D[ iCW) VU HET Mill Tweede Blad. De Portierster van Alfortville. Vereeniging m de gemeenten Waalwijk, Baardwllk en Besoilen. Gemeenteraad. Provinciaal Simw s. FEU-ILLETON f* No. 96 Woensdag 14 Dec. '21. 44e Jaarg. WASPIK. Openbare: vergadering van den raad dezer gemeente op Vrijdag 9 December des avonds ten 6,uur. Voorzitter Edelachtb. heer Dekkers. Ongeveer 6 uur opent de Voorzitter de vergaderingaanwezig allefleden. De notulen der vorige vergadering worden na een v kleine opmerking van den heer Rijken, goedgekeurd en vast gesteld. Aan de orde: 1. Mededeellngen. a. Schrijven van Ged. Statee, hïfcden- de goedkeuring van het raadsbesluit tot verkoop van een huls aan Van Gennip. Voorzitter. Het geld zal In Januari in de gemeentekas worden gestort en dan zullen, zooals op de begrooting Is aangegeven, er stukken van de Ned. werkelijke schuld voor worden gekocht. b. Schrijven van de heeren G. Ver meulen en R. de Groot, respectievelijk Voorzitte* en Secretaris vanjhet Wit- Geie Kruis, houdende dankbetuiging voor de verleende subsidie. Voorzitter. De R. K. bijzondere school voor jongens is geschat op f 19.725 en die van de Eerw. Zusters op f 22.510. Dan nog is bij Burg. en Weth. eer verzoek ingekomen dat bij den raad thuis behoort. Rijken vraagt de schoei* ing te mogen veipla&tsen, zoo, dat deze gelijk komt met de naaste buren. Burg. en Weth stellen voor op het verzoek in te gaaa en aaa; Rijken.,dat perceel In erfpacht te geven, aangezien het een zeer mooie verbetering is, Ruijtenberg. Wordt 't daar nu smaller Voorzitter. Neeu. Wordt met algemeene stemmen be sloten gunstig op het verzoek te be slissen. 3. Overdracht school aan het R. K, Kerkbestuur. De Voorzitter merkt op dat deze aan gelegenheid in een vorige vergadering reeds is besproken en toen aangehouden omdat Burg. en Weth. gaarne eerst eenige meerdete gegevens wilde hebben. Thans hebben deze inlichtingen van den inspecteur ontvangen. Deze ziet geen enkel bezwaar om de school In over dracht over te geven. Wordt met algemeene stemmen daar toe besloten. 4. Wijziging belasting op hoeden. De Voorzitter deelt mede dat Burg. en Weth. voorstellen Art. 1 van die verordening te wijzigen. Nu staat daarin dat voor waakhonden f 1.moet worden betaald en voor lÜsden die voor pleizief worden gehouden f3.—. Het gevolg is, dat thans alle honden worden aange geven als waakhonden. Om daaraan eea einde te maken, stellen Burg. en Weth, voor Art- 1 zoo te wijzigen, da» voor alle honden f 2.50 zal moeten worden betaald. Rijken. Waakhonden, moeten die niet vastliggen Voorzitter. Neen. Pruijssers. Moet voor werkhonden dan ook meer worden betaald. Voorzitter. Er zal dan voor geen enkele hond eenige uitzondering worden ge maakt. Dat gaat niet of anders worden alle honden weer als zoodanig aange geven. De heer Rijken meent dat dit te on dervangen is door penningen. Nu drukt deze belasting als het ware weer het meest op die menschen die er dikwijls hun boterham mee moeten verdienen wat juist die categorie van personen is, die toch reeds genoeg aan belastingen betalen. Hij voor zich zou waakhonden en honden noodig in een bedrijf, minder willen laten betalen. Deze honden moeten echter steeds worden vastgehouden en nooit losloopen. De politie is mans ge noeg om daar een oogje In 't zeil op te houden, vooral als de honden pen ningen dragen, zooals dat in de steden ook het geval is. De Voorzitter merkt op dat het pen- ningstelsïl niet alleen een groote admi nistratie met zich brengt doch ook zeer duur, is. De lieei' van Steen zou tocli die men schen, b.v. bakkers, slagers, landbou wers enz., die de honden voor bun be drijf noodig hebben, minder willen laten betalen. Het voorstel hierna in omvraag ge bracht wordt daarna aangenomen met 6 tegen 5 stemmen. 5: Wijziging verordening Hoofdei. Omblag. Voorzitter. Dit is meer eene admini stratieve maatregel en noodig om de belasting te heffen van 1 Januari tot 30 April. Daarna wordt alles door bet Rijk gedaan. Aldus wordt besloten. 6. Wijziging begrooting 1922. Voorzitter. Ged. Staten hebben de begrooting niet willen goedkeuren om dat wij de post ordening van bet ar chief van 1000 op 100 hebben terug gebracht terwijl we met de werkzaam heden nog niet geheel zijn gereed ge komen. Burg. en Weth. stellen voor deze post, nu maar weer op 1000 te bren gen. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. Voorzitter. Dan is nog ingekomen, te laat om nog op bet convocatiebiljet te plaatsen, een schrijven van Th. de ong. Deze moet zijn woning verlaten en kan onmogelijk eene andere krijgen. Reeds is bij door den Kantonrechter gesommeerd deze te verlaten en om nu onderdak te krijgen zal hij zelf gaan bouwen. Hij verzocht hem een perceel tje grond te willen afstaan gelegen aan bet achterste dijkje en zoo de raad bet niet kosteloos wil afstaan, de betaling hem daarvan gemakkelijk te maken door b.v. wekelijksche afbetaling. 'De Jong wil mei een Rijkspremie gaan bouwen. Burg. en Weth. vinden het een prachtige manier om zoo in den woningnood te gaan voorzien. Het is voor de gemeente veel voordeeliger als zoo iu de woningnood wordt voor zien, dan wanneer dat door een wo- ningbouwvereeniging tyoet worden voorzien, dan moei worden bijgepast in de kosten en op deze manier niet. Daarom stellen wc voor de grond te geven voor 50 cent per M2. Heeft de Jong dan 100 M. noodig, dan heeft hij daar slechts 50 voor te betalen. Met algemeene stemmen wordt dit voorstel aangenomen. De heer Kamp vraagt of de politie- van „De Echo van'het Zuiden 63). verordening niet zon kan worden ge wijzigd dat de politie voortaan in de kerk proces-verbaal kan maken tegen die lui die achteraan staan en de orde verstoren. Voorzitter. Ik heb door de politie een afschrift tan de verordening van Raamsdonk Jaten vragen en dat is thans in mijn bezit. Het is nu mijne bedoeling een volgend jaar deze en andere wijzigingen in de verordening aan te brengen. Rijken. Kan de politie nu geen pro ces-verbaal maken. Voorzitter. In vele gevallen niet. Alleen wanneer de godsdienst wordt verstoord. De heer Ruytenberg wijst er op dat land dat hem in eigendom toebehoort, wordt stuk gereden. Spreker legt een teekening over boe de situatie daar aan de Haven is. De Voorzitter merkt op dat op dit terrein niemand mag komen en ver zocht den lieer Ruytenberg hem te wil len waarschuwen als iemand het ter rein betreedt, opdat hij proces-verbaal kan laten opmaken. Vervolgens wijst de heer Ruyten berg er op, dat hij niet tevreden is over het baggeren. Men schiet daar mede niet op. De Voorzitter zegt dat, toen in een vorige vergadering besloten is dat de w rkzaamheden door Burg. en Weth. moesten worden uitgevoerd, door hen besloten is thans te laten baggeren teneinde mede de werkeloosheid te kun nen bestrijden. Voor elke aak bagger krijgen ze 6.ze werken met 6 per sonen er aan en kunnen ongeveer 3 aken per dag baggeren want de bagger moeten ze achter aan bet, Maasje brem gen. Deze menschen worden gecontro leerd door Smits die daarvoor 2.50 geniet. Burg. en Weth. meenden dat dit alles een heele geschikte prijs is. Het. zal nu lang zooveel niet kosten als eerst is begroot. Het huren van de aak kost 12.50 per week, zoodat alles te zamen 130 a 135 per week kost. De heer Ruytenberg zegt dat ze niet opschieten en het veel geld zal kosten. Spr. meent dat het een groot gemeente- beking is een goede haven te hebben. De hoeren hebben groot belang bij een goede haven. De heer Rijken geeft in overweging om aan den polder en de kinderen de Jong vergunning te vragen om zoolang daar te mogen lossen. De schippers zijn dan gered. De lieer Rubbens zou liever gezien hebben dat de werkzaamheden aan een commissie van den raad werden opge dragen. Va eenige verwarde discussie, waar bij de heer Ruytenberg er op wijst dat, was hij 30 j. jonger, hij de gemeente zou gaan verlaten met zijn bedrijf, wordt besloten hei voorstel van den heer Rijken aan te nemen om den pol der en de kinderen de Jong te verzoe ken dat voor hun perceelen tijdelijk mag worden gelost. De heer Rijken vraagt of nog een Christelijke school zal worden ge bouwd. De Voorzitter antwoordt bevestigend en zegt dat de teekeningen daarvoor reeds zijn opgezonden. Rijken. Wordt de school dan door de gemeente of door de vereeniging ge bouwd. Voorzitter. Dat is een kwestie waar later over heslist zal worden. De heet' Rijken wijst op het groote belang van een teekenschool in onze gemeente. Daar waar men hier een in- I woner heeft in het bezit van akte tee kenen kan goedkooper daartoe wordeu overgegaan. De Voorzitter zegt dat 't nog steeds in de bedoeling van Burg. en Weth. ligt daartoe over te gaan. Een volgend jaar hoopt men daartoe te kunnen overgaan. Daarna gaat de raad over in geheim Comité. Waalwijk, 14 Dec. 1921. De regeering heeft een nota van wijziging ingezonden met betrek king tot het wetsontwerp betreffen de bovengenoemde vereeniging van gemeenten. Het tijdstip van ingang van de vèreeniging wordt een jaar ver schoven, omdat wegens den kort op handen zijnden datum van ingang, thans 1 Januari 1922, 'de tijd ontbreekt voor de noodige voorbereiding in de betrokken ge meenten en voor het verkrijgen van andere betrekkingen door hen, die niet in dienst der nieuwe ge meente overgaan, waardoor de wachtgelden beperkt worden. Jn plaats van 1 Januari 1922 wordt nu gesteld 1 Januari 1923. Verder worden nog eenige wij zigingen voorgesteld o.a. betreffende het wachtgeld en vrijstelling van bijdragen door de betrokkenen. Vereeniging van de gemeenten Waalwijk, Baardwijk en Besoyen. Blijkens het voorloopig verslag in zake het wetsontwerp tot vereening van den gemeenten Waalwijk, Baardwijk en Besoijen zouden vele leden gaarne zien dat in het vervolg, bij wetsontwerpen als het onderhavige in de memorie van toelichting zal worden medegedeeld, hoe de raad en de commissie van in gezetenen, bedoeld in artikel 131 der Gemeentewet, van de belanghebbende gemeenten, over de vereeniging denken. Eenige leden brachten ter sprake een adres van het hoofdbestuur van den Nederlandschen Bond van Gemeente ambtenaren betreffende de rechtspositie van ambtenaren van op te heffen ge meenten. Deze leden drongen er op aan in het onderhavige wetsontwerp daar omtrent gunstiger bepalingen op te ne men dan daarin thans voorkomen. V»orts drongen zij er op aan dat het wachtgeld voor burgemeesters, secretarissen en ontvangers niet zal worden bepaald naar de jaarwedde van vóór 1 Januari 1922, omdat alsdan niet zou kunnen worden geprofiteerd van eventueele verbeterin gen in de bezoldiging, die mochten voortvloeien uit het rapport, der staats commissie voor de bezoldiging van burgemeesters en ambtenaren en werk lieden in dienst der gemeenten. Sommige leden vroegen of fen aan zien van de rechtspositie van ambte naren van opgeheven gemeenten niet een algemeene regeling zou kunnen worden getroffen, opdat de regeling daaromtrent in het eene wetsontwerp tot vereeniging van gemeenten niet gunstiger zij dan in het^andere. Andere leden, die met dit denkbeeld instemming betuigden; waren van oordeel, dat een dergelijke regeling in het wetsontwerp betreffende den rechtstoestand van amb tenaren zou moeten worden opgenomen. Zij zouden gaarne vernemen hoe de regeering hierover denkt Intusschen merkten zij op, dat een zekere uniformiteit ook reeds thans bestaat, omdat even tueel nieuwe bepalingen van gunstiger aard steeds in latere wetsontwerpen liegen te worden overgenomen. Geslaagd voorhst examen van Hulpkeurmcester, de heer Antoon de Kort, alhier. Bi] het alhier gehouden examen Machiaeschrijwen systeemj Pont op 7 Dec. bij de Eerw. Zusters J. M. J. zijn geslaagd de dames M. v. d. Broek alhier en M. C. Koks te Deunen. Gisteravond kwam de gemeenteraad van Waalwijk wederom in geheime zitting bijeen ter verdere behandeling der aan slagen in en reclames tegen den H. O. Wij verwijzen aaar achterstaande advertentie, waaraü: blijkt dat de be roemde ïChristus-fsim» a.s. Vrijdag en volgende dage» in de Witte Bioscoop gedraald zal worden. Gezien de schitterende rececties en het gioote succes welke deze film in elke stad gehad beeft, twijfelen wij niet of ook in bovengenoemd theater zal deze flim ook een reusachtig succes hebben. Maandagmorgen werd door den heer Hittel, bedrijfsleider aan de N V. v. d. Sandens' stoomschoenfabriek fc Veldhoven, aan de Rijksvakschool alhier eene lezing gehouden over de verschil lende zwikmethoden en daarna eene demonstratie gegeven, die zeer intci- ressant waren en door de leerlingen en oud-leerlingen met groote belangstelling werden gevolgd. Elders in dit nummer nemen wij het voiledlg verslag van het gesprokene op, wat voor schoenfabri kanten, bedrijfsleiders en schoenmakers zeker van groot belang is. Na afloop dezer demonstratie werd door de studenten-vereeaiging »Corwi- na» eene vergadering gehouden, waarop statuten en huishoudelijk reglement wer den behandeld en vastgesteld. Des na middags kwamen de lede» (leerlingen en oud-leerlinge») in gezellige bijeen komst bijeen in Musis Sacrum. We behoeven niet te zeggen, dat het er onder vikkuadlge besprekingen, z*ng en muziek gezellig r aar toeging en deze dag weer van groot nut was voor de ontwikkeling en aangename verstand houding onder de leerlingen en oud- leerlingen der school. M«a beweegt zich o.i. aan de Vakschool met deze leziagea en demonstraties door erkende specia listen op verschillend gebied, wel in de goede richting De Fiora-Bioscoop zai op beide Ketstdagen hare uitvoeringen geven met een pracht-programma, terwij) op 2en Kerstdag, des namiddags ten 4 uur eene Kindervoorstelling wordt gegeven. De Liedectafel Oefening en Vermaak ontving van de, stad Bremen een uitnoo- digiog om rnct Pinksïereu a.s. deel te nemen aart de stedelijke muziekfeesten aidaar. Tevens wordt dan door de ge Op bet oogenblik, dat wij Lucia in liaar kamertje op de Bourbonkade terugvinden, beeft zij juist het eerste gedeelte geëindigd van bet fijne werk, baar door madame Au gustine toevertrouwd. Zij had de robe geheel samengedriegd en het garneersel van witte git stond heerlijk op de losse en bevallige panden. Zooverre had zij het costuum afgewerkt om zich des te beter een idee te kunnen vormen van het geheel. Het meisje maakte zich gereed naar me juffrouw Harm.aut ta gaan om te passen. Zij stak eene petroleum lamp aau om de overblijfselen van haar diner daarop te ver warmen. „Oj" riep zij eensklaps uit, „ik heb nog geen brood. De brooddraagster is nog niet hier geweest. Wellicht beeft zij het bij de portierster achtergelaten. Onmiddellijk ga ik het halen, zoodra ik de tafel gedekt heb.'' Weldra was Lucia daarmede gereed. Op de tafel stond een bord met lepel en vork, een kraft met water, een halfgevulde flescb wijn en een hall' verbruikte doos sardines. „Ware Lueien niet uitgegaan om zijn werk weg te brengen," dacht het meisje, ..dan zou ik voor twee personen gedekt en hem uitgenoodigd hebben niet mij te dejeu- neeren." Na deze opmerking sprong zij. licht als een ree, de zes verdiepingen af en vroeg beneden aan de portierster „De brooddraagster heeft een brood voor mij afgegeven, niet waar, madame Domini ca?" „Neen, juffrouw Lucia". „Wat! Neen?" „Kom binnen, juffrouw," zeide zij. ,,'t Is veel te koud om daar buiten te blijven staan. En ik heb voor mij ook geen brood ontvan gen. Men begint mij op die bakkerij zwaar te vervelen. Men kan in het geheel niet meer op hen rekenen. Dagelijks zijn er andere draagsters," O, ja, dat is onverdraaglijk voegde Lucia er bij. „Men is nooit meer op tijd bediend... Eu ik wilde onmiddellijk ontbijten, want ik moet uitgaan, madame. Ik mag niet langer wachten." „Ik ben een pond brood gaan halen bij den bakker om den boek, want ik moet toch iets in huis hebben, wanneer mijn man komt. Wilt gij een stuk daarvan hebben?" „Zeer gaarne, madame Dominica". De portierster opende eene kast en reikte Lucia een groot stuk brood over. Op dit oogenblik klopte eene groote blonde vrouw, die er terugstootend uitzag, aan de deur. In de armen droeg zij vier bronden van zeer verschillenden vorm. „Ziedaar de draagster!" riep Lucia uit. „Alweer een nieuw gezicht!" ,,'t Wordt eene droevige zaak," meende de portierster. „Men zal ons eindelijk geen brood meer brengen't Ziet er ellendig uit Tk had reeds lang elders moeten gaan." „Is dat mijne schuld?" vroeg de draag ster op ontevreden toon. „Ik vervang thans de vrouw, die meu gisteren aan de deur heeft gezet, en ik ken de klanten niet „Geef mij dat brood van twee pond." zoo zeide Lucia, „en zoo gij geregeld blijft ko men, ga dan mede naar mijne kamer want ik betaal steeds contant." „Neen, juffrouw, ik zal niet meer komen. De bakker zoekt eene vaste draagster. Ik heb daarvoor geen tijd". „Dan kunnen wij er op rekenen, dat wij nog dagen lang met denzelfden slakkengang zullen te doen hebben." Lucia klom haastig de trappen op, ge bruikte niet meer dan een kwartier uur» om te ontbijten, nam dan met de grootste voor zorg haar pakje mede, ging een rijtuig ont bieden bij het naburig station en liet zich naar de Murillostraat brengen, waarvan ma dame Augustine, zooals wij weten haar het adres gegeven had. Sinds enkele dagen leed Mary Harmant meer en meer. Hare hoestaanvallen herhaalde zich vaker en duurden dan we! ooit zeer geruimen ti.id voort. Deze ziektetoestand maakte het karakter van het jonge meisje meer en meer onaan genaam. Op hevige zenuwtrekkingen volgden uren van afmatting en verslagenheid. Dan maakte zich een diepe droefgeestig heid van Mary meester, terwijl hare tranen overvloedig vloeiden. Bijzonder zachtmoedig en vol medelijden voor liet. ongeluk van an deren herhaalde zij dan vaak „Ik ben rijk... Ik zou veel goeds moeten stichten, weldaden om mij heen moeten ver spreiden ZESTIGSTE HOOFDSTUK. Tn deze gemoedsstemming bevond zich Paul Harmant's dochter, toen haar bericht werd. dat een jeugdig meisje daar was om haar te spreken. Dat was eene uitspanning voor haar. Mary beval het jonge meisje onmiddellijk boven te laten komen en ontving de mode maakster met de grootste welwillendheid. „Wel, juffrouw Lucia, hebt gij wonderen verricht," zoo vroeg zij. „Ik heb alles gedaan wat mogelijk was, mejuffrouw, en geloof wel niets verzuimd te hebben van hetgeen madame Augustine mij bevolen heeft." „Ts het kostuum bijua gereed?" „Ik kom om te passen", antwoordde Lucia. „Dat weet ik. Maat hebt gij aangetoond hoe rok en tunique zullen gegarneerd wor den?" „Zeker, mejuffrouw, gelief maar eens te zien." Lucia maakte haar koffertje open en zij spreidde de robe op, een canapé ten toon. „Wat is dat schoonriep Mary uit. „en de wijze, waarop het garneersel is aange bracht. is allerliefst, origineel! „Dat is eene vinding van mij," antwoord de de Werkster met eene naieve eigenliefde. „Welnu, ik maak u mijn compliment. Juf fer, gij hebt een zeer fijnen smaak." Paul Harmant's dochter was zeer opge- wekt geworden. De doorzichtige Weekheid was van haar gelaat verdwenen. Maar dik wijls toch bracht een droge hoest hare horst iu beweging, zonder dat zij daarvan iets scheen te bemerken. „Arm meisje!" dacht Lucia, terwijl zij luisterde. „De jonge dame is zeer ziek." En het arme kind beklaagde van ganseher harte de rijke bezitster. Mary hernam „Zullen wij nu de robe passen?" „Ik ben gereed, mejuffrouw." „Wil ik mijne kamenierster roepen?" „OnnoodigIk zal haar vervangen." „Goed. daar houd ik ook meer van." Lucia begon haar werk, waarvan onze lezeressen althans, zeer goed de groote be langrijkheid kermen. Mary, die dank zij het lachend gelaat en het sympathiek uiterlijk der werkster, bij zonder spraakzaam werd. vroeg aan Lucia „Werkt, gij reeds lang voor madame Au gustine?" „Ongeveer vijftien maanden, mejuffrouw." „Zij schijnt bijzonder veel van u te hou den". „.Ta, werkelijkzij toont mij eene groote genegenheid." .Ik meen uit haren mond verstaan te heb ben, dat zij u graag in haar atelier aan huis zoude hebben." „Ja, dat is zoomaar ik werk liever alleen op mijn kamertje." „Gij woont zeker bij uwe ouders?" .Ik heb geene ouders, mejuffrouw," ant woordde Lucia op droevigen toon. „Zijt gij een weesje?" „Ik weet er niets van... Toen ik een jaar oud was, werd ik iu het gesticht der gevon den kinderen gebracht." „In het gesticht der gevonden kinderen!' herhaalde Mary. „Ja, mejuffrouw." „Dan hebben uw vader, uwe moeder u ver laten Maar dat is afschuwelijk „Ja, het is zeer wreed," zeide Lucia. „Mij dunkt dat ik mijne moeder zeer teederlijk zou bemind hebben. Doch 't is nooit in mijn brein opgekomen die onbekende moeder te laken: van af de jaren des onderscheids heb ik mij overtuigd gehouden, dat zij wel licht niet schuldig was, dat de ellende, de honger haar dwongen te doen wat zij gedaan heeft." „Gij hebt gelijk zoo te denken," sprak Mary, „en toch, zoo ik een kind had, zou ik liever van honger sterven dan het te verla ten. Maar zoo uwe moeder nog verschoond kan worden, wat moet er van uw vader ge dacht worden? „Mijn vader is wellicht dood." ,..Ta. dat is mogelijk." „En dan," voegde Lucia er bij, „zij zijn zoo talrijk de ongelukkige lieden, die arme vrouwen verleiden en haar dan verlaten!" „Dat is ook waar," mompelde Paul Har mant's doekte.-, en voegde er dan bij„Heeft men u in het gesticht nooit gezegd onder welke omstandigheden gij gevonden werd, of eenig toeken niet aanwezig is, dat u zou kunnen helpen om uwe familie weer te vin den?" „Dat heb ik reeds gevraagd, mejuffrouw, zoodra ik de jaren des ónderscheids bereikt had"- „En wat heeft men u geantwoord?" „Dat men een zeker iets bij mij gevonden had, in staat, om misschien wel eens mijne indentiteit te kunnen bevestigen." „En wat was dat?" „De regit meuten van het huis verboden mij daarvan in kennis te stellen." „Maar dat is onmogelijk! Dat zou al te dwaas zijn .JJat hel' ik ook gezegd, mejuffrouw, doch steeds zijn al mijn pogingen om te weten te komen, wat mij zoozeer interesseerde, op eene onbegrijpelijke beséheidenheid afge sprongen. Men vreest, naar het schijnt, dat verlaten kinderen, die door bedriegelijke of slecht begrepen teekenen op den dwaalweg geleid orden, in achtbare gezinnen, onaan gename tobneelen verwekken. En overigens het onderzoek naar het vaderschap is ver boden." „Maar waartoe dient het dan, liet kind dat te vondeling wordt gelegd, van een beis kenningsteeken te voorzien?" U (W rdt vervolgdj.

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1921 | | pagina 5