Eerste 1 BI Lad 1. Markode Bandiet I „N00 RD-B R AB AND" Dit nummer bestaat uit DRIE bladen. Uit de Pers, FEUILLETOM Maatschappij van Verzekering op het Leven. INDUSTRIEELEN. NUMMER 26 ZATERDAG 2 APRIL 1921 Telef. 38. WAALWIJKSCHE EN LANGSTRAATSCHE COURANT. Uitgave: Waalwijksche Stoomdrukkerij Antoon Tielen. 59) Iets over het schoolwezen en het schoolmeestersambt uit den ouden tijd. be-d..WL. Opgericht WAALWUK. Verzekerd Kapitaal Reserve 25.586.757.- 3.113.7o7.— De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Waalwijk houdt zich onledig met 't opmaken van het verslag over 1920. Heeren Industrieelen worden ver zocht hunne opgaven voor het verslag zoo spoedig mogelijk in te zenden. De Kamer van Koophandel en Fabrieken voornoemd. tl» JAARGANG. Dit blad verschijnt WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND. bonnementsprijs per 3 maanden 1 1.25. Franco p. post door het geheele rijk f 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. DE ECHO VAN HET ZUIDEN, Prijs der Advertentlën. 20 cent per regel; minimum f 1.50. Reclames 40 cent per regel. Telegr.-AdresECHO. Het .,D. v. N." schrijft onder het hoofd „Het Tekort" het navolgende artikel. Waar voor de toekomst van vele jongelieden ook uit deze streek een mooi veld open ligt in Oost-Indië laten wij 't hier in extenso vol gen, om voor deze zeer belangrijke zaak meer aandacht op te wekken. „Bij zijn aankomst in Indië verklaarde Gouverneur-Generaal Foek in een interview aan de „Heli.- Courant" de kwestie van het tekort aan ambtenaren zeer donker in te zien. Het is de oude geschiedenis. In ons land wordt te weinig beseft, dat in onze Koloniën voor wie vooruit willen, een mooie toekomst openligt. Als men er maar gebruik van weet te ma ken, maar daaraan mangelt het juist. In de klacht van den Gouverneur-Gene raal ligt opgesloten, dat men in het vader land meer de- aandacht op de Indische be trekkingen en ambten moet gevestigd hou den. Generaal Snijders kon na zijn verblijf in Indië niet genoeg herhalen, dat onze jonge lui in Indië zeker vooruit zullen komen, als zo maar de eerste stap ertoe vermogen te zetten. Gewezen en hooggeplaatste ambtenaren, die weten wat er in Indië te koop is, doen hetzelfdezij orgauiseeren voordrachten, voornamelijk ook voor leerlingen van H. B. S. en Gymnasium om de jougelui, die nog moeten kiezen welke plaats zij in de maat schappij het beste zullen kunnen bekleeden, te animeeren voor Indische betrekkingen. De laatste weken en maanden zijn in de bladen oproepen verschenen om verlofsof ficieren te doen overgaan naar het Indische leger. Een der beweegredenen was, dat .in Indië ook al een tekort aan officieren zou bestaan. Maar een andere voorname factor was en is deze, dat aan de jongemannen, officië ren van de reserve, die door de mobili satie min of meer uit hunne maatschappe lijke koers zijn geslagen, kans en gelegen heid wordt geboden om naar Indië te komen en daar hunne afgebroken carrière te ma ken. Nu is het opmerkelijk, dat van deze ge legenheid een zeer druk gebruik is gemaakt, zoodat zeer velen moesten worden teleurge steld, om geen. andere reden dan dat er zich veel meer aanmeldden, dan geplaatst kun nen worden. Volgt hieruit, dat Indië voor tal van jon gelieden dus wèl aantrekkelijkheid bezit? Zonder twijfel, ja, maar er ligt ook in op gesloten, dat velen niet weten hoe zij het moeten aanleggen om de groote plas over te steken. Als officier gaat alles min of meer, ook financieel, van een leien dakje. Men krijgt kans in Indië uit te zien, terwijl zij, die zoo in Indië in burgerbetrekking zouden van ,J)e Echo van het Zuiden". door Louis Boussenard. DERDE DEEL. DE GEZELLEN VAN HET DYNAMIET. II. DE BOMMEN. Geduldig heeft hij dezen nieuwen veld tocht voorbereid, een ware kruistocht gepre dikt, geestdrift opgewekt en toewijding uit gelokt. Op zijn vurig woord, zijn de mannen ko men toegesneld. Onder de bevelen van Mi chel, bezetten er twee honderd de vlakte aan den samenloop der Vard en der Psilija. Twee honderd anderen, aangevoerd door Panitza, zijn in 't veld tusschen Uskub en Kumanova. Een derde bende van twee hon derd en vijftig vrijwilligers wacht op Jo annes komst in de vallei der Biuacka. Dat maakt alles bijeen zoowat achthon derd bergbewoners, regelmatig ingelijfd en reeds onder de wapenen. Er zijn er meer dan twee duizend die wachten op het sein en op geweren. Joannes heeft aan zijnen gordel een rech te sabel gegespt, veel gelijkende op een NVes- terschen ruiterdegen. 't Is een flink wapen van beproefd staal, hem dötir zijn vrienden en bewonderaars' uit Bulgarije geschonken. 't Is liet teeken van zijn bevelhebber schap, het eenige dat hem onderscheidt van zijne soldaten. Hij draagt dien degen, ten overvloedezóndertróts óf 'aanstellerij eer om hulde te brengen aan hen die de zaak dei- patriotten genegenheid hebben betoond. moeten gaan, opkijken èn tegen de kosten èn tegen de vraag of het wel lukken zal. De vraag (loet zich dan ook voor of wel voldoende bekend is, hoe het moet worden aangelegd om z'n voelhorens voor een be trekking in Indië uit te steken met de noo- dige kans op succes. De goede posities worden maar niet zoo zonder meer thuis gebracht, maar van den anderen kant moet men ook weten welke wegen dienen te worden bewandeld om te kunnen slagen. I)e eerste aanpak doet ook hier veel, zoo niet alles, en niet voor niets geven de oud ambtenaren, als zij op hun voordracliten- tournée zijn, ruimschoots' gelegenheid aan de meer gevorderde scholieren of hunne ouders, eens met hen te praten. Ook al om dat niet Jan en alleman voor het werk in Indië geschikt is. Natuurlijk niet. Maar ook in Den Haag aan het departe ment van Koloniën zal men bij ernstige po gingen gaarne alles doen om de mensehen wegwijs te maken. Het gaat er maar om of men de wegen zoeken en vinden wil. Gouverneur-Generaal Foek zeide in boven aangehaald interview, dat er plannen in de maak waren om in het tekort te voorzien. De meerdere bekendheid zal daarin een voorname rol spelen. Kort geleden konden we wijzen op het feit, dat in Indië ook plaats is voor katho lieke ambtenaren en employés. Terwille van de jongelieden zelf zoowei als om de betrek kingen, welke er vervuld moeten worden, maar ook om als tegenwicht te dienen rooi de roerige elementen, die meenen, dat Indië ten geschikt arbeidsveld is voor hunne agi tatie. Hoe het zij, er is wat te doen in Indië. De landvoogd heeft dit ten overvloede nog eens te kennen gegeven. IV. Het gebeurde in de 18de eeuw niet zelden, dat een schoolmeester, die voor zijne bijzon dere belangen of anderszins eenige maan den van huis moest, het schoolambt opdroeg aan een plaatsvervangend schoolmeester, die dan gedurende dien tijd ook de emolu- inenten van zijn lastgever ontving. Dat ge schiedde o.a. met een mijner voorvaderen. In 1675 was n.l. door den Raad van State te Tilburg tot schoolmeester, koster, voorle zer en voorzanger benoemd mijn grootva ders bet-overgrootvader David van der Hammen (1) wiens zoon Thomas in 't begin der 18de eeuw schoolonderwijzer te Ber- c-hem, Haren en Hilvarenbeek is geweest. Den 8 October 1740 maakte Thomas van der Hammen (2) met Piet er Verhest het volgen de accoord voor schepenen van Hilvaren beek „Compareerde voor schepenen der ding- „bauke van Hilvarenbeeck ondergenoemt „Thomas van der Hammen, coster en school- „meester alhier, ter eenre, ende Pieter Ver- „hest, ter andere zijde, welke genoemde „comparanten verclaaren met malkande- „ren ter minne ende vriendschap overkomen „ende geaccordeert te sijn over liet waar- En terwijl hij de sabel aangordt, zegt hij met onwrikbare vastberadenheid: Met dit wapen zal ik Marko straffen Hij roept de namen af uit het geheugen zonder lijst of aanteekenboekje. Voor ieder in 't bijzonder heeft hij eenen glimlach een hartelijk woord over. Ieder antwoordtTe genwoordig Zelfs de vrouwen die, op hare carabijnen steunende, de houding, de klee- dhig en vooral de heldhaftigheid der man nen aangenomen hebben. Al een heelen tijd zwijgt de stoomfluit. Rislag is nog niet teruggekeerd. Terwijl de patriotten aansnellen, zich wapenen en in 't gelid scharen, volbrengt hij kalm zijn ver nielingswerk. Vooreerst neemt hij maatregelen, opdat de ketel na bepaalden tijd ontploffen zou en begiet dan met petroleum wat ontvlam baar isloodsen, houten pijlers, allerhande schrijnwerk, enz. Dan, zeer bedaard, steekt hij 't in brand. In een oogenblik staat alles in vuur en -, 'am gelijk een opgesteld vuurwerk. Hij keert terug naar Joannes op liet oogenblik dat deze gedaan heeft met l et i f- roepen der namen. Hij neemt 'leu kii.pzak op waarin hij zijn telegraaftoestel geborgen heeft en fluisterd den jongen aanvoerder in het oor -Opgepaster is onder ons een verra der... de ellendeling die Marko zoo goed Heeft ingelicht. Nu, onder het puin der fabriek blijven de onderaardsche bergplaatsen ongeschonden, met ai de wapens, den schiet- en mondvoor raad, het dynamiet die zij bevatten... maar niemand mag dat weten. En wanneer de ketel springt, laat ons dan veinzen dat de voorraad dynamiet de lucht ingaat, en dat alles, alles vernietigd is Reeds slaan de vlammen overal uit, en in minder tijds dan men het zeggen kan, staat de gansche fabriek in laaien gloed, 't Is hoog tijd dat de bende de plaats verlaat. Joannes trekt zijnen degen en beveelt: Voorwaarts makkers, voorwaarts III. EEN SPOORWEGRAMP. -f- Is een- vlakte,-ingesloten tusschen twee uitloopers van 't gebergte. De grond ziet zwart en is overweldigd door distels en „nemen ende bedienen van het gemelde „schoolmeesters- en costersampt alhier, „sftlex alles nogtans onder approbatie van „haer Ed. Mog. de heeren Raaden van Sta- „ten deeser Vereenigde Nederlanden aen „wien wegens den eersten comparant het „aenstellen van een substituut coster en „schoolmeester alhier is gedaen versoeken; „ende dat in voegen ende manieren als hier „naar volgende isEerstelijk belooft den „voorschreven tweeden comparant Pieter „Verliest het voorschreven costers en school- „mesters ampt voor den voornoemden v. d. „Hammen in alles wel ende getrouwelijk waar „te nemen, soo in de kerk als school, ende „de kinderen wel ende behoorlijk te onder- wijnenmitsgaders dokken en horloijie te „besorgen, soo verve costers pligt is, ende „verders generalij!-: alles te doen ende te „verrigten, niets ter werelt uytgesondert, „waerinne den vootscheven eersten compa rant, ingevolge het schoolreglement bij „haer Hoog Mog. heeren Staten Generaal „geëmaneert dato ii Mei 1655, en ouder ge- „woonte alhier eenigszius verpligt is, soda- „nigh dat den voornoemden van der Ham- „men dieswegens klagteloos en buyten cor rectie gestelt worde, waartoe den voor- „schreven Verhest sig verbint ende tselve „op sig neemt bij ende mits desen. Waarte- „gens den voorschreven eersten comparant „by desen belooft 1 aen den voorschreven „Verliest te sullen laten profiteeren ende „ontfangen alle- hét schoolgelt ende voor- „deele daar annex, alsmede 36 gulden trac- „tement voor eorporeele diensten, van de „gemeente alhier betaalt wordende-, item „de voordcelen ran de huwelijken in de „kerk alhier trouwendeitem tgcen van de „laken of dooden. inde kerk alhier begraven „wordende, ordinair ffeprofiteert wordt; als „mede wegens het dootsklcrt en aanteeke- „nen van doodenitem tgcen voor 't vegen „van dc kerk jaarlijks betaelt wortitem „tgcen door den otv/t- cn kerkmeester alhier „jaarlijks betaalt A wordt voor twee paar „schoenen item tfrfene den kerkmeester bc- taalt voor liet bedienen van het Heijlig Avondmaalitem [tgeen betaalt wordt voor ider „nu „of andersin tg gerëquireert wordt: sullende „mede profiteren »n aan hem Verliest bc- „sorgt moeten wl><hn soo veel boom- en „raapolie als den •VJ'Vstei: comparant tot het „smeeren van clocken en uurwerk jaarlijst „wordt goetgedaanmet sooveel paaseei/c- „ren, als wegens den schoolmeester alhier „jaarlijx worden omgehaalt, sonder ietwers „verder, van welke voorgespeeificeerde H 1 ii me Ivondmaalitem it geen betaalt wordt voor der extract ligt jhet dootboek, soo menig- iiaal het selve *ij collateraale successie „voordeelen den voorschreven eersten com parant ten behoeve van den tweeden af- „stant doet en renuntieert bij en mits de- pen, alles beginnende en aauvanck genomen „hebbende den 8 Oct. deses jaars 1740..." enz. (Volgen de handteekeningen). De in bovenstaande acte genoemde eorpo reele diensten, die nog lang daarna, tot zelfs ver in de 19de eeuw, bleven bestaan, kwa men op het volgende neer„H.v zal als van „ouds, de navolgende eorporeele diensten „waarnemen, alsde kerk wekelijks moeten „veegen, ook de zitbanken en stoelen „afstoffen,, en jaarlijks schoonmaken, als- „mede het kopewerk en de kronen op zijn „tijd schuren, het tafellaken wasschen, „benevens de goederen tot liet Nachtmaal „behorende, bergen en in bewaring houden, „ook liet kerkhof schoonhouden en het gras „rondom den kerkmuur wegnemen, de pa- „clen op het kerkhof zuiver houden". Was het wonder, dat het schoolonderwijs in vroegere eeuwen en vooral in de 18e eeuw, door de velerlei baantjes, die de schoolmeester had en door de slechte metho de, die algemeen gevolgd werd, allertreu rigst was en bleef en dat hij zelf algemeen werd geminacht? Weelde heerschte er ge noeg in Holland en voor de meest dwaze zot ternijen werden handen vol gouds wegge gooid. maar voor het onderwijs had men niets over. Het is waar, dat men hier en daar iets deed voor hot oprichten van dia conie-scholen, en dat er in Amsterdam b.v. in 1777 goede stadsscholen werden gebouwd, maar de staat van het lager onderwijs was en bleef ellendig, en vooral te platten lan de was het ongelooflijk slecht. Toen het „Zeeuwsche Genootschap" in 'Hezen tijd een poging waagde, om op de hoogte te komen van den staat van het schoolwezen in ons land, was de uitkomst diep beschamend. En verandering kon er niet best komen, zoolang do Republiek met hare scheeve verhoudin gen bleef bestaan. Wel werd er door het llaagsche kunstgenootschap „Kunstliefde spaart vlijt" een prijsvraag uitgeschreven „Over de beste opvoeding der .jeugd ten nut te van het Gemeenebest", maar het bracht de zaak niei" verder. Wat hielp het of K. van der Palm-, kostschoolhouder te Delfs- liaven, in 1776 al aanhief: „Ik zal voor Neerlands Jeugd de beste opvoeding zingen, „Die. door haar wijs bestuur, ons land tot heil verstrekt, „Die ons Gemeenebest mot ruime zegeningen „Begiftigt, en den mensch uit drieste domheid trekt. doornen. Rechts en links verre hergen, die voortloopen tot aan den gezichteinder. Overal eenzaam- en onvruchtbaarheid. Op verren afstand van elkaar leemen hutten met stroo gedektze dreigen om te vallen te midden hunner doornenhagen. De bewo ners zijn die schamele verblijven ontvlucht, ofwel zijn gevallen onder de knotsen of het staal der doodslagers. Een riviertje de Bainka, houdt de spoor baan gedurende ongeveer twaalf kilometer gezelschap, 't Is de groote spoorlijn die het Westen, over Weenen, Belgrado en Salonika met Oonstantinopel verbindt. Enkel in de nabijheid van den spoorweg is wat leven te bespeuren. De stations zijn als oasen vol groen en bloemen, te midden der woestenij. Heerlijke tuinen waarin fijn gras en bonte, geurige bloemen groeien, moestuinen met allerlei groentep, boomgaar den die lekkere vruchten voortbrengen ge tuigen van de groote vruchtbaarheid van den grond als hij maar goed bewerkt wordt. De spoorweg-arbeiders, nijvere geduldige werklieden, uit Duitsch-Zwitserland afkom stig hebben die tuinen, moestuinen en boom gaarden op de woestijn veroverd. Hakon er vrede lieerschen in die ramp zalige gewestenWerd de ongelukkige land man maar niet ieder oogenblik bedreigd in zijne veiligheid, in zijne vrijheid, In zijn leven, welke vruchtdragende arbeid kon er hier verricht worden, welke hulpbronnen waar rijkdom en welstand uit voort zouden vloeien Doch we leven meer dan ooit in den tijd van 't zwaard den tijd van 't bloedvergie ten De zon neigt naar 't Westen. Een glanzen de lentezon welke haar gulden pijlen op dit verwoeste treurende landschap schiet. De patriotten zitten verscholen in een bedding der rivier, door welke een smalle streep water loopt. Nog een uur mompelt Joannes, zijn horloge raadplegende. Och't doet goed wat te kunnen uit blazen, antwoordt Rislag, die neergehurkt zit bij den zak waarin hij zijn telegraaf toestel verborgen heeft. 't Is een mooie weg van Egri-Palanka tot hier Bijna vijftien mijlenEn zonder ook maar eenmaal stil te houden Hebben wij niet Tabanova achter ons gelaten? Ja, die hóopen zwartgeblakerde puin, die slijkpoelen, waarin menschen en dieren liggen te vergaan 't is alles wat overblijft van dit zoo mooie dorp, waar het volk in welstand leefde. Marko deed er vijfhonderd ongelukkigen ombrengen Ha!... Marko!... ha! die bandiet... zoo grommen halfluid de patriotten, bevende van smart en toorn. Zalige wraak, die het vaderland ver lossen zal van dit monster... de kwade geest van ons ras Geduld vriendenBinnen een uur is de mijn aangelegd welke de trein in de lucht blaast en de spoorweg vernielen zal de trein die Marko en zijn bandieten hier heen voert Vreest nietMocht hij wat schier on mogelijk is aan de ontploffing ontsnap pen, dan zijn wij er nog om hen in de vlucht op te vangen. Rislag, werkt uwe electrische batterij goed Ge bedoeltde batterijen, want ik heb er tweeware juweelen... het volmaak - ste dat bestaat... en, zonder op mij zeiven te pochen ik ken er iets van Nooit mist dat zijn uitwerking. En had ik genoeg springbnssen, ik nam het op mij de geheele spoorbaan in de lucht te doen vliegen, vanaf de Servische grens tot Oon stantinopel. Bravomet uwe twee batterijen heb ben wij kans een grooten slag te slaan, en, misschien op twee punten honderd meter Spoor uiteen te rukken. De opstandelingen gaan dus hun vreese- lijk werk verrichten met behulp der elec- triciteit. Bij dergelijke karwijen is op den dag van heden electriciteit onmisbaar. Mijnlon- ten zijn veel te grillig om in die zeer bij zóndere omstandigheden te kunnen worden aangewend tot het doen ontvlammen van dynamiet. Het opbranden gaat te langzaam of te snel, zoodat het niet kan worden be rekend in verhouding tot de snelheid van een voorbijvliegenden trein. Acht keeren op de tien ontploft de mijn Met zingen was men niet geholpen en die hier 't eerst de handen aan het werk had den moeten slaan, n.l. de regenten, staken er geen vinger naar uit. Toen van der Palm, de zoon, in het zevende jaar der Ba- taafsche Vrijheid (1801) op den 16 Juli de voor 't eerst benoemde schoolopzieners te zijnen huize had vergaderd, om over deze aangelegenheden te spreken, moest hij ver klaren: In het onderwijs der scholen, zelve is niet maar liier en daar iets terecht te brengen, maar alles, het eenc melaatseher dan liet andere, te herstellen en te herschep pen. De onderwijzers hadden, volgens hem. geen denkbeeld van den aard en het gewicht hunner bestemming. De leerwijze was ge schikt om allen lust hij de kinderen uit te dooven, javan den beginne af te versmo ren. De leesboeken waren vervelend en van geenerlei waarde en de schoollokalen zelve niet zelden en onverwinlijke hinderpaal voor de meest noodzakelijke verbetering van het onderwijs. Op vele plaatsen waren de schoolambten collation van dc eigenaars der heerlijkheden; deze begaven ze, helaas dikwijls aan hunne livreibedienden en be dierven moedwillig de jeugd van een volk rijk dorp, opdat zij gelegenheid mochten hebben, om een lakei, die niets kon. die wik" wijl» nog eerst een weinig lezen of schrij ven moest leeren, aan dm kost te helpen. En daarbij kwam dan nog, dat het inkomen der schoolmeesters op vele dorpen zoo ge ring was, dat zij, om niet van honger te sterven, tegelijk ook koster, klokluider, doodgraver, li jken bidder, dorpsschrijver, collecteur, commies cn aannemer van pu blieke werken waren. Besoijen. .1. VAN DER HAMMEN Niez. (1.) De vader van David van der Ham- mm was meester Jan van der Hammen, van 1641 tot 1649 schoolmeester in de AVeste Wagenstraat te Rotterdam en van 1649 tot 1675 idem te Tilburg. Diens vader meester Gillis van der Hammen was eveneens schoolmeester. (2). Kinderen, kleinkinderen en achter kleinkinderen van meester Thomas van der Hammen zijn van omstreeks 1748 tot om streeks 1830 predikant geweest te Boven- karspel, Oud-Karspel, Kndelstanrt, Dieraen, Nijkérk e.a. plaatsen! Thomas' zoon, David Leonat'dus van der Hammen, schreef in 1776 een geleerd werk, getiteld „De Gansche Godgeleertheid korte- lijk geschetst" dal nimmer in druk ver scheen en dat in handschrift onder mij is berustende. te vroeg of te laat. Terwijl de electrische vonk, welke de springstof moet aansteken, op het juiste oogeubiik kan worden ontwik keld. ...Meer en meer zinkt de zon aan den go- zichteinder. De schijf vergroot, wordt rood. zakt nog lager en verdwijnt langzaam. Do schemering wordt dichter en de omtrek dei- voorwerpen wordt onduidelijker. 't Oogenblik is gekomen, fluistert Jo- a nnes. Ik ben gereed, antwoordt kortaf Ri slag, die een man van de daad is. Beiden dragen aan den hals een linnen zak, die tamelijk zwaar schijnt te wezen. Joannes en Rislag overtuigen zich dat alles vrij is en sluipen dan uit hunne schuilplaats, achter de glooiing der spoor baan. Op die plek loopt liet spoor over effen grond. Zonder haast, maar ook zonder één verkeerde beweging, werken zij, volgens het schrikkelijke ontwerp van Joannes. Hij begint. Hij haalt uit zijnen zak een dynamietkardoes en legt hem eenvoudig op eenen dwarsligger, tusschen de rails en te gen een riggel. Rislag dekt de kardoes met oen paar han den zand en fluistert Een op iederen dwarsligger, niet waar? Ja, en maken wij het kort Vindt ge niet dat de dwarsliggers nogal verre van elkaar liggen? Ge vreest dat de ontploffing dan zou mislukken? Inderdaad, dat vrees ik. Er is maar een meter afstand tusschen de dwarsliggers... doe maar voort, ik sta er voor in. Over de baan gebogen, legt Joannes een tweede kardoes, dan een derde, welke zijn makker met een laagje zand bedekt. Ilij gaat zoo voort van dwarsligger tot dwarsligger. Aan de tiende richt hij zich op zegt - 't Is genoeg, breng nu den draad in orde. (AVordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1921 | | pagina 1