Toegewijd aan Handel, Industrie en Gemeentebelangen.
I
VERLOREN SPEL
EERSTE BLAD.
K deRooij-Bourgonjen
Binnenland.
Waalwijk.
Aannemer.
FEÜILLETO
„NOO&D-BRABAND"
NUMMER 83.
ZATERDAO 6 OCTOBER 1923.
Me JAARGANG.
ÏFiNAn:
WAALWIJKSCHE STOOMDRUKKERIJ ANTOON TIELEN.
Telefoos N*.. M. Ïétafr.-Adr®*: ECHO.
2)it nummer bestaat uit 2)rie
bladen
Verkrijgbaar bij
BAARDWIJK. 22300
Protectie die goedkooper
maakt.
De „Nieuwe Ct." spot een beetje
over het „wonder", dat protectie een
product voor den consument goedkoo
per maakt.
Qoedkoope spot en oppervlakkige
redeneering.
Wat is de zaak?
Het door de vrij handel aars gesmade
en ook door de kortzichtige sociaal
democraten tegengewerkte Schoenen
wetje heeft den invoer van buiten-
landsch schoenwerk aanmerkelijk doen
verminderen.
En het vakblad de „Schoenindustrie"
constateert met voldoening, dat, anders
dan de bestrijders van het wetje had
den voorspeld, niet alleen van prijs-
verhooging geen sprake is, doch dat
zelfs verschillende prijzen belangrijk
zijn verlaagd.
De „Nieuwe Ct." kan dit enkel toe
schrijven aan den invloed van den
zeer ruimen invoer van Duitsch
schoeisel en komt dan met haar
aardigheid over het „wonder", dat pro
tectie de productie voor den verbrui
ker goedkooper zou doen worden.
In werkelijkheid is dit zoo dwaas
niet,
Vóór het Schoenenwetje werd ons
land met Duitsch schoeisel over
stroomd.
42)
De Nedarlandsche fabrikanten kon
den slecms weinig produceeren en
moesten dus duur werken en duur
verkoopen.
En de importeurs hadden er geen
belang bij, hun schoenwerk voor veel
minder geld van de hand te doen dan
door de geringe concurrentie
der Nederlandsche industrie noodig
washoe meer ze verdienden, hoe
aangenamer het hun was.
Zoo konden, zelfs bij den vrijen
invoer, de prijzen betrekkelijk hoog
zijn.
Nu door het Schoenenwetje onze
schoenindustrie weer in gunstiger
omstandigheden verkeert, uit het be
drijf kan halen wat er in zit, spreekt
het vanzelf, dat ze ook goedkooper
kan werken.
Dit behoeven we zeker de „Nieuwe
Ct." niet voor te houden.
En zoo kan het gebeuren, dat, on
danks „protectie", de prijzen van het
schoenwerk thans lager zijn dan vóót
het Schoenenwetje, ook omdat de tijde
lijkheid van het wetje van het maken
van te groote winst afhoudt.
Wij zouden thans een stap verder
willen gaan.
Is er, nu blijkt, dat de bescherming,
aan onze schoennijverheid verleend,
geen prijsverhooging tot gevolg heeft
gehad, geen reden te meer, ook andere
noodlijdende takken onzer industrie
op dezelfde wijze te hulp te komen
Door protectie behoeft een product
niet noodzakelijk duurder te worden
wel heeft ze tot gevolg, dat ze aan
honderden, misschien duizenden
handen werk verschaft, den geesel der
werkloosheid tot kleiner afmetingen
terugbrengt en de zedelijke depressie
welke uit de werkloosheid voortvloeit
vermindert.
Waarom zijn we toch zoo huiverig
een flinken stap te doen, die in het
werkeloosheidsvraagstuk een opgewek
ter en blijder perspectief zou openen
dan hetgeen we thans hebben van
honderdduizend en meer menschen
naar armenzorg te zien verwezen
(„Huisgezin".)
De directeur van den postchèque-
en girodienst heeft, na overleg met de
regeering, besloten den postchèque-
en girodienst met ingang van 3 October
1923 namiddag 5 30 tijdelijk te sluiten.
Een groot aantal fouten in de admi- j
nistratie van voormelden dienst is de j
reden die tot dezen maatregel noopt, j
Het is noodzakelijk, dat die fouten
eerst worden opgespoord, hetgeen
thans alleen mogelijk blijkt bij sluiting
van den dienst, om te voorkomen, dat
het aantal fouten nog grooter wordt.
Een controlebureau is reeds in werking
om te trachten met spoed de gemaakte
fouten te achterhalen en te verbeteren.
Zoodra dit bureau met zijn arbeid ge
reed is, kan heropening van den dienst
eerst in overweging genomen worden.
De regeering overweegt, welke maat
regelen zij zal kunnen nemen ten be
hoeve van die rekeninghouders, die
door. de sluiting van den postchèque-
en girodienst in ernstige ongelegenheid
SPECIAAL ADRES VOOR;
Graniet werken, Terrazzovloeren, Aanrechten,
Gootsteen, Dorpels enz.
INRICHTING VOOR HOUTGRANIET-VLOEREN.
Alles met volle garantie. 30371
(htttp^WAA LW ÜK^fCT)"
DOOR ERVARING STERK.
zouden geraken. Voor de behandeling
van daarop betrekking hebbende zaken
zijn voorloopig aangewezen de thesau
rier-generaal van het departement van
Financiën, de algemeen secretaris der
posterijen en telegrafie en de beheerder
van de schatkistpostrekening
Men deelt aan 'tCorr. Bur. van
bevoegde zijde mede, dat rekening
houders bij den postchèque- en giro
dienst, die in ernstige moeilijkheden
komen tengevolge van de beslissing,
dat voorloopig over het tegoed bij
voornoemden dienst niet kan worden
beschikt, zich tot de daarvoor aange
wezen commissie kunnen wenden met
verzoek om uitkeering van een zoo
danig gedeelte van hun saldo, als ter
vermijding dier moeilijkheden nood
zakelijk is.
Zij zullen daartoe gebruik moeten
maken van met ingang van Zaterdag
6 October op de postkantoren verkrijg
bare formulieren. Slechts verzoeken
waarvoor van de hierbedoelde formu
lieren wordt gebruik gemaakt, worden
in overweging genomen.
Den rekeninghouders wordt in het
belang van een spoedige afwikkeling
van zaken, dus in hun eigen belang,
dringend verzocht van het vorenstaande
niet af te wijken.
Een Rijksinstelling te Utrecht,
die gewoonlijk bij den postchèque- en
girodienst een saldo heeft loopen van
ongeveer f 16.000, heeft in een der
vorige weken van dezen dienst bericht
ontvangen, dat haar saldo ruim zes
millioen vier ton bedroeg
Waar dit cijfer blijkbaar op een fout
bij den postchèque- en girodienst be
rustte, heeft het bestuur der instelling
in een ernstig kabinet-schrijven aan
den directeur-generaal van dien dienst
op deze grove fout gewezen.
Taal noch teeken werd echter op
dezen brief vernomen, zegt het „U. D.",
maar wel heeft de Utrechtsche instel
ling dezer dagen een nieuwe afrekening
ontvangen, waarbij het saldo was ge
bracht van 6 millioen 4 tonop 6
millioen 9 ton.
De bereidwilligheid om mede te
werken aan een goede functionneering
van den postchèque- en girodienst
werd dus blijkbaar beloond met een
douceurtje van 4 ton
Het gemeentebestuur te Weesp
werd verrast met een mededeeling van
de directie van den Postgirodienst,
dat ten name der gemeente een som
staat van f211.000. In werkelijkheid
bedraagt deze som juist de helft.
Abonneert U op en Adverteert in
„DE EG HO VAN HET ZUIDEN",
het meest gelezen blad in de Lang
straat en Omgeving.
I
Courant
Waalwyksche
Dit Wad TtfiekUat
WOENSDAG EN ZATERDAG.
AbonnementspriJ» per 8 maande® 1.25.
franco per poet door het geheele rijk 1.40.
Brieven, Ingezonden btakken, gelden wu.,
feanco t* senden aas den Uitgever,
Prlja du AdvdrtMtUta:
■M eemt per regel; minimum 1.50.
Reclames 40 cent per regel.
B{j contract flink rabat.
AdvertentlBn moeten Woensdag en Vrijdag
des morgens om vlterlijk i nu In ens beslt
idjm.
"/v.J. O R UN O GRONINGEN
van „De Echo van het Zuiden".
Naar het Duitsch door H. Fr.
„Dat komt van de ongerustheid en de
vrees," zeide de jonge graaf.
„Ik kan ternauwernood wachten om ze
kerheid te hebhen; maar ik wil uwen raad
opvolgen en tot morgen wachten."
De drie mannen begaven zich in een der
zitkamers van het hotel die voor hen gere
serveerd was. Toen zij er binnen traden
draaide zich een man om die aan het ven
ster stond en kwam naar hen toe.
Het was lord Stonefields hofmeester.
„Gij hier Sealesriep de jonge graaf.
„Is er iets voorgevallen?"
De hofmeester, een oudachtig man met
een eerlijk uiterlijk, schudde 't hoofd, toen
hij antwoordde
„Er is niets gebeurd, mylord, maar gij
hebt mij dringend bevolen u alle brieven
na te zenden; daar ik wist dat gij zeer ang
stig zijt en ik vreesde dat de "brief mocht
verloren gaan, bracht ik u dezen maar per
soonlijk".
„Een brief!" riepen alle drie tegelijk.
„Het schrift is van een dameshand, en
juist daarom bracht ik hem zelf," zeide de
hofmeester.
Hij nam zijne portefeuille en haalde er
een| elegant couvert uït; lord Stonefield
uitte een vreugdekreet toen hij het schrift
zag.
Hfl is van Nina," zeide hij.
Hij liep naar het venster, scheurde de
enveloppe open en nam er een aan vier
zijden dicht beschreven blad uit, dat met
Nina Rokeby's naam onderteekend was.
„Ach," riep hij uit; „hij is uit Brussel
verzonden.
„Wij zijn dus op het rechte spoor, zeide
Harpe zegevierend.
De jonge graaf doorliep den inhoud met
opgeruimd gemoed.
Deze was buitengewoon teeder en liefde
vol, vol hartelijke toespelingen op hunne
verloving in werkelijkheid een brief, zoo
als slechts eene vrouw kan schrijven, en
toch was de jonge bruidegom niet tevreden.
Aan de brief ontbrak die oprechte eenvoud,
waardoor Nina zich onderscheidde, en 't
kwam lord Stonefield voor dat juist die
oprechtheid gemist werd. Hij was meer
met het hoofd dan met 't hart geschreven,
en zijne eerste vreugde en zaligheid maakte
plotseling plaats voor een bittere teleur
stelling.
De hofmeester zag dat hij overbodig was
en verwijderde zich.
Mr. Harpe en sir George Markham na
derden onzen held en de baronet legde
vriendelijk eene hand op de schouder van
lord Stonefield.
„Vergeef ons dat wij uw gelukkige droo-
merfl onderbreken, lord Stonefield," zeide
hijmaar wij zijn zeer ongeduldig. Miss
Rokeby schrijft dus uit Brussel en bevindt
zich wel Wü zfln dus angstig geweest zon
der reden?"
De jonge graaf keerde zich niet om en
sprak niet. Hij hield den brief nog vaster
in de hand.
„Wij moeten de heele geschiedenis maar
voor ons houden als wij ons soms angstig
gemaakt hebben," zeide Harpe lachend.
„Voor niets ter wereld zou ik door mr.
Borne willen worden uitgelachen om onze
dwaasheid. Ongetwijfeld verklaart ons miss
Rokeby haar stilzwijgen op bevredigende
wijze, mylord, en kunnen wij gerust huis
waarts keeren."
Nu keerde de jonge graaf zich om en zij
verschrokken toen zij zagen hoe bleek hfl
was en welke smartelijke uitdrukking in
zijne blauwe oogen lag.
„Miss Rokeby is toch niet ziekriep
sir George.
Bord Stonefield haalde treurig de schou
ders op.
„Deze brief is Nina's handschrift en met
haren naam onderteekend, zeide hfl op ge-
dempten toon. Oogenschflnlflk is hfl van
haar, maar hfl Godik houd hem voor
valsch. Mijn instinct zegt mij dat Nina hem
niet geschreven heeft. Wfl zijn op een
valsch spoor. Nina is niet in Brussel. Zfl
Tieo Tetiling-de Leder.
MAATSCHAPPIJ VAN VERZEKERING OP HET LEVEN
•.f-% v5\ KlvVit
heeff waarschflnlflk Engeland in 't geheel
niet verlaten. Zfl is in de handen barer
vijanden, die iets vreeselflks met haar voor
hebben, en wfl zfln niet bij machte haar te
redden
Hoofdstuk XXVII.
EENE VLUG BEANTWOORDE
ADVERTENTIE.
Tegen het uur van aankomst der ver
wachte gast in het huis van mrs. Bridge,
heerschte daar in alle kamers een ongewone
drukte.
Al de dienstboden hadden in last mrs.
World met de grootste opmerkzaamheid te
bedienen, en men had toespelingen gemaakt
op hare groote schatten, waarvan mr. Brid
ge zich als de rechtmatige erfgenaam be
schouwde.
Mr. Bridge was dien dag van zfln kan
toor thuis gebleven, om zflne tante te ont
vangen.
Hij had zich in feestgewaad gestoken en
dwong zich tot een vergenoegd lachje, dat
echter in zeldzame tegenspraak was met de
onrustige uitdrukking zijner oogen.
Alles hangt van dit bezoek af, sprak hij
in zich zelve, toen hfl voor het venster der
voorkamer stond en naar buiten keek. De
oude bestaat slechts uit luimen en eigen
aardigheden, en als zfl haar vermogen aan
de armen vermaakte waren wfl verloren.
Onze uitgaven zfln zoo groot dat ik het
niet langer vol kan houden. De oude vrouw
moet een testament maken ten onze gunste.
Mrs. Bridge had hare weelderige gestalte
in 'n engsluitend rood zflden kleed gehuld,
en zich zoodanig met sieraden behangen,
dat zij niet weinig geleek op een wande
lende juwelierswinkel. Zij spoedde zich met
'haren echtgenoot naar het voorhuis, dat
echter nog leeg was.
De jonge gouvernante en 't kindermeisje
hadden het wederspannige jonge volkje in
de kinderkamer opgesloten, met uitzonde
ring van Leopold, die had weten te ontsnap
pen en naar den tuin geloopeu was, waar
hfl schreeuwend rondliep.
Toen mrs. Bridge het leven hoorde, dat
haar hoopvolle zoon maakte, werd zfl vree-
selflk beangstigd dat hare gast zou komen
en den wildzang zou hooren.
Zfl Het miss Lark roepen en gebood haar
zich van den wederspannigen bengel mees
ter te maken.
Lilly ging naar den tuin en juist toen 't
hare overredingskunst gelukt was hem tot
heengaan te bewegen en zfl hem mee wilde
voeren, hield een rijtuig voor de tuindeur
stil en werd er hevig aan de tuinschel ge
trokken.
Eene dienstbode haastte zich om de poort
voor de aangekomene te openen en Leopold,
die mrs. World zoo gaarne een poets zou
gebakken hebben, verweerde zich als woe
dend onder Lilly's handen. De jonge gou
vernante sleepte haren leerling met geweld
in de schaduw van een hoornen groep en
bleef daar hijgend en vermoeid staan, ter
wijl de nieuw aangekomene met al haar ba
gage in huis gevoerd werd. Lilly beschouw
de de zonderlinge oude vrouw, welke zfl
nog nooit gezien had. Zfl steunde op den
arm eener groote magere dienstbode, met
hoekige gelaatstrekken, welke hare meeste
res behandelde met die teederheid en zorg
vuldigheid, die men gewoonlijk voor kleine
kinderen heeft.
De oude dame zelve boezemde Lilly bij
zonder veel belangstelling in. Zfl was mager
en versleten en krom gebogen, en niemand
zou nog hebben kunnen bemerken dat zfl
in hare jeugd zeer schoon en bekoorlijk ge
weest was.
Zfl was bijna 80 jaar oud en hare magere
beenderige handen hielden den gouden knop
vast van een stok, waarop zfl steunde niet
tegenstaande hare bediende haar leidde.
De kleeding der dame was ongemeen oud
modisch, maar van kostbare stof vervaar
digd. Maar uit haar gerimpeld bruin ge
laat flikkerden nog een paar zeldzaam hel
dere oogen en om haar mond speelde voort
durend een lioonend lachje.
De oude dame wierp een onderzoekenden
blik naar de deur, waar mr. en mrs. Bridge
stonden, en keek toen even naar Lilly.
Deze week verlegen in den schaduw terug
en spoedde zich met haren leerling door een
achterdeurtje in huis, terwijl mrs. World
door hare verwanten luide verwelkomd
werd.
De oude vrouw werd naar de voor haar
bestemde kamers gebracht, welke zfl de
eerste uren niet verliet.
Mr. Bridge begaf zicli naar zfln kantoor,
en er heerschte in huis eene bijna bovenna
tuurlijke stilte.
Mr. World had beloofd aan tafel te ko
men eten en weinige minuten voor etens-
tfld verscheen mrs. Bridge in hare kamer
om haar aan tafel te geleiden.
Mrs. World, die zeer goed wist, dat hare
bloedverwanten haar alleen uit eigenbelang
ontzagen, had er een boosaardig genoegen
in hen door stekelige aanmerkingen te erge
ren en te 'tergen, en te zien dat zfl er niets
tegen durfden te doen, uit vrees van haar
te mishagen.
Meermalen gedurende den maaltijd erger
den mr. en mrs. Bridge zich vreeselflk over
haar, maar waagden het niet dit te laten
biflken, en mrs. Bridge verbeeldde zich
herhaaldelijk te hooren, dat de oude vrouw
in zich zelve zat te lachen. Maar zij lachten
zelfs met hare meest bitse uitvallen, en
namen hare beleedigingen kalm op.
Na afloop van het eten schepten beiden
adem, toen de oude zich naar het salon liet
brengen.
„Misschien gaat ze nu wel naar hare ka
mer", fluisterde mrs. Bridge haren man toe,
terwijl de oude vrouw druk met haren
waaier speelde en hunne tegenwoordigheid
als 't wrare vergeten scheen.
„O zoo gelukkig zullen wij niet zfln,"
hernam de advocaat gestoord. „Men moest
de oude in een gekkenhuis zetten. Als het
niet om haar geld was zou ik ze voor geen
prijs in mfln huis ontvangen."
Zfl hielden mrs. World voor zeer doof
en spraken daarom niet zoo zacht als de
voorzichtigheid wel gebood. Mrs. Bridge
meende op te merken, dat de oude vrouw
hen beiden boosaardig aankeek, maar juist
op dat oogenblik werd zfl door een zoo he
vige hoestbui overvallen dat de advocaats-
vrouw geen tijd had om vermoedens te ma
ken, maar de naar adem hijgende wilde te
hulp komen.
Toen de bui voorbfl was en mrs. World
weer geregeld adem kon halen, zeide mrs.
Bridge niet zonder angst:
„Gij zflt schrikkelijk verkouden tante
World. Doet gfl niets tegen dien hoest?"
„Ik zal dien hoest mfln heele leven niet
meer kwijt raken," zeide mrs. World.
„Ik heb de tering."
(Wordt vervolgd).