Rechtzaken.
Laatste Berichten.
Nieuws uit fieusden,
Gemengd Nieuws.
Marktberichten.
Burgerlijken Stand
Nieuws uit Kaatsheuvel
één proeforder
overtuigt U
houdende ruim f 20.
Naar we vernemen is hij Dovderdag
wederom In het bezit van zijn geld en
beurs gekomen.
MADE. Door het inslaan van den
bliksem ontstond Zondag brand in de
boerderij van den landbouwer J. Prinsen
alhier. Bijgestaan door toegeschoten
buren gelukte het den brand te
blusschen. De ontstane schade wordt
door verzekering gedekt.
Ter veemarkt waren aangevoerd
13 stuks hoornvee en 37 biggen. Men
besteedde voor vetvee fl,—a f 1_*0
per K G. Kalfkoeien golden 300 a 350
gulden. Kalfvaarzen 200 a 225 gulden.
Handel slap weinig verkoop.
In hotel „de Korenbeurs" werd
Dinsdag aanbesteed het bouwen van
een woonhuis voor den EdelAchtbaren
Heer A. J. A. van Gils, burgemeester
alhier. Ingeschreven werd door
Th Bliilevens en Zoon voor f74/U.—
Andr. Knoop JJjjJjJ--
Th. Roovers f7950.—
pjet werk is aan den laagsten in
schrijver gegund.
Uitslag wedvlucht Hall, jl Zondag
door de P. V. „Vliegende Vrienden"
gevestigd op het jongenspatronaat ge
houden met jonge duiven:
le en 13e pr. J. M. v. d. Steen, 2e,
8e, 10 en 14e prijs A, v, d Steen,
3e prijs M. Klomp, 4e, 5e, 6e, 7e en
12e prijs J Veltman, 9e prijs L. van
Drunen, lie pr. P van Dommelen
DUSSEN. Dinsdagmorgen om negen
uur had de plechtige uitvaart plaats
der Eerw. Zuster Maria Constantine
welke verbleef in het Liefdegesticht
alhier. De Eerw. Zuster Marie Con
stantine in de wereld mej. Johanna
Maria Slingerland werd geboren te
Voorburg 17 November 1852 en trad
op 2 Febr. 1875 in de Congregatie
der Zusters van Liefde van O. L. Vrouw,
moeder van Barmhartigheid en werd
in 1880 geprofest.
Ongeveer 30 jaar verbleef deze zoo
beminde zuster in het Liefdegestich
alhier. Waarschijnlijk is deze zuster,
welke door hare medezusters zoozeer
bemind werd, nog een slachtoffer der
hitte.
Dat zij ruste in vrede.
Het bestuur van Waalwijks Belang
verzoekt ons de aandacht erop te ves
tigen, dat in de laatst gehouden ver
gadering besloten was dat de buurten
en vereenigingen binnen 14 dagen aan
den secretaris van W. B. zouden op
geven of zij zouden ddelnemen aan
den optocht en zoo mogelijk welk
bedrag disponibel was, opdat het
Kaatsheuvel, 18 Juli '23.
De heeren J. Hanff en P. v.d. Boom
alhier slaagden dezer dagen voor het
diploma Boekhouden „Mercurius"
Eerstgenoemde ontving zijne opleiding
van den heer Verhoef te Waalwijk,
laatstgenoemde van het instituut Van
Beek te Tilburg
Kermis 1923 is voorbij. Velen
meenden dat de Kermis dit jaar niets
zou zijn, doch dan heeft de uitslag
toch anders bewezen. Het geldverbras
sen van de jaren '18'20 moge dan
achterwege gebleven zijn, toch is er
druk geprofiteerd van wat de kermis
bood. Druk geprofiteerd, zoodat we
vaak de vraag hoorden gesteld, waar
komt in dezen benarden tijd het geld
vandaan. Van de kermisvermakelijk
heden mocht zich de zweefmolen van
Leander in een voortdurende belang
stelling verheugen, terwijl ook lucht
schommels en draaimolen voortdurend
werk hadden. De gebak-, suiker-, paling
en speelgoedkramen mogen wellicht
minder omzet gehad hebben dan andere
jaren, toch gelooven we niet dat de
eigenaars de Kaatsheuvel-kermis hun
slechtste zullen noemen. De dans
gelegenheden en er waren er vele
leden de eerste twee dagen natuurlijk
veel van de enorme hitte, bij de avond-
achterstand dubbel en dwars ingehaald
Ook de uitvoeringen onzer beide har-j
monieën leden in de matinée's van
de warmte. De temperatuur was in j
de zalen gewoon ontzettend. De
Zondagavond-uitvoering in Euphonia j
was overdruk. Tavenu leverde in j
Apollo zeer verdienstelijk werk. Het j
Z. N. T. uit Tilburg werkte wederom
uitstekend alle vier de dagen in Eupho
nia. Van dronkenschap of vechtpartijen
is geen sprake geweest. Geen enkele
wanklank is gedurende de kermis ge
hoord.
Te Utrecht slaagde de heer L.
A. M. Verhoeven voor zijn doctoraal
examen in de Rechtswetenschappen.
Naar we vernemen, zal door
Z. D. H. den Bisschop van 's Bosch
op 25 Juli a.s. alhier het H. Vormsel
worden toegediend, voor de stad en
omliggende gemeenten.
Nabij de Wijksche Poort had een
voerman het ongeluk bekneld te raken
tusschen zijn wagen en een boom en
wel zoo, dat medische hulp hoogst
noodzakelijk werd geacht. Het ongeval
kwam door het terugloopen van den
•wagen bij den oprit naar den Maasdijk.
De maréchaussée Van Houdt
werd 14 |uli van deze brigade over
geplaatst naar die te 's Bosch.
De Scherpschuttersvereeniging
„St. Blasius" behaalde in den wedstrijd
te Vlijmen op Zondag j.l. den 4en
korpsprijs.
Op het Gymnasium te 's Bosch
werd bevorderd van de 2e naar de
3e klas de jongeheer F. Uhl.
ontwerpen, om aan de deelnemers voor
te leggen.
'8-HAGE. De Ministerraad heeft
besloten in het a.s. najaar op onver
wijlde behandeling der Vlootwet aan
te dringen met de bedoeling 1 Januari
1924 in werking te doen treden.
Door den Minister van Finantiën,
die zich niet met dat besluit kan ver
eenigen, is daarop bij H. M. de
Koningin om ontslag als zoodandig
gevraagd.
De vredesconferentie heeft Dins
dagavond een voltallige zitting gehou
den te Lausanne, waarin alle overeen
komsten tusschen de geallieerden en
de Turken bekrachtigd zijn en de
24e Juli aangewezen is voor de onder-
teekening van het vredesverdrag.
Zondagavond heeft een 23-jarige
man te Hilversum een meisje van 20
jaar in de Kerkstraat met een slagers
mes in den buik gestoken. De ge
troffene werd naar de R.K. ziekenver
pleging vervoerd. Haar toestand was
gistermorgen bevredigend. De dader
meldde zich bij een surveilleerenden
agent van politie aan Oorzaak schijnt
minnenijd te zijn.
Te Hoogebrug bij Winschoten
is de ongehuwde knecht Hekman bij
het op hol slaan van het paard onder
den wagen geraakt en aan de ge
volgen der bekomen verwondingen
overleden.
Zondag is een twee jarig jongetje
in de Meeuwenlaan te Amsterdam
door een tram der Tweede N. Holl.
Tramweg Mij. overreden en gedood.
Gistermiddag is te Oldenzaal de
landbouwer G. S. uit De Nudde onder
een wagen geraakt en gedood. Hij
was weduwnaar en laat 5 kinderen
achter.
Eierveiling Amsterdam.
Amsterdam, 16 Juli 1923
Kipeieren
Hoogste prijs f6 35.
Middel prijs f5.75
Laagste prijs f3.90.
Eendeieren f f
Aanvoer 175.000 stuks.
Handel vlug.
WAALWIJK.
Van 15—30 Juni.
GeborenLeonardus Reinier zv R
Mieris—Verhoofstad Karei Henricus
Antonius zv J J M Langermans—Thijs
Theodorus Cornelis zv M. Klerks—
van der Lee Franciscus Cornelis
zv J MoonenBrokken Willem zv
W J Mosselveld—van Veldhoven
Maria Adriana Antonia dv A Masuger—
van Huiten Wilhelmina Ida Anna
dv M H Vugts—Biekens Cornelia
Lamberta dv A de Kloe—Lammers
Marinus zv J van Uijthoven—van Zeist
Cornelis Henricus Rochus zv H C
de Ruijter—Moonen Lambertus zv
M van de Leur—van Drunen.
OverledenArnoldus van Seist
wednr v Johanna Klootwijk 80 j
V erslagen
Catal o gi
Kant o orboeken
Cou r anten
Aan d eelen
B r iefhoofden
Circ u laires
Briefkaarten
Liniëerwerk
Etik e tten
r egisters
Re k eningen
Prijsnot e eringen
Loo n lijsten
Handelsdrukwerk
Enveloppen
Tabellen
Memor a ndums
Tij d schriften
Fo r muiieren
Bonbo e ken
Obligatie s enz. enz.
Aanbevelend,
Waalwijksche Stoomdrukkerij
Antoon e>.i n.
„De Maandagmorgen"
j wordt aan huis bezorgd (in de kom
lan Theodorus Donker wednr v Adriana I der gemeente) bij diegenen, die zich
Jongenelen 71 j Lambertus Brokken
11 dagen Augustinus Norbertus
Mahieu echtg v Antonetta Helena
Meijers 80 j.
GehuwdJoaanes Wilhelmus van de
Griendt 28 j en Cornelia Antonetta van
der Pennen 28 j Nikolaas Verhoe
ven 54 ,j en Anna Maria Klerx 38 j
Hubertus Henricus Josephus Waijers
45 j en Henriëtte Adriana Cornelia
Speekenbrink 39 j.
voor 3 maanden abonneeren (vooruit
betaling f 0 75
Losse nummers zijn 's Maandags
's morgens vanaf 8 uur aan ons bureau
verkrijgbaar a 5 cent
De Administratie.
De moor daa,n sk/te Valkensxcaard.
Gister is voor de rechtbank te 's-Herto-
genboscli voortgezet de behandeling van de
zaak tegen mevrouw O. P. de W., in ver
band met den moordaanslag op haar echt
genoot te Valkenswaard. Zoowel tegen naar
als tegenK. had het O.M. 15 jaar gevange
nisstraf geëischt wegens poging tot moord.
Terwijl IC tot die straf werd veroqrdeebl,
werd tegen mevr. D. een nader onderzoek
bevolen in verband met hare uitlating: „als
je mijn man doodt, kan ik niet meer vari
je houden". Er was weder veel belangstel
ling, al was ook tot het laatste oogenblik
geheim gehouden dat de zaak vandaag zou
behandeld worden.
De president, jhr. mr. van Nispen tot Se-
renaer zeide bij den aanvang van het ver
hoor van bekl., dat. zij een beschuldiging
tegen advokaat van H. heeft geuit, die ver
schrikkelijk is. Als zij waar is, zou voor zoo
iemand in Nederland geen plaats meer zijn.
Hij zou zedelijk vermoord zijn. Bekl. beden
ke het gewicht van haar verklaring. Als 't
een duivelsche list tegen dien advocaat zou
zijn, zou haar straf zooveel te zwaarder
worden.
Beklaagde verzekerde de volle waarheid
te zeggen.
Op een vraag of 2 Januari in het bosch
is gezegd adt er een eind aan moet komen,
antwoordt bekl. ontkennend.
Op 3 Januari heeft K. haar per telefoon
gevraagd de revolver terug te brengen. De
P Na zijn veroordeeling had mr. van H. ge
zegd15 jaar hè, maar het Hof, dat zijn
geschikte lui. Getuige had echter een ande
ren raadsman gevraagd en toen had mr. van
H. zijn taseh kwaad door de advocaten-
kamer gesmeten, zoodat de directeur der
gevangenis kwam vragen of ze den boel af
braken.
De president vroeg wie het eerst over
vergif heeft gesproken.
Getuige antwoordde dat hij bfl mr. van
H. over vergif sprak en deze merkte toen
op dat Het een heel goede methode was en
beval Pruisisch blauwzuur aan, dat in thee
of koffie moest worden toegediend. Dan
moest ed dokter worden opgebeld, die zou
wel hartverlamming constateeren. Get. heeft
vergif gekocht en dat aan mr. van H. ge
toond. die hem zei het aan mevr. D. te ge
ven. Toen de poging mislukt was, heeft mr.
van H. emg eraden te nemen wat de apo
theker het verst achterin het kastje heeft.
Later is over schieten gesproken.
Getuige weet niet, wie er over begonnen
is, maar mr. van H. had mevrouw D. de
aangewezen persoon genoemd en aangewe
zen hoe het moest gebeuren. D. moest de
revolver in de hand houden. Ook is het mr.
van IJ. geweest, die gezegd heeft, dat de
kogels ingevijld moesten worden. Dat heeft
getuige toen gadan. Mr. van IJ. had hem
gleerd hoe hij met een revolver moest om
gaan. Mr. van IJ. wist, dat get. eens met D.
naar België was geweest. Hij zei hem, dat
als hij het daar deed en maar volhield dat
het zelfmoord was, hem dan niets zou ge
daan worden. Mr. van H. heeft echter ge-
lig is dat hij nooit aan het oor van K. ge
fluisterd heeft.
De president merkt op dat de directeur
verklaard heeft dat getuige zoo zacht
sprak, dat hij hem niet verstaan kon.
Getuige verklaarde ten slotte, dat be
klaagde hem heeft voorgesteld de beide
doktoren om te koopen.
Dr. Oasparie, als getuge gehoord, ver
klaarde dat mevr. D. hem hetzelfde heeft
meegedeeld als zij hier verklaard heeft. Het
is sprekers meening dat de moordplannen
niet samen zijn gemaakt. K. is volgens ge
tuige dom. Spr. acht de houding van K. i
thans meer betrouwbaar dan den vorigen COITllté VOOf den Optocht net plan kon
dienstbode, heeft het pakje met de revolver zegd, dat mevr. D. het moest dien. Hij keek
s Woensdagmorgens weggebracht.
Na nog eenige vragen, zegt do president
tot bekl. dat zij gerust op hare verklaringen
omtrent mr. van H. mag terugkomen. Waar
voor hebt u dat de vorige maal niet ver
teld?
Bekl. zegt dit niet gedurfd te hebben, wel
had ze dat aan den dokter verteld en deze
had gezegd, dat ze het moest mede'leelen.
Ze durfde echter een advocaat niet zoo
neerzetten. Op de vraag wie het eerst over
vergif heeftg esproken, antwoordt bekl.
mr. van IJ.; hij zei dat ik Pruisisch blauw
zuur moest nemen, dan kreeg men een hart
verlamming, dat kwam onder le groote lui
wel meer voor.
De president vroeg of uiet gezegd was op
het kantoor van mr. van H. wat er gebeu-
ren moest, als het vergif niet lukte.
Bekl. antwoordde, dat mr. van II. gezegd
had, dat ze D. dan moest doodschieten en
hem de revolver tegen de rechterslaap moest
houden, daar oen zelfmoordenaar de revol
ver steeds stijf tegen het hoofd drukt. Als
het gebeurd was, moest beklaagde den dok
ter opbellen.
Op de vraag van den president waarom
Iv. het niet moest doen, antwoordde bekl.
dat het dan in de gaten liep. Op haar groote
verantwoordelijkheid gewezen, verklaarde
beklaagde dat zij de waarheid zeide. De pre
sident vroeg of haar verdediger niet gezegd
daarbij ernstig.
Op een vraag van den president verklaar-
deg et., dat hij mr. van H. nooit heeft lioo-
ren zeggenhet is hier geen moordcentrale
keer. De vrouw is constant gebleven in haar
verklaringen.
Op de vraag van inr. Zinnieq Bergmann
of men zoo een boterham met cyaankali on
gemerkt zou kunnen eten, antwordde get.
dat hem dit nooit zou overkomen, want de
reuk is zoo erg dat men het er niet bij kan
uithouden.
De moeder van het dienstmeisje van Din-
ther deelde o.m. mede, dat D. in het zieken
huis tegen zijn vrouw had gezegd, dat K.
hem had willen dooden, waarop mevr. D.
geantwoord hadAch, Thijs, dat kan niet.
Zij had verderg ezegd, nooit geweten te heb
ben, dat zij zooveel van haar man hield.
Ilet O.M., hierna het woord verkrijgend,
zeide, dat, wat hier is meegedeeld, een ge
weldigen indruk op hem heeft gemaakt.
Spr. zal zich eerst tot de hoofdzaak bepa
len, en gaat na waarvoor het nader onder
zoek bevolen was. Getuige van Dinther zegt
wederom niet alles wat zij weet, zooals spr.
nader toelicht. Nu de vraag, of bekl. tot K.
heeft gezegd, dat, als hfl het deed, zij niet
meer van hem kon houden. K. erkent, dat
die woorden gespreken zijn, doch spr. twij
felt er aan. Nog houdt bekl. van K. Spr.
wel heeft hij meermalen t gen mevr. D. ge- zal niet mededeelen wat hij weet over het
zegdmoed en sterkte.
Op de vraag welk belang mr. van II. erbij
kan gehad hebben antwoordde getuige, dat
hij vermoedt dat het was om geld te krij
gen door de zaken van D. te behartigen.
Voor den rechter-commissaris had getui
ge verklaard dat de bedoeling van mr. van
II. was geïnteresseerd te worden bij de bios
coop. Daarnaar nader gevraagd, zegt get.
dat. mevr. D. gezegd had, niet te weten wat
zij na don dood van haar man moest doen.
Mr. van II. had toen gezegd, dat zij een vol-
machtm oest teekenen, dan zou hij wol voor
alles zorgen.
Op een andere vraag van den president
deelde getuige mede, dat mr. van H. hem
gesproken had over een ontvluchting uit de
gevangenis.
Het O.M. stelde nog vragen over de laat
ste week voor den moordaanslag, maar ge
tuige verklaart daarover niets te kunnen
mededeelen. IJij herinnerde zich die ge
sprekken niet meer. De verklaringen van
mevr. D. kunnen even goed juist zijn als de
zijne. Bij de behandeling is veel van hem
gekomen op rekening van mevr. D. en van
haar op zijn rekening, terwijl het thuis be-
had, dat zij het moest vertellen. Bekl. ant- hoort op rekening van mr. van IJ,
woordde, dat die het niet gelooven kon. Ver
der verklaarde zij, dat de typiste altijd uit
het kantoor ging, als zij bij mr. van H.
kwam.
Op een desbetreffende vraag zeide bekl.
niet te weten welk belang mr. van H. er
bij kon hebben, dat D. uit den weg werd
geruimd. Wel had van H. gezegd dat zij.
als ze in de gevangenis kwam, een stuk
moest teekeuen om haar zaken door hem te
behartigen. Bekl. zeide, dat mr. van II. hier
vrij uit kan spreken.
De president vraagt waarvoor bekl. kaar
sen liet aansteken.
Op de vraag van het O.M., waarom hij de
revolver had uitgepakt in bijzijn van M.
van Dinther, antwoordde get., dat hem dit
niet schelen kon. Als men aan zijn woorden
twijfelde, dan moest men mr. van H. er
maar hij halen en zullen en nog wel meer
kleinigheden aan het licht komen.
Daanra werd de typiste van mr. van II.,
Theodora van der Heyden, gehoord. Na den
toestand ter plaatse te hebben uitgelegd,
zeide zij in de kamer, waar zij zat, bij de
bezoeken van K. en mevr. D. wel de uit
roepen van mr. van H. te hebben kunnen
verstaan. De anderen spraken zacht. Een-
opdat K. zijn gekke plannen uit het hoofd
zou zetten. Een paar dagen te voren heeft
K. haar beloofd het niet te zullen doenhij
zei dat er iets anders moest verzonnen wor
den.
De president vraagt of bekl. niet meer
om haar man gaf.
Bekl. erkende meer van K. te hebben ge
houden en dat zij met hem mee wilde. Zij
ahd haar man gezegd, dat zij niet meer
van elim hield, maar hij moCht toch gerust
blijven leven.
De president vraagt of K. haar op Nieuw
jaarsavond niet gezegd heeft dat D. dood
moest en dat het zoo gemakkelijk ging als
liet aansteken van een sigaar.
Bekl. beweerde, dat mr. van H. dat ge
zegd heeft. Zij verzekerde dat zij tot K. ge
zegd heeft niet meer van hem te kunnen
houden, als hij het deed. K. antwoordde
toen dat het hem speet.
Op een vraag van het O.M. verklaarde
beklaagde dat zij wist dat K. voor drie
maanden naar Noorwegen zou gaan. Zij
datcht dat hij dan zijn plannen wel uit het
hoofd zou zetten.
De rechter-commissaris, mr. Vollgraf, als
getuige gehoord bevestigde. dat bekl. ver
klaard heeft tot K. gezegd te hebben, dat
dansgelegenheden werd echter deze j niet, ^meer van hem kon houden, als hij
De verdediger, mr. G. van Zinnieq Berg
mann, wees erop dat K. ter terechtzitting
verklaard had zich er niets van te herinne
ren. Heeft hij het wellicht dr. Oasparie
medegedeeld
De president zeide die vraag aan K. te
zullen stellen.
Het dienstmeisje van D., Marie van Din-
thmer, bevestigd dat zij in den avond van
3 Januari een pakje naar K. moest bren
gen. Mevrouw had gezegd dat hij er alles
van wist. Zij had gezien dat K. er een re
volver uithaalde en was ervan geschrokken.
Zij antwoordde, dat zij het gedaan had maal had zij mr. van II. hooren zeggen,
Heusdeo, 15 Juli 1923.
toen mr. Vullings pas bij hem op kantoor
was, dat zijn zaak geen ntoordcentrale was.
Een anderen keer heeft zij mr. van H. tegen
mevrouw D. hooren zeggen, dat zij niet
meer moest terugkomen. Dat was kort voor
Januari. Zij is toch nog enkele malen terug
geweest. Op de vraag, of het haar niet was
opgevallen, dat mr. Vullings er niet bij was,
als ze kwamen, antwoordde get, ontkennend.
Zij heeft verder eens zoo iets gehoord als
dat het voortgezet moest worden. Zij beves
tigde op een desbetreffende vraag, dat mr.
van II. haar eens heeft gezegdJe weet
niets van deze zaak.
Mr. van H. verzocht een geregelt verhaal
te mogen dien. Er is op een gruwelijke ma
nier over hemg esproken en ter wille van
zijn ambtseed moet hij alles maar over zich
heen laten gaan
De president merkte op, dat hij hem niet
van zijn ambtseed kon ontslaan maar mevr.
D. en IC doen hem dit wel.
Mr. van H. noemde het een novum, dat
een advocaat door twee gewezen cliënten
wordt beschuldigd. Hij was er kapot van.
Toen hij van de ontvluchting hoorde, had
hij den indruk, dat er een complot tegen
hem gesmeed werd. Spr. staat voor twee
vureneenerzijds moet hij opkomen voor
eer en goeden naam, anderzijds dreigt de
straf van zijn gewezen cliënten verzwaard
te zullen worden. Tegenover het ja van
slechte menschen stelt hij zijn neen.
Mr. van Ti. zegt geen geldelijk voordeel
te hebben genoten. Mevr. D. is een jaar ge
leden bij hem gekomen om te spreken over
een scheiding. Spr. hoorde toen zulke ver
schrikkelijke dingen uit haar huwelijks
leven, dat hij zei, dat ze van D. afmoest. Zij
durfde echter niet uit vrees, dat D. haar
zou dooden. Voor de conferenties heeft spr.
haar 49.— in rekening gebracht. Voor
volgende conferenties lopt nog een rekening 24 dezer,
van 17.50. Winstbejag is er dus niet. IC
huwelijksleven, van D. Daarin vindt men
den, sleutel, waarom D. uit den weg moest
worden geruimd. De moordaanslag heeft
plaats gehad op 4 Januari en 10 Januari
zou IC naar Noorwegen reizen en, naar be
klaagde hoopte, dan tot andere gedachten
komen. Zij had echter den aanslag onmo
gelijk kunnen maken door de revolver ach
ter te houden. Wat de afschuwelijke be-
sehuldging tegen den vroegeren verdediger
van IC. betreft, of deze waarheid bevat, zal
later wel onder het oog worden gezien. Spr.
had die beschuldiging het eerst van mr. v.
II. zelfg ehoord en ze dadelijk onmogelijk
geacht. Momenteel geeft de behandeling dei-
zaak spr. geen aanleiding zijn vorig riqui-
sitoir te wijzigen en hij persisteert dus bij
zijn eiscli van 15 jaar.
De directeur derg evangenis verklaarde op
een desbetreffende vraag, dat K. behandeld
wordt zooals de reglementen toestaan. Spr.
ontkent dat communicatie mogelijk is en
dat IC. zijn medegevangenen zou kunnen
uitvloeken. Het was spr. bij de bezoeken van
mr. van II. opgevallen, dat het in de advo-
catenkamei- zoo stil was. Spr. had gezien
dat IC. en mr. van H. vertrouwelijk met el
kaar spraken, de hoofden dicht bij elkaar
Hierna was het woord aan den verdedi
ger, mr. G. van Zinnieq Bergmann, die zijn
broeder wegens diens ziekte verving. PI.
zegt het voordeel te hebben de zaak te zien
zooals ze nu voor de rechtbank komt. Voor
Vrijdag jl. wash Ij eigenlijk met de stukken
niet op de hoogte. IJij heeft hier met een
sensatiezaak te doen waarover ieder spreekt,
en reeds voor de uitspraak van de recht
bank heeft zieh een zekere opinie gevormd.
Spr. acht de objectiviteit bij de beoordee
ling gewaarborgd. De Nederlandsche rech
ter heeft zich alleen de vraag te'stellen: zijn
deb eschuldigingen bewezen? De zaak is
eenvoudig als men zich op objectief stand
punt stelt. Het O.M. heeft niet bewezen dat
de wil tot vergiftiging bestond. Uit alles
blijkt, dat die wil niet heeft bestaan. Maar
wat blijft er dan van de poging over? Het
O.M. heeft erkend en de deskundigen heb
ben dat bevestigd, dat er geen vergiftiging-
kan ontstaan met cyaankali zooals hier is
toegediend. Daarmee valt het heele funda
ment.
Voor medeplichtigheid aan moord is een
daad noodig. Die ontbreekt volgens spr.
Men maakt zich niet schuldig aan mede
plichtigheid door zich te ontdoen van of
door terug te geven een middel om een mis
drijf uit te voeren, dat bekl. niet wilde
doen. Als bekl. vlak voor den aanslag de
revolver had teruggegeven, zeggendeik I
doe liet. niet, doe jij het, dan ware er mis
schien sprake van medeplichtigheid. De pre-
sident heeft de vorige maal gezegd dat be
klaagde de revolver in het water had kun
nen werpen. Als zij dat gedaan had, had
men haar wegens verduistering kunnen ver-
oordeelen. Bewezen zou moeten worden, dat
bekl. wist dat K. het feit zou plegen en dat
zij er mee instemde.
De nieuwe behandeling van de zaak was
in het voordeel van beklaagde. Volgens
pleiter is er slechts één conclusie mogelijk,
nl. dat de vrouw wel gedacht kan hebben
aan het uit den wegruimen van haar man,
maar telkens als het zou gebeuren kwam
daarbij de gedachte: ik wil niet. Zij wilde
niet dat haar man gedood werd en het O.M.
kan niet aantoonen dat zij dit wel wilde
toen zq de revolver terugzond.
PI. acht de zaak voor het O.M. verloren
en meent dat de rechtbank bekl. moet vrij
spreken. Dit zal haar thans geen moeite
kosten.
Het O.M. handhaafde zijn requisitoir.
De rechtbank bepaalde de uitspraak op
Ook heeft zij in het najaar» van het vorige jiaq tut gpr. gezegd, dat hfl met D. naar
i jaar een schot gehoord. Mevrouw had ge- Duitsclilnnd ging en hem daar zou dood-
zegd dat het een kurk van een flesch was,
later dat er een heksel was gevallen. Ge-
j tuige had er niet verder over nagedacht,
j Marie van der Griendt, werkster bij D.,
verklaard op een vraag van den president
dat zij nooit iets aan de kippen van D. heeft
gemerkt. Zij wist niet dat mevrouw veel
naar mr. van H. ging. Op de slaapkamer
had zfl een groote en een kleine revolver
i gezien. Zij bevestigt dat mevrouw eens ge
zegd heeft, dat haar man en zfl een boter
ham mets oda hadden gehad. Er was ech
ter nooit soda in huis.
Mr. van II., alsg etuige gehoord, verklaard
de verklaringen van bekl. onwaar.
K. werd daarna als getuige gehoord.
De president spoort hem aan de volle
waarheid te zeggen, hem wijzende op zijn
groote verantwoordelijkheid. Door de geuite
beschuldiging is mr. van Haastert vernie
tigd.
Getuige verklaarde, dat hfl toen hij mr.
de Vrieze tot raadsman koos, hfl de heele
zaak eeft uitgelegd in tegenwoordigheid van
mr. van H., die alles heette te liegen en de
overtuiging uitsprak dat mevr. D. zwflgen
zou.
De president vroeg of mevr. D. tegen hem
gezegd heeft, niet meer van hem te kunnen
houden als hfl haar man doodschoot en dat
hij toen geantwoord haddat spflt me.
Getuige erkende thans zoo iets gezegd te
hebben.
De president vindt et een raadsel, dat K.
er niet eerder mee voor den dag is gekomen.
Hfl vraagt of mr. van H. hem iets beeft
aangeraden.
Getuige antwoordde dat mr. van H. hem
gezegd hadwe zullen je gek laten verkla
ren ook ad hij hem voorgehouden, wat hfl
aan den dokter moest zeggen. Zoo kwam ge
tuige in een net van leugens en wist hfl
niet meer hoe hfl er zich uit moest liegen.
schieten. Spr. heeft toen opgemerkt, dat
hfl dat niet zou doen en dat hfl ergens zou
blijven haken. K. wilde dat spr. mevr. D.
zou aanmoedigen het te doen, maar spr.
heeft het haar 18 November ontraden en
aan de deur gezegd dat ze niet meer terug
moest komen als het niet was voor een
reëele scheiding. Verdere mededeelingen
over K. zou spr. metg esloten deuren moe
ten doen. Wat de ontvluchtingspoging be
treft, deelt spr. mede, dat de vader van IC
metz ekereu Klerks hem is komen vragen
of Amerika uitlevert. Er zouden bewaar
ders zijn omgekocht en alles zou voor de
vluehtg eregeld zfln. Spr. had het noch af
geraden noch aangeraden. K. wordt in de
gevangenis volgens spr. met- onderscheiding
behandeld. Er was alle gelegenheid voor 't
smeden van een complot, hfl patrouilleerde
met de bewaarders, vloekte anderen uit,
enz. enz.
De president merkte op dat volgens den
directeur communicatie absoluut onmoge
lijk is.
Mr. van II. zeide verder dat mevr. D. on
der voortdurende hypnose van IC stond en
deze kan haar best hebben wijs gemaakt
dat hij (mr. van H.) gezegd had dat het
best ging.
Op dev rang of getuige ooit wit poeder
op zfln kantoor heeftg ezien, antwoordde hfl
zich dit niet te herinneren.
De president vroeg of getuige in de advo-
eatenkamer ooit fluisterend met IC heeft
gesproken
Get.nooit, mijnheer de jiresident.
De president: nooit aan het oor van IC?
Getuigenooit.
De president vraagt of lifl zich niet her
innert, dat de directeur eens is komen kfl-
ken.
Getuige verklaarde hfl alles pvat hem hei-
J IO nUoMMAnoOM lirnDrillt.