Eerste Blad.
De Portierster
van Alfortville.
l„N00RD-BRABAN2"l
WAALWIJK.
Dames van Waalwijk en Omstreken
Stoomwasscherij „DE LELIE"
Rath
Neemt proef bij
Ca, Veghel.
Dit nummer bestaat
oit DRIE bladen
Stoomwasscherjj
„Het Groenewond",
GEREGELD
MAANDAG
WAALWIJK
FEUILLETOM
Onbekend, onbemind.
BUITENLAND
I Maatschappij van Verzekering op het Leven. I
BINNENLAND.
NUMMER 70.
ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1921
Dit blad verschijnt
WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND.
1 bonnementsprijs per 8 maanden f 1.25.
Franco p. post door het geheele rijk f1.40.
Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz.,
franco te zenden aan den Uitgever.
De vracht-auto der
komt
964! eiken
tot het thuisbezorgen en ophalen
der wasschen
A. KNEGTEL, Tilbubg.
Vraajt Prijscourant. Vracht gratis
Schrijven van Z. K- ^aus
Benedictus XV
aan het Doorluchtig Episcopaat
van Nederland over de stichting
der R. K. Universiteit.
Aan onze Eerbiedwaardige Broeders lien-
ricus, Aartsbisschop van Utrecht, en de
andere Bisschoppen van Nederland.
BENEDICTUS XV, Paus
Eerbiedwaardige Broeders
Met de grootste voldoening hebben
Wij daarom dan ook de tijding ontvan
gen, dat Gij thans op het punt staat dat
pian ten uitvoer te leggen. Steecfcs im
mers plachten de Pausen van Rome in
den loop der eeuwen, zoowel tot be
veiliging van den godsdienst als tot be
vordering der ware wetenschap, edele
burchten voor hoogere studiën te stich
ten of tot rijker bloei te brengen.
Zou het dan ook wel iemand ktunnen
ontgaan, dat, zoo ooit dan in onzen tijd,
Telef. 38.
WAALWIJKSCHE KN LANGSTRAATSCHE COURANT
Uitgave: Waalwijksche Stoomdrukkerij Antoon Tieten Teleur .-AdresECHO.
van „De Echo van bet Zuiden
32).
het algemeen welzijn het bestaan en
den krachtigen bloei van zulke Hooge-
scholen vordert, in onzen tijd, waarin
zich allerwegen een zoo groote vloed
van dwalingen baanbreekt, dat met de
heiligheid der zeden het geloof zelf der
volkeren in het ernstigste gevaar gaat
verkeeren
Elders, niet alleen over geheel Europa,
maar ook in Amerika, richtte de wel
doordachte vrijgevigheid der katholieke
bevolking dan ook sedert lang haar
ernstig pogen op het verwezenlijken van
dit doel, zoodat men zou kunnen zeggen,
dat er nagenoeg geen volk is, bij het
welk de godsdienst bloeit en dat wel
vaart geniet, waar zulke hoogere onder
wijsinrichtingen nog ontbreken,
In dezen, wij zouden willen zeggen,
wedstrijd der volkeren, zullen de Katho
lieken van Nederland, die immers door
een waarlijk buitengewone geestdrift
voor de geestesbeschaving uitblinken,
stellig voor niemand onderdoen.
En nauwelijks behoeft vermeld te
worden, wat rijke weelde van alleredel
ste vruchten, daarvan valt te verwachten.
Wanneer immers tal van jongelieden,
uitmuntend door deugd en geleerdheid,
in opeenvolgende rijen het openbaar
leven zullen ingaan, bezield met den
vurigsten ijver voor de katholieke zaak,
dan moeten er, zoo voor de Kerk als
voor den Staat zelf, betere tijden gaan
aanbreken
Wilt dan, Eerbiedwaardige Broeders,
met al e kracht en één van zin aan
dringen, om dat werk tot stand te bren
gen, waaraan zoo groote winst voor uw
vaderland is verbonden.
Wij van onzen kant kunnen uw her
derlijk pogen niet genoeg prijzen en
Wij bevelen uwe Universiteit met den
allermeesten nadruk aan in de onbe
krompen mildheid van alle welgezinden.
Van God voor U de noodige midde
len afsmeekend, opdat Gij dit werk ten
spoedigste tot de gewenschte uitvoering
moogt brengen, schenken Wij U, Eer
biedwaardige Broeders, en al degenen,
die zich zullen beijveren, U met raad
of daad bij te staan, van ganscber harte
Onzen Apostolischen Zegen, niet alleen
als voorbode van 's Hemels gunsten,
maar ook als onderpand van Onze
vaderlijke toegenegenheid
Gegeven te Rome bij Sint Pieter, het
zevende jaar van Ons Pausschap.
BENEDICTUS XV, Paus.
ste gedeelte van hun leven verplichtingen
oplegt, steeds de medewerking der ar
beiders vraagt bij hare uitvoering en die
als eenlg voordeel voor oogen stele, dat
men onder bepaalde omstandigheden 3
gulden rente vanaf zijn 65ste jaar kan
genieten, kan ook met populair zijn.
Wie geeft mij zekerheid, zoo vraagt
men zich af, dat ik 65 jaar word Zal
ik dan toch niet kunnen leven zonder
die drie gulden rente Mijne ouders ea
grootouders zijn er zonder deze rente
toch ook gekomen 1
Wat een onzin om het heele leven te
laten betalen voc een uitkeering die
men later misachte' zal genieten.
En waarom worden wij toch steeds
lastig gevallen wanneer een of andere
patroon eens een keertje niet of een
zegel van te lage aarde heeft geplakt.
Deze en derge ce opmerkingen zqn
de minst vijandig?, welke mea van ar-
belderszijde te hoe ea krijgt.
Slechts een enkeling is gelatener en
vertrouwt in de t ?geering, die hel hoe
en waarom beter weet dan hij.
Het juiste van de zaak weet eigenlijk
niemand. De wet is onbekend, hoe zou
ze dan toch populair kunnen zijn
Wilt gij de groots rechten met de
voor de arbeiders zoo ingrijpende voor
deden ieeren kennen, leest dan wekelijks
het artikel, dat onder hetzelfde opschrift
verschijnt.
Ztjt gij eenmaal op de hoogte van de
rechten der Invaliditeitswet, oordeelt dan
over hare belangrijkheid.
Achtereenvolgen? zullen wij de hier
onder vermelde rechten der Invaliditeits
wet uivoerJger behandelen te weten, de
rechten op
le. Invalidlteitsr ote, die wordt toe
gekend aan den verzekerden arbeider,
die door ziekte of gebreken niet in staat
een derde te verdienen, van hetgeen
soortgelijke arbeiders ter plaatse gewoon
lijk verdienen.
2e. Wedirwentm'e, die wordt toege
kend aan de weduwe van een verzeker
den echtgenoot, mUs zij minstens 60 jaar
oud of invalide is.
Weezenrente, die wordt toegekend
a. aan de kind' en beneden 14 jaar
i.
De Invaliditeitswet en de Raden
van Arbeid, die met de uitvoering dezer
wet zijn belast, zijn bij ons volk verre
van popalair.
Een wet, die de werkgevers op kosten
jaagt, de arbeiders gedurende het groot-
van een overleden verzekerden vader.
b. aan de kinderen beneden 14 jaar
van een overleden verzekerde moeder,
mits de kinderen vaderloos zijn of de
moeder de kostwlnster was.
c. aan de kinderen beneden 14 jaar
van een overleden vader, mits de mofder
verzekerd is.
4e. Ouderdomsrente, aan de verzeker
den, die den leeftijd van 65 jaar hebben
bereikt en aan bepaalde voorwaarden
voldoen.
5 e. Kostelooze geneesof heelkundige
behandeling of opname in eea ziekenla-
richting, indien er gevaar bestaat voor
blijvende arbeidsongeschiktheid en et' is
te verwachten, dat dit gevaar door doel
matige behandeling of verpleging alsnog
is af te wenden.
Volgens een Engelsch persbericht zou
het aanstaande antwoord van Lloyd
George op De Valera's jongste schrijven
geen ultimatum zijn, maar nog gelegen
heid aan De Valera openlaten om het
stellen van een ultimatum te voorkomen.
in een telegram uit Weenen wordt
gesproken van de mogelijkheid, dat de
diplomatieke betrekkingen tusschen
Oostenrijk en Hongarije in verband met
de jongste grensconflicten zullen worden
afgebroken.
De werkloosheidscrisis in EugeDnd
vertoont een sleed» ernstiger k*r«!tter,
Groote optoehten rsn werkloozen uit. alle
deelen des lands trekken naar de steun-
buteaux en er hebben allerlei wanordelijk
heden plaats, In de havenwijk van Londen
kan een groot deel der belastingen niet ge
ïnd worden tengevolge van de loonderving
door de arbeiders.
Thans wordt omtrent den nog niet
gepubliceerdan inhoud van het antwoord
der Eagelsche regeering asu Sinn-Fein ge
meld, dat een nienwe conferentie, varmoede-
ljjk te Inverness, wordt voorgesteld tejsen
20 September. Geen andere voorwaarde wordt
genoemd dan deze; dat Ierland deel zal
blijven uitmaken van het Britsche Rijk,
- De bedarende invloed van den Volkenbond
Iverzenern Kapitaal 25.586.757.m
Reserve 3.1l3.7o7.— Hl
Opgericht
Ver ze Herd Kapitaal
44e JAARGANG.
Prijs der Advertentlên,
£0 ceni per regel; minimum f I.&fl.
Reclames 40 cent per regel.
te Geaéve blijkt uit het Opper-Sileeischs
vraagstuk, zoodra het bij den Rttsd van den
Volkenbond was beland. Bij toovessUg is
er een eind gekomen aan den veldtocht iu
de Daitsche en Pookche pets. Gisteren ia
voor heel Opper-Silezië de staat van beleg
opgeheven. Eageland en Frankrijk moeten
zich evfeneene opgelucht voelen, dat niemand
hou meer iets verwijten kaa, wanneer de
eindbeslissing valt. De kwestie van het
zenden van geallieerde troepen heeft ook
zoozeer hare scherpe kanten verloren, dat
de eerste Fransche tioepen door Daitsch-
land vervoerd en te Oppeht Aangekomen
zijn, zonder dat eenig incident voorgevallen is,
Congresdag Voor Eer en Deugd
op Zondag 25 September te Tilburg,
De voige'nde conclusies zullen in de af-
deelingsvergaderingeu worden verdedigd
A. Voor de vrouwen in de R. K. Werk
lieden vereeniging door Msj. Jo\ van Hei-
lenberg-Subar
le. Wil iemand goed lid zijn van haar
SUndsorgahis&tie, dan moet zij een hoog
idee hebben van hare eigenwaarde.
2e. Dit hoog idee van eigenwaarde krijgt
de vrouw door da beschouwing van haar
oorsprong en hare bestemmicg.
3e. Zij zal dit ook naar buiten moeten
toonen door hare kleeding, door het ver
mijden van slechte bioscspen, door het we
ren vaa gevaarlijke lectuur enz.
B. Voor de mannen in de N. K. EUr-
monie door den WelEd. Gestr. Heer Mr.
Frans Teuiings
le. Het doel der standsarg&msatie (n.l.
de bevordering van de godsdienstigs, zede
lijke en algemeene stoffelijke belangen der
standgenoten) sluit iu zich een hartelijke
samenvatting met een krachtige medewer
king aan de aciie van Voor Eer en Deugd.
De standsorganisatie is dus niet volledig in
hare actie, wanneer zij de bevordering der
zedelijkheid, in engeren zin genomen, niet
werkdadig daarin opneemt.
2e. Omdat de standsorganisatie personen
vsn eenzdiden slaud omvat, en de gevaren
voor de zedelijkheid van iederen stand ver
scheiden zya. kan de staudsorgania&tie zoo
buitengewoon nuttig de Voor Eer en Deugd
vol e onder hare leden bevorderen. Zij kan
a.l. ds- voor haar ejgoo stand hijs-jade? ep
den voorgrond tredende zedelijkhcidsbelan-
gen speciaal behandelen en beplriten,
s.) behandeling der zedrlijkhoirisbelsngen
op «ergaderingen der srandsorganisatie
b.) behandeling der zedelijkbeicbbelangan
in da persorganen der «fondsorganisatie
c.) prictiecha samenwecking der stands-
organisatie (vooral plaatselijk) met de ver-
eerjigicg Voor Eer en Deugd.
4e. De leden der vereeniging Voor Eer
en Deugd voorzoarer zelf lid zijnde van
eene siandsorgzmsaüe, kannen door per
soonlijken invloed en initiatief in eigen
organisatie bevorderen de toepassing der
middelen in de 3e conclusie in algemeene
lijnen aangegeven.
I
Heil en Apostolischen Zegen.
In Nederland eene Katholieke Univer
siteit te stichten, ziedaar een plan, welks
verwezenlijking sinds lang te recint het
voorwerp was van Uwe vurigste wen-
schen; want de bekende uitspraak van
den profeet indachtig „dat wijsheid en
kennis rijkdom zijn ten heil", hiekdt Gij
U overtuigd, dat niets voor Uwe kerk
provincie van grooter nut zou zijn, dan
liet opgroeiend geslacht zoo op te lei
den, dat het, voorgelicht door het Ge
loof, ir alle soort van wetenschappen,
goddelijke zoowel als menschelijke, tot
hooge vorming zou geraken.
UK MO VAN HET ZUIDEN.
WMinM—imniwrnmmtmmm
ACHTENTWINTIGSTE HOOFDSTUK.
De jury trad binnen gevolgd door bet hof.
De beschuldigde werd binnengeleid en de
peresident verklaarde de zitting voor ge
opend.
De opsluiting in de cel, de overtuiging van
hare onmacht in den strijd, dien zij tegen
de gerechtigheid had te strijden, hadden de
krachten der ongelukkige vrouw gebroken
en vernietigd.
Zij twijfelde niet meer aan het lot dat
haar wachtte.
„Mijne kinderenMijne arme kinderen
herhaalde zij dikwijls, ter prooi aan ont
moediging en wanhoop.
„Zal ik hen dan nooit meer zien'?... Nooit
;roeer?
Pastoor Laugier, zijne zuster en Stefaan
"«stel waren te Parijs bijeengekomen om
,1e groette terechtzitting bij te wonen.
V lijst' der getuigen bevatte talrijke na
men. Aan h "t lioofd stonden Ricoux, de kas
sier; .wjadame' Frangois, de kruidenierster
van A Jfortviile f David, de loopjongen en
mevrouw Bertin, de zuster des lieeren La-
broue.
De akte van bes "-huldiging werd gelezen.
Deze waf; verpletterend. De menigte had
aandachdtg geluisterd én beschouwde Jeanne
.als het laagste aller schepselen.
Dan nana het getuigenverhoor een aan
vang.
Wij zullen hier niet terugkomen op de
verklaringen, «I ie onze lezers reeds kennen
en zoo bezwarend waren voor de aitnge-
klaagde.
De ongelukkige had geen enkelen getuige
ter ontlasting van haor kunnen opgeven.
Op alle punten, behalve op een enkel,
scheen hare schuld onbetwistbaar..
Waar was het gestolen geld gebleven?
Het openbaar ministerie nam aan dat de
weduwe van Pierre Fortier dit geld ergens
verborgen had, waar zij rekende, het na
volbrachten straftijd weer te vinden. Hare
schijnbare ellende, hare volslagen armoede
op het oogenblik der aanhouding was niets
anders dan comediespel.
Doch ook deze verzekering van het open
baar ministerie, al kon zij in het oog der
menigte nog zoo waarschijnlijk blijken, be
rustte op geen enkel bewijs.
Het woord werd aan Jeanne gegeven.
Al bleef de ongelukkige niet de geringste
hoop meer over hare onschuld te bewijzen,
toch gaf zij zich nog niet overwonnen, maar
voerde het woord op krachtige wijze en leg
de aan de rechtbank de redenen van hare
vlucht met alle duidelijkheid uit. Zij sprak
van Jacques Gerard's bedreigingen, van de
vernietiging van den brief door het alles
verslindend vuur, van het schrijven, dat zij
van den meesterknecht ontvangen had.
Dit verhaal bezorgde haar echter niet de
welwillendheid der rechters, maar ontstak
hen in woede. Jeanne's cynisme scheen hun
monsterachtig'.
„Wat!" zoo dachten zij, „durft dat ellen
dig schepsel den man belasteren, die met
zijn leven zijne edelmoedige toewijding voor
zijn patroon betaald heeft?"
Deze nieuwe misdaad bekroonde waardig
al hare vroegere misdaden.
De rechtbank had Jeanne een verdediger
toegevoegd, een man van talent en dat wist
hij te bewijzen. Slechts eene enkele zaak
ontbrak aan zijne pleitrede, de overtuiging.
Hoe zou hij trouwens in staat geweest
zijn van eenige overtuiging blijk te geven,
daar hij zelf niet aan de schuldeloosheid
van de persoon die hij verdedigde, geloofde?
Na het antwoord van het openbaar mi
nisterie begaf de jury zich naar de zaal dei-
beraadslagingen.
Hare afwezigheid duurde slechts een 20
tal minuten. Toen de leden terugkeerden,
heerschte er eene diepe stilte.
De president nam het woord en verklaar-
de dat de gezworenen met eenparigheid van
stemmen de aangeklaagde schuldig verklaar
den aan moord, brandstichting en diefstal,
maar dat met meerderheid van stemmen ver
zachtende omstandigheden werden aange
nomen.
De leden van het hof pasten de wet toe.
Jeanne Fortier werd veroordeeld tot le
venslange gevangenisstraf.
Toen de ongelukkige de uitspraak hoorde
van deze verschrikkelijke straf, stiet zij een
hartverscheurenden kreet uit en viel in on
macht.
Zij moest naar de conciergerie overge
bracht worden en van daar, nog steeds in
onmacht, naar de gevangenis St. Lazare.
Toen zij op de ziekenkamer weder tot be
zinning kwam, herhaalde zij onsamenhan
gende woorden waarvan niemand iets be
greep.
Zij was aan een hevige hersenschudding
ten prooi, die haar leven ernstig in gevaar
bracht.
DERTIGSTE HOOFDSTUK.
Jacques Gérard, die zich dóór de veroor
deeling van Jeanne nog geruster gevoelde,
had zich te Londen, zooals wij reeds hebben
gezien aan boord van de Lord-Maire inge
scheept, een groote pakketboot, die zich
rechtstreeks naar New-York begaf.
Er waren 123 pasasgiers aan boord, ou
der wie vele Amerikanen, die tot verschillen
de klassen der samenleving behoorden.
Paul Harmant zoo zullen wij Jacques
Gérard in het vervolg meermalen noemen
had een kajuit eerste klasse genomen.
Des morgeus om tien uur was men aan
boord gegaan, Harmant een der eersten van
allen.
Alvorens zich naar zijn kajuit te begeven,
wachtte hij leunend op de verschansing, liet
einde der inscheping af en de naamafroe
ping der passagiers door den plaatsvervan-
genden kapitein.
Tot dan toe had de man nooit eenigen
overtocht gemaakt dan van Frankrijk naar
Engeland door het Kanaal. Daarom ging hij
belangstellend na al wat er omging en nam
zich voor onderweg het mecanisme van de
stoommachines te bestudeeren, die onder
zoo menig opzicht afweek van de machines,
welke te Alfortville en elders in gebruik
waren.
De passagiers stonden thans nog geheel
door elkander, daar de plaatsen nog niet
waren aangewezen en het gaan en komen
der dienstdoende matrozen hood een schil
derachtig tooneel.
Onder de laatst aan boord gekomenen be
vond zich een man van vijftig jaar onge
veer, die blijkbaar tot de klasse der rijken
behoorde, in gezelschap eener jonge dame
van omstreeks achttien jaren en een zeker
iemand, die ongeveer achl-en-twintig jaar
oud kon zijn. Blijkbaar was deze laatste een
werkman; dit was zeer gemakkelijk te be
speuren, en tevens kon liet een aandachtig
opmerker niet ontgaan, dat hij tot die klas
se van werklieden behoorde, die in de groote
steden vooral liever plaatsen bezoeken waar
niet gewerkt, maar geld verspild wordt.
Hij droeg een geribf fluweelen pak en in
zijn hand hield hij een valies. Hij zag er
mager en bleek uit, met blond haar zonder
baard uitgenomen een ontluikend kneveltje
op de bovenlip. Een spottend lachje speelde
steeds om zijne dunne lippen, zijne kleine
blauwe oogen met zeer beweegbare oogap
pels deden onwillekeurig aan sluwheid en
boosaardigheid denken. Hij brouwde zijne
woorden en was zeer slepend in zijne uit
drukkingen.
„Pardon!" sprak hij, den voet op liet dek
zettend. „Wat is de vloer hier sterk ge
boend! 't is alsof ik op een ijsbaan sta. Zoo
de boot eeniszius slingert, riskeert men den
nek daar ginds tegen de verschansingen te
gaan breken
Toen zij den man deze woorden hoorden
uiten wisselden de vijftiger en de jonge
dame een glimlachje. Dan zeide hem- de
heer met een tongval, die duidelijk den En-
gelschman verraadde
„Daar zijt ge nu op weg naar Amerika.
Uw overtocht' en uwe voeding zijn betaald.
Ik heb u bovendien eene som van twee hon
derd franken ter hand gesteld gij hebt dus
gedurende de reis naar Amerika niets met
mij te maken. Te New-York zullen wij el
kander wel treffen".
„Begrepen, mijnheer." antwoordde de jon
ge man met het fluweelen pak, wiens por
tret wij met een vluchtige schets hebben ge
schilderd. ..Gij in de eerste klas, ik in de
tweede. Zoodra de naamafroeping heeft
plaats gehad treedt gi.j in den salon en ik
blijf in de antichambreWees gerust, ik
zal u bij de ontscheping wel weten te vin
den. Mijn beurs is goed voorziendat is het
voornaamste, en ik zal mij dan ook wel
weten te redden
De werkman stak een cigarette aan, ter
wijl de heer en de dame plaats gingen ne
men bij de verschansingen op een paar pas
afstand van Paul Harmant. Deze wendde
liet hoofd naar zijne nieuwe huurlieden en
zijne blikken vestigden zich met welbehagen
op het lieve blonde meisje met blauwe oogen.
De juffrouw had een slanke taille, doch was
bjizonder goed gebouwd, en op haar gelaat
lag een schoonheid uitgespreid, zoo bevallig,
zoo bekoorlijk, dat Harmant de oogen er
niet af kon houden.
..Wat een lief gezichtje!" sprak hij tot
zich zelve. „Die heer daar met die grijze
haren is wellicht haar vader."
Het blonde kind had intusschen bemerkt,
dat zij de aandacht boeide van den vreem
deling opwekte. Een levendig rood kleurde
deling. Een levendig rood kleurde hare
wangen; haastig wendde zij zich half
voor den vreemdeling niet lnger zichtbaar
was.
Er werd een aanvang gemaakt met de
-naamoproeping. De reizigers stonden nog
door elkaar op het dek. Zij aan zij stond
de werkman en (ie meester, de eerste kajuit
reiziger en die der tweede klasse. De werk
man met zijn geribt fluweelen pak stond op
denzelfüen afstand van den heer met de
grijze haren en zijn dochter als de gewezen
meesterknecht van Alfortville.
De plaatsvervangende kapitein riep de
namen af: James Mortimer en Noëmi Mor
timer, waarop de blonde dame en haar va
der antwoordden.
„Noëtui Mortimer!" dacht Harmant, ..zie
daar twee prachtige namen!"
„De heer Paul Harmanthts dan
de kapitein.
..Present!" antwoordde Paul.
(Wordt vervolgd).
20416