
deze gemeente nog veel te hoog. Alsnu stel
de De Haan voor te probeeren de lijn te hu
ren of te koopen en een paardentram te ex
ploiteren, wat de Voorzitter de overweging
wel waard vindt, doch daarbij vreest een
exploitant te vinden. Hierop repliceerde De
Haan, dat men dan desnoods de lijn gratis
moest in bruikleen geven met subsidie bo
vendien, waarvoor Rijk en Provincie mis
schien dan ook wat over hadden, terwijl
de Posterijen wat meer zonden moeten bij
passen. Hij ware desnoods in de veronder
stelling, dat f 6000 den exploitant zou toe
komen in beginsel voor besluiten tot ean
gemeentesubsidie van f 2000 en de rest te
vragen aan Rijk en Provincie. Dit vond de
Voorzitter voor de gemeente minder wen-
sclielijk, want zoo er slechts f 6000 benoo-
xligd was, zou, berekend 25 pCt. voor de
stad, deze minder dan f 2000 behoeven bij
te passen.
Ten slotte werd men het algemeen eens
dat het verzoek om subsidie werd aange
houden en aan de Directie zal worden ge
vraagd of ze genegen is de lijn te verkoo
pen, of b.v. voor 10 jaren te verhuren.
Hierna werd de vergadering op de ge
bruikelijke wijze gesloten verklaard.
vindt het half gevuld met gouden munt.
Aanstonds glanst zijn gelaat van voldoe
ning bij het zien van dien waarlijk konink
lijken schat, welke zoo onverwacht als uit
de lucht komt gevallen. De oude doet een
gebaar dat beduidtschudt het kistje eens
De officier begrijpt het teeken en gehoor
zaamt. De goudstukken, onder het schudden
geven den metaalklank weer die 's kapiteins
achterdocht heeft opgewekt.
En opnieuw verdiept in domme onver
schilligheid, wacht de oude ezeldrijver, im
mer zonder een woord te spreken, het order
af dat hem beveelt zijnen weg -voort te zet
ten; hij schijnt niet eens de waarde te be
seffen van het goud waar de andere gaarne
beslag op leggen zou.
Dit tooneeltje heeft niet langer dan een
minuut geduurd.
De kapitein peinst:
Zulke somkan enkel voor den ko
lonel zijn. Maar er kome van wat wil! Wat
goed om te nemen is, is goed om te houden
en dat de oude Timochus zie dat hij zich
uit den slag redt
Ik trek er mij niets van aan
Zijn buit In veiligheid willende brengen
en vreezende dat de oude ezeldrijver opmer
kingen zou maken, strekt hij met breed ge
baar zijne hand naar het Westen uit, roe
pende
Gaat!
De weg naar Macedonië is nu vrij. Timo
chus fluit even met de lippen, een sein dat
de ezels goed kennen. De ezelin-aanvoerster
stapt voort en heel de trein daalt «nel de
steile helling af.
Hij legt nagenoeg een kilometer af. Dan
voegt de jongeling, door de Turken aange
duid onder den naam Andreino zich bij den
oude en ondervraagt hem met den blik, zon
der het hoofd om te wenden.
De andere, dien men stom had gewaand,
fluistert, als vreesde hij dat de rotsen ooren
hadden
Zij zijn slecht ingepakt!Er zijn
er die tegen elkaar hebben geklonken, toen
die kerel met zijn karwats Fatime fond de
ooren sloeg.
We waren verloren had ik niet aan dit
goud gedacht!
En nu, we kunnen niet snel genoeg voor
uitkomen 1... De achterdocht is opgewekt.
mogelijk worden wij achtervolgd
Zonder het antwoord van zijnen gezel af
te wachten, fluit hij opnieuw, scherper en
langer gerekt. Dan loopt hij op een draf
wat niet overeen te brengen schijnt met zijn
ouderdom en zijn plompheid.
Fatime, de witte ezelin, begint ook te dra
ven en al de ezels die haar volgen, loopen
mede. De drijvers malen er niet om dat de
rozen door die onstuimige vaart, door dit
schokken geschonden worden, noch dat uit
al de korven een metaalklank voortkomt.
Zoo worden ongeveer zes kilometer afge
legd. De dieren moeten weer stapvoets gaan
om uit te blazen. De twee dommerikken heb
ben waarlijk bronzen longen, want ze schij
nen niet eens vermoeid.
Ze zijn nog een mijl van Egri-Palanka.
Alle gevaar schijnt geweken, ten minste
voor het oogenblik. 't Is nu voorzichtig kalm
voort te stappen en niet meer te loopen als
ware men op de vlucht.
Ha't ziet er hier niet uit gelijk aan de
andere zijde der grens. Geen rozengaarden,
noch menschen met blij gelaat, noch woon
steden met bloemen gesierd, noch oogsten
te velde!...
Overal distels en doornen, overal huizen
in puin, muren door brand geblakerd, onge-
lukkigen in ronw dwalen rond, hun ver
moorde naastbestaanden beweenende.
De moordenarijen zijn afgrijselijk ge
weest 't Was een echte bloed-braspartij,
een razernij om te vernielen en uit te roei
en. Alleen in het wilajet Prichtina werden
tweehonderd dorpen in asch gelegd, tien
duizend woningen vernield, zestien duizend
personen omgebracht! Zestig duizend onge-
lukkigen liepen zonder dak in 't holle van
den winter op zoek naar een stuk brood!
Het wilajet Monastir en dat van Saloniki
werden niet minder geteisterd. De platge
brande en verwoeste dorpen waren niet te
tellen en van alle kanten lagen hoopen lij
ken te ontbinden en den dampkring te ver
pesten. Heel Macedonië gelijkt 'n woestenij
een uitgestrekt knekelhuis.
Een vlijtig en vreedzaam volk verkeert in
doodsstrijd, reutelt onder den voet van den
Turkschen soldaat, die meer bandiet is dan
krijgsman.
De Ottomaansche regeering heeft drie
honderd duizend man onder de wapens ge-
roepen. Zij bezetten het rampzalige Mace
donië en leven in steden en dorpen op de
kosten der beproefde bevolking. Er liggen
70.000 man in bet wilajet Salonika, 50.000
in 't wilajet Monastir, 45.000 te Prichtina
en 15.000 te Uskub.
Heel de ban en de achterban der Albanee-
zen, Kurden en bachi-buzuks uit Klein-Azië
zijn opgeroepen. En al dit volkje steelt en
plundert, brandt en moord als uit natuur
drift en dweepzucht, om zich te vermaken!
En Marko is de algemeene aanvoerder,
na den Sultan de opperheer van die roovers-
bendeu, welke hij letterlijk tot fanatisme
heeft opgezweept. In naam van Zijne Ma
jesteit den Sultan, bestuurt hij als algemeen
commissaris heele provincies en zijne macht
is willekeurig.
Om zijnen ijver en zijne krachtdadigheid
te erkennen en zijne talrijke diensten te be-
loonen, heeft de Sultan hem met de hoogste
graden bekleed, met de schitterendste waar
digheden. Bovendien heeft de Sultan zijne
edelmoedigheid getoond op eene wijze die
zeer in Marko's smaak valt. De bandiet
heeft een gift ontvangen van een millioen
piaster, wat meer dan twee millioen frank
is.
Maar aangezien de schatkist om erbar-
ming roept, zal Marko die gift door de be
volking doen betalen. En inplaats van twee
millioen frank, zal hij er wel vier afpersen
en de rest aanwenden als fooi, om de toe
wijding zijner medeplichtigen te betalen.
Hade overlevenden der vroegere moor
denarijen zullen bet hard te verantwoorden
hebben! Ten overvloede het inrichten van
nieuwe plunder en moordpartijen is voor de
Turksche troepen dagelijksch brood gewor
den. En de regeering iaat dat maar toe