KMV &NHETZÜ HEI 1. Buitenland. Tweede Blad. Sprang-Capelle. Openbare vergadering van den raad dezer gemeente op Vrijdag 27 Juli des middags ten 3 uur. Voorzitter Edelachtb. heer Meijer. Ongeveer kwart over drie uur opent de Voorzitter de vergaderingaanwezig alle leden. De notulen der vorige vergadering worden na voorlezing onveranderd goedgekeurd en vastgesteld. Aan de orde i l Ingekomen stukken. Eenige ingekomen stukken, waaron der een besluit van Ged. Staten, hou dende de goedkeuring van het raads besluit om een perceel land, gelegen aan de haven aan de Gebr. Konings, in erfpacht te verleenen, worden voor kennisgeving aangenomen. Adres van de politie-agentenKuijsten, Gouda en Van der Linden, houdende het verzoek hun een extra toelage te willen verleenen voor dit jaar. wijl zij om uniformiteit in de kleeding te krijgen, groote kosten hebben moeten m[)e Voorzitter zegt dat Burg. en Weth. voorstellen om afwijzend op het adres te beschikken, op grond van het feit dat de veldwachters hun oude kleeding kunnen afdragen, terwijl op de begroo ting voor iederen veldwachter een som van f 125 is uitgetrokken als tege moetkoming in de kosten van zijn kleeding. Voor Sprang werd 'daar vroeger f 100 voor uitgetrokken. Voor Capelle f 110 en voor Vrijhoeve-Capelle ook f 100. Voor den veldwachter van voormalig Vrijhoeve-Capelle is het dus eene ver hooging wat in verband zit met zijn rijwiel. De heer Oerlemans zegt dat in Vrij hoeve Capelle besloten was dat de veldwachter voor het aanschaffen van 1 extra kleeding, eene vergoeding zou krijgen. Door Ged. Staten is dat be sluit niet goedgekeurd, omdat die ge meente daarin niet meer had te be slissen. Gouda heeft daarop kleeding aangeschaft en nu hij geen toelage krijgt is hij daardoor gedupeerd. De Voorzitter merkt op dat aan Gouda alleen geen vergoeding daar voor is kunnen gegeven worden. Vervolgens deelt hij nog mede dat Gouda thans geen nachtwacht meer en het salaris in overeenstemming is is gebracht met dat van de overige agenten van politie. De heer Oerlemans meent dat prac- tisch alles op hetzelfde zal neerkomen aangezien hem nu het verrichten van nachtdienst toch zal worden opge dragen. De Voorzitter blijft bij zijn gevoelen dat een jaarlijksche bijdrage in de kleeding van f 125 voldoende mag worden genoemd en geeft daarom nog maals in overweging afwijzend op het adres te beschikken. Als de oude kleeding niet mocht worden afgedragen zou het nog iets anders zijn Na nog eenige discussie wordt het voorstel van Burg en Weth. aangeno men met 9 tegen 2 stemmen. Tegen stemden de heeren Oerlemans en Moonen Voor de heeren Jac. Rijken, M. Rijken, Kerst. Zwart, Van der Hoeven, Ver hoeven, Middelkoop, Van Willigenburg en Michael. 2. Voorstel Burg. en Weth. tot ver koop van grond aan de N.V. Adrianus Oerlemans Zonen, handel in fourage, hout en bouwmaterialen te Vrijhoeve- Capelle. Burg. en Weth. stellen voor tot ver koop van grond over te gaan en daar voor te vragen f900. De in de vorige vergadering benoemde schatters hebben de waarde van het land geschat op f850. doch de firma heeft zich bereid verklaard f900 daarvoor te geven. Wij hebben de bepaling vastgesteld, dat de firma immer verplicht is de kade op voldoende hoogte te houden, alsook dat, wanneer aan het naast gelegen perceel bij het bouwen schade wordt aangebracht, b.v. aan het gras gewas, daarvoor eene billijke ver goeding zal moeten worden gegeven. De heer Oerlemans merkt op dat men dan altijd recht op schadever goeding heeft. De heer Van Willigenburg ziet er daarom juist geen bezwaar in om dit in de voorwaarden vast te leggen. De heer Michael acht het goed, indien maatregelen worden genomen dat door het stof van de zagerij geen schade aan het grasgewas kan worden toegebracht. De heer Middelkoop zegt dat men door het af te laten maken, alles be reikt wat men wenscht. Dat is de eenigste practische oplossing. De heer M. Rijken is het daarmede eens, doch geeft in overweging het door een sloot af te laten maken. Bij het afmaken met een draad of heining of wat ook heeft men een voortdurende kosten. Een sloot van 3 M. is afdoende. De Voorzitter kan zich daarmede wel vereenigen en zou dan voor beider rekening l'/a M. van de sloot willen zien genomen. De heer Oerlemans acht een sloot van 2'/j M. breedte voldoende. De heer M. Rijken wil zich daar niet tegen verzetten. 2'/j M acht hij ook nog voldoende Voorzitter. Dit zullen we dan zoo bepalen en vaststellen dat de koop in gaat op 31 Augustus. M. Rijken. Hoe lang is het land verhuurd, anders zou de pachter om schadevergoeding kunnen komen. Van den Willigenburg. Dat zal ge- regeld worden met den huurder. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. 3. Voorstel van Burg. en Weth. tot het bouwen van een nieuw raadhuis Voorzitter. Naar aanleiding van het raadsbesluit, genomen inde vergadering van 28 Mei, waarin Burg en Weth. werden opgedragen plannen te ont werpen voor het bouwen van een nieuw Raadhuis, waarvan de kosten niet veel hooger mogen zijn dan f 18000, hebben wij de eer U een plan aan te bieden. De kosten daarvan zullen buiten den grond niet veel meer dan f 18000 bedragen. Het oude Raadhuis in voormalig Vrijhoeve-Capelle zou dan moeten worden afgebroken en de afbraak daarvan in hoofdzaak worden gebruikt voor de veldwachterswoning, die vol gens het plan direct achter het Raad huis moet komen. Er zou dan eene geldleening moeten worden aangegaan groot f 19.000 tegen eene rente van 6 pCt. af te lossen in 38 jaar, alzoo jaarlijks f 500 en dit bedrag te vinden uit de gewone middelen. De heer Middelkoop acht hel beter dit punt te behandelen na de behande ling van de begrooting. In verband met een en ander, en vooral in verband met de sprekende cijfers, komt men misschien tot andere, gedachten. De Voorzitter kan zich met dit voorstel niet vereenigen, wijl het reeds een besluit is door den raad in de ver gadering van 28 Mei genomen. Er behoeft niet meer te worden besloten om een raadhuis te gaan bouwen. Dat besluit is reeds lang genomen. Nu heeft men het aangeboden plan te bespreken. De verschillende cijfers van de begrooting kan men dan toch wei noemen. De heer Middelkoop geeft gaarne toe dat het besluit daartoe is genomen doch tengevolge van de slechte vooruit zichten en nog steeds donkere toekomst, zijn wellicht eenige leden tot andere gedachten gekomen. De heer M Rijken blijft het precies hetzelfde. Of het nu eerst, of na af handeling van de begrooting word besproken, 't zal zijn overtuiging niet doen veranderen. De heer Michael kan zich goed met het voorstel van den heer Middelkoop vereenigen. Als men een financieel overzicht en eenigszins een kijk op den toestand van de gemeente heeft ge kregen, dat zal wellicht van invloed zijn. De heer M. Rijken wil zich er niet tegen verzetten, maar kan niet inzien wat men er mee zal bereiken. De Voorzitter ziet het nut er niet van in. De heer Middelkoop wil er dan niet verder op aandringen. De heer M Rijken blijft omtrent deze voor hem onverkwikkelijke ge schiedenis, bij al hetgeen hij in vorige vergaderingen daarover heeft gezegd. Hij kan niet begrijpen dat men in een tijd van ongekende malaise een nieuw raadhuis durft gaan bouwen terwijl men een goed raadhuis heeft. De begrooting zal niet meevallen maar van het eerste jaar zal zoo weinig zijn te zeggen, Het is met alles maar een slag in de lucht slaan. Wat het plan van het nieuwe raad huis betreft, de afmetingen daarvan zijn zoo klein, dat men later toch zal moeten gaan bijbouwen en dat zou hij willen voorkomen. Trouwens, hij gelooft niet dat men dit plan voor f 18000 gebouwd krijgt. De Voorzitter merkt op dat in de toelichting stond dat men meer naar de Oostzijde zal moeten beginnen te bouwen waardoor men dan vanzelf meer ruimte krijgt tusschen het Raad huis en het nieuw gebouwde postkan toor. Het raadhuis is begroot op f 17960 en de veldwachterswoning op f 2021 waaraan dan, zoo als reeds is opgemerkt, de afbraak van het oude raadhuis zal worden gebruikt. Het ge volg daarvan zal zijn dat werkeloozen aan het werk kunnen worden gezet o.a. aan het steenen schoonmaken, zwarte grond uitgraven enz. De archi- tect heeft de kosten expres niet te hoog berekend opdat niet boven de begrooting zal worden ingeschreven. Met het oog op de slapte die in het bouwbedrijf heerscht en het gunstige jaargetijde om te bouwen is boven dien een spoedige beslissing zeer gewenscht. De heer van Willigenburg merkt nog op dat den architect last is gegeven de begrooting zoo te berekenen dat be slist het werk daarvoor wordt aange nomen. De indeeling van het Raadhuis is voldoende groot en komt geheel over een met den bouwtrant. Z i. ziet het Raadhuis er zoo goed uit Voor, aan de straatzijde, twee verdiepingen en achter een en dat wordt zoo ingericht dat, mochten later de werkzaamheden eens zoo toenemen dat meer personeel noodig is, dan kan daar gemakkelijk en goedkoop aan worden bijgebouwd. Thans echter kan men met een der gelijk gebouw zeer goed volstaan De heer Middelkoop merkt op dat dit plan dus f 17.960 plus f 2520 kost, dus goed f20 000 en dan heeft men er een huisje bij dat, omdat het achter in den tuin komt te staan, later geen Waarde heeft en ziet men dan dat men hier een goed gebouw heeft dat om zijn bouwtrant bijna niet anders dan gesloopt kan worden, dan mag zonder overdrijving worden gezegd dat het weggooien van geld is Bovendien zal er nog wel een bedrag voor bijwerk bijkomen, want zoo heeft hij gezien dat er een brandkluis komt, doch de deur ervan, welke makkelijk 1400 a 1500 gulden kan kosten, is nergens te zien. Ook heeft hij niets van een cel of cellen gezien. Deze moeten er toch ook zijn. Van Willigenburg. Er is er maar een in de gemeente noodig. Het is niet strikt noodzakelijk dat er cellen bij het nieuwe raadhuis worden gemaakt. Een kluis komt er en aan een kluis behoort toch ook een deur, dus zal deze er wel bij berekend zijn. Middelkoop. Ik vrees van niet. Ook de heer Michaels blijft bij het geen hij over deze kwestie in een vorige vergadering heeft gezegd. Zoo ang de flnantieele toestand het absoluut niet toelaat, zou hij voor een dergelijke zaak geen geld willen uittrekken. Indien er geen raadhuis was, dan was het nog een ander geval, maar nu is er een raadhuis waarmede men goed kan volstaan. Het ontworpen plan is geen gebouw de»- gemeente waardig. Het lijkt gewoon op niets. Dan is het toch heel wat beter om wat te wachten tot de finan- tieele toestand wat beter is om er dan een gebouw neer te zetten de gemeente waardig. Voorzitter. De indeeling is zeer practisch en het gebouw is de gemeente zeker waardig. Michael, 't Is een dood ding, waar niets geen leven inzit. M. Rijken. De afmetingen zijn hier zeker zoo groot als op het plan staan aangegeven en er werd gezegd dat het hier niet voldoende groot is. Voorzitter. De raadszaal wordt 10'/2 Meter lang. M. Rijken. Het geheel bij elkaar genomen wordt kleiner dan hier. Ik heb alles nagegaan. Middelkoop. Het publiek komt langs bezijden te staan en dat is een groot bezwaar, want het is beslist hinderlijk als je menschen achter je hebt staan. De Voorzitter merkt op dat de publieke tribune zoover niet reikt, want het vervolg daarvan is voor de pers bestemd. Middelkoop. Het uiterlijk van het geheel is m.i. ook niets, 't Lijkt wel iets uit een blokkedoos, iets wat men in elkaar zet van sigarenkistjes en sigarettendoosjes Michael. Ik heb eenige plannen bij me die de heeren straks, als ze daar interesse voor hebben, eens kunnen inzien. Voor het plan door Burg. en Weth. aangeboden kan hij zijn stem absoluut niet geven. Eerstens omdat de tijdsomstandigheden niet toelaten een raadhuis te bouwen en tweedens omdat het een ding de gemeente onwaardig is. De Voorzitter meent dat de zaak nu van alle kanten is besproken en brengt het voorstel van Burg. en Weth. in omvraag dat wordt aangenomen met 8 tegen 3 stemmen. Voor het voorstel stemden de heeren J. Rijken, Kerst, Oerlemans, Moonen, Zwart, B. Verhoeven, van Willigenburg en B. v. d. Hoeven. Tegen de heeren M. Rijken, Michael en Middelkoop. Vaststelling verordeningen op de heffing en invordering van schoolgeld voor het gewoon lager en het vervolg onderwijs in de gemeente Sprang- Capelle. Bij een inkomen van f800 is geen i schoolgeld verschuldigd. De heer Oerlemans meent dat iemand met een inkomen van f 15 per week geen schoolgeld kan betalen. Stelt men het bedrag op f800 vast, dan zullen er ontzettend veel oninvorderbaar- verklaringen komen. Hij geeft daarom in overweging dit bedrag op f 900 vast te stellen. I De Voorzitter zou daar niet zoo ge makkelijk toe over willen gaan omdat, komen er omstandigheden voor, men nog altijd vrijstelling kan verleenen. De heer Michael zou willen zeggen dat de heele verordening niet deugd want nu komt er in voor dat iemand, die geen inkomstenbelasting betaalt, van schoolgeld is vrijgesteld. Heeft hij volgens zijn boeken dit jaar niets ver diend, dan zou hij geen schoolgeld behoeven te betalen en dat acht hij onbillijk en noemt zulks een treurige geschiedenis De heer M. Rijken heeft dezer dagen in de courant gelezen waar het is gebeurd, is hem ontgaan dat is uit gesproken dat iemand, die vrij van inkomstenbelasting was, toch plaatse lijke belasting moest betalen. Dat was een uitspraak van de Rechtbank naar hij meent van Amsterdam. De heer Michael zou het treurig vinden indien hij, als hij eens een jaar geen inkomstenbelasting behoefde te betalen, geen schoolgeld zou moeten betalen. De heer Oerlemans stelt voor bij f 900 te beginnen. De heer Zwart zou daar niet toe over gaan. In Sprang heeft men gezien hoe weinig er achterwege zijn gebleven en dan in een tijd dat er zooveel werkeloosheid heeft geheerscht. On geveer f 63 is maar behoeven te worden afgeschreven. De heer Oerlemans zegt dat dit bedrag in Vrijhoeve-Capelle en in Capelle veel hooger is geweest. Wel zijn er geen posten oninvorderbaar verklaard. De heer Zwart merkt op dat in ieder geval weinig schoolgeld is binnen gekomen. De heer M Rijken meent dat dit een andere oorzaak kan hebben. De heer Van Willigenburg wijst er op dat men zooveel mogelijk het onder wijs moet laten betalen. Bovendien kan altijd, als zulks noodig blijkt, worden ingegrepen. De heer M. Rijken zegt dat het mooie woorden zijn van den heer Van Willigenburg. dat men het onderwijs moet laten betalen zooveel mogelijk. Hier heeft men althans die gedachten niet gehad, ook al was het geleerd en zelfs bij hooger staande menschen is dit het geval. Er zijn zooveel mooie spreuken en spreekwoorden, die nog wel waar zijn, maar niet meer in toe passing worden gebracht. Zoo is er ook nog een spreekwoord dat zegt: Het is gemakkelijk riemen snijden van een andermans leer. Michael. Ik geloof dat dit spreek woord juist heel druk tegenwoordig in toepassing wordt gebracht. Van Wiiligenburg. Als U daar een bedoeling mede hebt, dan wil ik U wel eens heel gaarne daarop ant woorden. M. Rijken. Ik heb daar geen be doeling mee, ik zeg het in het algemeen. De heer Kerst zou het door Burg. en Weth. voorgestelde bedrag van f 800 willen handhaven. De Voorzitter merkt nog op dat men de aftrek heeft wanneer men meer dan één kind op school heeft. De heer Verhoeven meent dat het schoolgeld al laag genoeg is gesteld en zou daarom ook het door Burg. en Weth. voorgestelde bedrag willen hand haven. De heeren Michael en Middelkoop ondersteunen het voorstel van den heer Oerlemans. De Voorzitter brengt het voorstel van den heer Oerlemans in omvraag dat wordt verworpen met 8 tegen 3 stem men. Voor stemden de heeren Middelkoop, Michael en Oerlemans. Tegen de heeren J. Rijken. M. Rijken, Kerst. Moonen, Zwart, Verhoeven, Van Willigenburg en Van der Hoeven. 5 Voorstel van Burg en Weth. tot wijziging van de Concessievoorwaarden van de N.V. Waterleiding Mij. Noord- West-Brabant. De Voorzitter zegt dat eenige wijzi gingen zijn aangebracht in het bere kenen van het water. Vroeger werd het naar de kadastrale huurwaarde berekend, nu naar het aantal kamers. De heer M. Rijken zegt gezien te hebben dat men al zou men geen water verbruiken toch 12'/2 M. moet betalen. Dat noemt hij een ongepermit teerde dwang op iemand leggen. De heer Middelkoop meent dat dit vroeger ook in de concessie heeft gestaan. De heer M. Rijken zegt dat als dit zoo is, tegensputteren niets meer baat. Hij vindt het echter een groote dwang op iemand leggen. Indien men goed water heeft, zou men toch moeten aansluiten. Voorzitter. Na 5 jaar pas. M. Rijken. Ik (jlenk dat de strop voor de gemeente nog grooter zal zijn dan die van het electriciteitsbedrijf. De heeren Michael en Middelkoop zijn niet van dit gevoelen. J. Rijken. Dat ze hier. waar het zeer moerrassig is, waterleiding aanleggen, kan ik goedvinden, maar dat men het in Sprang heeft laten aanleggen, waar men over het algemeen genomen heel goed water heeft, kan ik niet begrijpen. Conform het voorstel van Burg en Weth. wordt hierna met algemeene stemmen besloten. 6. Voorstel van Burg. en Weth. tot aansluiting bij de N.V. Waterleiding Mij. Noord-West-Brabant voor wat betreft de voormalige gemeente Vrijh.- Capelle Voorzitter. Burg. en Weth, stellen voor aan te sluiten We zijn van oor deel dat de lasten ter eeniger tijd anders op Vrijhoeve-Capelle rusten zonder dat dit van de lusten kan profiteeren. De gemeentenaren aldaar moeten ook kunnen aansluiten. De heer Oerlemans moet het voorstel ontraden van Burg. en Weth. Waarom de strop gaan vergrooten met f 28000. De menschen stellen er bovendien geen belang in, ze wenschen niet aan te sluiten en dan gaat het niet aan die lasten op de schouders te gaan leggen. De verbruikers van het water betalen de rente, niet de gemeente. De heer Michaël zou in ieder geval vergunning tot het leggen van buizen willen geven zonder verdere verplich ting. De heer Oerlemans kan zich daar wel mee vereenigen en zou als tegen prestatie daarvoor eenige brandkranen willen zien gelegd. De Voorzitter zegt dat op iedere 80 Meter een brandkraan komt. Hij is van meening dat men daarop niet zal ingaan wijl de buizen toch door de gemeente zullen moeten worden gelegd. De heer M. Rijken blijft van meening dat het een strop voor de gemeente zal zijn evenals dit het geval is met het electriciteitsbedrijf. Toen werd ook alles even mooi voorgespiegeld. De heer Oerlemans is het daar niet mee eens. Hier betalen de waterver bruikers alle kosten. Middelkoop. De gemeente is aan sprakelijk voor de rente. Oerlemans. Dan gaan de tarieven maar omhoog. M. Rijken. Nu worden de menschen gedwongen 12'[2 M. te betalen en dat is ongepermitteerd. De heer Oerlemans zegt dat de be volking in Vrijhoeve-Capelle met het destijds genomen besluit om niet aan te sluiten, zeer ingenomen is geweest want nooit is er eenig protest of wat ook tegen dat besluit gehoord. De heer Rijken wenschte dat men er hier ook zoo voor zou hebben gestaan. Het voorstel van Burg. en Weth. hierna in omvraag gebracht, wordt verworpen met 6 tegen 5 stemmen. Voor stemden de heeren Moonen, Zwart, Verhoeven, van Willigenburg en van der Hoeven Tegen de heeren J. Rijken, M. Rijken, Kerst, Oerlemans, Michael en Mid delkoop. Een verzoek tot het doorleggen van buizen in de voormalige gemeente Vrijhoeve-Capelle, wordt met alge meene stemmen aangenomen. (Wordt vervolgd). De verklaring afgelegd in 't Engelsche Lager- en Hoogerhuis luidt als volgt Op zeven Juni 11. heeft de Duitsche regeering na de antwoorden van de Entente-regeeringen op haar eerste nota van 2 Mei te hebben overwogen hun een nieuw memorandum toegezonden houdende herziene voorstellen om de kwesties van de schadevergoeding en de Roerbezetting te behandelen. De Entente-regeeringen hebben overleg gepleegd om hun wederzijdsche in zichten vast te stellen en duidelijk te maken, en de Fransche en Belgische regeeringen in het bijzonder hebben met de Engelsche regeering daarover van gedachten gewisseld. Een maand later, op 12 Juli is een verklaring afgelegd in beide huizen van het Parlement over het door de Engelsche regeering ingenomen stand punt en daarbij is sterke nadruk ge legd op de noodzakelijkheid van een actie teneinde een einde te maken aan den toestand die zoowel gevaar lijk was voor den vrede van Europa als voor de belangen van alle betrokken partijen. De Britsche regeering legde zekere voorstellen over als grondslag voor zoodanige actie en de mededeeling eindigde toen met den geallieerden bepaalde stappen aan te bevelen. De Britsche regeering nam het standpunt in dat de voorstellen, vervat in de Duitsche nota van 7 Juni onder zocht en beantwoord verdienden te worden en dat zulk een antwoord zoo mogelijk een geallieerd antwoord moest zijn. Voorzoover verder de Fransche en Belgische regeeringen ongeneigd waren het initiatief te nemen tot het formuleeren van een antwoord, zeide de Britsche regeering de verantwoor ding op zich te willen nemen, om het ontwerp van een antwoord op te stellen, dat zij ter overweging aan hare bondgenooten wilde toezenden. Ingevolge dit voornemen stelde de Britsche regeering het ontwerp op van een identiek antwoord, dat zij op 20 Juli verzond met een begeleidende nota aan de geallieerde regeeringen van Frankrijk, België, Italië en Japan. In dit ontwerp van antwoord be handelde zij verschillende voorstellen vervat in het Duitsche memorandum van 7 Juni. Zij uitte de meening, dat, terwijl niets diende te geschieden, dat onvereenigbaar was met de bepalingen van het tractaat van Versailles het zijn voordeel zou hebben als onpartijdige deskundigen in samenwerking met de commissie van herstel Duitschland's betalingscapaciteit zouden onder zoeken. Wat de kwestie van de waarborgen, door de Duitsche regeering aangeboden, betrof, liet de Britsche regeering verder uitkomen, dat de oeconomische waarde van eiken zoodanigen waarborg groo- tendeels moest afhangen van factoren waarvan het Duitsche memorandum geen melding had gemaakt, zooals de stabilisatie van de mark en het in evenwicht brengen van de Duitsche begrooting en dat geen waarborgen doeltreffend konden zijn, tenzij voor zieningen werden getroffen voor den een of anderen vorm van internationale controle van Duitschland's financieele beheer. Het ontwerp van antwoord eindigde met de Duitsche regeering den raad te geven, indien zij de hervatting van het onderzoek wenschte, zonder verder vertoef de vorderingen en besluiten in te trekken, die de politiek van het lijdelijk verzet hadden georganiseerd en aangewakkerd en ondubbelzinnig daden van geweld en sabotage te ver loochenen, die haar in sommige ge vallen vergezeld hadden en het ontwerp uitte het geloof, dat zulk een handel wijze van den kant van Duitschland zou meebrengen dat de bezettende mogendheden de voorwaarden van hun bezetting opnieuw zouden overwegen

Kranten Streekarchief Langstraat Heusden Altena

Echo van het Zuiden | 1923 | | pagina 5