Kerste Blad. De Portierster van Alfortyille. „N00 RD-B RAB AND" WAALWIJK. Dit nummer bestaat uit TWEE bladen Gemeenteraad F E ILLETOM Maatschappij van Verzekering op het Leven NUMMER 5,3 WQENSDAG flfjUU 1921 Up JAARGANG. Telei. 38. WAALWIjKSCHE EN LANGS- ^AATSCHE COURANT. UitgaveWaalwijksche Stoomdrukkerij Antoon Tielen Prijs der Advertentiën; 20 cent per regel; minimum f 1.60. Reclames 40 cent per regel. Telegr.-AdresECHO. drongelen. Spoedeischende openbare vergade ring op Zaterdag 23 Juni des v.m. ten 11 uur. Voorsltter Edelachtb. heer Brune. Ongeveer 7.15 uur opent de Voorzit ter de vergadering! aanwezig de heerea van der Stelt, van der Schans, Nieuw koop* van Gammeren en van Campeo, afwezig de heeren Treffers en VcS. Voorlezing van de notalen wordt aan gehouden tot een volgende vergadering. De Voorzitter zegt dat de reden tot deze spoedeischende vergadering is ge legen in het feit, dat voor een paar weken geleden te Dassen een vergade ring is gebonden van Bargemeesters uit het Land van Heasden en Altena met den hoofdadministrateur van de P.N.E.M. Door dezen ambtenaar waren pogingen in het werk gesteld om voor de leenin gen goede condities van de bankiers te verkrijgen. Het resultaat dezer onderhan delingen was van dien aard. dat de condities niet waren als door den ad ministrateur voorgesteld eu verwacht. Daarop is een commissie benoemd waar- bij ook spr. tegenwoordig was, welke naar Amsterdam is gegaan om daar met de Directie van de Rijksvetzekerlogsbank te spreken. Daar konden wij geld krijgen onder voorwaarden dat de eerste 5 jaren niets behoeft te worden afgelost ea tegen een rente van waarschijnlijk ó'/a pCt. Er mag echter niet eerder afgelost wor den dan over 35 jaar en dat juist is een heel groot bezwaar waar wij niet op wil len Ingaan, want als b.v. over 10 jaar de rentestandaard op 4 zou zijn gebracht dan zouden wij niet kunnen «dossen en maar aldoor een hooge rente moeten blijven betalen. Daarop ben ik aan het informeereo gebleven en aan deze en gene zooa eens gevraagd. Het resultaat daarvan is dat iemand uit Drongelen nu aangebo den heeft f 25000 te geven voo 5'/a pCt. op voorwaarden dat het geld als hypotheek op vaste goederen wordt verstrekt. De geldschieter wil zich ver binden dat hij nooit het geld mag op vragen en wij het mogen «dossen als wij willen. Van der Schans. Zou we, als dat nu eens in ons voordeel is, over een jaar het geheele bedrag al kunnen af lossen. Voorzitter. Zeker, dat kunnen wijten allen tijde doen, terwijl hij het nooit kao opzeggen. Van der Schans. Dat is een prachtige aanbiediag. Voorzitter. Dat was ook m^ne meening en om dit onze neus niet voor by te laten gaan heb ik gedacht deze spoed eischende vergadering te moeten uit- van ,J)e Echo van het Zuiden". schrijven. Wij behoeven het geld nu direct niet te nemen, maar hij wil weten waaraf en waaraan. Nieuwkoop. Hoe groot zijn de lande rijen ongeveer. Voorzitter. Zoowat goed 16 H.A. Van Campen. Heeft de geldschieter er ook aan gedacht dat onze gemeente kan worden vereenigd met andere ge meenten. Neemt hij daar dan voldoende genoegen mee. Vooizltter. Dat is nu iets wat niet de moeite waard is dat we er over spreken. Of het bezit nu in handen van Drongelen of in handen van de vereenigde gemeen ten is, dat zal aan de waarde, geloof ik. toch niets afdoen. Zou de geldschie ter dat niet willen doen, honderden an deren weer wel. Van Campen. Het komt mij voor dat hy dan het recht heeft om het op te zeggen. Voorzitter. Als de gemeente gean nexeerd is, dan neemt de nieuwe ge meente alle verplichtingen op zich en het zal den geldschieter dan toch wel hetzelfde zijn want door de vereeniging wordt de gemeente er toch niet minder soliede om. Dat is nu toch waarachtig de moeite niet waard dat men er over spreekt. Van Gammeren. De landerijen zijn het onderpand en dis blijven hetzelfde. Voorzitter. Natuurlijk. Nieuwkoop. Het is bekend dat groote bedragen niet meer geplaatst kunnen worden tegen een behoorlijk onderpand en tegen een rente van 5'/a pCt. Voorzitter Dat is mij niet bekend. Maar als ik zie dat overal nog leeningen worden gesloten door gemeentebesturen tegen een rente van 6'/2 en 7 pCt. lijkt mij een aanbieding met dergelijke con dities zeer mooi. De heer van Campen merkt op dat het hier ook een hypotheek is wat ge heel iets anders is dan een leentng. Bovendien komen er nog kosten bij een hypotheekverleening. Het spijt spr. overi gens dst hij het niet eerder heeft ge weten want nog gisteren heeft hij eene vergadering bijgewoond waar tegen 5 pCt. gaarne geld werd verleend. De heer Nieuwkoop is van meening dat in het bepalen van het percentage een groot verschil is of het op hypotheek of als gewone leening wordt gegeven. Verder wijst spr. er op, dat het aanbe veling verdient dat in de overeenkomst een clausule wordt opgenomen dat ook de etfgenamen de overeenkomst niet kunnen vernietigen. De Voorzitter zegt nu iets nieuws te hooren. Hij voor zich is van meening dat erfgenamen nooit daartoe kunnen overgaan. Voorts wyst bij er op dat spoedig geld noodig zal zyn aangezien in de bepaling Is opgenomen dat 30 pCt van de aannemingssom moet worden betaald zoodra het materiaal is aangevoerd en dat kan al heel spoedig zijn zoodat we dan voor het feit staan dat we f 5000 noodig hebben. Van der Stelt. Ik geloof toch ook dat door erfgenamen dergelijke zaken kur- 14). ook maar rechtvaardig. Hij is dat bepaald nen worden vei broken. Maar tk zou ook nog eens eerst iaten Informeereu hoe of het Is met de condities waar men vol gens van Campen geld kunnen krijgen tegen een rente van 3 en 4 pCt. Voorzitter. Staat u er voor in mynheer van Campen, dat wij daar geld kunnen krijgen, aflosbaar in 30 jaar en dan op die voorwaarden als door mij genoemd tegen een rente van zelfs 5 pCt. Van Campen. Dat is niet besproken de kwestie van aflossing want dat wist k niet. Wel de kwestie van percenten. De heer Nieuwkoop.-, vraagt of nog andere aanbiedingen zijn gedaan, waar op de Voorzitter bevestigend antwoord doch er op wijst dat geen dezer deze voordeellge condities geeft. De heer Nieuwkoop gseft nog in over weging zich eens in verbinding te stellen met makelaars en Le ensverzekering- maatschappijen. Men tA dan zien wat ze opgeven. Inmiddels kan dan aan dezen geldschieter gevraagd worden of hij het nog voor iets minder wil geven. Voorzitter. Ik wil d&t nog eens met alle plezier vragen maa? ik heb hem dat heel natuuriyk ai gevraagd en toen heeft hij mij gezegd dat daar absoluut geen sprake meer van was. Nieuwkoop. Dan zou yaa Campen ook eens kunnen informeereu want 5 pCt. Is In leder geval heel w»; beter dan 53/4 pCt. Het goedkoopste rjast ons. Voorzitter. Dat is zek^en juist daarom zijn wij ook niet op he| voorstel van de Rijksverzekeringsbank ingegaan. Men moet ook wel weten dst algemeen ver wacht wordt dat de rente, als de handel en Nijverheid weer wat normaal zal zijn, vaster wordt. Nieuwkoop. Op zulk een hypotheek wil men altijd gaarne liever wat geld geven vooral nu ze op effecten allemaal zooveel hebben toegegeven. U zal me toegeven dat het allemaal zoowat zeer goed land is en de overwaarde aanmer kelijk groot, zoodat dit in alle geval eene zeer solide geldbelegging is. De Voorzitter wijst er op dat alles heel mooi kan worden gezegd dat geld goedkoop Is te krijgen. Hij zal ook geen 5s/4 pCt. geven als h' t voor 5'/z pCt. is te krijgen. De condities moeten zoo zijn als deze geldschieter heeft gesteld. Nieuwkoop Dat kan altijd. Voorzitter. Zoo, staat u daarvoor in. Nieuwkoop. Ja, voor zoover ik daar voor ln kan staan. Voorzitter. Goed, dan zou het ook j dwaasheid zijn om 5s/4 pCt. te geven. U moet er echter sterk in staan want als wij onze. geldschieter nu laten gaan, dan is het afgeioopen. De heer Nieuwkoop is van meening dat we tegenover de vroegere geld schieters onrecht hebben begaan. Voorzitter. Die hebben het toen gaarne op die condities gegeven. Nieuwkoop. Die waren niet zoo mooi. Voorzitter. Er wordt bijna ook nooit eenig onderpand gegeven. De heer van der Stelt zou gaarne den geldschieter op sleeptouw willen hocdeo tot Woensdag, opdat de heer van Campen inmiddels kan zien of wy het daar voor 5 pCt. kunnen krygen. Als er zijn die het daar voor 3 krijgen, dan zullen wij het wel voor 5 krijgen. Voorzitter. De heeren van Campen en Nieuwkoop zeggen dat ze het zeker op goedkoopere voorwaarden kunnen krij gen dus dan kan dit wel worden ver worpen. Van Campen. Ik kan nu moeilijk Iets zeggen. Dat weet ik wel dat ze niet voor 35 jaar op die manier geven. Maar ik heb niet alleen te beslissen. Van der Stelt. Dan kunnen we er hier ook niets mee doen. Na nog eenige discussie, wat echter allemaal 't zelfde is als reeds gezegd, wordt besloten den geldschieter te vragen of hy voor 5'/a pCt. wil geven en om inmiddels ook elders nog even te pro- beeren of men niets goedkooper slaags kan. Daarna werd de vergadering gesloten. DUSSEN. Openbare vergadering van den raad dezer gemeente op Donderdag 30 Jaol 1921, des namiddags 5 uur. Voorzitter Edelachtb. Heer Snijders. Aanwezig alle leden. De notulen der voorlaatste vergadering worden na voorlezing onveranderd goed gekeurd die der laatste vergadering worden nogmaals aangehouden. Aan de orde 1. Ingekomen stukken en mede- deeliogen. Dankbetuiging van des ambtenaar ter secretarie Van Iersel voor de verhooging zyner jaarwedde. Een door 14 bewoners van Wyk C. geteekend verzoek is ingekomen om ook hen in de gelegenheid te stellen i (Opgericht Verzekerd Kapitaal Reserve 1843; i i 25.586.757.— 3.113.7o7.— aan het electrisch net aan te sluiten. Voorzitter. Ik geloof dat deze kwestie ln de toekomst wel opgelost zal worden. Wanneer voor het malen electriclteit zal zijn aangelegd, zullen ook Perenboom en anderen van stroom kunnen worden voorzien. Betreffende de aauslultlng van de Baan heeft een der ingenieurs mij medege deeld, dat daarvoor een transformator huisje noodig Is. v. d. Koppel. Een trajisfotmatorhulsje kan toch tot 3 K.M. stroom leveren als er geen krachtaanslultingen van be- teekenis doch uitsluitend llchtverbrulkers zijn. En van hier tot de Baan is toch geen 3 K.M. Voorzitter, Een traosformatorhulsje zooals hier gebouwd wordt, staat op de begrooting voor f 1000 huur per jaar, Het zou dus nogal kostbaar worder, Indien we er voor de Baan nog eenr moesten plaatsen. v. d. Koppel. Is het niet mogelijk dat het huisje, dat hier komt, een bestje verplaatst wordt. Voorzitter. Ik zou het niet kunnen zeggen, doch zal er met de heeren van de P.N.E.M. eens over spreken. v. d. Koppel. Tot de uiterste grens zal het nog niet meer dan 2'/a K.M. zijn. Ze zouden misschien een zwaarder kunnen bouwen. De Voorzitter zegt toe hiernaar te Informecren. Van den brievenbesteller Wijk is een verzoek ingekomen om een buis te mogen leggen voor drinkwatervoor ziening, Voorzitter. Dit stuk is nog niet by Burg. en Weth. behandeld, zoodat er van hen geen advies is. v. Honsewijk. Ik kan U wel zeggen dat hy ook de toestemming van het polderbestuur hebben moet. Voorzitter. Dat heb ik hem ook ge zegd, docb hy beweerde dat het niet noodig was. v, d. Koppel. Hij moet dan eerst maar de toestemming van het polderb stuur vragen en dan hier om toestemming komen. Van de Prov. Staten Is een schrijven ingekomen betreffende de oprichting van het waterschap »Het Noordelijk Af wateringskanaal*. Daar de gemeente Dassen hierbij ook belang zal hebben, wordt het stuk ln handen van Burg. en Weth. om advies gesteld. 2. Belastingverordeningen. Onder terugzending der belasting verordeningen verzoeken Ged. Staten in Art. 1, 2e lid, bet maximumpercentage van 6 pCt. terug te brengen op 4 pCt. Burg. en Weth. stellen voor de ver ordening aldus te wijzigen en het per centage thans te bepalen op 3 pCt. Aanvankelijk was 2'/s pCt, vastgesteld, doch daar er verschillende uitgaven zijn te doen, is het in overleg met den in specteur raadzaam geacht het percentage op 3 pCt. te stellen. Aldus wordt besloten. 3. Schoolgebouw wijk C. De Voorzitter zegt dat Burg. en Weth. Dit blad verschijnt WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND. Abonnementsprijs per 8 maanden f 1.25. Franco p. post door het geheele rijk i 1.40. Brieven* Ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. m ECHO VAN HET ZEIDEN, I. DE BRANDSTICHTING. DERTIENDE HOOFDSTUK. „Ik word door mijne werkster zeer vol doende bediend... Gij weet overigens wel, dat ik mijn huishouden 't liefst zelf bestier". „Goeddoch Jeanne zou voor n niet zoo zeer eene dienstbode zijn, maar eerder een juffrouw van gezelschap. Gij zijt niet jong meer dierbare zuster en hebt rust noodig. Deze rust zoudt gij u kunnen gunnen, wan neer gij Jeanne Fortier in huis naamt. Haar kleine jongen die drie en een half jaar oud is zou Luciëns speelmakker wordenLater zou ik hem een goede opvoeding doen geven en mij zoo van mijn plicht kwijten tegen over de weduwe, wier man in mijnen dienst gestorven is „Welaan, waarde zuster daartegen kunt gij u niet verzettendit moet geschieden In de fabriek kan Jeanne Fortier niet blij ven, doch ik wil niet dat de maatregel, die ik wel verplicht ben tegenover haar te ne men, de vrouw in het verderf storte. Ik heb mij hardvochtig aangesteld en ik geloof dat zij erg boós op mij is; welnu bij mijn terug keer te Alfortville zou ik haar gaarne een goede tijding medebrengen om de ongeluk kige zoo alles te doen vergeten. Het is na tuurlijk dat uwe uitgaven en Jeanne's ver diensten voor mijne rekening zijnWei ger niet, waarde zuster. Niet slechts zoudt gij mij zeer onaangenaam teleurstellen, maar mij tevens in een hulpeloozen toe stand brengen." „En dat wil ik niet broeder," hernam me vrouw Bertin, ,ik zal u helpen, en met de grootste liefde zal ik dat doen in uw werk van liefdadigheid. Zoodra gij zijt terugge keerd, kunt gij mij Jeanne Fortier en haar zoon zenden". „O, wat zijt gij goedriep de heer La- broue uit. „Geheel verlicht van harte, zal ik van hier naar huis terugkeeren. Gedurende het overige van den namiddag bleef de ingenieur bij het bedje van den kleinen Luciën, die van uur tot uur beter werd. Terwijl dit te Saint-Germain voorviel ging het werk te Alfortville zijn gang. De arbeiders waren des morgens op het vast gestelde uur aan het werk gegaan. Jacques Gérard was de portiersloge voor bij gegaan zonder eenig teeken van leven te geven. Jeanne, die op dit oogenblik de presentielijsten liet teekenen had hem zelfs niet gezien. En toch lette zij op hem. De raadselachtige woorden van den meester knecht en vooral zijn zonderlinge houding, zijn ongewoon uiterlijk boezemden Jeanne Fortier geheel bijzondere gevoelens in. Zij wenschte Jacques te zien om de verzekering te erlangen dat hij bedaarder was gewor den onwillekeurig hielden hare gedachten zich met hem bezig en zij was zoo ontsteld en koortsachtig, dat verscheidene personen haar daarvan de opmerking maakten. David vooral toonde zich daarover onge rust toen hij des morgens de sleutels kwaïn halen van het kabinet des ingenieurs en list kantoor van den kassier, dat hij eiken mor gen moet uitvegen en reinigen. „Wat zijt gij bleek, madame Fortier," zoc sprak hij. „Zijt gij ziek?" „O, neen David." „Toch deert u iets." „Niets bijzonders, dat verzeker ik u". „Ik begrijp dat uw aanstaand vertrek u óngerust maakt. Gij zult uwe gewoonte ge heel moeten veranderen, eene betrekking zoeken. Denkt gij in deze streek te blijven madame Fortier?" „Ik weet er nog niets van, David," ant woordde Jeanne op drogen toon. „Ik geloof niet," hernam de loopjongen, „dat de patroon u zonder eene goedé grati ficatie zal laten vertrekken, om u zoo eenigs- zins schadeloos te stellen......... En dat is verschuldigd." „Ik vraag liem niets," antwoordde de jon ge weduwe met eene bijzondere fierheid. „O, dat begrijp ik! Ieder heeft zijn eer gevoel. Doch al heeft men niets gevraagd, men kan toch aannemen wat geboden wordt." „Ik zal nooit een aalmoes aanvaarden." "\Vat zegt gij dat op een zonderlingen toon, madameWie denkt er aan u een aal moes te geven? Gij moet dan wel boos zijn op den patroon „Jeanne kon een beweging van ongeduld niet weerhouden. „David", zeide zij, „ik hid u spreek over dat alles niet meer!Hier zijn de sleu tels,' breng mij die van bet kabinet van mijnheer Eabroue terug, zoodra gij daar gereed zijt." Dan keerde zij den jongen den rug toe en begaf zicli naar bare bezigheden. „Ja,ja, madame Fortier, zooals naar ge woonte." David verwijderde zich, terwijl hij tus- schen de tanden mompelde: „Ik geloof dat de patroon het hard zou te verantwoorden hebben, zoo zij hem eens on der vier oogen had!... Hemel!... Wat heeft zij haar ontslag toch ernstig opgenomen Jeanne was druk aan hare bezigheden. Eensklaps kwam er een nieuwe gedachte bij baar op. „O," murmelde zij, „die vervloekte petro leum moet niet in deze kan blijven. Ik zal ze in flesschen overgieten en medenemen.. wanneer ik vertrek." Nauwelijks was zij daarmede bezig, toen de schel aan de poort weerklonk. Het was de kassier. Jeanne haastte zich hem binnen te laten. VEERTIENDE HOOFDSTUK. De heer Ricoux sloot de deur achter zich toe en ging Jeanne voorbij, die hij met een kleine beweging der hand groette. Eensklaps echter stond hij stil. „Ik ruik nog petroleum, madame Fortier," zeide hij, zeer ontevreden toetredend. „Dat is niet te verwonderen, mijnheer," antwoordde Jeanne op drogen toon; „ik ben bezig de petroleum uit de groote kan in flessdiea oyer te gieten. De olie behoort mij toe en ik zal ze medenemen, wanneer ik vertrek. Later kan ik de petroleum ln mijn nieuwe woning gebruiken en dan zal men geen angst meer behoeven te hebben, dat ik de fabriek in brand steke." Ricoux bromde tusschen de tanden „Men heeft altijd gelijk angstig te zijn... Er zijn zooveel booze lieden... Er zijn per sonen, wier hart vol haat is en kwaad om het kwaad te bedrijven". De jonge vrouw, die deze woorden ge boord had, haalde eenvoudig de schouders op. Op dat oogenblik naderde Jacques den kassier. „Ik heb u zien binnentreden" zeide hij, „en thans kom ik tot u om" De stem--van den meesterknecht deed ma dame Fortier het hoofd wenden. Nieuwsgie rig staarde zij Gérard aande man scheen zeer kalm en zijn gelaat toonde geen sporen meer van de opgewondenheid van gisteren. Jacques vestigde het oog op de portierster. „Wat verlangt gij?" vroeg Rocoux. „U te waarschuwen, dat Vincents vrouw gisteren avond overleden is." „Zoo, zooDe arme drommel had dan wel gelijk een droevig voorgevoel te koesteren „Hij heeft mij door een machinist doen verzoeken hemhet geld te doen toekomen, dat hij hier te goed heeft; er bij voegende dat hij niet meer van plan was naar het atelier terug te keeren maar naar zijn ge- j boortestreek terug te gaan." j „Verstaat gij dat? Hij zal er wel van ge- 1 oord hebben, dat zijn rijk hier uit was, er. daar de kerel nog al eigenliefde bezit, heeft hij thans een voorwendsel weten te vinden om niet den schijn te hebben hier te worden weggezonden. Gelooft gij dat niet, Jacques?" „Ik weet er uiets van, mijnheer Ricoux". „Hebt gij Vincents rekening opgemaakt?" „Ja, hier is zij." Jacques haalde een stuk papier uit den zak en reikte het den kassier over. „Vierenvijftig uren aan negentig centimes per uur maakt achtenveertig francs zestig," telde Ricoux. „Kom, Jacques, ik zal u het geld geven." Terwijl deze woorden gewisseld werden, was Jeanne gereed gekomen met het over gieten van de petroleumzij plaatste de i flesschen en de groote blikken kan weer hi dezelfde kast, buiten haar woonhuisje. De meesterknecht volgde den kassier, en nam de aan Vincent verschuldigde som in ontvangst, stelde deze aan den machinist ter hand, die Vincents boodschap gedaan had en ging toen een bezoek brengen in de ateliers, 't Laatst was hij bij de schrijnwer kers'en de draaiers, waar de modellen ver vaardigd werden der stukken, die moesten gegoten worden. De eerste knecht kwam tot Jacques Gé rard en zegde „Mijnheer, gelief dien overvloed van krul len, waardoor wij zeer gehinderd worden te laten opruimen." „Goed," antwoordde Jacques, „daar zal morgen voor gezorgd worden," en zette zijn onderzoek voort. Dan begaf hij zich naar zijn eigen werk plaats en sloot zich daarin op. In dat atelier «tond een bureau, een kast vol registers en onder het venster in het volle 'licht eene v erk- en draaibank met eeh bankschroef en rilerlei gereedschapaan de andere zijde ■■•as een kleine smidse. Jacques trok zijn jas uit, deed een kiel aan en dan uit een hoek een staaf nemende begon hij een sleutel te smeden. Dat kon niemand verwonderende mees terknecht sloot zich vaak in zijn atelier op om modellen te vervaardigen, die hij daarna aan de arbeiders bezorgde. Hij werkte zonder tusschenpoozen tot het ontbijt. Dan verliet hij de fabriek evenals de overige werklieden, docb was weer een der eerste terug, Thans grootte hij Jeanne zoo natuurlijk mogelijk en ging zich weer opsluiten om het werk, des morgens aangevangen, voort te zetten. Het was een zware lachter heerschte eene drukkende atmospheer en alles voor spelde een hevig onweder tegen het einde mui den dag. De werklieden stonden hijgend aan hunne bankschroeven, al hadden zij ook alles opegezet om zoo goed mogelijk versche lucht te doen binnendringen. Jacques parelde het zweet op voorhoofd en wangen; doch wat kon dat hem deren? Hij scheen er niet door te lijden en smeedde en vijlde zonder ophouden. (Wordt vervolgd.)

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1921 | | pagina 1