Eerste Blad. De Portierster van Alfortville. l„N00RD-BRABAND"| WAALWUK. I Dames van Waalwijk en Omstreken Stoomwasscherij „DE LELIE". Neemt proef bij Rath Co., Veghel. Dit nummer bestaat uit DRIE bladen Uit ons Parlement. Stoomwasscherjj „Het Groenewoud", GEREGELD MAANDAG WAALWIJK BUITENLAND. BINNENLAND. FEÜILELTOM I Maatschappij van Verzekering op het Leven. NÜMMER 83. ZATERDAG 29 OCTOBER 1921. m JAARGANG. Dit blad verschijnt WOENSDAG- EN ZATERDAGAVOND. Abonnementsprijs per 8 maanden f 1.25. Franco p. post door het geheele rijk f 1.40. Brieven, Ingezonden stukken, gelden enz., franco te zenden aan den Uitgever. Telef. 38i WAALWIJKSCHE EN LANGSTRAATSCHE COURANT. UitgaveWaalwljksche Stoomdrukkerij Antoon TIelen Telegr.-AdresECHO. Prijs der Advertentlto: 20 cent per regel; minimum f 1.68. Reclames 40 cent per regel. 20700 Verschillende interpellaties. Ondersteuning; aan slachtoffers der mobilisatie jaarlijks of één keer. Steun aan Rusland. Afschaffing van pasvisa Overwerkvergunningen en Ar beidswet. Enkele kleine wets ontwerpen. Wauneer men aanaaemt, cUt een inter pellatie een ontevredenheidsbetuiging aan het adres des regeering beteekent, daa was da voorafgegane week wel geschikt den in druk te wekken, dat men de regeering op haar nummer wou zetten Da eene interpellatie volgde op de andere. En zoowel do minister van bnitenlandrche zaken als die van oorlog en arbeid werden voor de vierschaar der Kamer gedaagd. Da heer Stasiman begon over da onder steuning van gedurende de mobilisatie af gekeurde militairen. Den 29sten Jnni 1920 had de Kamer aan een door hem ingediende motie hare goedkeuring gehecht en daarmee dus der regeering een weasch uitgedrukt van De Echo van het Zuiden 47). omtient te voeren beleid. De regeering had echter naar de meening van den interpel- lact met dezen wesisch geen voldoende re kening gebonden, in zooverre zij aan de motie maar gedeeltelijke en gebrekkige uit voering had gegeven. In plaats toch van aan de afgekenrden, dia niet in de termen van pensioen konden vallen, maar niettemin slachtoffers van de mobilisatie geworden wa ren, zooals de voorsteller der motie het be doelde, een jaarljjksehe nitkeering te geven, had de minister er zich met een nitkeering in ééns afgemaakt en die nitkeering boven dien zeer schriel toegemeten, zoodat in plaats van de paar millioen, die men noo- dig had geacht, maar iets meer dan een half millioen was besteed. De heer Staal- man meende, dat dit gerechtvaardigde te leurstelling by de bevolking had gewekt en hield tegenover de verdediging van den mi- nieter vol, dat in 220 gevallen de regee ring zich niet aan het advies van burge meesters had gehouden. Ook de heeren Smeenk en Schckking ofschoon minder beslist dan de heer Staal man, vonden de regeering wat schriel. En de laatste stelde dan ook naast de motie van den heer Staalman, die voortdurende ondersteuning en een deskundige commissie van beroep en onderzoek, een andere motie voor ter instelling van een commissie van beroep, welke hij later echter introk, toen de minister een commissie beloofde en zich eveneens tot herziening van de genomen beslissingen in bizondere gevallen en een enkele maal ook tot het geven vsn enkele jaarlijksche nitkeeriisgen bereid verklaarde. Den heer Ter Lvaa ging echter nog deze belofte noch de motie-Staalman ver genoeg en hy voegde er daarom in een nienwe motie den wensch by, van nitkeering ook aan niet afgekeurde slachtoffers en aan reeds gepensionneerdeu en aan andere nabestaan den, dan weduwen en weezen. Maar de Ka mer bleek aan 't ministers toezegging ge noeg te hebben en verwierp zoowel da motie- Staalman als de motie-Ter Laa». Al even weinig succes had de heer Win koop met syn interpellatie en motie be treffende de stennverleening aan Raslsnd en deelneming van Nederland aan het ver strekken van internationale credieten. Hij gaf een angstwekkende schildering van den Rusaischan nood, waar in hst Wolga-gebied, waar 20 rn lloen raenssken dreigen dood te hongeren zoo niet vóór 1 December afdoende hulp geboden wordt en deed een beroep op de algemeene menschlisvendheid, waarvoor alle party-overwegingen moesten wijken. Met 5 millioen pond sterling voor het oogenblik en 20 millioen later, zon voldoende hulp te brengen ey». Want graan was er genoeg, Gebruikte men het in Argentinië niet als brandstof voor locomotieven P Om die hulp te brengen moest men wel de sovjets ge bruiken, die in Rusland organismen hadden, erkennen. Trouwens da heer Wynkoop achtte het een ongehoorde eisch om van de bolsjewistische regeering baar aftreding te eischen. Niet zy, maar het vroegere tsarisme en kapitalisme waren schold aan deze ramp, die zich in Rusland tengevolge van mis oogsten Jgeregeld herhaalde. En de heer Wijnkoop maakte van de gelegenheid ge bruik om de regeering te verwijten, dat zij met Sovjet-Rusland geen diplomatieke be trekkingen had aangeknoopt en geen han delsovereenkomst gesloten. De heer Van Karnebeek nam dit verwijt nogal kalmpjes op eu gaf als zyn meening te kennen, dat het ontbreken van diploma tiek verkeer vooral aan Rnsland lag en dat men ten aanzien an een handelsovereen komst deD kat lieu r nit den hoorn moest kijken, omdat er met Rusland toch niet veel te handelen viel en een Russische handelsdelegatie ha i aanwezigheid in ons land zon gebruiker voor politieke propa ganda omtrent de an Rusland te verkenen hulp, die hy dringe d nuodig schtte, ging hy van het beginsel ui dat het particulier initiatief moest voor terwijl hij een op. somming gaf van d verschillende pogingen reeds in het we?gsVeld door Roode Ktnis-vereenigingen door Hoover en door den Oppersten Raad, dia de Brnsselsche conferentie bijeenriep, Een tweede interpellatie aan zijn adres was dÏ8 van den heer Vlngt, die op af schaffing der pasiva aandrong, in welke richting blykbaar onzer egeering al het een en ander deed. Zijn collega van arbeid, Mr. Aalberse, kreeg eveneens een interpellatie te beant woorden en wel die van den heer Drion, die het kwalijk nam, dat de minister voor het verleenen vsn uitvoervergunningen voorwaarden stelde omtrent -aansluiting vsn werkgevers by bepaalde organisaties, omtrent overleg met arbeidersorganisaties en omtrent loon en informeerde welks aigemeece rege lingen over weigeren of toestaan beslissen en of het niet mogelyk was die beslissingen te bespoedigen. Da Minister gaf in ant woord een overziuht van het ontstaan der Arbeidswet, memoreerde de toen ha8r- schende opvatting omtrent de 8-nrigen arbeidsdag, dien men ris bindende regel, beschouwde welks omvatting hem nu leidde by het verkenen en weigeren van vergun ningen en ontkende, dat hij voorwaarden, als de heer Drion noemde, ooit had gesteld. Rsdenen voor het toestaan van overwerk waren steeds geweestseizoen-drukte, bnitenlandsehe concurrentie, osdipoducae, tijdelijke opeenhooping en bedryfastoornissen. Zijn verwijt van opkomende reactie haalde hem het verwyt van den heer Drion op den hals, dat hij door als verdediger en beschermer der arbeiders op te treden, bnitsn zyn qoekje ging. Behalve al deze interpellaties heeft de Kamer nog tal van kleine wetsontwerpen als dat tot wyziging der zegelwet, tot wy- ziging steenhonwsi8wef en nij verheids-onder wijswet, enz. afgehandeld. De vracht-auto der komt eiken 9641 te tot het thuisbezorgen en ophalen der wasschen A. KNEGTEL, Tilbubg. Vraagt Prijscourant. Vracht gratis De entente zon Hongarije een ulti matum gesteld hebben met een antwoord- termyn van 48 uur. Geëischt wordt o.a. uitlevering van den koning en onmiddellijke ontwapening. Koning Karei is geïnterneerd. Briand's meerderheid in de Fransche krmer blijkt slechts door de midden- en liokerzyde tot stand gebracht te zyn. M n verwacht dan ook, dat bij het eerste het beste incident, n dit zonderling bloc uiteen zal vallen. Intnsschen vertrekt Bciand Z*- 0pg8 richt 1843= Verzekerd Kapitaal Reserve 25.586.757.- 3.113.7o 7.— terdag naar Washington. Dr. Wirih is er in geslaagd een nieuw kabinet te formeeren. Hij zelf blyft rijks kanselier en minister van bnitenlandsehe zaken. Gisteren is door hem en den voor zitter van den Rijksdag een indrukwekkende rede gehouden over Opper-Silezië. Men zal zich onderwerpen, doch met kracht protes teeren en duidelijk maken dat men thans economisch onmogelijk aan de eischen der entente kan voldoen. De prins van Walee is voor een reis naar Engelsch-Indië en Japan vertrokken. Blykens mededeeling van het Cen traal Burean voor de Statistiek was het indexcijfer van de pryzen van 53 artikelen in den groothandel in September j.l. 205, evenals in de maand te voren, tegen 327 ia Sept. 1920. Voor veediagsmiddelen e.d. bedroegen deze' cijfers resp. 207, 212 en 283, Alg. Index- Indexcijfer cijfer. Yoedingamid- delen e.d. 1901—1910 100 100 1918 114 118 1918 447 830 1919 339 818 1920 820 276 Jsnuari 1921 243 227 April 1921 201 204 Juli 1921 201 202 Augustus 1921 205 2.12 September 1921 205 207 De centrale najaarsvergadering van de Bossche Diocesatie Hanze wordt gehouden op Donderdagmorgen 10 Nov., 's morgens om half elf, in de groote zaal van de R. K, Werklieden- vereeaiging. Tuinstraat te Tilburg. De agenda en dagverdeeling zijn als volgt. Om half flen H. Mis. op te dragen door den weleesw. heer Th, de Vries, geestelijk adviseur der afdeeling Tilburg, in de kerk van het Heike. Om half elf begin der vergadering. Verkiezing van een lid in het hoofd bestuur wegens het overlijden van den heer Joh. H. Schoenmakers. Ingediend zijn de candidates de hesr.ee Chr. van der Waarden te Nijmegen en Jos Stum pers te Eindhoven. Inleiding over de regeling van het informatie-wezen voor den middenstand door den heer Vrancke», wethouder van Nijmegen. Voorstellen van het bestuur tot wij ziging van het huishoudelijk reglement. Bespreking bijdrage aan de K. S. A. naar aanleiding van de beraadslagingen over dit punt op de laatste buitengewone centrale vergadering. Vervolgens worden ingekomen voor stellen behandeld betreffende voordeeWg crediet op langen termijn; bestrijding van vliegende winkelshet oprichten van coöperatieve vareenigingen, enz. 20416 DE ECHO VAN HET ZUIDEN, VIER EN VEERTIGSTE HOOFDSTUK. „Ik lieb eerst een vraag tot u te richten, antwoordde de dokter, „en wanneer gij mij daarop zult geantwoord hebben, zal ik een rapport gereed maken ter bevestiging uwer genezing... Want gij zijt thans volkomen bij uw verstandZal dit echter zoo blij ven voortduren?De toekomst zal bet moeten leerenKunt gij mij zeggen op welke wijze de rede bij u is teruggekeerd?" „Neen, dat weet ik niet," antwoordde de ongelukkige vrouw, wier gelaat thans weer versomberde. „Ik heb gezien, hoe de vlam men de muren liktenEen hevige angst bekroop mijn hart... Ik was vol schrik... Ik dacht aan den brand in de fabriek van Al fortville en ik heb 0111 hulp geroepen „Daarvan komt de zedelijke ontroering, die in uw brein 't geheugen en de rede heeft teruggvoerd," antwoordde de dokter. „Het is niet de eerste keer dat iets dergelijks plaats heeft." „Dan geiooft gij, dat ik genezen ben?" „Ik hoop en geloof het.". „Antwoord dan op hetgeen ik u zooeven vroeg: „Wat zal men met mij aanvangen?" „Zoodra mijn rapport de personen bereikt heeft voor wien het bestemd is, zult gij naar eene gevangenis worden overgebracht om de slraf te volbrengen." „Ja, eene levenslange opsluiting wacht mij," hernam Jeanne op bitteren toon... „En mijne kinderen zijn misschien doodge storven zonder dat ik in staat was hen te omhelzenO, wat heeft men mij toch wreed getroffen! „Heb moed, arme vrouwhernam de dokter. „Niets is er om te bewijzen dat uw kinderen dood zijn't Is mogelijk dat 'God u nog de genade schenkt hen aan uwen boezem te drukken." De weduwe van Pierre Fortier brak in een hevig snikken uit De dokter trachtte nog een oogenblik haar te troosten en trok zich dan terug. Na een eerste ontboezeming van wanhoop bedaarde Jeanne eenigszins, tóen zij in de eenzaamheid was wedergekeerd en begon zelfs met eenige koelbloedigheid over den toestand te redeneeren, waarin zij verkeer de. „Ik heb Georges achtergelaten," sprak zij dan tot zich zelve, „hij een pastoorik geloof te Chevry. Deze pastoor was een edel menscli, met een hart zooals men slechts zelden aantreft... Hij had mij beloofd voor mijn zoon te willen zorgen en zal zeker ook wel woord gehouden hebben. Mijn geliefde Georges is reeds veertien jaar oud, zoo hij nog leeft, en Lucia elf... Hare min te Joigny zal zeker medelijden met het arme kind ge had hebbenZij heeft het wellicht bij zich gehouden en opgevoed... O, mijne kin deren, mijne dierbare kinderen!... De dok ter had gelijk !...God zal barmhartig zijn en mij het geluk schenken u weder te zien, u te omhelzen Bij deze gedachte voelde Jeanne kalmte in haar binnenste nederdalen, terwijl zij tevens kracht en moed opdeed. Van het oogenblik gebruikmakend, dat de ziekenverpleegsters de cellen binnentraden om de ongelukkigen haar eten te bezorgen, wendde zij zich tot een dezer vrouwelijke bedienden en vroeg papier, pen en inkt om een brief te schrijven. „Dat is verboden," antwoordde de ver pleegster. „Maar ik ben niet krankzinnigzeide de weduwe. „Dat gaat. mij niet aanDe reglemen ten dulden geen uitzondering. Vraag mor gen wat gij verlangt aan de eerste verpleeg ster of aan den dienstdoenden dokter. Die kunnen het toestaan, ik niet." Jeanne neeg stilzwijgend het hoofd en weende. Des anderendaags werd de welwillende dokter door een zijner collega's vervangen, die niets voor zijne verantwoordelijkheid wilde nemen. De eerste verpleegster was van hetzelfde gevoelen. „Zoo weigert men mij dan hèt middel om te vernemen of mijne kinderen nog in leven zijnriep de ongelukkige vrouw vol wan hoop uit. Denzelfden dag, dat Jeanne's genezing ge constateerd werd, maakte, de dokter zijn rapport en dit rapport werd door den direc teur der Salpétrière naar de prefectuur van van politie gezonden. Daar werd bevel gegeven de ongelukkige naar Saint-Lazare over te brengen, van waar zij dan zou getransporteerd worden naar de gevangenis te Clermont, om op die plaats hare straf te ondergaan. Twee dagen later deelde men haar mede, dat zij de Salpétrière zou verlaten. Dit nieuws baarde haar groove vreugde. „Elders zal ik wel mogen schrijven," zoo dacht zij. De ongelukkige zou echter weer in hare hoop worden teleurgesteld. Te Saint-Lazare word hare vraag niet ingewilligd. Men was in het begin der ongelukkige dagen van 1871. De burgeroorleg was op den inval der Pruisen gevolgd en brandstichting en moord van gijzelaars was aan de orde van den dag. Niet voor de maand Juni werd de gevan gene van de Salpétrière naar Clairmont overgebracht. Daar werd zij in eene afdeeling geplaatst waarin de gevangenen zich met naaiwerk bezighielden. Niettegenstaande de gestrengheid van het reglement, werd zij hier toch eindelijk in de gelegenheid gesteld haar plan ten uitvoer te brengen. Men gaf haar toestemming om te schrij ven. Zij zond twee brieven weg, de eerste ge richt aan den pastoor te Chevry, den andere aan de min harer dochter te Joigny, en dan wachtte zij het antwoord met een angst af, die gemakkelijk te begrijpen is. Drie dagen later ontving de directeur dei- gevangenis een schrijven van den pastoor van Chevry, hem mededeelende, dat zijn voorganger reeds geruimen tijd overleden was en hij persoonlijk niets wist van de feiten, waarvan in den brief gesproken werd. Dit niéuws was voor Jeanne een zware slag, en toen den volgenden dag de brief van Joigny terugkwam met de bemerking: On bekend te Joigny, was hare wanhoop niet meer te bedwingen. „Mijne kinderen zijn dan voor mij verlo renriep de ongelukkige moeder nit; „ik zal hen nooit meer wederzien En na eene verschrikkelijke crisis her nam zij dan weer „En toch wil ik ze wederzienIk zal ze wederzienIk zal liet middel weten te vinden dit huis te ontvluchten en mijne kinderen te ontmoeten God zal hen in mijne armen terugvoeren Wat Jeanne zeide, scheen zeer dwaas, en toch maakte een vurig verlangen om te ont snappen zich van haar meester, onverpoosd hield zij zich met deze gedachte bezig. Vluchten Hoe zou zij vluchten? Tusschen deze muren, die vijftien voet hoog waren, was er een open plaats, dag en nacht door schildwachten bewaakt. Nabij de deur, die toegang verschafte tot het binnenplein, een post van twintig man- Schappen. Men was zeer streng in dit huis. Des zomers moesten de gevangenen om vijf uur, des winters om zes uur opstaan. Na eene wandeling van een kwartier nurs op de binnenplaats begaven zij zich tot elf uur naar hare respectieve werkplaatsen. Om elf uur werd in een groote zaal het middageten gebruikt en daarna volgde eene kleine wandeling om dan klokslag twaalf uur naar het werk terug te ekeren tot het oogenblik dat het avondeten gebriflkt werd. Daarop volgde een kort gebed in de kapel, de derde wandeling van den dag op het bin nenplein en dan moesten allen zich op de groote slaapzalen te bed begeven. He t reglement beval eene voortdurende stilzwijgendheid. In die omstandigheden kan er, vooral met het oog op de talrijke schildwachten, niet aan vluchten gedacht worden. Jeanne kende de moeilijkheden, die haar in den weg stonden en toch wanhoopte zij niet; maar maanden, jaren gingen voorbij oader dat eenige gelegenheid zich voordeed. Zeven jaren na hare opsluiting in deze gevangenis werd zij tengevolge van haar goed gedrag als verpleegster op de zieken zaal geplaatst. Dat was eene groote gunst. De verpleegsters mochten spreken. Zij .genoten eene betrekkelijke vrijheid in het midden der gevangenis. Verscheidene der strengste artikelen van het reglement bereikten haar niet. Bovendien had elke verpleegster recht op eene geringe maandeiijksclie vergoeding. VIJF EN VEERTIGSTE HOOFDSTUK. Met een groote vreugde, welke zij moeite had te verbergen, nam Jeanne liet aanbod aan. Deze betrekking zij hoopte het althans zon haar de zoo lang vruchteloos gezochte gelegenheid Schenken om de vlucht te nemen. De ziekenzalen werden bestuurd door kloosterzusters, die Jeanne's zacht en ge moedelijk karakter hoogschatten, zoowel als hare voorbeeldige onderwerping. Na een jaar was Pierre Fortier's weduwe hoofd-verpleegster geworden. Toen werd zij in een kamer gehuisvest, die aan de apotheek grensde, welke door een zuster van den H. Vincentius ft Paulo be stuurd werd. Deze zuster bewoonde een dergelijk ver trek aan de andere zijde der apotheek-. De noodzakelijkheden van den dienst in de inrichting noodzaakten dikwijls de eerste verpleegster de ziekenzalen te verlaten om bijzondere bezigheden te verrichten, hetzij bij de algemeene directie, hetij bij den di recteur of elders. Zij had steeds vrijen toegang. Voor haar officieel kostuum werden de deuren geopend, de binnendeuren natuurlijk. De rèchterijde der gevangenis bevatte de ziekenzalen nabij de deur, die tot het bin nenplein toegang verleende. (Wordt vervolgd).

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1921 | | pagina 1