Eerste Blad.
Markode Bandiet
I „N00 RDB E, AB AND"
WAALWIJK.
Dit nummer bestaat
uit DRIE bladen.
BUITENLAND,
Engeland.
Duitschland.
Adverteert in dit Blad,
F E ILL ETON
Japonnen,
Mantels,
Costumes.
Qebr. Janzing.
Maatschappij van Verzekering op het Leven
NUMMER 30
ZATERDAG 16 APRIL 1921
Telef. 38.
WAALWIJKSCHE EN LANGSTRAATSCHE COURANT.
Uitgave: Waalwij ksche Stoomdrukkerij Antoon Tielen. Telegr.-AdreaECHO.
Prijs der AdvertentiSn.
20 cent per regel; minimum f 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
GROOTSTE
SORTEERING
Door groote gecombineerde
inkoopen buitengewoon
prijswaardig. 19561
TILBURG. BRED
Iets over het schoolwezen en het
schoolmeestersambt uit den
puden tijd.
V (Slot).
Vaa zulk een onderwijzer, die meende
wel in staat te zijn, de jeugd te Zalt-
Bommel te onderwijzen, is de volgende
brief, die als bewijsstuk te veel waarde
heeft, om hem hier aiet eens af te
schrijven
WelEd. Achtb. Heerea van de
Regeering van de stad Bommel.
«Zonder roem, na waarheid dlend
deze tot informatie, dat onze familie be
staat uit man, vrouw en zoon wij zijn
ruim 40 jaren de zoon, de fleur onzer
jonkheid, de kragt onzer lendenen, de
stut onzer bejaarde dagen, is 20 jaren
oud en areester glazenmaker en verver,
en meesten tijd ondermeestereen jon
geling des geluks, fris en wel gefor-
meert en regt van leden. Zoo UEd.
Achtb. een wel gedresseert schoolmees
ter en voorzanger va» doen of van
■ooden hebt, God geve U£d. Achtb.
wijsheid en voorzigtigheid in de electie
van zoodanig een persoon of wat het
ook zij, verzoeke UEd. Achtb. aan
gaande mijne kunsten en wettenschappen
eens aan te merkendezelven bestaan
uit de volgende dingen of wetenschap
pen, naamelijk Italiaansch of scheeps-
boekhonden, de wijnroeierskoest, stuur-
mans- en landmeetkonst, zonder roem,
dog het is Gods gave, extraordinaire
puik overheerlijk zingen, als het God
belieft. Zoo UEd, Achtb, begeerig bent
aan te hooreo, tot verwondering, ja
zelfs verbaasdheid, en wat iets meer zij,
dat zoo een teeder llgchaam in lecen
en zingen zoo een geluld kan geven.
Ik ben op de vierde verandering van
domlcillumalle figuren op het kon-
digste door ovaal rondsgewijze met de
passer te halen, alie de zonnewijzers te
van „De Echo van het Zuiden".
61)
formeeren, Itallaaosche, Romelnsche let
ters, ja tot 50 diversche standen te
schrijven, capitaal links en rechts door
te halen, met de penseel te schrijven
en te vergulden, en diergelijke weeten-'
schappen en kapaclteiten meer; mede
de veerdigheid der pen in dewelke ik voor
niemand hoef te wijkende roem buiten
geslote», ik ben verzekert dat UEd. Achtb.
nog beter zult ondervinden, wanneer ik
het met de pen durf exprimeeren wan
neer UEd. Achtb. gelieve te hooren of te
zien, hebt maar toi UEd. Achtb. te
recommandeeren of door Iemand te
isaten afhaalende distantie tusschen
beide is 9 of 10 uurenmijne vrouw is
de allerbeste In haar huishouden en het
adsisteeren van mijn schoolanfio, van
de hoofdschedel af tot de voetzooien
toe ben ik een schoolmeester. N.B, Wij»
of sterken drank werd van mij nimmer
gedronken. Ziet ook voor het laatst, ja,
voor het laatste zeg Ik, en hoort UEd.
Achtb. zulien nog beter ondervinden
aangaande mijn comportement.
P. S. Per eerste occazle antwoord
verwagtende van te komen of nietzoo
UEd. Achtb. op zoodanige conditiën niet
gelieft te hooreo of zien, gelieft dan
maar de goedheid te hebben van mijn
papier met den eersten terug te zenden
dan hoop ik dat UEd. Achtb. den Hemel
wil geven eendragtigheid en liefde, ja
zelfs concordantie tot in de electie van
een goed, braaf, eerlijk en bejaard eo
deugdzaam man de Heer zegene UEd.
Achtb. en de waarde broeders der ge
meente In het electlseeren van een ander
persoon van het vacerende ampt uwer
schoolmeesters en voorzangers ampt.
Btijve na hartelijke saiutatie en presentatie
van mijn onderdanige dienstpresentatie
aan UEd. Achtb. met de broederen der
gemeente.
Uwen onderdanlgsten dienaar
SIMON JANSZ VERWEIJ,
17'/s54. schoolmeester te 0.«
Men meene niet, dat er in de Republiek
geene personen werden gevonden, die
zulke toestanden niet goedkeurdenIn
talrijke libellen en satirieke weekbladen,
o.a. »De Vaderlander*, werd er in
krachtige woorden bi] de regenten op
aangedrongen, om toch te bedenken,
dat een gewezen tuinman of lakei
tot onderwijzer aan te steile» een mis
daad was tegenover de gemeente, wier
welzijn zij moesten behartigen. Men bad
hen: «begrijpt toch, dat het wat anders
is uwe schoenen te smeeren eu uwe
kleederen uit te stoffen, en wat anders
een dorpsjeugd te onderwijzen, het toe
komende geslacht te vormen, en In aan
komende gemoederen de eerste zaden
van deugd en zedelijkheid te strooien».
Maar niets was in staat deze mannen,
die in hoogheid gezeten waren, bij den
ernst hunner verplichtingen te bepalen.
Het onderwijs werd met de grootste
onverschilligheid behandeld. De Nieuwe
Spiegel der Jeugd of Fransche Tyrannye
vol van de verschrikkelijkste moord-
tooneelcn en gruwelen, door de Fran-
schen gepleegd in 1672 en 1673 bleef
uit en daarna, vooral op het platte land
het leesboek bij uitnemendheid. De
gisteller had het eenmaal zeer eerbiedig
opgedragen aan de «Eerwaarde, achtbare
wijzej voorsienige heeren regenten van
godshnijzen, opsienders van schooien en
leermeesteren binnen de machtige stadt
Amsterdam, benevens alle andere lief
hebbers van den weissant des vaderlands».
Misschien dat er ist de machtige stad
Amsterdam wel gevonden werden, die
het minder noodig achtten, de jeagd
voortdurend zoo op te zetten tegen
Frankrijk als tegen den grooten vijand
van ons vaderland, ea die er voor zorg
den, dat om die red"!» het boekske van
de scholen werd geweerdmaar op de
dorpen was en biet' het nommer één.
En bet werd eerst verdrongen toen het
Vaderlandsch A. B, boek voor de Ned.
Jeugd door J. H.S w 11 d e n s op
gesteld, het licht zsf.
De Staatsregeling fan 1798, onder den
druk van buitenl&nc che invloeden ont
worpen en vastgesteld, die de verouderde
instellingen der R1 mbilek deed ineen
storten, was ook he.: begin van de vrij'
making van het on d' wijs en den ander-
wijzerVolgens die :aatsregeling waren
directeuren met l - uitvoerend bewind
belast, die door 8 agenten of ministers
werden bijgestaan. Het agentschap voor
de Nationale Opvotiiieg werd opgedra
gen aan den hier vo< r reeds genoemden
Leldschen professor J. H. van der
Palm. Door van der Palm voorbereid
en door van dev, Ende uitgevoerd,
verscheen in 1801 de eerste algemeene
staatswet voor het lager onderwijs, welke
de schoolopzieners la het ieyen riep en
een geregeld onderzoek vaststelde naar
de kundigheden vas hen, die als onder
wijzer wilden optreden. Twee jaren later,
in 1803, volgde «ene andere wet, die
alie scholen, ook Me bijzondere, onder
staatstoezicht stelde. Eindelijk verscheen
in 1806 de wet vap Schimmelpen-
n 1 n c k, die wei gegrond was op die
van 1803, maar nauwkeuriger de ver
plichtingen der gemeente-besturen om
schreef. Eerst door deze wet werd alom
de verbetering der scholen en van 't
onderwijs krachtdadig ter hand genomen
en doorgezet. Van dezen tijd dagteekent
het ontstaan van den Nederlandschen
onderwijzersstand. En al Is het waar dat
hier en daar no;t tot ver in de 19de
oeuw verkeerds SJuset onderwijs bleef
voortbestaan hoe kan ook alles in
eens ten goede veranderen toch mag
met het volste recht gezegd worden, dat
de wet van 1806 den grond er toe heeft
gelegd, dat het onderwijzersambt tegen
woordig een eervolle plaats in de maat-
schappij heeft ingenomen, dat voor 1800
niet kon gezegd worden.
Besoijen. J. VAN DER HAMMEN NlCZ.
De toestand in Engeland is op
nieuw zeer ernstig. Was sinds Zondag
eenige ontspanning ingetreden en koes
terde men gewettigde hoop op een
minnelijke schikking van het conflict,
de laatste vier en twintig uur is de
toestand dermate verergerd, dat de strijd
onvermijdelijk schijnt en men tegen
hedenavond de algemeene staking kan
verwachten, die moeilijke tijden voor
Engeland brengen zal, indien ze althans
overal energiek wordt doorgezet. Eenig
idee van den omvang van den strijd
krijgt men uit de volgende cijfers, ont
leent aan de Tel.De Nationale bond
van Spoorwegpersoneel, de organisatie
van Thomas, heeft thans meer dan een
half millioen leden.
De federatie bestaat uit 35 afzonder-
lijke vakbonden van transportarbeiders,
waaronder al de dokwerkers, 60.000 man
trampersoneel, 30.000 bestuurders en
conducteurs van autobussen, 30.000
voerlieden en eenige taxichauffers. In
het geheel heet de federatie een half
millioen arbeiders te omvatten.
Het gansche leger van het drievoudig
verbond bestaat uit ongeveer twee mil
lioen arbeiders, allemaal onmisbaar voor
het publieke leven. Daarbij komt nog
dat de stakingsbeweging zich gelijk een
olievlek nog verder dreigt te verspreiden.
Ook de electriciens en de landelijke
federatie van arbeiders in algemeenen
dienst, die anderhalf millioen arbeiders
omvat, waartoe ook de straatreinigers en
gaswerkers behooren, houden een ver
gadering om deelname aan den grooten
strijd te overwegen.
Een der leiders der mijnwerkers gaf
te kennen, dat thans het conflict met de
eigenaren maar door alle vakbonden
moet worden opgelost
Het heeft er alle schijn van, dat zulks
gebeuren zal, want ook in de metaal
industrie dreigt een ernstige crisis.
Wel heeft de Engelsche regeering een
groote massa vrijwilligers gerecruteerd
doch wat zullen deze grootendeels on-
Opgericht
1843;
Verzekerd Kapitaal
Reserve
25.586.757.-
3.113.7o7-
geschoolde krachten vermogen om den
dienst ook maar eenigszins dragelijk
gaande te houden.
Een vreeselijké ontwrichting van het
economische leven dreigt het Engelsche
volk en de revolutionnaire elementen
zullen niets onbeproefd laten, mocht de
groote economische worsteling werke
lijkheid worden, om het vuur van den
burgeroorlog aan te wakkeren en de
verhitte gemoederen der stakende mis
bruiken om een greep te doen naar de
staatsmacht. Engeland zit op het oogen
blik voor heete vuren.
Berjjjhten uit Duitschland gewagen
opnieuw van de mogelijkheid eener
Amerikaansche bemiddeling inzake de
kwestie van herstel. De Duitsche regee
ring bereidt nieuwe voorstellen voor.
De bijzetting van de ex-keizerin
in den antieken tempel te Potsdam zal,
meldt het Hbld., Dinsdagochtend om
half tien plaats hebben. Naar wij ver
nemen vaardigt de bond van Duitsche
officieren ongeveer 300 leden in uni
form af om de plechtigheid bij te wonen.
Tegelijkertijd zal een escorte van een
eskadron op oorlogssterkte van de voor
malige Pasewalker kurassiers den lijk
stoet begeleiden. Een groot aantal vor
stelijke personen heeft toegezegd bij de
plechtigheid aanwezig te zullen zijn,
Ook generaal-veldmaarschalk von Hin
denburg, generaal Ludendorff en veld
maarschalk Mackensen, die telegrammen
van rouwbeklag aan den keizer hebben
gezonden, zullen aan de plechtigheid
in Potsdam deelnemen.
Langs den weg, dien de stoet zal
nemen, zullen de leden der nationale
vereenigingen enz. zich en haie scharen.
Bij den stoet zelf, zal bij allen eenvoud,
toch eyi zeker ceremonieel, zooals bij
lijzettingen van de Hohenzollern tradi
tie is, worden gevolgd. Onmiddellijk
achter de lijkkist zullen de prinsen en
prinsessen van het vorstelijk huis en de
andere vorstelijke personen voortschrij
den.
De prinsen zullen gedurende de plech
tigheid de wacht houden bij de lijkkist,
om na afloop der plechtigheid weer
door officieren ie worden afgelost. Na
afloop der plechtigheid zullen de afge
vaardigden der vereenigingen voor het
geopende graf defileeren, met de vlag
salueeren en kransen bij de groeve
neerleggen.
Op de mijn Konstantijn de Groote,
te Bochum, heeft door het springen van
een velllgheidslamp een ernstige ont
ploffing plaats gehad, waardoor een ge
deelte van den mijn instortte. Ongeveer
100 mijnwerkers moeten daardoor van
de buitenwereld afgesloten zijn. Er zijn
reeds 14 doodse, 5 zwaar en 4 licht
gewonden bovengebracht.
Overigens loopt de mijn geen gevaar,
zoodat het bedrijf kan worden voortge
zet. De middagploeg Is dan ook als naar
gewoonte naar beneden gegaan.
JAARGANG.
Dit blad verschijnt
WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND.
1 bonnementsprijs per 3 maanden t 1.25.
Franco p. post door bet geheele rijk f 1,40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
HE ECHO VAN HET ZEIDEN,
door
Louis Boussenard.
DERDE DEED.
DE GEZELDEN VAN HET DYNAMIET.
III.
EEN SPOORWEGRAMP.
Het afgeleide wapen van Marko glijdt
over dit van Joannes, springt verder tot aan
het gevest en vliegt onschadelijk weg over
zijn hoofd.
-Alle duivels uit de hel! brult Marko
woedend, half uit zijn lood gerukt door het
mislukken van zijn zoo wel berekenden
slag.
Vlug als de gedachte doet Joannes eenen
stap voorwaarts en strekt zijnen arm uit.
Hij ziet kans Marko te treffen en slaat er
op los. Een rechtenslag met zijn degen af
weren is niet zeer moeilijk. Met een krom
zwaard gaat liet minder gemakkelijk.
Werktuigelijk springt de Albanees achter
uit; maar de punt van Joannes degen raakt
hem nog. Hij voelt een schok een vlijmen
de pijn... een vloek ontsnapt hem.
Marko de onoverwinbare, Marko, de ko
ning van de sabel is getroffen door dien te
genstander welken hij veracht.
Ellendig misbaksel
Beleedig niet, Marko"antwoordt Jo
annes met sissende stem.
Beleedig niet, of ik spijker uwe tong-
vast in 't diepste uwer keel!
•- Alle donders!... dat zullen we zien!
Gij hebt me verrastmaar wacht een
oogenblik... Ha! mijn weerwraak zal ver
schrikkelijk zijn
Neen, er -is geen verrassing mede ge
moeidik heb u eerlijk getroffen. waar
ik wilde en omdat ik wilde...
Gij liegt
Ik hel) nooit gelogenGij moest drie
duim staal in uwe borst hebben... ik hel) uw
patroontaseh doorboord en dat redde u
het leven...
Maar nu zijt ge weer bekomen wij begin
nen opnieuw.
Och! ja, laat ons opnieuw beginnen
Zijt ge klaar?
Opgepast, Marko
De gedynamiteerde trein staat nu heel
en gansch in vuur en vlam. De hoopen ge
schilderd bout maken een ontzaglijken
brandstapel uit. Eu die gloed verlicht met
verblindende helderheid dit tragisch tooneel.
De twee vijanden kruisen opnieuw hun
zwaarden. Hun oogen gloeien van toorn,
hun neusgaten staan breed opengespert, hun
tanden klemmen op elkaar tot brekens toe
zij zijn als <le verpersoonlijking van den
haat en de, woede.
Op het oogenblik dat de zwaarden elkan
der raken, komt -hevig gerucht in de verte
tot de kampvechters, 't Lijkt op het rollen
van eenen trein vergezeld van menschenla-
waai en geweerschoten.
Er komt woeling onder de patriotten, in
de schaduw weggedoken, 't Schijnt hun dat
er op eenigen afstand een veldslag geleverd
wordt.
De Albaneezen, liet geweer in rust, kijken
naar den kant waarvan liet gerucht komt,
ondervragen elkander, worden zenuwachtig
en slaken verdoofde uitroepen.
Stil roept Marko mei donderende,
stem.
Opnieuw valt liij aan met zijn gewone
woestheid. I)e schijn van den brand doet
zijn wapen als gloeiend voorkomen. Marko
acht de tijd van beleedigen en zwetsen voor
bij hij roept al zijne spierkracht, al zijne
behendigheden ter hulp. Eu Joannes ziet het
kromzwaard vreeselijk om zieli bliksemen,
Maar ai die krachtsontwikkeling, de
breede, kunstig berekende bewegingen bre
ken als 't ware op dien kleinen man, die
vast staat gelijk eene rots. Overal ontmoet
het groote kromzwaard het smalle, stijve
lemmer, welks punt glanst gelijk een dolk-
naald. Joannes maakt niet veel branie. Doch
vlug en flink weert hij al de slagen af die
zijn hoofd, zijne schouders, zijne horst en
lendenen bedreigen.
De verwoede uitval van Marko stuit tel
kenmaal op een vlugge, kleine, maar juist
gemeten beweging, gemaakt met bewonde
renswaardige koelbloedigheid.
De zwaarden knarsen, klinken, botsen op
elkaar, Marko kan er geen begrip van krij
gen hij gromt gelijk een gemuilband dier.
vastgemaakt, met een prooi voor zich, welke
het niet bereiken kan.
Dit hardnekkig kampen duurt een paar
minuten. Voor de tweede maal acht Joan
nes het oogenblik gunstig om uijnen arm
uit te strekken. Marko gevoelt instinctma
tig, dat hij den steek niet weren kan.
Loeiende springt hij. achteruit, moet wij
ken. Doch dit vernedert hem te zeer en hij
wil den aanval opnieuw beginnen. Hij heeft
er den tijd niet. toe. Joannes doet eenen stap
voorwaarts... Marko gaat het gelag betalen!
Maar de reus krijgt schrik. Hij wijkt op
nieuw. Hij voelt zich gedwongen tot den af
tocht. :t Vernedert hem diep, maar hij ziet
geen andere uitkomst.
Een nieuwe achterwaartsehe sprong redt
zijn leven. Alsdan breekt koud zweet hem
uit, tranen van razernij verschroeien zijne
oogen. Een wanhopig gehuil ontsnapt zijne
keel.
En Joannes, zoo kalm, zijn eigen zoo-
meester als bevonde hij zich in een scherm-
zaal buigt een weinig zijnen degen. Glim
lachende, den andere spottend aankijkende,
zegt hij los weg:
Weihoe! heer Marko... bey van Kos-
sovoprins uit hot gebergte...... gaat gij
heen
Zwijg!... o! zwijg... wij vinden el
kander weer!
Maar, heer Marko, het beste middel
om mij weder te zien is niet heen te gaan.
Behaagt het u deze kleine oefening voort
te zetten?
Genoeg! zeg ik u!... spot niet... want
ik zal u tien duizend hoofden van boeren
naar den kop gooien.
Indien ik u niet dood
Maar een verschrikkelijk gedruisch ver
dooft zijne stem,. Een nieuwe trein komt
aangespoord. Van uit de raampjes wordt
onophoudend gevuurd. Mannen, op de voet
treden staande, klemmen zich krampachtig
vast aan alles wat uitspringt. Zij werpen
bommen naar binnen die de wagonvakken
uit elkaar slaan. Van alle kanten weergalmt
de kreet: te wapen!... Te wapen!...
V.
VERLOOFD IN DE DOOD.
De aankomst van een derden soldaten-
trein, op die plaats en dat oogenblik, heeft
iets fantastisch in zich.
Hij bestaat uit een onafzienbare reeks
wagons, opgepropt, met krijgslieden. Hij ver
traagt meer en meer zijne vaart voor den
overgrooten brandstapel. Iedere wagon is
een fort waar geweerloopen uitsteken.
Vlug, flink, onversaagd, klampen de aan
vallers zieli vast aan alles wat ze grijpen
kunnen, rukken de geweren uit de handen
der inzittenden en vergoeden deze met eene
bom
En heel dat helselie mengelmoes rolt, en
schreeuwt, vloekt en gilt en brengt elkan
der omhals, beschenen door den gloed van
den brand, die thans de vlakte verlicht,
zooverre het oog reikt.
Dit bemerken terzelfder tijd de Albanee
zen van Marko en de patriotten van Joan
nes. En dit helselie visioen doet beide aan
voerders het tweegevecht staken. Wat ge
beurt er?
En dit alles gaat zoo snel dat het onmo
gelijk is iets te beramen, iets op te lossen...
Een naam komt op de lippen van Joannes
en hij galmt hem uit
Michel!... O! mijn dappere Miehei!
Reeds heeft de machinst, die oorverdoo-
vend de stoomfluit laat werken, den trein
tot staan gebracht. De portieren zijn met
geweld opengeslagen en honderden Turk-
sche soldaten, dol van angst en razernij, zijn
op de baan gesprongen. Zij botsen op de
aanvallers. Geweerschoten knallen, bommen
ontploffen met bleeken vuurschijn. Patri
otten en Turken doorboren elkander met
bajonetsteken en een kamp zonder genade
vangt aan tusschen de twee vijandelijke
troepen, die niets schijnen af te weten van
de aanwezigheid van Joannes, van Marko,
van hun wederzijdsehe strijdmachten.
De kogels fluiten langs de ooren der twee
groepen, die getuigen zijn van het' tweege
vecht tusschen de aanvoerders. De mannen
kunnen niet langer stilblijven. De twee
groepen hebben geschreeuw: Te wapen!...
Te wapen!... en schielijk is de wapenstil
stand verbroken.
Een hevig gedrang heeft Joannes van
Marko gescheiden en zoo wordt aan dit
zonderling gevecht een einde gemaakt.
Marko strekt zijne gebalde vuist naar Jo
annes uit en brult:
Wij vinden elkaar weder!... Kraai nog
niet victorie!...
Joannes zwaait zijnen degen en ant
woordt
-Zwijg, bluffer!... Ja, wij vinden'stel
lig elkaar weder en dan is uw laatste urn-
geslagen
Als werktuigelijk ijlen Albaneezen en pa
triotten naar de spoorbaan, waar men bezig
is zich onderling uit te moorden.
Voorwaarts!voorwaarts!... Kloek
aan Albaneezen!'t Is Marko!... Leve
Marko!... Niet bang, mannen uit het ge
bergte, niet bang
Leve 't vrije Macedonië!...
't Is Joannes!... Leve Joannes!... Kloek -
aan, Michel!... Voorwaarts, de patriotteh
voorwaarts
't Wordt een afschuwelijk gevecht. Dip
zoolang werkloos moestem blijven, vechten
thans als wanhopigen. Ouder lien is geen
enkele of hij heeft een vermoorden vader
te wreken, een moeder, zuster of verloofde
voor immer verdwenen en hun razernij kent
perk noch paal.
Zij hebben zich nu vereenigd met de hen-
de die aangevoerd wordt door Michel en die
een trein aanklampte. Die bende is twee
honderd dertig man sterk. Die macht ge
voegd bij de honderd twintig man van Joan
nes, maakt ongeveer drie honderd vijftig
strijders, inbegrepen de vrouwen, die uitge
rust en gewapend als soldaten, dapper sol-
datenwerk verrichten.
(Wordt vervolgd.)